Base description which applies to whole site

4.7 Artikel 37: Migratie

Deze afbeelding bestaat uit een circel met daarin een onderscheid naar de uitgaven op dit artikel en de overige uitgaven op de JenV-begroting. Dit is gebaseerd op de uitgaven zoals deze zijn opgenomen in onderdeel C.8 (Departementale Verantwoordingsstaat). Naast de circel is een staaf opgenomen waarbij de uitgaven op dit artikel nader zijn verdeeld naar de artikelonderdelen. Dit is gebaseerd op de uitgaven zoals zijn opgenomen bij onderdeel D van dit hoofdstuk (tabel Budgettaire gevolgen van beleid).

Een op maatschappelijk verantwoorde wijze en in overeenstemming met internationale verplichtingen gereglementeerde en beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit Nederland van vreemdelingen, alsmede verkrijging van het Nederlanderschap of de intrekking daarvan.

De Minister ontwikkelt en geeft uitvoering aan het vreemdelingenbeleid en het beleid op grond van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Hij heeft daarbij:

  • een uitvoerende rol ten aanzien van de opvang van asielzoekers, de afwikkeling van toelatingsprocedures in Nederland en de terugkeer van vreemdelingen uit Nederland;

  • verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Vreemdelingenwet en de Rijkswet op het Nederlanderschap door het geheel aan overheidsorganisaties dat zich (primair) met het vreemdelingen- en nationaliteitsbeleid bezighoudt;

  • verantwoordelijkheid voor de uitvoeringsorganisaties Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V), het zelfstandig bestuursorgaan Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) en voor de centra van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) waar de vreemdelingenbewaring en de grensdetentie ten uitvoer wordt gelegd;

  • een gezagsrelatie met de Koninklijke Marechaussee (Kmar) en de politie voor wat betreft het vreemdelingentoezicht.

Met de onderstaande verrichte inspanningen in 2023 is verder gewerkt aan een op maatschappelijk verantwoorde wijze en in overeenstemming met internationale verplichtingen gereglementeerde en beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit Nederland van vreemdelingen, alsmede verkrijging van het Nederlanderschap of de intrekking daarvan.

Tabel 27 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 37 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde Begroting 2023

Verschil

Art.nr.

Verplichtingen

1.256.020

1.459.838

1.468.265

3.451.582

7.370.474

3.057.218

4.313.256

         
         
 

Programma-uitgaven

1.277.149

1.455.848

1.442.621

3.328.706

7.170.330

4.214.118

2.956.212

37.2

Toegang, toelating en opvang vreemdelingen

       
 

Bijdrage aan Agentschappen

       
 

Immigratie- en Naturalisatiedienst

404.969

507.188

492.398

527.679

774.066

519.310

254.756

 

DJI-Vreemdelingenbewaring

81.559

73.459

73.151

72.556

76.958

72.066

4.892

 

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

       
 

COA

637.789

758.808

744.188

1.576.971

2.549.415

1.136.270

1.413.145

 

Nidos-opvang

91.033

71.361

65.803

111.587

249.847

125.308

124.539

 

Bijdrage aan medeoverheden

       
 

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

0

0

0

935.090

3.221.133

2.121.400

1.099.733

 

Samenwerkingsverbanden asielketen

0

0

0

0

10.978

0

10.978

 

Overige Bijdrage medeoverheden

0

0

0

18.748

18.095

0

18.095

 

Subsidies

       
 

Vluchtelingenwerk Nederland (VWN)

9.552

9.383

10.113

14.264

18.621

11.672

6.949

 

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

0

0

0

26.922

36.367

22.100

14.267

 

Internationale Organisatie voor Migratie

0

0

0

0

2.632

0

2.632

 

Overige Subsidies

4.820

3.825

22.085

1.247

15.993

1.794

14.199

 

Opdrachten

       
 

Programma Keteninformatisering

3.786

4.875

4.824

7.288

9.269

8.729

540

 

Versterking vreemdelingenketen

5.443

8.867

7.352

264

13.064

65.644

‒ 52.580

 

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

0

0

0

14.422

147.709

100.600

47.109

         

37.3

Terugkeer

       
 

Bijdrage aan Agentschappen

       
 

DJI - Dienst Vervoer en Ondersteuning

10.377

6.851

9.308

8.124

7.582

10.511

‒ 2.929

 

Subsidies

       
 

REAN-regeling

5.547

5.547

5.461

4.931

4.931

5.863

‒ 932

 

Overige Subsidies

2.614

1.820

2.172

1.402

2.372

3.171

‒ 799

 

Opdrachten

       
 

Vreemdelingen vertrek

19.660

3.864

5.766

7.211

11.298

9.680

1.618

         
 

Ontvangsten

229.027

67.295

179.212

142.161

46.681

11.181

35.500

Verplichtingen

Zie voor de toelichting op het verschil tussen begroting en realisatie bij de verplichtingen de toelichting bij de verschillende instrumenten onder de programmauitgaven. Daarnaast zijn er met name extra verplichtingen aangegaan voor het Nationaal Programma Oekraiense Vluchtelingen.

Uitgaven

Asielreserve

De asielreserve is bedoeld om fluctuaties in de lastig voorspelbare uitgaven voor (de instroom van) asielzoekers op te vangen.

Tabel 28 Overzicht verloop begrotingsreserve Asiel (x € 1 mln.)

Beginstand 2022

Toevoegingen 2022

Onttrekkingen 2022

Beginstand 2023

Toevoegingen 2023

Onttrekkingen 2023

Eindstand 2023

9,13

0,00

0,00

9,13

0,00

0,00

9,13

De stand van de asielreserve op 31 december 2023 is € 9,13 mln. In 2023 zijn er geen mutaties geweest met betrekking tot de asielreserve.

In de onderstaande tabel zijn de bedragen opgenomen die vanuit de verschillende JenV onderdelen worden toegerekend aan de Official Development Assistance (ODA) in het kader van de eerstejaarsopvang asielzoekers uit DAC-landen, het Development Assistance Committee (DAC) van de OESO stelt deze lijst van landen samen.

Tabel 29 ODA-aandeel in kader van opvangkosten voor asielzoekers (x € 1.000)
 

Realisatie 2023

Begroting 2023

Verschil

Bijdrage COA

918.860

519.058

399.802

Bijdrage Nidos

35.399

13.850

21.549

IND (tolken)

5.600

5.600

0

Rechtsbijstand

56.160

41.440

14.720

Vluchtelingenwerk Nederland

11.672

10.371

1.301

Totaal

1.027.691

590.319

437.372

Door de hogere bezetting bij het COA en hoge instroom en bezetting in 2023 is de toerekening aan ODA ook opgelopen.

Kengetallen vreemdelingenketen

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste kengetallen voor de vreemdelingenketen.

Tabel 30 Kengetallen vreemdelingenketen

Vreemdelingenketen (aantallen)

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Begroting 2023

Asiel

        

Asielinstroom1

35.030

32.230

31.020

19.600

37.020

49.460

50.670

34.800

Overige instroom2

2.580

3.310

3.670

3.690

4.500

4.670

8.690

3.000

Opvang COA

        

Instroom in de opvang

39.190

36.600

36.300

24.030

42.940

54.970

55.980

38.620

Uitstroom uit de opvang

46.090

35.100

31.380

23.260

33.920

40.340

43.690

37.680

Gemiddelde bezetting in de opvang

23.150

21.200

24.670

27.370

29.440

43.550

55.690

42.810

Toegang en Toelating IND

        

Instroom MVV nareis

7.590

6.580

6.130

9.300

13.980

20.390

22.500

10.890

Instroom VVR

40.460

46.750

53.378

42.780

50.400

62.470

65.880

54.500

Instroom TEV

51.410

57.100

61.954

42.780

65.500

82.490

76.070

68.440

Instoom VISA

3.000

2.210

453

330

440

1.000

1.770

2.200

Instroom naturalisatieverzoeken

23.360

26.080

44.400

43.660

59.680

45.090

43.930

38.000

Streefwaarden Terugkeer (ketenbreed)

        

Zelfstandig vertrek (%)

14%

15%

20%

27%

25%

43%

44%

20%

Gedwongen vertrek (%)

29%

28%

26%

21%

28%

15%

23%

30%

Zelfstandig vertrek zonder toezicht (%)

58%

57%

54%

52%

47%

42%

33%

50%

Bronnen: INDIS/INDiGO, Maandrapportage COA, Meerjarenraming Vreemdelingenketen en JenV/KMI+.

1

Tot de asielinstroom behoren de eerste asielaanvragen, relocatie en hervestiging, 2e en opvolgende asielaanvragen en inreis van nareizigers.

2

Dit betreft zij-instroom

Realisatie asielinstroom van 2015 t/m 2023 (aantallen)

Gemiddelde bezetting in de opvang van 2015 t/m 2023 (aantallen)

Asiel

De asielinstroom is in 2023 hoger uitgevallen dan bij de ontwerpbegroting (opgesteld in 2022) werd verwacht, maar ligt in lijn met de realisatie over 2022. Opvallend is de hogere zij-instroom ten opzichte van de realisatie 2022. Dit heeft met name te maken met een administratieve verwerking in de systemen van de IND. De asielaanvragen van de derdelanders Oekraïne die vanaf 4 september 2023 niet meer onder de tijdelijke richtlijn bescherming (RTB) vallen zijn bij de IND geregistreerd onder zij-instroom.

Toegang en Toelating

De instroom van MVV nareis, VRR en VISA is toegenomen ten opzichte van 2022. De stijging bij MVV nareis is gerelateerd aan dat de IND meer productie heeft gerealiseerd, met name door de versnellingsmaatregelen op het afhandelen van eerste asielaanvragen.

Terugkeer

Het percentage gedwongen vertrek is in 2023 toegenomen ten opzichte van 2022. Het realiseren van terugkeer is afhankelijk van meerdere factoren. Zo is de medewerking van de vreemdeling van belang en de bereidheid van landen van herkomst om mee te werken aan terugkeer van hun burgers. De toe- en afname van percentages t.a.v. terugkeer van vreemdelingen kan onder meer worden verklaard door de positieve ontwikkelingen op het gebied van terugkeersamenwerking met enkele belangrijke landen van herkomst en inzet van DT&V op de uitvoering van remigratiebeleid.

37.2 Toegang, toelating en opvang vreemdelingen

Bijdragen agentschappen

Immigratie- en Naturalisatiedienst

De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is verantwoordelijk voor de uitvoering van het vreemdelingenbeleid en het beleid ten aanzien van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Dat houdt in dat de IND alle aanvragen beoordeelt van vreemdelingen die in Nederland willen verblijven of Nederlander willen worden. Het kan gaan om vluchtelingen die niet veilig zijn in eigen land maar ook om mensen die in Nederland willen werken en wonen of zich willen laten naturaliseren tot Nederlander.

De bekostiging van de IND vindt plaats door de bijdrage van het moederdepartement en opbrengsten derden. De bijdrage van het moederdepartement is gebaseerd op de vastgestelde kostprijzen (P), de instroomaantallen (Q) en een lumpsumbekostiging voor de materiële kosten (ICT, huisvesting, staf e.d.). De opbrengsten derden bestaan onder andere uit leges die vreemdelingen betalen voor de diensten van de IND en voor een kleiner gedeelte uit opbrengsten van Europese subsidies.

De basisdienstverlening van IND wordt grotendeels gefinancierd op basis van pxq. Daarnaast wordt een lumpsum bedrag toegekend voor de ondersteunende processen. In de begroting 2023 is uitgegaan van een bijdrage aan de IND van € 550,2 mln. Voor een noodzakelijke toevoeging aan het eigen vermogen is bij de 1e suppletoire begroting € 26,3 miljoen toegekend. Ook zijn op dat moment aanvullende financiële middelen toegekend voor de hogere MPP, het project BAA, een reservering voor te betalen dwangsommen en de werkzaamheden ten behoeve van de ontheemden uit Oekraïne. Deze aanvullende middelen tellen op tot € 201,2 mln. Bij de 2e suppletoire begroting is € 36,2 mln. terug gegeven vanwege onderuitputting waardoor de totale financiering vanuit het departement uitkwam op € 773,2 mln. De totale mutatie ten opzichte van de initiële begroting bedraagt € 223,0 mln.

Onderstaande tabel maakt zichtbaar hoe het budget is verdeeld over de verschillende productgroepen.

Tabel 31 Bekostiging IND (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie 2023

Begroting 2023

Verschil

Productgroep

   

Asiel

291.924

200.388

91.536

Regulier

262.364

202.243

60.121

Naturalisatie

26.536

21.504

5.032

Ketenondersteuning

8.505

9.196

‒ 691

Productie (pxq)

589.329

433.331

155.998

Lumpsum en overige ontvangsten

155.500

131.976

23.524

Specifiek

47.130

8.013

39.117

Totale bekostiging

791.959

573.320

218.639

    

Bijdragen derden

‒ 70.893

‒ 54.000

‒ 16.893

Doelmatigheidskorting

0

0

0

Bijdrage JenV

721.066

519.320

201.746

Voor een verdere onderbouwing van de uitgaven wordt verwezen naar de agentschapsparagraaf van de IND.

In onderstaande tabel staan kengetallen met betrekking tot de doorlooptijd van de vreemdelingenzaken waarop binnen de termijn is besloten.

Tabel 32 Kengetallen IND doorlooptijden: vreemdelingenzaken waarop binnen de wettelijke termijn is besloten
 

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Begroting 2023

        

Asiel

87%

81%

79%

78%

73%

78%

90%

Regulier

83%

86%

88%

91%

86%

83%

95%

Naturalisatie

68%

54%

53%

89%

95%

94%

95%

Bronnen: begroting JenV en realisatiecijfers IND, INDIGO.

Bij een groot deel van het totaal aantal zaken is door de IND binnen de termijn besloten. Bij een groot deel van de asielaanvragen, 22%, is dat niet het geval. Dit komt door de opgelopen achterstanden in de afgelopen jaren, het grillige instroompatroon en de toegenomen complexiteit van de aanvragen. De doorlooptijd van reguliere aanvragen ligt lager dan in 2022, nu 83% en ligt daarmee ook onder de norm van 95%. De doorlooptijd van naturalisatie is ongeveer gelijk ten opzichte van voorgaand jaar.

Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s

Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

Het COA wordt op pxq-basis (prijs maal de gemiddelde bezetting) gefinancierd, aangevuld met noodzakelijke kosten voor (crisis)noodopvang.

In 2023 ontving het COA in totaal een subsidie van € 2,5 mrd. In 2022 bedroeg de ontvangen subsidie nog € 1,53 mrd, inclusief de nabetaling over 2022 van € 36,7 mln.

Voor aanvang 2023 is binnen het budgettaire kader een subsidie van € 1,13 mrd. verstrekt, gebaseerd op een gemiddelde verwachte bezetting van 40.363 personen. In de eerste aanvullende subsidie na voorjaarsnota is dit bedrag opgehoogd naar € 2,39 mrd. op basis van een gemiddelde verwachte bezetting van 58.066 personen, dit is inclusief de bekostiging van (crisis)noodopvang voor een bedrag van € 700 mln.

In het tweede deel van 2023 bleek de gemiddelde bezetting (q) lager dan verwacht en is de prognose hierop aangepast naar een gemiddelde bezetting van 55.139 met een neerwaarts uitwerking op de pxq financiering als gevolg. Daartegenover vielen de kosten van opvang (p) hoger uit ten opzichte van de standaard kostprijsvergoeding, voornamelijk veroorzaakt door de materiële kosten van tijdelijke gemeentelijke opvang (voorheen (crisis)noodopvang) die na 1 juli 2023 nodig was en ook in 2024 nog nodig is. Dit effect is opgenomen in de claim bij najaarsnota resulterend in de tweede aanvullende subsidie voor het COA tot een totaal van € 2.508,3 mln. Op grond van de bekostigingsafspraken tussen JenV en het COA zal, indien nodig, bij de eindafrekening volgens nacalculatie afgerekend worden. De in vergelijking met de begroting hogere materiële kosten als aandeel in de totale kosten van het COA is weergegeven in tabel 34 Bekostiging COA.

Tabel 33 Bekostiging COA

Productgroep

Realisatie 2023

Begroting 2023

Personeel

21%

34%

Materieel en Regelingen

68%

46%

Rente en afschrijving

3%

4%

Gezondheidszorg

8%

16%

Totaal

100%

100%

Tabel 34 Prestatie-indicator Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (in maanden)
 

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Begroting 2023

Gemiddelde opvangduur vergunninghouders na vergunningverlening

5,6

4,4

5,3

4,6

4,6

6,1

3,5

Gemiddelde verblijfsduur opvang op basis van uitstroom

7,9

7,9

14

10

9,6

10,6

9,0

Bron: COA

De gemiddelde opvangduur van vergunninghouders na vergunningverlening is ten opzichte van 2022 fors toegenomen naar ca. 6,1 maanden. Vanwege de aanhouden druk op de opvangcapaciteit is extra ingezet op de uitstroom van vergunninghouders uit de opvang, onder andere door het realiseren van doorstroomlocaties. Ondanks deze inspanningen en de inspanningen van de gemeenten is de taakstelling huisvesting vergunninghouders niet gerealiseerd. De bewoners van het COA verbleven in 2023 gemiddeld ruim 10 maanden in de opvang. Dit betreffen asielzoekers in afwachting van een besluit op hun asielaanvraag door de IND en asielzoekers die reeds een afwijzend of inwilligend besluit van de IND hebben ontvangen en in de respectievelijke terugkeerprocessen of huisvestingsprocessen bevinden. De gemiddelde verblijfsduur is in 2023 fors toegenomen van 9,7 maanden naar 10,6 maanden.

Stichting Nidos

Stichting Nidos is conform het Burgerlijk Wetboek aangewezen als instantie die is belast met de (tijdelijke) voogdij over alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv). In het verlengde daarvan verzorgt Nidos ook de opvang voor een deel van de amv. In beginsel betreft het kinderen die bij aankomst in Nederland jonger dan 15 jaar zijn. Daarnaast vangt Nidos, met de inwerkingtreding van het opvangmodel, amv op die een verblijfsstatus hebben gekregen. Een andere kerntaak van Nidos is om, door middel van de maatregel van ondertoezichtstelling (OTS), de opvoedsituatie te verbeteren van minderjarige vreemdelingen die met hun ouders in Nederland zijn. Tot slot is Nidos vanaf 1 januari 2023 verantwoordelijk voor de verlengde opvang van (ex) amv vanaf 18 jaar, zodat er een doorgaande lijn voor deze doelgroep wordt aangeboden op het gebied van wonen en begeleiding, ter bevordering van de zelfredzaamheid en integratie van de betreffende jongere.

Op basis van de Kaderwet overige JenV-subsidies ontvangt Nidos subsidie voor haar taken. De bijdrage aan Nidos bestaat uit verzorgingskosten, begeleidingskosten en financiering van de verlengde opvang. Deze bijdrage wordt op basis van jaarplannen verstrekt en is voor wat betreft de begeleidingskosten direct gerelateerd aan het aantal pupillen onder de begeleiding van Nidos. De jaarlijkse instroom van amv en de uitstroom naar gemeenten is van invloed op het aantal pupillen onder de begeleiding van Nidos.

Stichting Nidos heeft in 2023 een subsidie van € 255,2 mln. ontvangen voor het uitvoeren van haar taken. Aan het begin van 2023 was € 125,3 mln. beschikbaar op de begroting van JenV. Wegens de aanhoudende hoge instroom van amv had Nidos over 2023 een hoger budget nodig voor de opvang en begeleiding van pupillen en heeft deze ook ontvangen. De totale instroom was 6.330 amv, een hoger antal dan eerder geprognosticeerd. Het aantal pupillen dat Nidos heeft begeleid lag in 2023 gemiddeld op 8.510, het totaal kwam eind  2023 uit op 10.980. Dat is  hoger dan aanvankelijk verwacht en te verklaren vanuit de hogere instroom van amv.

Tabel 35 Kengetal instroom en bezetting AMV’s
 

Realisatie 2023

Begroting 2023

Verschil

Instroom AMV’s

6.330

1.480

4.850

Aantal pupillen onder Nidos begeleiding

8.510

3.528

4.982

Tabel 36 Kosten AMV's (bedragen * € 1)
 

Realisatie 2023

Begroting 2023

Verschil

Begeleidingskosten per AMV

€ 9.059

8.698

361

Verzorgingskosten per AMV

€ 24.000

17.291

6.709

Instroomteam(organiseren initiële begeleiding en opvang)

€ 7.260

5.597

1.663

Bron: Nidos rapportage

Dienst Justitiële Inrichtingen

Samen met de partners in de migratieketen werkt DJI aan het ketendoel: ‘Gedwongen vertrek van vreemdelingen zonder rechtmatig verblijf in Nederland’. De opdrachtverlening inzake vreemdelingenbewaring is gericht op de uitvoering van de wettelijke taak zoals vermeld in artikelen 6, 6a, 59, 59a en 59b Vreemdelingenwet 2000. DJI draagt zorg voor de vreemdeling vanaf het moment dat een vreemdeling vanuit de politie, de DT&V of de Koninklijke Marechaussee is overgebracht naar een inrichting voor vreemdelingenbewaring dan wel grensdetentie van DJI. Het is de taak van DJI om vreemdelingen in de detentiecentra zo goed mogelijk te verzorgen, te ondersteunen bij voorbereiding van de terugkeer en hen beschikbaar te houden voor vertrek uit Nederland.

Ten behoeve van gezinnen met minderjarige kinderen en alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv) is de Gesloten Gezinsvoorziening (GGV) te Zeist beschikbaar. Daarnaast werkt DJI steeds vaker samen met het COA, bijvoorbeeld als het gaat om de opvang van asielzoekers in de Handhaving- en Toezichtslocatie (HTL) en de procesbeschikbaarheidslocatie (PBL).

In de agentschapsparagraaf van DJI vindt u nadere informatie over vreemdelingenbewaring.

Bijdrage medeoverheden

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

Sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne op 24 februari 2022 staat Nederland voor de opgave om grote aantallen ontheemden uit Oekraïne op te vangen. Het kabinet heeft aangegeven Oekraïne te ondersteunen. Hier vallen onder andere de uitgaven onder voor de opvang van Oekraïense ontheemden in Nederland.

De realisatie voor de bijdrage medeoverheden is € 3,2 mld. Het grootste deel van de uitgaven betreft de specifieke uitkering aan gemeenten op basis van de Bekostigingsregeling opvang ontheemden Oekraïne (BooO) (€ 3,1 mld.). Met deze specifieke uitkering compenseert het kabinet gemeenten voor de realisatie van gemeentelijke en particuliere noodopvangplekken en andere verstrekkingen aan ontheemden uit Oekraïne. Het doel van de BooO is tweeledig: zorgen dat gemeenten geen financieel nadeel ondervinden van de opvang van ontheemden uit Oekraïne, en daarnaast bijdragen aan de realisatie van de benodigde opvangvlekken door financiële drempels weg te nemen.

De vergoeding vanuit de BooO bestaat in 2023 uit meerdere onderdelen. De belangrijkste zijn een normbedrag per gerealiseerde gemeentelijke opvangplek per dag, een normbedrag per maand per persoon in de particuliere opvang en een vergoeding van werkelijk gemaakte transitiekosten bij het realiseren van gemeentelijke opvangplekken. Het gebruik van normbedragen bevordert de controleerbaarheid en uitvoerbaarheid van de specifieke uitkering. De werkelijk gemaakte kosten van de gemeente komen (meestal) niet exact overeen met de bijdrage vanuit het Rijk. Omdat de normbedragen in de BooO geregeld zijn, zijn de middelen besteed conform de in de BooO aangegeven doelen.

De vergoeding vanuit de BooO bestaat in 2023 uit meerdere onderdelen. De belangrijkste zijn een normbedrag per gerealiseerde gemeentelijke opvangplek per dag, een normbedrag per maand per persoon in de particuliere opvang en een vergoeding van werkelijk gemaakte transitiekosten bij het realiseren van gemeentelijke opvangplekken. Het gebruik van normbedragen bevordert de controleerbaarheid en uitvoerbaarheid van de specifieke uitkering. De werkelijk gemaakte kosten van de gemeente komen (meestal) niet exact overeen met de bijdrage vanuit het Rijk. Omdat de normbedragen in de BooO geregeld zijn, zijn de middelen besteed conform de in de BooO aangegeven doelen. Indien de totale werkelijke kosten van gemeenten in betekenende mate afwijken van de uitkering op basis van de normbedragen, kan de gemeente de werkelijke kosten declareren.

De normbedragen dienen aan te sluiten bij de werkelijke kosten die gemeenten maken. In 2023 is net als in 2022 een kostenonderzoek uitgevoerd naar de werkelijke kosten die gemeenten maken. De inzichten die uit het onderzoek naar voor kwamen, hebben geleid tot aanpassingen in zowel het normbedrag voor de gemeentelijke als de particuliere opvang per 1 januari 2024.

Veiligheidsregio’s ontvangen daarnaast compensatie voor hun rol in het verzorgen van de eerste opvang van ontheemden uit Oekraïne bij aankomst in Nederland en het ondersteunen bij de plaatsing in (nood)opvanglocaties bij verschillende gemeenten € 100 mln.

In 2023 is € 6,9 mln. gerealiseerd, dat betekent voor onderzoeken is er € 2,3 mln. minder uitgegeven dan begroot. Lange termijn (150k) en Verblijf en terugkeer (80k) zijn in 2023 niet tot besteding gekomen.

Overige Bijdrage medeoverheden

Hiervoor is niets geraamd in de begroting. De realisatie betreft de inzet van de gemeenten voor LVV en inzet bij gemeenten tegen overlast. Deze zijn geraamd op de post Versterking Vreemdelingenketen. Adminstratief technisch is gebruik gemaakt van deze post omdat het bijdragen aan gemeenten (mede-overheid) betreft.

Subsidies

Vluchtelingenwerk Nederland

Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) zet zich op basis van Universele verklaring voor de Rechten van de Mens in voor de bescherming en het behartigen van de belangen van vluchtelingen en asielzoekers. VWN heeft een bij wet vastgelegde taak ten aanzien van voorlichting aan asielzoekers direct na aankomst in Nederland. VWN geeft voorafgaand aan de asielprocedure voorlichting over de procedure, de rol van alle actoren in de keten en de eigen rol van de asielzoeker. Zowel de inhoud van de voorlichting als het moment van de voorlichting (kort voor de start van de algemene asielprocedure) en de locaties (POL) zijn afgestemd met COA, IND en rechtsbijstand.

Ook geeft VWN in alle COA-locaties begeleiding in de asielprocedure, geeft met behulp van tolken uitleg over brieven van IND en advocaten, helpt met het verkrijgen van documenten (ID-bewijzen of documenten die relevant zijn voor de beoordeling van de beschermingsvraag door IND) en vangt vragen over voortgang in de procedure af voor advocaat en IND.

Tevens gaat VWN na afwijzing gesprekken aan over de juridische situatie en de mogelijkheden van beroep en terugkeer en geeft ook eigen ondersteuning bij terugkeer.

Vluchtelingenwerk heeft een steunfunctie voor haar medewerkers om de kwaliteit van de uitvoering van hun taken te kunnen borgen. Hieronder vallen onder andere een (juridische) helpdesk, scholingsmogelijkheden en AVG-ondersteuning. Daarnaast ondersteunt VWN vergunninghouders in alle COA-locaties bij gezinshereniging.

VWN zet zich in voor elke asielzoeker die Nederland binnenkomt. Dit betekent dat de bedrijfsvoering asiel van VWN grotendeels afhankelijk is van de in-, door- en uitstroom van asielzoekers en daarbij de ontwikkeling van de Meerjaren Productie Prognose (MPP) volgt. Daarnaast ondersteunt VWN in het toenemend aantal aanvragen voor gezinshereniging van asielzoekers met een verblijfstatus. Ten opzichte van de begroting van € 11,7 mln. is daarom bij voorjaarsnota een aanvullende subsidie verstrekt van € 5,7 mln. en bij najaarsnota van € 5 mln. waardoor in totaal € 22,4 mln. subsidie is toegekend. Hiervan is € 17,9 mln. (80%) als voorschot in 2023 betaald en wordt het restant op basis van werkelijke kosten afgerekend in 2024.

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

De realisatie voor subsidies is € 36,4 mln. Voor de ondersteuning van de opvang van Oekraïense ontheemden is de samenwerking aangegaan met verschillende Niet Gouvernementele Organisaties (NGO's) zoals VluchtelingenWerk Nederland, het Rode Kruis, de Vereniging Nederlandse Gemeenten en Fairwork. Deze NGO’s vervullen uiteenlopende taken zoals het ondersteunen van de gemeentelijke opvang met uiteenlopende dienstverlening, voorlichting voor ontheemden, zorgen voor informatievoorziening en ondersteuning van gemeenten en het informeren en ondersteunen van ontheemden over arbeidsrechten. Om particuliere opvang zo veilig mogelijk te laten verlopen heeft het ministerie van Justitie en Veiligheid met het Rode Kruis, Vluchtelingenwerk, TakeCareBNB en het Leger des Heils afgesproken dat deze organisaties de particuliere opvang coördineren en faciliteren. Deze organisaties opereren onder de naam RefugeeHomeNL. RefugeehomeNL is in de tweede helft van 2023 afgebouwd en zal in 2024 niet meer nodig zijn voor de continuering van de particuliere opvang.

Opdrachten

Keteninformatisering

Ook in 2023 zijn vanuit dit budget de beheerkosten, inclusief de (beperkte) doorontwikkeling en vernieuwing van de centrale voorzieningen gefinancierd, die gebruikt worden voor digitale informatie-uitwisseling binnen de Vreemdelingenketen.

Versterking vreemdelingenketen

Vanuit dit budget worden diverse (kleinere) opdrachten gefinancierd met als doel verbeteringen in de vreemdelingenketen te bewerkstelligen. De middelen van programma' s en projecten worden ook op dit budget geboekt. De onderuitputting is als gevolg van deels niet ingezette terugkeer- en overlastgelden, mensensmokkel, vertraging van de afhechting Seamless Flow en een meevaller vanuit de EU subsidies.

Nationaal Programma Oekraïense Vluchtelingen

Voor de opdrachten vanuit het programma is in totaal € 147,7 mln gerealiseerd. De uitgaven voorzien in de kosten van de opdrachten voor de tolkenvoorziening (€ 0,8 mln), medische zorg (€ 139,2 mln.) en het Knooppunt Coördinatie Informatie Oekraïne (KCIO) (€7,7 mln. Per 1 juli 2022 is de Regeling Medische zorg Ontheemden uit Oekraïne (RMO) in werking getreden. Daarnaast zijn zorgverleners wettelijk verplicht om begrijpelijk te communiceren met patiënten. Omdat de ontheemden uit Oekraïne niet onder het COA vallen, waar talentolken voor asielzoekers beschikbaar worden gesteld, zijn er aanvullende middelen gerealiseerd om dit beschikbaar te stellen.

Overige subsidies

Vanuit dit budget worden diverse kleine projecten gefinancierd. Het verschil van € 14 mln is veroorzaakt door de overheidsbijdrage voor EES op AAS en voor het project Medische Opvang Ongedocumenteerden (MOO). De bijdragen die middels subsidiebeschikkingen zijn toegekend moesten vanuit dit budget worden overgemaakt. Reden om «Overige subsidies» te gebruiken voor een groot project is omdat volgens de administratieve vereisten alleen vanuit de budgetcode «Overige subsidies», subsidies verstrekt kunnen worden.

37.2 Terugkeer

Bijdragen aan agentschappen

DJI/Dienst Vervoer en Ondersteuning

De DT&V schakelt de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) in voor het vervoer van vreemdelingen.

Subsidies

REAN-regeling

REAN staat voor Return and Emigration Assistance from the Netherlands en betreft een programma waarmee vrijwillige terugkeer en herintegratie wordt ondersteund.

De Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) in Nederland voert op verzoek van het Ministerie van Justitie en Veiligheid het REAN-programma uit. Op basis van dit programma biedt IOM praktische terugkeerondersteuning aan vreemdelingen die naar Nederland zijn gekomen met het oog op langdurig verblijf en zelfstandig uit Nederland willen vertrekken, maar niet over voldoende middelen beschikken om hun eigen vertrek te organiseren. Daarnaast wordt via het REAN-programma aan een specifieke groep vreemdelingen herintegratieondersteuning aangeboden in het land van herkomst. De IOM levert daarmee een bijdrage aan de uitvoering van het Nederlandse terugkeerbeleid.

Overige subsidies

Niet-gouvernementele organisaties in Nederland voeren op grond van de Subsidieregeling ondersteuning zelfstandig vertrek 2019 projecten uit met als doel om onrechtmatig verblijf van vreemdelingen in Nederland te voorkomen of te beëindigen door hun zelfstandig vertrek uit Nederland te ondersteunen. De nadruk ligt op activiteiten die erop gericht zijn vertrekplichtige vreemdelingen te bewegen tot zelfstandig vertrek uit Nederland. Daarnaast beoogt de subsidieregeling gemeenschapsonderdanen die de intentie hadden om zich voor langere duur in Nederland te vestigen, die het niet gelukt is om in Nederland voldoende inkomsten te genereren om in hun eigen levensonderhoud te voorzien, die voor overlast (kunnen) zorgen en die sociaal maatschappelijke begeleiding nodig hebben bij hun terugkeer of herintegratie, te ondersteunen bij terugkeer. Daarnaast worden incidentele pilot projecten gericht op het vertrek van vreemdelingen gesubsidieerd.

Opdrachten

Vertrek Vreemdelingen

Als professionele terugkeerorganisatie voert de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) het terugkeerbeleid uit. Dit houdt in dat zij mensen die niet in Nederland mogen blijven, rechtmatig en respectvol  begeleiden in hun terugkeerproces. De insteek is dat iemand zelfstandig terugkeert. Hierbij kan de vreemdeling ondersteuning krijgen van de Nederlandse overheid. Als iemand niet zelf terugkeert,  kan de DT&V gedwongen vertrek organiseren. Voor de migratieketen – van aankomst met een verblijfsaanvraag naar vestiging in of vertrek uit Nederland – is het werk van DT&V onmisbaar: mensen zonder verblijfsrecht die vertrekken, scheppen ruimte voor mensen die wel recht op een verblijf in Nederland hebben.

Ontvangsten

De ontvangsten in 2023 komen voort uit vrijval EU middelen van € 4,5 mln, de afrekening van teveel betaalde bedragen in 2023 van € 14 mln. voor de IND, in 2022 teveel betaalde voorschottten aan gemeenten voor opvang Oekraïners van € 18 mln. Daarnaast zijn er diverse kleinere ontvangsten.

Licence