Derde nota van wijziging
Conform het koninklijk besluit houdende herindeling met betrekking tot de ruimtelijke ontwikkeling, ruimtelijke ordening, de Omgevingswet en het Kadaster (no. 2017001806) is de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van de ruimtelijke ontwikkeling, ruimtelijke ordening, de Omgevingswet en het Kadaster. De hiermee samenhangende budgetten op dit artikel zijn overgegaan naar de begroting van BZK (zie de derde nota van wijzigingen TK 2017–2018, 34 775 XII, nr. 63. Het budget voor de Regionaal College Wadden (RCW) is overgeheveld naar beleidsartikel 11 (Integraal Waterbeleid) van de IenW begroting. Dit budget sluit aan op de algemene doelstelling van dit artikel.
In de derde nota van wijziging is, om onduidelijkheid te voorkomen waar de politieke verantwoordelijkheid voor Ruimtelijke ontwikkeling ligt, de naam van artikel 13 gewijzigd van «Ruimtelijke Ontwikkeling» naar «Bodem en Ondergrond». Hiermee zijn ook de beleidsdoelstelling en de rollen en verantwoordelijkheden ten opzichte van de ontwerpbegroting gewijzigd. Ook heeft dit tot gevolg dat in de ontwerpbegroting bij dit artikel gepresenteerde indicatoren/kengetallen, zoals nader toegelicht, bij BZK worden verantwoord.
Algemene Doelstelling
Een duurzaam en efficiënt beheer en gebruik van bodem en ondergrond. Het doel is de vraagstukken op het gebied van bodemkwaliteit, drinkwatervoorziening, grondwater, bodemdaling, duurzaam bodembeheer in de landbouw, kabels en leidingen en bodemenergie in relatie met de maatschappelijke opgaven als energietransitie en klimaatadaptatie aan te pakken. Daarnaast is het beleid gericht op het tot stand brengen van een betrouwbare en betaalbare drink- en afvalwatervoorziening in Caribisch Nederland.
Het Rijk is enerzijds verantwoordelijk voor het systeem van wet- en regelgeving omtrent beheer en gebruik van bodem, ondergrond en wateren en stimuleert anderzijds de investeringen en de bescherming daarvan. Daardoor heeft de Minister van IenW een stimulerende en een regisserende rol.
Stimuleren
Rollen en verantwoordelijkheden
Voor het onderdeel Bodem en Ondergrond is de algemene doelstelling om te komen tot een duurzaam en efficiënt beheer en gebruik van bodem en ondergrond. De (Rijks)structuurvisie Ondergrond vormt een belangrijke basis voor het ordenen van activiteiten in de bodem en ondergrond. De aanpak is onder meer beschreven in het Convenant Bodem en Ondergrond 2016–2020 en het Convenant Bodem en Bedrijven 2015. Het Rijk bevordert de investeringen in de kwaliteit van bodem en ondergrond door middel van:
-
• Het bevorderen van de duurzame kwaliteit van het doelmatig gebruik van het bodem- en watersysteem.
-
• Het Uitvoeringsprogramma van het Convenant Bodem en Ondergrond 2016–2020.
-
• Het efficiënt beschermen van drinkwaterbronnen door het landelijk faciliteren/stimuleren van de totstandkoming van gebiedsdossiers.
Regisseren
De Minister van IenW heeft bij het onderwerp Bodem en Ondergrond een systeemverantwoordelijkheid voor het goed laten verlopen van processen op het gebied van duurzaam en efficiënt beheer en gebruik van bodem en ondergrond. De Minister van IenW is vanuit deze rolopvatting verantwoordelijk voor:
-
• De opname van de Wet bodembescherming in de Omgevingswet;
-
• Het proces waarbij de decentrale overheden in staat worden gesteld van om uiterlijk in 2030 de bodemverontreiniging-problematiek te beheersen;
-
• De verdere ontwikkeling van regelgeving en kennis van de bodem en ondergrond. Deze ontwikkeling ondersteunt het beleid in relatie tot maatschappelijke opgaven en faciliteert de toepassing daarvan door de andere overheden;
-
• Het toezicht op en de handhaving van (een deel van) de wet- en regelgeving door de ILT op dit beleidsterrein (zie beleidsartikel 24 Handhaving en Toezicht);
-
• Het beleid (beleidsnota drinkwater), regelgeving (drinkwaterwet) en het uitoefenen van toezicht/handhaving (via de ILT) op de levering van deugdelijk drinkwater;
-
• De zorg – samen met andere bestuursorganen – voor de duurzame veiligstelling van de openbare drinkwatervoorziening (zorgplicht).
Drinkwatervoorziening Caribisch Nederland
Wetswijziging Wet elektriciteit en drinkwater BES (reparatie capaciteitstarief) om zo de toegankelijkheid en de betaalbaarheid van drinkwater in Caribisch Nederland te garanderen. Door het insulaire karakter, de geringe bevolkingsomvang en het ontbreken van grote zoetwatervoorraden zal de drinkwatervoorziening in Caribisch Nederland nooit kostendekkend zijn. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat stelt daarom een subsidie op de transportkosten voor drinkwater beschikbaar.
Caribisch Nederland Afvalwatervoorziening
Aanpassen van de Wet VROM BES en de Wet FIN-BES met als doel een afvalwaterheffing en de verkoop van gezuiverd afvalwater voor irrigatie mogelijk te maken en zo de exploitatiekosten van het afvalwaterbeheer te dekken.
Indicatoren en Kengetallen
Voor het Meerjarenprogramma Bodem wordt verwezen naar het Convenant Bodem en Ondergrond 2016–2020 (stcrt. 2015, 14854). In dit convenant is onder meer beschreven hoe de overheden de focus leggen bij de aanpak van de spoedeisende verontreinigingen. Spoedeisende verontreinigingen zijn verontreinigingen waarbij het risico voor mens, plant en dier het grootst is. In het convenant is afgesproken dat, afhankelijk van de situatie, spoedlocaties uiterlijk in 2020 zijn gesaneerd, dan wel dat de risico’s worden beheerst, dan wel in beeld gebracht en er concrete plannen voor de aanpak zijn gemaakt. De budgetten van het meerjarenprogramma Bodem worden over de bevoegde overheden ex-Wet Bodembescherming (ex Wbb) verdeeld via het Provincie- en Gemeentefonds. Gedurende de Convenantsperiode rapporteert het gezamenlijke uitvoeringsprogramma over de bereikte resultaten. In de systematiek van deze monitoring wordt onder andere gekeken naar het aantal spoedlocaties die in uitvoering zijn, hoeveel er afgerond zijn, hoeveel er nog niet gestart zijn, en de kosten van de aanpak.
In 2018 is door RIVM in opdracht van IenW gerapporteerd over de risico’s van opkomende stoffen in het oppervlaktewater voor drinkwaterbereiding. Dit in het kader van het BKMW-protocol voor monitoring en toetsing drinkwaterbronnen. Uit het onderzoek bleek dat de onderzochte stoffen op de onderzoekslocaties geen risico vormden voor de volksgezondheid via drinkwater.
Beleidsconclusies
Het op dit artikel uitgevoerde drinkwaterbeleid en de bijbehorende resultaten waren het afgelopen jaar conform verwachting en liggen op koers. Dit blijkt ook uit de jaarlijkse rapportage over de kwaliteit van Nederlands drinkwater (Kamerstuk 2018–2019, 27 625, nr. 458). Zo is in 2018 bijgedragen aan bodemsaneringen van het Stormpolderdijkterrein in Krimpen a/d IJssel, PFAS Dordrecht, Gebiedgerichte aanpak in Rotterdam, Noordsingel in Rotterdam, Vetgas in Amersfoort en Petroleumhaven Amsterdam. Daarnaast zijn er via de Bedrijvenregeling bodemsaneringen gerealiseerd in onder andere de Gemeente Helmond en de Provincies Noord-Holland, Gelderland en Limburg, alsook op diverse locaties via de Stichting Bodembeheer Nederland. De ontvangen verzoeken tot subsidiebijdragen in het kader van de Bedrijvenregeling bleven wat achter in 2018. De verplichtingen zijn wel aangegaan waardoor de verzoeken tot subsidiebetaling ter bekostiging van de sanering nog zal plaatsvinden. Tot slot is via subsidiebeschikkingen bijgedragen aan verbetering van de drinkwatervoorzieningen in Caribisch Nederland en aan de afvalwatervoorziening in Bonaire.
Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2018 | 2018 | ||
Verplichtingen | 101.410 | 69.162 | 119.401 | 160.868 | 30.388 | 57.228 | – 26.840 | 1 |
Uitgaven | 98.154 | 112.043 | 114.623 | 136.527 | 22.459 | 53.840 | – 31.381 | |
13.01 Ruimtelijk Instrumentarium | 7.728 | 12.065 | 8.261 | 10.786 | 8 | 0 | 8 | |
13.01.01 Opdrachten | 4.469 | 4.665 | 7.472 | 9.220 | 8 | 0 | 8 | |
– Wabo | 25 | 2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Architectonisch Beleid | 1.800 | 1.744 | 1.933 | 2.285 | 0 | 0 | 0 | |
– Overige opdrachten | 2.644 | 2.919 | 5.539 | 6.935 | 8 | 0 | 8 | |
13.01.02 Subsidies | 1.770 | 4.472 | 789 | 1.376 | 0 | 0 | 0 | |
13.01.03 Bijdragen aan agentschappen | 1.451 | 2.436 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 1.451 | 2.436 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
13.01.04 Bijdragen aan medeoverheden | 38 | 492 | 0 | 190 | 0 | 0 | 0 | |
13.02 Geo-informatie | 42.613 | 51.639 | 47.809 | 33.717 | 0 | 0 | 0 | |
13.02.01 Opdrachten | 2.676 | 2.385 | 3.087 | 5.329 | 0 | 0 | 0 | |
13.02.02 Subsidies | 11.494 | 12.532 | 10.571 | 1.967 | 0 | 0 | 0 | |
– Subsidies Basisregistraties | 11.494 | 12.532 | 10.571 | 1.967 | 0 | 0 | 0 | |
13.02.06 Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s | 28.443 | 36.722 | 34.151 | 26.421 | 0 | 0 | 0 | |
– Basisregistraties | 28.443 | 36.722 | 34.151 | 26.421 | 0 | 0 | 0 | |
13.03 Gebiedsontwikkeling | 13.603 | 3.422 | 7.671 | 9.473 | 0 | 90 | – 90 | |
13.03.01 Opdrachten | 1.733 | 932 | 1.160 | 1.296 | 0 | 30 | – 30 | |
13.03.02 Subsidies | 194 | 134 | 72 | 48 | 0 | 60 | – 60 | |
13.03.03 Bijdragen aan agentschappen | 0 | 0 | 0 | 2.402 | 0 | 0 | 0 | |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 0 | 0 | 0 | 2.402 | 0 | 0 | 0 | |
13.03.04 Bijdragen aan medeoverheden | 11.676 | 2.356 | 6.439 | 5.727 | 0 | 0 | 0 | |
– Projecten BIRK | 11.676 | 2.288 | 3.889 | 3.177 | 0 | 0 | – 0 | |
– Projecten Nota Ruimte | 0 | 68 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Projecten Bestaand Rotterdams Gebied | 0 | 0 | 2.550 | 2.550 | 0 | 0 | 0 | |
13.04 Ruimtegebruik bodem | 28.438 | 32.367 | 25.737 | 18.723 | 18.220 | 46.950 | – 28.730 | |
13.04.01 Opdrachten | 1.846 | 1.784 | 5.531 | 5.727 | 6.000 | 4.740 | 1.260 | 2 |
13.04.02 Subsidies | 19.447 | 17.654 | 13.380 | 7.499 | 7.303 | 13.707 | – 6.404 | 3 |
– Bedrijvenregeling | 6.924 | 10.746 | 6.977 | 1.385 | 2.311 | 8.684 | – 6.373 | |
– Bodemsanering NS | 4.538 | 4.538 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Subsidies Caribisch Nederland | 0 | 0 | 4.372 | 4.114 | 4.992 | 5.023 | – 31 | |
– Overige Subsidies | 7.985 | 2.370 | 2.031 | 2.000 | 0 | 0 | 0 | |
13.04.03 Bijdragen aan agentschappen | 6.862 | 8.709 | 6.826 | 5.497 | 3.569 | 2.623 | 946 | |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 6.862 | 8.709 | 6.826 | 5.497 | 3.569 | 2.623 | 946 | |
13.04.04 Bijdragen aan medeoverheden | 283 | 1.900 | 0 | 0 | 1.348 | 25.880 | – 24.532 | 4 |
– Meerjarenprogramma Bodem | 0 | 1.900 | 0 | 0 | 1.348 | 25.880 | – 24.532 | |
– Programma Gebiedsgericht instrumentarium | 283 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
13.04.07 Bekostiging | 0 | 2.320 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Uitvoering Klimaatadaptatie | 0 | 2.320 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
13.05 Eenvoudig Beter | 5.772 | 12.550 | 25.145 | 63.828 | 4.231 | 6.800 | – 2.569 | |
13.05.01 Opdrachten | 3.700 | 4.158 | 10.582 | 38.108 | 743 | 3.400 | – 2.657 | 5 |
– Eenvoudig Beter | 3.511 | 4.019 | 10.582 | 38.108 | 2 | 0 | 2 | |
– OLO 3 | 189 | 139 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
– Overige Opdrachten | 0 | 0 | 0 | 0 | 741 | 3.400 | – 2.659 | |
13.05.02 Subsidies | 0 | 0 | 0 | 9.000 | 0 | 0 | 0 | |
13.05.03 Bijdragen aan agentschappen | 2.072 | 8.392 | 14.563 | 16.720 | 3.488 | 3.400 | 88 | |
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 2.072 | 8.392 | 14.563 | 16.720 | 3.488 | 3.400 | 88 | |
Ontvangsten | 2.901 | 6.371 | 23.057 | 12.248 | 809 | 0 | 809 | 6 |
Financiële Toelichting
Onderstaand wordt op het niveau van financieel instrument een toelichting gegeven op de verschillen (de mutaties) tussen de begroting en de realisatie, zie voor de gehanteerde norm de toelichting «normering jaarverslag» zoals opgenomen in de leeswijzer.
-
1. De lagere verplichtingenrealisatie van € 26,8 miljoen is ontstaan door de overheveling van de budgetten betreffende omgevingswet naar BZK (€ 24 miljoen) en een lagere realisatie in de opdrachtverlening voor transitiekosten omgevingswet bij I&W (€ 3 miljoen). Tot slot is er een hogere verplichtingenrealisatie bij overige verplichtingen (€ 0,3 miljoen).
-
2. De hogere uitgaven van € 1,3 miljoen wordt veroorzaakt door de overboeking van middelen met betrekking tot beleidsondersteuning, advies en onderzoeksopdrachten voor onder andere de ontwikkeling van kennisinfrastructuur inzake bodembeleid die zijn ondergebracht bij het agentschap Rijkswaterstaat.
-
3. De lagere uitgaven van € 6,4 miljoen is voor een groot gedeelte ontstaan doordat er minder subsidievaststellingsverzoeken zijn ontvangen voor de Bedrijvenregeling.
-
4. De lagere uitgaven van € 24,5 miljoen worden met name veroorzaakt door overboekingen naar het gemeente- en provinciefonds voor de bijdrage IenW aan bodemsanering van in totaal € 28,6 miljoen in 2018. Hiervan is € 15 miljoen toegelicht bij 1e suppletoire begroting en € 13,6 miljoen bij 2e suppletoire begroting. Daarnaast is zoals toegelicht in de 2e suppletoire begroting € 2,5 miljoen budget ontvangen vanuit het budget subsidies Caribisch Nederland, Icoon Afsluitdijk en Eranet.
-
5. De lagere uitgaven van € 2,6 miljoen is ontstaan door de verlaging van het kasbudget bij tweede suppletoire begroting als gevolg van de vertraging bij de implementatie van de omgevingswet.
-
6. De hogere ontvangsten betreft middelen die in het kader van kostenverhaal bodemsanering na vaststelling zijn teruggevorderd (€ 0,8 miljoen).
13.03 Gebiedsontwikkeling
Toelichting op de financiële instrumenten
Op basis van de herverkaveling heeft er een herschikking plaats gevonden tussen artikel 11 en artikel 13 waardoor de subsidie voor het regiecollege Waddengebied (€ 60.000,–) van artikel 13 naar artikel 11 is geboekt. Daarnaast is bij de Voorjaarsnota 2018 de bijdrage voor de subsidie voor het Innovatieprogramma Mobiele Stad (IMS) naar BZK overgeheveld (€ 30.000,–).
13.04 Ruimtegebruik bodem
13.04.01 Opdrachten
Er zijn opdrachten verstrekt voor uitbesteding van beleidsinhoudelijke onderzoek, de uitvoering van het saneringsproject Stormpolderdijk en evaluaties aan derden op het gebied van: Bodem, BES-eilanden, Drinkwater commissie van deskundigen, Milieueffectrapportage en NEN-regelgeving (Nederlands Normalisatie Instituut) voor drinkwater, bodem, zwemwater.
13.04.02 Subsidies
Bedrijvenregeling
Op grond van de Wet bodembescherming en het Besluit financiële bepalingen bodemsanering zijn subsidies ten behoeve van saneringsmaatregelen van bedrijven vastgelegd. Jaarlijks kunnen bedrijven via lokale overheden verzoeken tot subsidievaststelling indienen.
Caribisch Nederland
Dit betrof subsidiebijdragen voor het op orde brengen van de drinkwaterkwantiteit en -kwaliteit in Saba, Sint Eustatius en Bonaire, alsmede voor het verbeteren van het afvalwaterbeheer op Bonaire van € 5 miljoen.
13.04.03 Bijdragen aan agentschappen
Dit betreft een bijdrage aan het agentschap RWS voor een opdracht aan de Uitvoeringsorganisatie bodem en ondergrond bij RWS/WVL. Concreet gaat het hierbij om het verrichten van uitvoerende wettelijke taken op grond van de Wet bodembescherming en ondersteuning van de beleidsontwikkeling op het gebied van bodem en ondergrond en ondersteuning bij de afspraken van het bodemconvenant 2016–2020.
13.04.04 Bijdragen aan medeoverheden
Meerjarenprogramma bodem
Het bodembeleid voor de periode 2016–2020 is opgenomen in het Convenant Bodem en Ondergrond 2016–2020 (stcrt. 2015, 14854). Dit convenant is ondertekend door het Rijk, het IPO, de VNG en de Unie van Waterschappen. Dit convenant vormde de basis voor de verstrekte bijdrage aan de andere overheden voor de financiering van de uitvoering van het convenant, inclusief de aanpak van verontreinigingen. Tevens vond de betaling van eerdere toezeggingen voor de aanpak van enkele specifieke verontreinigingen plaats. Dit betrof onder andere de rijksbijdrage aan Stormpolderdijk Krimpen a/d IJssel, PFAS Dordrecht, gebiedsgerichte aanpak Rotterdam, Vetgas Amersfoort en Petroleumhaven Amsterdam.
Extracomptabele verwijzingen
2018 | ||
---|---|---|
Bijdrage uit artikel 26 van Hoofdstuk XII aan artikelonderdeel 18.16 Reservering Omgevingswet van het Infrastructuurfonds | 0 | |
Andere ontvangsten van artikelonderdeel 18.16 Reservering Omgevingswet | ||
Totale uitgaven op artikelonderdeel 18.16 Reservering Omgevingswet | 0 | |
waarvan | ||
18.16 | Reservering Omgevingswet | 0 |