Base description which applies to whole site

5.2 Niet-beleidsartikel 10 Centraal apparaat

Op dit artikel zijn alle verplichtingen, personele en materiële uitgaven en ontvangsten van de Bestuursstaf en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst weergegeven. Tevens zijn in dit artikel de defensiebrede uitgaven ondergebracht voor pensioenen en uitkeringen (waarvan een deel «niet relevant» dat betrekking heeft op de lening voor de kapitaaldekking van de militaire ouderdomspensioenen), wachtgeld, inactiviteitswedden en Sociaal Beleidskader (SBK)-gelden.

Tabel budgettaire gevolgen van beleid

Tabel budgettaire gevolgen van beleid

Artikel 10 Centraal apparaat (bedragen x € 1.000)

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Begroting 2016

Verschil

Verplichtingen

1.761.039

1.655.999

1.584.117

1.529.741

1.595.748

1.595.554

194

Uitgaven

1.763.530

1.658.703

1.589.049

1.527.669

1.594.826

1.595.554

– 728

Apparaatsuitgaven

1.763.530

1.658.703

1.589.049

1.527.669

1.594.826

1.595.554

– 728

personele uitgaven

1.723.733

1.638.573

1.575.860

1.513.893

1.580.523

1.580.035

488

waarvan eigen personeel

137.888

128.622

121.615

121.123

126.849

126.060

789

waarvan externe inhuur

   

2.472

3.128

3.731

3.588

143

waarvan pensioenen en uitkeringen

1.382.969

1.256.134

1.237.183

1.219.738

1.290.105

1.266.244

23.861

waarvan wachtgelden, inactiviteitswedden en SBK-gelden

202.876

253.817

214.590

169.904

159.838

184.143

– 24.305

 

materiele uitgaven

39.797

20.130

13.189

13.776

14.303

15.519

– 1.216

waarvan overig

39.797

19.520

12.691

13.193

13.749

15.138

– 1.389

waarvan bijdrage aan SSO Paresto

 

610

498

583

554

381

173

                 

Totaal ontvangsten

24.839

2.669

24.360

28.255

39.017

6.818

32.199

Toelichting op de instrumenten

De posten met een verschil groter dan € 5,0 miljoen worden hieronder nader toegelicht.

Uitgaven

Pensioenen en uitkeringen

De uitgaven voor de pensioenen en uitkeringen zijn per saldo € 23,9 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. Dit is het gevolg van diverse ontwikkelingen. De belangrijkste ontwikkelingen zijn het bovensectoraal akkoord van € 31,2 miljoen en de nieuwe lening aan het ABP voor de financiering van de overgang naar het kapitaaldekkingsstelsel van € 32,8 miljoen. Als gevolg van de afschaffing van het VUT-equivalent heeft er een lagere nominale bijdrage van € 27 miljoen voor de financiering van de overgang naar het kapitaaldekkingsstelsel plaatsgevonden. Tevens heeft er een herschikking van de uitgaven voor het AOW-gat van € 9,3 miljoen plaatsgevonden en is er een lagere realisatie van € 3,8 miljoen door diverse kleinere afwijkingen in aantallen en uitkeringen.

Wachtgelden, inactiviteitswedden en SBK-gelden

De uitgaven voor wachtgelden, inactiviteitswedden en SBK-gelden zijn per saldo € 24,3 miljoen lager uitgevallen dan begroot. De uitgaven bestaan uit wachtgelden en inactiviteitswedden (W&I). Dit omvat onder andere het eigen risicodragerschap voor de sociale verzekeringen zoals de WW en de WIA. Bij het opstellen van de begroting voor de SBK-gelden waren de personele effecten van de reorganisatie nog niet volledig bekend. De lagere realisatie welke zich al voor heeft gedaan in 2015, minder gebruik van de SBK-regeling en vertraging van een aantal reorganisatietrajecten, werkt door in 2016 en hiervoor is het budget verlaagd met € 18 miljoen. Het resterende bedrag van € 6,3 miljoen heeft met name te maken met de reservering voor de reparatie van het AOW-gat, welke niet in 2016 tot realisatie heeft geleid, en met vertraagde facturering door het UWV.

Ontvangsten

De hogere ontvangsten (€ 32,2 miljoen) zijn ontstaan door de aflossing van het ABP in 2016 van de lening voor de overgang naar het kapitaaldekkingsstelsel en de renteontvangst (€ 28,3 miljoen). Daarnaast is € 1,9 miljoen ontvangen van de aan huur betaalde BTW van de Koninklijke Stichting Defensie Musea (KSD). De resterende € 2 miljoen betreft enkele kleinere posten.

Licence