Een goede kwaliteit van de leefomgeving. Het beleid is gericht op de realisatie van een veilige en gezonde woon- en leefomgeving en een efficiënt gebruik van onze ruimte, nu en in de toekomst. Daarbij werkt het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) aan een stelsel van omgevingsrecht, waarmee overheden, burgers en bedrijven gezamenlijk kunnen werken aan een duurzaam en doelmatig beheer en ontwikkeling van de leefomgeving. Het kader wordt hiervoor gevormd door de nieuwe omgevingsvisie.
Het huidige rijksbeleid voor ruimtelijke ordening is beschreven in de in 2012 vastgestelde Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) (Kamerstukken II 2011/12, 32660, nr. 50). De nieuwe Nationale Omgevingsvisie (NOVI) is in september 2020 aan de Eerste en Tweede Kamer gestuurd en na bespreking in beide Kamers vastgesteld als geldende Rijkvisie. Deze vormt het kader voor het omgevingsbeleid en de aanpak kenmerkt zich als integraal en gebiedsgericht. Er wordt gewerkt vanuit een richtinggevende visie met duidelijke kaders die gebaseerd zijn op nationale belangen en die ruimte laat voor regionale afwegingen. In deze nieuwe sturingsfilosofie heeft de Minister van BZK zowel een stimulerende als een regisserende rol.
De Minister van BZK is verantwoordelijk voor de stelselherziening omgevingsrecht (Omgevingswet), gericht op een samenhangende benadering van de leefomgeving, eenvoudiger regels voor burgers en bedrijven en betere en snellere besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving. De Minister van BZK is ook verantwoordelijk voor het systeem van ruimtelijke ordening en het stimuleren van (de kwaliteit van) ruimtelijke investeringen.
Regisseren
De Mister van BZK heeft een regisserende rol ten aanzien van het ruimtelijk beleid. Deze rol wordt beïnvloed door de vaststelling van de NOVI, waarmee de SVIR vervalt. Deze rol omvat:
• de minister is systeemverantwoordelijk voor de NOVI, waaronder kennisontwikkeling voor de uitvoering en de monitoring van de NOVI;
• de minister is stelselverantwoordelijk voor de Wet op de Ruimtelijke ordening;
• het zorgdragen voor een gestructureerde afstemming met de regio in de vorm van het Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT), waarin het Rijk en de regio afspraken kunnen maken over afgestemde acties en investeringsbeslissingen;, zoals voor gebiedsontwikkeling in Utrecht
• het – via de omgevingsagenda’s – in kaart brengen van de inhoudelijke samenhang tussen de verschillende onderdelen van het ruimtelijk-fysieke domein (o.a. woningbouw, bereikbaarheid, economie, energie, natuur en waterveiligheid);
• het ontwikkelen van nationale ruimtelijke visies, zoals een visie op de ruimtelijke vertaling voor duurzame energieopwekking, -opslag en -transport in 2050 (bijdrage aan het Klimaatakkoord), een ruimtelijk kader voor datacenters en een visie op verstedelijking en krimp (bijdragen aan de NOVI) en de uitwerking in regionale verstedelijkingstrategieën die samen met de regio's worden opgesteld;
• de inbreng van ontwerp in ruimtelijke projecten en programma’s bij het Ministerie van BZK en het stimuleren van ontwerp bij projecten en programma’s, zowel interdepartementaal als bij andere overheden.
De Minister van BZK heeft een regisserende rol ten aanzien van de geo-informatie in Nederland en heeft in dat kader een systeemverantwoordelijkheid voor de Nationale Geo-informatie-Infrastructuur. De Minister van BZK geeft aan deze verantwoordelijkheid invulling door:
• het opstellen, onderhouden en coördineren van nationale en Europese kaders en wet- en regelgeving ten aanzien van interbestuurlijke geo-informatie en de bijbehorende informatievoorziening;
• het vertalen en implementeren van relevante Europese beleidskaders;
• het stimuleren van de samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en wetenschap in het kader van de toekomstvisie GeoSamen;
• het initieel ontwikkelen van de Basisregistratie Ondergrond (BRO);
• het zorgen voor een toekomstvaste exploitatie van de geo-basisregistraties en basisvoorzieningen en de verdere doorontwikkeling van deze geo-informatie-infrastructuur in het kader van de ontwikkelvisie Doorontwikkeling in Samenhang.
De Minister van BZK heeft een regisserende rol in het kader van de stelselherziening omgevingsrecht. Deze omvat:
– het invoeren van het stelsel van Omgevingswet, samen met bestuurlijke partners, collega bewindspersonen en andere belanghebbenden;
– faciliteren van experimenten vooruitlopend op de Omgevingswet via de Crisis- en Herstelwet;
– de implementatie van het nieuwe stelsel via het implementatieprogramma Aan de slag met de Omgevingswet met een interbestuurlijk opdrachtgeverschap van Rijk, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Interprovinciaal Overleg (IPO) en Unie van Waterschappen (UvW);
– het ondersteunen van burgers, bedrijven en overheden bij de stelselherziening door het vergroten van kennis over het leren werken met de nieuwe wet- en regelgeving;
– het implementeren, uitbouwen en in beheer nemen van een landelijke voorziening in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV) die de uitvoeringsprocessen van de Omgevingswet ondersteunt.
Nationale Omgevingswet
In september 2020 is de NOVI afgerond en na behandeling in de Eerste en Tweede Kamer is deze vastgesteld (stcrt 2020, 48104). Hiermee is de NOVI de geldende Rijksvisie, die richting geeft op inrichting van de fysieke leefomgeving. Samen met de NOVI is de uitvoeringsagenda gepubliceerd. Deze geeft handelingsperspectief over hoe de ambities in de NOVI uitgevoerd kunnen worden, bijvoorbeeld via Omgevingsagenda’s, NOVI-gebieden, verstedelijkingsstrategieën, (nationale) programma’s, wetgeving of financiële instrumenten.
Met de omgevingsagenda’s is in 2020 een vliegende start gemaakt. Zo is in juni 2020 een eerste pilot omgevingsagenda Oost-Nederland afgerond en is in andere landsdelen gewerkt aan de doorontwikkeling van omgevingsagenda’s en zijn bestuurlijke afspraken gemaakt over prioritering of verbinding van bestaande gebiedsprogramma’s en nieuwe gezamenlijke opgaven geagendeerd.
Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO)
Samen met de bestuurlijke partners is voor de zomer 2020, besloten de inwerkingtreding van de Omgevingswet uit te stellen naar 1 januari 2022. Er werd voorzien dat meer tijd nodig was voor de wetgeving en voor de afronding en implementatie van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) op het vereiste niveau voor inwerkingtreding. Daarbij hebben ook alle onzekerheden ten gevolge van de coronapandemie een rol gespeeld, met name ook de druk die deze pandemie heeft gelegd op alle betrokken organisaties.
In 2020 is goede voortgang geboekt met de afronding van de regelgeving. Alle wetgeving is zo goed als gepubliceerd en zal in 2021 ontsloten worden in het DSO. De nieuwe geconsolideerde versies van de Omgevingswet zijn gepubliceerd op de website van Aan de Slag, inclusief invoerings- en aanvullingssporen en de andere wijzigingen die in 2020 zijn gepubliceerd.
Met het jaar uitstel is er een vol jaar extra oefentijd voor alle overheden met het DSO. Eind 2020 is 86% van de bevoegd gezagen al aangesloten op het DSO of ingepland om dat te doen (Kamerstukken II 2020/21, 33118, nr. 158). Met de overigen is contact om hen ook zover te brengen. De overgang van ontwikkeling naar implementatie en vervolgens naar inwerkingtreding wordt ondersteund met een ‘roadmap’: Route 2022 (Route 2022: mijlpalen op weg naar 1 januari 2022 - Aan de slag met de Omgevingswet). Dit, samen met de bestuurlijke partners, ontwikkelde instrument geeft richting 1 januari 2022 het houvast dat iedere overheid nodig heeft ten aanzien van de route, het beschikbare instrumentarium en de mijlpalen.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2020 | 2020 | |
Verplichtingen | 0 | 0 | 113.283 | 113.294 | 125.718 | 122.524 | 3.194 |
Uitgaven | 0 | 0 | 107.456 | 123.230 | 124.673 | 124.755 | ‒ 82 |
5.1 Ruimtelijke ordening | 0 | 0 | 49.240 | 58.422 | 60.342 | 65.788 | ‒ 5.446 |
Subsidies (regelingen) | |||||||
Programma Ruimtelijk Ontwerp | 0 | 0 | 1.365 | 1.615 | 815 | 1.233 | ‒ 418 |
Basisregistraties | 0 | 0 | 680 | 830 | 810 | 380 | 430 |
Gebiedsontwikkeling | 0 | 0 | 6 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) | 0 | 0 | 160 | 666 | 246 | 0 | 246 |
Basisregistraties Ondergrond (BRO) | 0 | 0 | 0 | 45 | 38 | 0 | 38 |
Opdrachten | |||||||
Basisregistratie Ondergrond (BRO) | 0 | 0 | 2.014 | 845 | 1.470 | 1.369 | 101 |
Gebiedsontwikkeling | 0 | 0 | 436 | 538 | 1.079 | 1.461 | ‒ 382 |
Nationale Omgevingsvisie | 0 | 0 | 388 | 960 | 0 | 0 | 0 |
Programma Ruimtelijk Ontwerp1 | 0 | 0 | 1.232 | 1.300 | 2.093 | 2.241 | ‒ 148 |
Geo-informatie | 0 | 0 | 227 | 97 | 50 | 0 | 50 |
Ruimtegebruik bodem (diversen) | 0 | 0 | 17 | 77 | 4 | 265 | ‒ 261 |
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) | 0 | 0 | 821 | 598 | 1.621 | 2.108 | ‒ 487 |
Windenergie op zee | 0 | 0 | 36 | 0 | 0 | 280 | ‒ 280 |
Uitvoering ruimtelijk beleid | 0 | 0 | 16 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan zbo’s/rwt’s | |||||||
Kadaster (basisregistraties) | 0 | 0 | 22.959 | 28.748 | 26.435 | 26.361 | 74 |
Geo-informatie | 0 | 0 | 2.982 | 3.626 | 4.543 | 2.622 | 1.921 |
Basisregistratie Ondergrond (BRO) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8.443 | ‒ 8.443 |
Diverse bijdragen | 0 | 0 | 2.710 | 4.805 | 3.246 | 280 | 2.966 |
Bijdrage aan medeoverheden | |||||||
Projecten Nota Ruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.789 | ‒ 5.789 |
Gemeenten2 | 0 | 0 | 2.550 | 2.550 | 2.550 | 3.521 | ‒ 971 |
Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.194 | 188 | 5.006 |
Diverse bijdragen | 0 | 0 | 167 | 110 | 89 | 0 | 89 |
Gebiedsontwikkeling | 0 | 0 | 0 | 109 | 28 | 0 | 28 |
Nationale omgevingsvisie | 0 | 0 | 0 | 102 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan agentschappen | |||||||
RVB | 0 | 0 | 3.026 | 3.964 | 3.172 | 2.413 | 759 |
RIVM | 0 | 0 | 0 | 100 | 157 | 0 | 157 |
RWS (leefomgeving) | 0 | 0 | 7.448 | 6.437 | 6.211 | 6.384 | ‒ 173 |
Basisregistratie Ondergrond (BRO) | 0 | 0 | 0 | 300 | 491 | 450 | 41 |
5.2 Omgevingswet | 0 | 0 | 58.216 | 64.808 | 64.331 | 58.967 | 5.364 |
Subsidies (regelingen) | |||||||
Eenvoudig Beter | 0 | 0 | 5.000 | 2.367 | 2.713 | 0 | 2.713 |
Opdrachten | |||||||
Eenvoudig Beter | 0 | 0 | 665 | 535 | 862 | 840 | 22 |
Aan de Slag | 0 | 0 | 2.217 | 1.519 | 1.499 | 34.366 | ‒ 32.867 |
Bijdrage aan zbo’s/rwt’s | |||||||
Kadaster | 0 | 0 | 9.652 | 22.381 | 26.465 | 19.053 | 7.412 |
Geonovum | 0 | 0 | 3.029 | 5.193 | 3.376 | 500 | 2.876 |
ICTU | 0 | 0 | 878 | 521 | 812 | 0 | 812 |
Aan de Slag | 0 | 0 | 0 | 1.009 | 833 | 0 | 833 |
Diverse bijdragen | 0 | 0 | 0 | 0 | 415 | 0 | 415 |
Bijdrage aan medeoverheden | |||||||
Aan de slag | 0 | 0 | 1.570 | 958 | 0 | 0 | 0 |
Eenvoudig Beter | 0 | 0 | 0 | 87 | 266 | 0 | 266 |
Bijdrage aan agentschappen | |||||||
Aan de Slag | 0 | 0 | 33.558 | 28.127 | 23.297 | 3.608 | 19.689 |
RIVM | 0 | 0 | 642 | 201 | 0 | 0 | 0 |
RWS (Eenvoudig Beter) | 0 | 0 | 990 | 1.910 | 2.910 | 600 | 2.310 |
Diverse agentschappen | 0 | 0 | 0 | 0 | 883 | 0 | 883 |
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken | |||||||
Aan de Slag | 0 | 0 | 15 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 11.065 | 16.740 | 14.216 | 3.824 | 10.392 |
Uitgaven
5.1 Ruimtelijke ordening
Subsidies (regelingen)
Programma Ruimtelijk Ontwerp
Een deel van het budget van de Actieagenda Ruimtelijke Ontwerp 2017-2020 is vastgelegd in meerjarige subsidies met de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam, het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, Architectuur Lokaal, de Academies van Bouwkunst en de TU Delft (leerstoel + netwerkprogramma met WUR en TU Eindhoven). Met deze programma’s sluit de Actieagenda direct aan op ontwikkelingen en concrete activiteiten in de praktijk en in het onderwijs. De subsidies zijn bedoeld om ontwerpend onderzoek in te zetten bij lokale en regionale transitie- en transformatie vraagstukken in de fysieke leefomgeving. De ervaringen uit deze projecten worden gedeeld op digitale platforms, handreikingen en masterclasses.
Basisregistraties
De subsidies voor Basisregistraties zijn verstrekt aan het Samenwerkingsverband Bronhouders Basisregistratie Grootschalige Topogratfie (SVB-BGT) voor het uitvoeren van de werkzaamheden, die zijn uitgevoerd in het kader van de tweede tranche van de BGT transitie en de kwaliteitszorg voor de BGT.
De eerste tranche betrof de aansluiting van alle bronhouders (overheidspartijen die de inhoud van de BGT leveren) op de landelijke voorziening van de BGT en het realiseren van de initiële vulling op basis van het kaartmateriaal dat al beschikbaar was vóór de BGT. Na deze tranche kon de oude productieomgeving worden afgesloten en alle bijhouding (actualisering) plaatsvinden in de systemen van de BGT. Deze eerste tranche is afgerond in 2017 en vanaf dat moment was er een landsdekkende BGT. De tweede tranche van de transitie betrof het toevoegen van de informatie die vóór de BGT niet beschikbaar was. Deze tranche ging dus om het compleet maken van de inhoud en het voldoen aan de kwaliteitseisen.
Daarnaast ging het om een jaarlijkse subsidie aan Geonovum voor het basisprogramma. Dit basisprogramma is gericht op generieke ontwikkeling van standaarden en op verkenningen ten aanzien van innovatie.
Verder is er in 2020, als onderdeel van een vierjarige projectsubsidie (2017-2020), een subsidie aan de Stichting Geofort toegekend. Het doel is het vergroten van kennis, inzicht en bewustwording van het belang van de geo-informatie bij het publiek. Met behulp van de financiering heeft Geofort ook in 2020 diverse nieuwe lesmodules en workshops kunnen ontwikkelen waarbij jongeren met ruimtelijke vraagstukken aan de slag gaan. Voor de subsidies aan het SVB-BGT en Geofort is bij eerste supplementaire begroting gerealloceerd vanuit het instrument «bijdrage aan zbo/rwt».
Ruimtelijk instrumentarium (diversen)
In 2020 zijn diverse subsidies verstrekt zoals een subsidie aan de Nationale dialoog voor de bouwcultuur: een dialoog over landschapsinclusieve ontwikkelingen en ruimtelijke kwaliteit. Een subsidie aan de Natuurverdubbelaar voor een onderzoek naar de succesfactoren en hiaten in de ontwikkeling van Tiny Houses in combinatie met nieuwe natuur. Bij eerste suppletoire begroting heeft hiervoor een reallocatie plaatsgevonden vanuit het instrument «opdrachten».
Verder is er een bijdrage geleverd aan de startfase van een leerstoel erfgoed en ruimtelijke participatieve planning aan de Wageningen University & Research (WUR) in samenwerking met de gemeente Westerveld.
Basisregistraties Ondergrond (BRO)
De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een subsidie van € 38.115 ontvangen om een impactanalyse en kosten/batenanalyse uit te voeren. Het gaat hierbij om de volgende onderwerpen: het opnemen van gegevens over bodemenergiesystemen en het opnemen van gegevens met betrekking tot PFAS als uitbreiding op het domein Bodemverontreiniging. Voor dit laatste onderwerp geldt dat opname in de BRO alleen plaatsvindt als budget beschikbaar komt en dit zal in dat geval aansluitend aan het huidige programma BRO plaatsvinden.
Opdrachten
Basisregistraties Ondergrond (BRO)
De Basisregistratie Ondergrond (BRO) wordt stap voor stap opgebouwd. Dat gebeurt in vier tranches (stappen). Met iedere stap bevat de BRO steeds meer gegevens en modellen over de ondergrond. De bronhouders leveren deze gegevens per registratieobject aan. De opdrachten voor de BRO stonden in 2020 in het teken van de implementatie van de laatste stappen. De wet basisregistraties ondergrond is op 1 januari 2018 in werking getreden voor de eerste tranche.
De opdrachten die in dit vierde jaar van het programma BRO zijn uitgezet hadden onder meer betrekking op: regeldrukonderzoek, aanvullend onderzoek naar opname bodemverontreiniging in de BRO, Praktijkvoorbeelden op de Noordzee en op land gekoppeld aan de NOVI thema’s energietransitie en woonopgave, Webinars en Praktijkfestival.
Gebiedsontwikkeling
Met de omgevingsagenda’s is een vliegende start gemaakt. In juni 2020 is de pilot omgevingsagenda Oost-Nederland afgerond TK 34.682 nr, 51 en aan de Tweede Kamer gestuurd In de andere landsdelen is in 2020 gewerkt aan de doorontwikkeling van omgevingsagenda’s of bouwstenen daarvan en zijn bestuurlijke afspraken gemaakt over prioritering of verbinding van bestaande gebiedsprogramma’s en nieuwe gezamenlijke opgaven geagendeerd. Gezamenlijke agendasetting met andere overheden (zowel interbestuurlijk als interdepartementaal) geeft handelingsperspectief om tot realisatie te komen van complexe vraagstukken in de leefomgeving die om samenhang en samenwerking vragen.
Ook zijn er opdrachten verstrekt voor de gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s en de adaptieve ontwikkelstrategieën van regio’s in het kader van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT).
Programma Ruimtelijk Ontwerp
Met de Actieagenda Ruimtelijk Ontwerp 2017-2020 hebben de Ministeries van BZK en Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) hun inzet meerjarig bepaald. Het doel is de kracht van ontwerpend onderzoek bij urgente maatschappelijke vraagstukken effectief in te zetten, onder meer bij het opstellen van omgevingsvisies en –plannen. In 2020 is het budget ingezet voor het "O-team", ter ondersteuning van ontwerp bij medeoverheden. Daarnaast zijn middelen ingezet voor het programma "Atelier X", waarmee ontwerpend onderzoek is ingezet op de thema’s energietransitie, mobiliteitstransitie en verstedelijking, zeespiegelstijging, klimaatadaptatie en een integrale aanpak van transities op wijkniveau. De resultaten zijn benut bij het opzetten van de City Deal Openbare Ruimte, waarbij een brede betrokkenheid is van departementen en gemeenten. Het werkbudget van het College van Rijksadviseurs en het budget voor organiseren van de Rijksprijs Gouden Piramide waren op deze regeling begroot, maar zijn bij tweede suppletoire begroting 2020 gerealloceerd naar het instrument «bijdrage aan agentschappen» om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.
Tot slot is in 2020 door de Ministeries van BZK en OCW het nieuwe Actieprogramma Ruimtelijk Ontwerp 2021-2024 opgesteld, waarmee de meerjarige inzet van ontwerp voor maatschappelijke vraagstukken voor de komende periode is vastgelegd.
Geo-informatie
Dit betreft voornamelijk uitgaven voor het opstellen van een controleprotocol voor een audit voor de basisregistratie grootschalige topografie.
Ruimtegebruik bodem (diversen)
Op dit budget is zeer beperkt geld uitgegeven. Bij tweede suppletoire is het budget gerealloceerd naar diverse andere instrumenten.
Ruimtelijk instrumentarium (diversen)
De middelen ten aanzien van monitoring zijn in 2020 ingezet ten behoeve van de nulmeting van de Monitor NOVI. Deze nulmeting is het najaar van 2020 gepubliceerd en aan de Tweede kamer toegezonden (Kamerstukken II 2020/21, 34682 nr. 54). Op evaluatiegebied heeft in 2020 een beleidsdoorlichting van artikel 5 «Ruimtelijke ordening» van de BZK begroting plaatsgevonden. Deze is in november 2020 aan de Tweede Kamer aangeboden, inclusief een evaluatie van investeringsprojecten gebiedsontwikkeling (Kamerstukken II 2020/21, 30985, nr. 46).
Er zijn meerdere opdrachten verstrekt voor de ontwikkeling van de NOVI en de uitvoering van de NOVI. Voor de ontwikkeling van de NOVI betreft het met name kennisvergaring, de organisatie van het maatschappelijk debat en communicatie rondom onder andere de publicatie rondom de NOVI. Voor de uitvoering van de NOVI zijn middelen verstrekt rondom het opzetten van de Omgevingsagenda’s, de start van maken van plannen van aanpak van de NOVI-gebieden en zijn bijdragen gedaan aan het maken van verstedelijkingsstrategieën. Ook is de opdracht verstrekt voor de organisatie van de jaarlijks terugkerende NOVI-conferentie.
Veder zijn er inzake de veranderopgave voor BZK voor het werken met de Omgevingswet diverse onderzoeken gerealiseerd. Het werkproces rondom de vergunningverlening en aansluiting op het DSO is in beeld gebracht en uitgevoerd. Daarnaast zijn kennisproducten voor het Ministerie van BZK ontwikkeld. Tevens is er een opleidingsmodule voor beleidsmedewerkers binnen BZK ontwikkeld en georganiseerd.
Voor het Programma Ons Landschap is een strategische verkenning Ruimte voor Biobased Bouwen vertrekt. Een verdiepend onderzoek naar value- en businesscases, het ontwikkelen van een rekentool voor berekenen van maatschappelijk en economisch rendement bij de teelt van biobased producten in een aantrekkelijk landschap. Ten bate van de landschapsbiografie Groene Hart zijn kaarten en beelden van het Groene Hart ontwikkeld. En er is een voorstudie gedaan Energie 2020; een verkenning naar mogelijkheden in het Groene Hart in kader van de Regionale Energie Strategie (RES).
Bij eerste suppletoire begroting is € 0,3 mln. gerealloceerd naar het instrument «subsidies» voor dezelfde regeling.
Windenergie op zee
Bij tweede suppletoire begroting is het volledige budget gerealloceerd naar diverse andere instrumenten.
Bijdrage aan zbo's/rwt's
Kadaster (Basisregistraties)
Dit betreft de jaarlijkse bijdrage aan het Kadaster voor het beheer en ontwikkeling van de Geo-Basisregistraties en een aantal infrastructurele voorzieningen op het gebied van Geo-Informatie. Dit gebeurt in het kader van meerjarige afspraken over de inzet van deze middelen in het kader van de doorontwikkeling in samenhang van de Geo-Basisregistraties.
Geo-informatie
Het gaat hier om de bijdragen aan Geonovum en ICTU in het kader van de doorontwikkeling van de Geo-Basisregistraties en aan Geonovum voor de Europese richtlijn Inspire en Geo-Samen. Ook heeft het CBS nog een bijdrage ontvangen voor een kwaliteitsmeting van het stelsel van basisregistraties. Bij eerste suppletoire begroting 2020 is er binnen het instrument gerealloceerd voor de inzet van Geonovum voor de BRO. Voor de bijdrage aan de ICTU is eveneens binnen het instrument gerealloceerd, maar dan bij Miljoenennota 2021.
Diverse bijdragen
De Basisregistratie Ondergrond (BRO) wordt stap voor stap opgebouwd. Dat gebeurt in vier tranches. Het betreft een bijdrage een bijdrage aan ICTU voor het programmanagement en de ondersteuning van de implementatie en de overdracht van het bronhouderportaal aan TNO. Tevens heeft het Kadaster een bijdrage ontvangen voor de ontsluiting van de BRO-data via de website Publieke Dienstverlening op de Kaart (PDOK).
Bijdrage aan medeoverheden
Projecten Nota Ruimte
Bij eerste suppletoire begroting 2020 zijn middelen binnen het instrument herschikt vanuit de regeling Nota Ruimte naar projecten ruimtelijke kwaliteit ten behoeve van het project Stadshavens Rotterdam.
Gemeenten
Het betreft hier uitgaven voor het programma Bestaand Rotterdams Gebied (BRG). Het programma BRG maakt onderdeel uit van het project Mainportontwikkeling Rotterdam. Dit project kent een dubbel doelstelling. Enerzijds het ontwikkelen van de Rotterdamse haven anderzijds te zorgen voor een verbetering van het woon- en leefklimaat. Het BRG-programma omvat projecten die hieraan bijdragen: intensiveringsprojecten (reeds in 2009 afgerond) en leefbaarheidsprojecten. In 2020 heeft er met betrekking tot deze leefbaarheidsprojecten een jaarlijkse bijdrage plaatsgevonden. De realisatie van de leefbaarheidsprojecten loopt door tot 2021.
Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit
Bij eerste suppletoire begroting 2020 zijn middelen binnen het instrument herschikt vanuit de regeling Nota Ruimte naar projecten Ruimtelijke kwaliteit. In 2020 heeft de eindafrekening van het project Stadshavens Rotterdam plaats gevonden. Dit project was gericht op het ontwikkelen een aantal deelgebieden (kwaliteitsdragers) in het gebied rondom de Merwe- Vierhavens. om de mogelijkheden in het vrijkomende gebied te stimuleren. Dit gebied kwam vrij na de verplaatsing van een deel van de havenactiviteiten uit Rotterdam naar de Maasvlakte 2. Met deze uitbreiding van de Rotterdamse haven nam de beschikbare ruimte voor bedrijven aanzienlijk toe.
Tevens zijn heeft een eindafrekening van het programma Integrale Ontwikkeling tussen Delft en Schiedam (IODS) plaats gehad. IODS is een gebiedsgericht programma waarmee gelijk met de aanleg van de A4 Delft - Schiedam ook werd geïnvesteerd in de kwaliteit van Midden-Delfland en het stedelijk gebied tussen Schiedam en Vlaardingen. Naast extra natuur zijn komen er tal van recreatieve voorzieningen aangelegd, en verspreid liggende kassen gesaneerd en heeft de melkveehouderij impulsen voor een duurzame, economisch gezonde bedrijfsvoering gekregen. De resterende middelen zijn bij tweede suppletoire begroting herschikt.
Diverse bijdragen
Het Ministerie van IenW heeft in 2020 een bijdrage ontvangen voor het beheer van het ICT-systeem voor ruimtelijke ordening. Bij tweede suppletoire begroting is hiervoor budget gerealloceerd.
Gebiedsontwikkeling
Voor het opstellen van een verstedelijkingsstrategie Metropoolregio Amsterdam heeft de gemeente Amsterdam een bijdrage ontvangen. Hiervoor heeft bij de tweede suppletoire begroting een reallocatie plaats gevonden.
Bijdrage aan agentschappen
RVB
Het RVB heeft een bijdrage ontvangen voor het College van Rijksadviseurs 2016-2020. Dit college heeft in haar laatste jaar een groot aantal adviezen en publicaties uitgebracht gericht op de ruimtelijke aspecten van urgente maatschappelijke opgaven en Rijksbelangen. Eind 2020 is een nieuw College van Rijksadviseurs gestart. Daarnaast heeft het RVB nog een bijdrage voor de Rijksprijs de Gouden Pyramide ontvangen. Voor het college van Rijksadsviseurs en de Gouden Pyramide heeft bij tweede suppletoire begroting een reallocatie plaatsgevonden.
Ook heeft het RVB een bijdrage ontvangen in het kader van het versterken van de maatschappelijke meerwaarde van rijksvastgoed. Het doel is om met gebiedsverkenningen en gebiedsprojecten kennis te verbreden en aansprekende, innovatieve werkwijzen te ontwikkelen die het maatschappelijk rendement van inzet van het rijksvastgoed vergroten.
RIVM
Dit betreft de gezamenlijke opdracht vanuit artikel 5.1 en 5.2 aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) voor een onderzoek naar de mogelijkheden om informatie over de fysieke leefomgeving in het DSO te borgen. Het onderzoek gaat in op informatie over magneetvelden als gevolg van hoogspanningslijnen, het in stand houden van het Expertisenetwerk Windenergie en de kwaliteit van het DSO. Hiervoor heeft bij de eerste en tweede suppletoire begroting een reallocatie plaats gevonden.
RWS (Leefomgeving)
Rijkswaterstaat (RWS) heeft een bijdrage ontvangen voor diverse activiteiten die het verricht in het ruimtelijk domein. Zo heeft RWS een jaarlijkse bijdrage ontvangen voor het beheer en onderhoud van het systeem Omgevingsloket-online (OLO). Het OLO is de digitale voorziening waarin aanvragen om omgevingsvergunningen en meldingen kunnen worden gedaan. Daarnaast verricht Rijkswaterstaat diverse beleidsondersteunende en adviserende activiteiten (BOA) voor het Ministerie van BZK in het kader van de verstrekte bijdrage.
Basisregistratie Ondergrond (BRO)
RWS heeft in 2020 een bijdrage van € 450.000 ontvangen voor ondersteuning van de implementatie van de BRO. Daarnaast heeft Logius een bijdrage ontvangen voor de ICT-dienstverlening voor het programma.
5.2 Omgevingswet
Subsidies (regelingen)
Eenvoudig Beter
De VNG en de Unie van Waterschappen (UvW) ontvangen subsidie om hun achterban te kunnen faciliteren bij het implementeren van en het werken met de Omgevingswet, om zo de invoering van de Omgevingswet tot een succes te maken.
Het uitstel van inwerkingtreding Omgevingswet brengt voor de Koepels extra kosten voor de invoeringsondersteuning met zich mee. Daarom is aan de VNG een nieuwe subsidie verstrekt voor de kosten voor invoerings- en implementatiekosten, die het jaar uitstel met zicht meebrengt. En is in 2020 de stimuleringssubsidie aan de VNG verlengd tot 31-12-2022. De subsidie voor UvW is in 2020 afgerond en vastgesteld.
Opdrachten
Eenvoudig Beter
Het betreft een aantal kleinere opdrachten, waaronder onderzoeksopdrachten en advisering over het fysieke domein. Deze opdrachten hebben bijgedragen aan de producten die zijn opgeleverd of nog worden opgeleverd binnen het stelsel van Omgevingswet. Er zijn diverse opdrachten verstrekt voor het onderzoeken van de financiele effecten van de Omgevingswet voor de medeoverheden. Het verschil tussen de begroting en de realisatie komt voort uit een aanpassing van instrumentkeuze en middelen zijn daarom overgeboekt van het instrument opdracht naar het instrument bijdragen aan medeoverheden
Aan de Slag
Het betreft opdrachten aan marktpartijen voor activiteiten zoals onderzoeken, adviezen en communicatiemiddelen en -producten. Ook in 2020 zijn er weer vele bijeenkomsten voor diverse doelgroepen, zoals communicatieadviseurs, beleidsmedewerkers, softwareleveranciers, georganiseerd ter voorbereiding op het leren werken met de Omgevingswet. Vanwege de coronamaatregelen vonden deze vooral digitaal plaats.
De extra beschikbaar gestelde middelen voor de ontwikkeling van fase 1 van het DSO zijn in eerste instantie toegevoegd aan het opdrachtenbudget. Per eerste suppletoire begroting 2020 zijn de middelen gerealloceerd naar de verschillende instrumenten.
Bijdrage aan zbo's/rwt's
Kadaster
Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die het Kadaster uitvoert in het kader van de afbouw, ontwikkeling, implementatie en de voorbereiding van het beheer van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Dit gebeurt in samenwerking met de ontwikkelpartners, Rijkswaterstaat, KOOP en Geonovum. Elke ontwikkelpartner zet daarvoor expertise in.
Geonovum
Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die Geonovum uitvoert in het kader van de ontwikkeling, implementatie en het in beheer nemen van het DSO.
ICTU
Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die ICTU uitvoert in het kader van de monitor op de implementatie van het DSO. Hiermee wordt beoogd te monitoren in hoeverre betrokken partijen en organisaties gesteld staan om te kunnen werken met het DSO
Aan de Slag
Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die organisaties, zoals VNG, IPO en Unie van Waterschappen, uitvoeren in het kader van de ontwikkeling van het DSO en het leveren van invoeringsondersteuning voor de stelselwijziging.
Diverse bijdragen
Er zijn diverse opdrachten verstrekt aan IPO en VNG voor diverse onderzoeken naar de financiele effecten van de Omgevingswet voor de medeoverheden.
Bijdrage aan medeoverheden
Eenvoudig Beter
De Stichting Bureau Commissie voor Milieurapportage, het UvW en de VNG hebben bijdragen ontvangen voor pilots over de werking van de milieueffectrapportage (MER) en Geometrische begrenzing. Tevens hebben VNG en het Interprovinciaal Overleg (IPO) bijdragen ontvangen voor een aantal onderzoeken met als doel de financiële effecten van de Omgevingswet voor de medeoverheden te onderzoeken.
Bijdrage aan agentschappen
Aan de Slag
Het betreft hier bijdragen aan verschillende agentschappen. RWS voert activiteiten uit in het kader van de ontwikkeling van het DSO, de ontwikkeling van het Informatiepunt en het leveren van invoeringsondersteuning voor de stelselwijziging. Samen met ontwikkelpartner RWS werkt het Ministerie van BZK aan de ontwikkeling en implementatie van het DSO.
KOOP is als ketenpartner verantwoordelijk voor het beheer en exploitatie van het bronhouderskoppelvlak LVBB en de STOP standaard van het DSO.
Via EC O&P/Bureau Gateway zijn twee reviews uitgevoerd naar de aspecten cultuur, samenwerking en personeel binnen het DSO. In de tweede Gateway Review (Kamerstukken II 2020/21, 33118, nr. 158) lag het accent op de implementatie van DSO-LV bij gemeenten, provincies, waterschappen en het rijk.
RWS (Eenvoudig Beter)
Voor ondersteuning bij de invoering van het stelsel van de Omgevingswet ontvangt RWS een bijdrage. Inzet van deze expertise is een continuering van hetgeen gebruikelijk was bij het Ministerie van IenW. Er zijn in 2020 diverse opdrachten verleend aan RWS voor het digitaliseren van de regelgeving.
Diverse agentschappen
Aan KOOP zijn diverse opdrachten verleend voor het digitaliseren e
Ontvangsten
Ruimtelijke ordening
Voor de basisregistraties is de jaarlijkse bijdrage van de UvW van € 3,8 mln. ontvangen. Tevens heeft de afrekening met Rijkswaterstaat over 2018 en 2019 voor beleidsondersteunend advies plaats gevonden en ook over een opdracht in het kader van het dossier windenergie op zee. Dit heeft geleid tot een ontvangst van € 1,4 mln. Ook met Geonovum heeft een afrekening over 2019 plaatsgevonden, dit heeft geleid tot een ontvangst van € 0,3 mln. Van een aantal gemeenten zijn nog ontvangsten binnen gekomen van in totaal € 0,1 mln.
Omgevingswet
Bij de afrekening over 2019 is een totaalbedrag van € 7 mln. teruggekomen van verschillende ontwikkelpartners als gevolg van onderbesteding/afrekeningen voor doorgeschoven activiteiten in het kader van de ontwikkeling en afbouw van het DSO-LV. Van het Interprovinciaal Overleg (IPO) is een bijdrage van € 1,6 mln. ontvangen voor het Beheer DSO-LV.