Een kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar aanbod voor curatieve zorg.
De minister is verantwoordelijk voor een goed werkend en samenhangend stelsel voor de curatieve zorg. De Zorgverzekeringswet vormt samen met de zorgbrede wetten, zoals de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) en de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi), de wettelijke basis van dit stelsel. Vanuit deze verantwoordelijkheid vervult de minister de volgende rollen:
Stimuleren van kwaliteit, veiligheid en innovatie in de curatieve zorg, de beschikking over de benodigde materialen, de toegankelijkheid en betaal baarheid van de curatieve zorg, de werking van het zorgverzekerings-stelsel en informatievoorziening over het zorgverzekeringsstelsel.
Financieren van de zorguitgaven voor kinderen tot 18 jaar, van diverse onderzoeken en initiatieven binnen de curatieve zorg en van initiatieven op gebied van ICT-infrastructuur en van de risicoverevening binnen het stelsel.
Het onderhouden van wet- en regelgeving op gebied van geneesmiddelen, medische hulpmiddelen, lichaamsmaterialen, bloedvoorziening en registers.
Pandemische paraatheid
In 2023 is in het kader van pandemische paraatheid gewerkt aan het verder versterken van de zorg en de leveringszekerheid van medische producten voor patiënten en de zorg. Het aanbestedingsproces voor opschaalbare (duurzame) productiecapaciteit van Persoonlijke Beschermingsmiddelen in Nederland is in 2023 afgerond. Daarnaast is het Zorginkoop Netwerk Nederland (ZINN) van start gegaan, dat verantwoordelijke is voor een meldpunt hulpmiddelentekorten, een alternatievendatabase en coördinatie bij tekorten. Tot slot is het Landelijk Coördinatiecentrum Geneesmiddelen (LCG) structureel verankerd, waarbij het takenpakket per 2024 is uitgebreid zodat het LCG een grotere rol krijgt in de reguliere fase (niet-crisis fase).
Daarnaast is een besluit genomen over de structurele inrichting van zorgcoördinatie en zijn de eerste stappen gezet voor de implementatie hiervan48. Verder is de beschikbaarheidsbijdrage acute zorg aangepast en financieel opgehoogd ten behoeve van de bureaus die de regionale overleggen acute zorgketen ondersteunen. Ook wordt met deze middelen permanent inzicht geboden in zorgcapaciteit en, indien nodig, wordt patiëntenspreiding in tijden van crisis gefaciliteerd.
Integraal zorgakkoord
Met het oog op de krappe arbeidsmarkt en de hogere kosten door de stijgende zorgvraag is een transitie naar passende zorg noodzakelijk. In 2023 zijn verdere stappen gezet in de transitie naar passende zorg met het Integraal Zorgakkoord, dat zich richt op het behoud van de toegankelijkheid en houdbaarheid van de curatieve zorg. Met de transformatiemiddelen op de VWS-begroting zijn in 2023 primair de volgende zaken gefinancierd en tot uitvoer gebracht:
– Regionale samenwerking: in 2023 heeft VWS onder andere via ZonMw een programma opgericht ter ondersteuning van de organisatiekracht van de regio. De basis hierbij ligt in het opstellen van regiobeelden en regioplannen.
– Digitalisering en gegevensuitwisseling: in 2023 is het platform digitale zorgtransformaties tot stand gekomen. Hierbij delen IZA partijen kennis en ervaringen van bewezen effectieve transformaties en implementatiefactoren, wordt een learning community opgezet voor samen leren en prioriteren over transformatie van digitale zorg en kunnen partijen ondersteund worden om transformaties te versnellen. De in het IZA genoemde Vliegwielcoalitie houdt zich bezig met ondersteuning in de verdere opschaling van telebegeleiding, medicijndispensers en leefstijlmonitoring, selectie en ondersteuning bij het opschalen van getoetste hybride zorgvormen, het opschalen van de Vliegwielmethodiek en campagnes onder patiënten en zorgverleners en selectie.
Pakketagenda passende zorg
In 2023 is de pakketagenda passende zorg 2023-2025 vastgesteld. Op de Pakketagenda staan meer dan vijftig behandelingen, geneesmiddelen en hulpmiddelen waarvan de komende twee jaar wordt afgebakend bij wie en op welke manier deze zorg wordt ingezet en bij wie niet. Ook komen er voorwaarden waaraan zorg moet voldoen om tot het basispakket te worden toegelaten of vergoed blijven. De verwachte winst zit vooral in betere inzet van schaars zorgpersoneel. Daarnaast is de verwachting dat de pakketagenda een remmend effect heeft op de kostenstijgingen in de zorg.
Visie eerstelijnszorg
Eind 2023 is de visie op de eerstelijnszorg in 2030 opgeleverd voor consultatie. Deze visie vormt de agenda voor het veld en VWS om de komende jaren de eerstelijnszorg toegankelijk en van hoge kwaliteit te houden.
Wetsvoorstel afschaffen collectiviteitskorting
Per 1 januari 2023 is de collectiviteitskorting op de basisverzekering afgeschaft. Het doel van de collectiviteitskorting was het teruggeven van besparingen op de (zorg)kosten verkregen door het maken van (zorg)inhoudelijke afspraken voor de collectiviteit. Dat doel werd echter niet bereikt. Het waren niet de (zorg)inhoudelijke afspraken die de collectiviteitskorting financierden, maar alle verzekerden betaalden deze (zelf) door een opslag op de premie. Het afschaffen van de collectiviteitskorting heeft een einde gemaakt aan de ongewenste kruissubsidiëring die hierdoor ontstond.
Bevriezen eigen risico 2023-2025
De financiering van zorg en ondersteuning in Nederland is in hoge mate gebaseerd op solidariteit van mensen die geen of weinig zorg gebruiken met mensen die (relatief) veel zorg ontvangen. Eén van de in het coalitieakkoord 2021-2025, aangekondigde maatregelen betreft het bevriezen van het verplicht eigen risico op € 385. Met het wetsvoorstel, dat in juli 2022 is aangenomen door beide Kamers, is het verplicht eigen risico van de zorgverzekering ook in de jaren 2023, 2024 en 2025 vastgesteld op het bedrag van € 385 per jaar per verzekerde van 18 jaar of ouder.
Hersteloperaties na vrouwelijke genitale verminking (VGV)
In het geval van somatische klachten zijn hersteloperaties na vrouwelijke genitale verminking (VGV) onderdeel van het basispakket. Als uitsluitend sprake is van psychische klachten als gevolg van VGV is een hersteloperatie geen basisverzekerde zorg. Het Zorginstituut heeft hierbij geoordeeld dat de wetenschappelijke inzichten met betrekking tot de veiligheid en effectiviteit beperkt zijn en aanvullend onderzoek hiernaar wenselijk is.
Inmiddels is via ZonMw subsidie verleend aan het Amsterdam Universitair Medisch Centrum (UMC) ten behoeve van onderzoek met als doel om inzicht te krijgen in de verwijzing, indicatiestelling, effectiviteit en veiligheid van multidisciplinaire herstelzorg bij VGV. Dit maakt in onderzoeksverband een hersteloperatie wel mogelijk voor deze groep. Het Amsterdam UMC is in 2023 van start gegaan met het onderzoek. Dat betekent ook dat de multidisciplinaire herstelzorg bij VGV, waaronder de hersteloperaties, in het kader van het onderzoek worden uitgevoerd.
Afbouw noodvoorraad persoonlijke beschermingsmiddelen
In 2023 is door Bureau Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) van het CIBG verdere uitvoering gegeven aan de exitstrategie voor de afbouw van de noodvoorraad persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM) waarover de Tweede Kamer op 10 december 202149 is geïnformeerd. Deze exitstrategie kent drie pijlers: verkoop, donaties en duurzaam verwerken. Uitgangspunt daarbij was dat deze voorraad voor 1 januari 2024 zou zijn afgebouwd naar nul. Als gevolg hiervan is de noodvoorraad niet volledig afgebouwd per 1 januari 2024. Vanwege vertraging in de aanbestedingen is eind 2023 is besloten de uitvoering van de exitstrategie met 6 maanden te verlengen tot 1 juli 2024.
Uitvoering Europese afspraken hulp aan Oekraïne[
Sinds de start van de oorlog in Oekraïne levert Nederland hulp en ondersteuning op basis van de afspraken die daarover in EU-verband zijn gemaakt. VWS levert hieraan een concrete bijdrage, bijvoorbeeld via de donatie van (overtollige) hulp- en geneesmiddelen. Ook is VWS verantwoordelijk voor het organiseren van de opvang, behandeling en terugkeer van medische evacués. Sinds april 2022 heeft Nederland via het EU-systeem 433 patiënten een plek aangeboden. Daarvan zijn er inmiddels 204 in Nederland behandeld.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2023 | 2023 | ||
Verplichtingen | 3.157.586 | 4.793.652 | 3.387.494 | 3.496.633 | 3.961.390 | 3.714.752 | 246.638 | |
Uitgaven | 3.112.270 | 4.372.943 | 3.476.461 | 3.444.812 | 3.719.608 | 3.849.737 | ‒ 130.129 | |
2.10 | Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg | 205.944 | 1.451.369 | 472.376 | 369.291 | 351.983 | 488.990 | ‒ 137.007 |
Subsidies (regelingen) | 172.263 | 176.553 | 202.405 | 256.248 | 302.835 | 360.800 | ‒ 57.965 | |
Medisch specialistische zorg | 77.503 | 74.511 | 78.851 | 83.435 | 79.199 | 78.116 | 1.083 | |
Curatieve ggz | 20.832 | 18.719 | 22.433 | 25.439 | 9.472 | 30.022 | ‒ 20.550 | |
Eerstelijnszorg | 2.058 | 2.638 | 14.140 | 31.082 | 9.342 | 14.739 | ‒ 5.397 | |
Lichaamsmateriaal | 17.002 | 33.049 | 23.946 | 25.297 | 25.469 | 24.225 | 1.244 | |
Medische producten | 48.473 | 47.636 | 63.035 | 90.995 | 179.353 | 213.698 | ‒ 34.345 | |
Overige | 6.395 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 14.668 | 1.237.410 | 237.542 | 93.797 | 12.053 | 78.039 | ‒ 65.986 | |
Medisch specialistische zorg | 1.914 | 743 | 725 | 990 | 1.449 | 5.637 | ‒ 4.188 | |
Curatieve ggz | 864 | 274 | 685 | 301 | 1.402 | 2.388 | ‒ 986 | |
Eerstelijnszorg | 28 | 781 | 1.210 | 1.208 | 1.920 | 48.831 | ‒ 46.911 | |
Lichaamsmateriaal | 7.933 | 6.793 | 433 | 923 | 349 | 2.364 | ‒ 2.015 | |
Medische producten | 3.877 | 1.228.819 | 234.489 | 90.375 | 6.933 | 18.819 | ‒ 11.886 | |
Overige | 52 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan agentschappen | 17.300 | 34.744 | 25.105 | 18.000 | 25.115 | 50.151 | ‒ 25.036 | |
aCBG | 2.139 | 4.713 | 6.316 | 8.654 | 8.504 | 6.214 | 2.290 | |
CIBG | 15.161 | 30.031 | 17.847 | 8.096 | 15.579 | 43.937 | ‒ 28.358 | |
Overige | 0 | 0 | 942 | 1.250 | 1.032 | 0 | 1.032 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 1.713 | 1.374 | 0 | 0 | 10.957 | 0 | 10.957 | |
Overige | 1.713 | 1.374 | 0 | 0 | 10.957 | 0 | 10.957 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 1.000 | 1.000 | 0 | 1.000 | |
Overig | 0 | 0 | 0 | 1.000 | 1.000 | 0 | 1.000 | |
Garanties | 0 | 1.288 | 7.324 | 246 | 23 | 0 | 23 | |
Overige | 0 | 1.288 | 7.324 | 246 | 23 | 0 | 23 | |
2.34 | Ondersteuning van het zorgstelsel | 2.906.326 | 2.921.574 | 3.004.085 | 3.075.521 | 3.367.625 | 3.360.747 | 6.878 |
Subsidies (regelingen) | 76.084 | 100.614 | 107.210 | 139.233 | 163.388 | 134.650 | 28.738 | |
Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen | 1.083 | 1.212 | 1.251 | 1.361 | 1.445 | 1.396 | 49 | |
Medisch specialistische zorg | 42.481 | 51.826 | 42.117 | 39.052 | 21.149 | 22.123 | ‒ 974 | |
Curatieve ggz | 9.020 | 4.861 | 2.352 | 565 | 0 | 512 | ‒ 512 | |
Eerstelijnszorg | 0 | 10.908 | 10.034 | 6.722 | 1.232 | 11.066 | ‒ 9.834 | |
Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden | 21.000 | 30.594 | 44.500 | 69.842 | 88.579 | 68.062 | 20.517 | |
Regeling veelbelovende zorg | 0 | 1.213 | 6.956 | 21.691 | 33.441 | 31.480 | 1.961 | |
Overige | 2.500 | 0 | 0 | 0 | 17.542 | 11 | 17.531 | |
Bekostiging | 2.789.138 | 2.771.211 | 2.844.186 | 2.883.377 | 3.139.543 | 3.130.308 | 9.235 | |
Rijksbijdrage 18- | 2.749.253 | 2.723.169 | 2.796.500 | 2.831.900 | 3.078.200 | 3.078.200 | 0 | |
Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen | 39.885 | 48.042 | 47.055 | 51.477 | 61.343 | 52.108 | 9.235 | |
Overige | 0 | 0 | 631 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Inkomensoverdrachten | 25.286 | 26.554 | 25.323 | 27.948 | 20.007 | 25.081 | ‒ 5.074 | |
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel | 25.185 | 26.461 | 25.229 | 27.853 | 19.919 | 24.955 | ‒ 5.036 | |
Overige | 101 | 93 | 94 | 95 | 88 | 126 | ‒ 38 | |
Opdrachten | 2.951 | 10.244 | 13.160 | 11.633 | 11.142 | 54.325 | ‒ 43.183 | |
Risicoverevening | 1.084 | 1.259 | 1.494 | 1.278 | 1.662 | 2.073 | ‒ 411 | |
Uitvoering zorgverzekeringsstelsel | 267 | 555 | 644 | 771 | 301 | 19.745 | ‒ 19.444 | |
Medisch specialistische zorg | 0 | 7.208 | 9.416 | 6.521 | 1.070 | 14.096 | ‒ 13.026 | |
Curatieve ggz | 0 | 407 | 446 | 1.874 | 1.395 | 1.330 | 65 | |
Eerstelijnszorg | 0 | 72 | 202 | 238 | 598 | 554 | 44 | |
Passende Zorg | 0 | 0 | 0 | 0 | 40 | 14.130 | ‒ 14.090 | |
Overige | 1.600 | 743 | 958 | 951 | 6.076 | 2.397 | 3.679 | |
Bijdrage aan agentschappen | 12.467 | 7.943 | 7.504 | 7.287 | 25.834 | 8.749 | 17.085 | |
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers | 12.467 | 7.943 | 7.504 | 7.287 | 8.291 | 8.749 | ‒ 458 | |
Overige | 0 | 0 | 0 | 0 | 17.543 | 0 | 17.543 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 400 | 5.008 | 6.702 | 6.043 | 7.711 | 7.634 | 77 | |
Sociale Verzekeringsbank: Onverzekerden | 400 | 5.008 | 5.760 | 5.535 | 7.510 | 6.540 | 970 | |
Overige | 0 | 0 | 942 | 508 | 201 | 1.094 | ‒ 893 | |
Ontvangsten | 6.158 | 12.924 | 133.534 | 138.158 | 121.077 | 65.055 | 56.022 | |
Overige | 6.158 | 12.924 | 133.534 | 138.158 | 121.077 | 65.055 | 56.022 |
1. Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg
Subsidies
Curatieve GGZ
Zoals toegelicht bij de 1e suppletoire begroting 2023 is een bedrag van € 16,6 miljoen in 2023 overgeboekt naar artikel 1 Volksgezondheid in verband met de beleidsmatige overheveling van het dossier suïcidepreventie. Bij de 1e suppletoire begroting is tevens € 1,4 miljoen overgeboekt naar artikel 1 Volksgezondheid ten behoeve van meerjarig GGZ-onderzoek door het Trimbos instituut. Tezamen met een aantal kleinere mutaties vallen de uitgaven op dit budget € 20,6 miljoen lager uit.
Eerste Lijnszorg
In 2023 was € 26 miljoen beschikbaar voor een subsidieregeling ten behoeve van investeringen in de wijkverpleging. De Subsidieregeling Ondersteuning Wijkverpleging (SOW) wordt onder meer gebruikt om tijd vrij te maken voor intervisie, voor projecten gericht op samenwerking of om administratieve lasten te verminderen. De beschikbare middelen waren aanvankelijk geraamd als opdracht, maar zijn uiteindelijk in de vorm van een subsidie verstrekt aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) die de subsidieregeling uitvoert. Hierdoor vallen de uitgaven op dit budget € 26 miljoen hoger uit (verschuiving instrumentkeuze). Daarnaast is voor de SOW-regeling besloten geen vierde loket meer te openen vanwege het eerdere gebrek aan belangstelling uit het veld voor deze regeling. Hierdoor valt in 2023 € 14 miljoen vrij. Per saldo leiden deze en andere kleine wijzigingen bij de 1e suppletoire begroting tot een verhoging van het budget voor subsidies eerstelijnszorg in 2023 (totaal € 16,7 miljoen).
Zoals toegelicht in de Suppletoire begroting Prinsjesdag wordt in bestuurlijk verband overleg gevoerd over een groot deel van de maatregelen waarvoor, in het kader van IZA, middelen zijn gereserveerd. De uitvoering van de maatregelen is hierdoor vertraagd. Voor een specifiek aantal ZonMw-programma's vindt daarom een kasschuif van € 4,1 miljoen plaats van 2023 naar latere jaren. Daarnaast vallen de uitgaven van de subsidieregeling ondersteuning wijkverpleging aanvullend ten opzichte van de 1e suppletoire begroting lager uit dan geraamd (€ 2 miljoen). Verder zijn in het verleden subsidies met betrekking tot de geboortezorg verplaatst van subsidies eerstelijns zorg naar subsidies medisch specialistische zorg. Hiertoe is ook het budget voor deze subsidies overgeheveld. In 2023 betreft dit een bedrag van € 14,3 miljoen. Tezamen met een aantal kleinere mutaties bij de Suppletoire begroting Prinsjesdag, vielen hierdoor de uitgaven per saldo € 19,5 miljoen lager uit.
Tezamen met een aantal kleinere mutaties bij de Slotwet vallen de uitgaven op dit artikelonderdeel € 5,4 miljoen lager uit.
Medische Producten
Zoals vermeld in de 1e suppletoire begroting 2023 is er sprake van vertraging bij het programma Versnelling Informatie-uitwisseling Patiënt (VIPP) en Professioneel Farmacie (VIPP Farmacie). Dit komt met name doordat de Kickstart Medicatieoverdracht vier maanden later van start is gegaan dan gepland in verband met nadere en afstemming over de subsidievoorwaarden. Om de beschikbare middelen in lijn te brengen met de actuele planning is € 18,0 miljoen van 2023 naar latere jaren geschoven.
Zoals vermeld in de 2e suppletoire begroting 2023 is € 11,0 miljoen overgeboekt van het instrument ‘Subsidies’ naar het instrument ‘Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s’ voor de uitvoering van de programmalijnen ‘Human Capital Growth’ en ‘Shared Development Infrastructuur’ door de ZBO ZonMw. Daarnaast heeft in de 1e suppletoire begroting 2023 een kasschuif van € 3,1 miljoen van 2023 naar latere jaren plaatsgevonden om de beschikbare middelen te laten aansluiten bij het actuele projectplan en de liquiditeitsprognose van Pivot Park. Tenslotte is in de 2e suppletoire begroting 2023 vermeld dat € 3,0 miljoen niet wordt aangewend. Conform NGF-systematiek blijven deze middelen beschikbaar voor de komende jaren.
In 2023 was € 11,0 miljoen beschikbaar voor IPCEI Health op het gebied van geneesmiddelen, gericht op modernisering en vergroening van productieprocessen en productie dicht bij huis in Nederland en de EU. Dit bedrag is niet gerealiseerd omdat de notificatie, de formele start van IPCEI Health en daarbij de subsidieverstrekkingen, niet in 2023 is gestart. Verder was er in 2023 € 4,0 miljoen beschikbaar voor deelname aan een tweede ronde van de IPCEI Health gericht op de stimulering van MedTech-initiatieven vanuit de private sector die het meeste bijdragen aan versterking van de leveringszekerheid en waar mogelijk verduurzaming wordt gestimuleerd. Dit bedrag is niet tot besteding gekomen omdat de belangstellingsregistratie geen passende projecten heeft opgeleverd.
De aan Pallas verstrekte subsidies (met terugbetalingsverplichting) over 2023 bedroegen € 148,7 miljoen, terwijl er voor € 129,0 miljoen begroot was. De stijging van € 19,7 miljoen wordt met name veroorzaakt door een toegenomen liquiditeitsbehoefte van Pallas in 2023 doordat er werkzaamheden naar voren zijn gehaald (de inschatting van de totale kosten van het Pallas-project is ongewijzigd).
Tenslotte is er sprake van een aantal kleine mutaties die er per saldo toe leiden dat de uitgaven op dit budget € 34,3 miljoen lager uitvallen dan begroot.
Opdrachten
Eerstelijnszorg
Zoals hierboven toegelicht waren de middelen voor de SOW aanvankelijk geraamd als opdracht, maar zijn uiteindelijk in de vorm van een subsidie verstrekt aan de RVO die de subsidieregeling uitvoert. Daarmee is dit opdrachtenbudget met € 26 miljoen in 2023 verlaagd.
Daarnaast vallen, zoals toegelicht in de Suppletoire begroting Prinsjesdag, de uitgaven in 2023 € 17,0 miljoen lager uit. Door vertraging in de bestuurlijke visievorming over het toekomstbestendig organiseren van de eerstelijn, is ook de uitvoering van de plannen in het kader van Versterking basiszorg vertraagd.
Tot slot is bij de 2e suppletoire begroting € 3,4 miljoen overgeboekt naar Artikel 1 Volksgezondheid ten behoeve van de uitvoering van het ZonMw programma Versterken Basiszorg. Met dit programma worden lokale en regionale organisatievormen doorontwikkeld.
Tezamen met per saldo kleinere mutaties vallen de uitgaven op dit budget € 46,9 miljoen lager uit dan geraamd.
Medische Producten
Zowel in de Suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 als de 2e suppletoire begroting 2023 heeft er overheveling tussen instrumenten plaatsgevonden. In totaal is er € 4,6 miljoen van het financieel instrument ‘Opdrachten’ naar de financiële instrumenten ‘Subsidies’ en ‘Bijdrage aan agentschappen’ overgeheveld.
In 2023 was een bedrag van € 4,5 miljoen beschikbaar voor uitgaven in verband met het verminderen van afhankelijkheden in productie- en toeleveringsketen van medische producten in het kader van pandemische paraatheid. Van dit bedrag is € 4,0 miljoen niet gerealiseerd omdat de aanbesteding voor het investeren in opschaalbare (duurzame) productiecapaciteit persoonlijke beschermingsmiddelen in Nederland eind 2023 enkel gedeeltelijk is afgerond.
Tenslotte is er sprake van een aantal kleine mutaties die er per saldo toe leiden dat de uitgaven op dit budget € 11,9 miljoen lager uitvallen dan begroot.
Bijdrage aan agentschappen
CIBG
Zoals vermeld in de 1e suppletoire begroting 2023 is de bijdrage aan het agentschap CIBG voor het uitvoeren van de activiteiten in het kader van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen van € 30,7 miljoen overgeboekt naar het instrument «bijdrage aan agentschappen» bij het onderdeel 'Ondersteuning van het zorgstelsel'. Daarnaast is er sprake van een aantal kleine mutaties die er per saldo toe leiden dat de uitgaven op dit budget € 28,4 miljoen lager uitvallen dan begroot.
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Overige
Zoals vermeld in de 2e suppletoire begroting 2023 is € 11,0 miljoen overgeboekt van het instrument ‘Subsidies’ naar ‘Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s’ voor de uitvoering van de programmalijnen ‘Human Capital Growth’ en ‘Shared Development Infrastructuur’ van het Nationaal Groeifonds (NGF)-project PharmaNL door de ZBO ZonMw.
3. Ondersteuning van het zorgstelsel
Subsidies
Eerstelijnszorg
Bij de eerste suppletoire begroting is € 2,7 miljoen beschikbaar gekomen voor de ontwikkeling en borging van digitale zelfzorgmiddelen op het gebied van huisartsenzorg. Na deze verhoging van de uitgaven op dit artikelonderdeel hebben verschillende mutaties geleid tot een verlaging. Bij de prinsjesdag suppletoire begroting hebben meerdere kasschuiven vanuit 2023 naar latere jaren plaatsgevonden vanwege vertraging in de uitvoering. Dit betreft het kennisprogramma huisartsenzorg (€ 1,2 miljoen), de reeds in deze toelichting genoemde digitale zelfzorgmiddelen (€ 5,0 miljoen) en digitaliseringsgelden op het gebied van huisartsenzorg, primair VIPP OPEN (€ 2,8 miljoen). Daarnaast is bij de slotwet € 1,8 miljoen ingeleverd door niet bestede middelen in het kader van VIPP OPEN. Tezamen met meerdere kleinere mutaties van per saldo € 1,7 miljoen vallen de uitgaven € 9,8 miljoen euro lager uit dan begroot.
Regeling medisch noodzakelijke zorg onverzekerden (SOV)
De uitgaven voor de reguliere SOV (exclusief uitgaven voor zorg aan Oekraïense ontheemden) zijn € 10,9 miljoen hoger dan in de begroting geraamd. Vanwege de grotere bekendheid van de regeling doen zorgverleners vaker een beroep op deze regeling. Daarnaast zijn de uitgaven ten behoeve van zorg aan Oekraïense ontheemden € 9,6 miljoen hoger; in de ontwerpbegroting 2023 was hiervoor € 5,0 miljoen geraamd terwijl de werkelijke kosten € 14,6 miljoen bedroegen. Hierdoor zijn de uitgaven in 2023 in totaal € 20,5 miljoen hoger dan geraamd.
Regeling Veelbelovende zorg
In de voorgaande jaren sluit de administratie in SAP voor Project Veelbelovende zorg niet met de eindverantwoording van ZiNL. Via een correctieboeking van € 34,4 miljoen is dit rechtgetrokken in deze verantwoording voor het saldo van de openstaande verplichtingen per 31-12-2023. Aangezien deze correctie niet meer in het beginsaldo van 1 januari 2023 verwerkt kan worden, zijn de aangegane verplichtingen daardoor ruim € 50 miljoen hoger weergegeven dan die uit de verantwoording van ZiNL.
Overige
Het verschil van € 17,5 miljoen tussen de vastgestelde begroting en de realisatie heeft voor € 8,5 miljoen heeft betrekking op de uitgaven aan bezwaar en beroepszaken van de crisisregelingen Zorgbonus en Coronabanen in de zorg. In de eerste suppletoire begroting 2023 was hiervoor € 10 miljoen gereserveerd. Daarnaast is circa € 9 miljoen uitgegeven aan de subsidieregeling coronabanen in de zorg.
Opdrachten
Uitvoering zorgverzekeringstelsel
Een deel van deze middelen (€ 8,9 miljoen) is overgeboekt naar het ministerie van EZK ten behoeve van het programma Coalitie Leefstijl in de Zorg. Daarnaast was er een correctie van € 6,0 miljoen als gevolg van een foutief geboekte kasschuif uit 2022. Tenslotte heeft er in 2023 een kasschuif plaatsgevonden waarbij middelen zijn doorgeschoven naar komende jaren (€ 3,2 miljoen). Tezamen met een aantal kleine mutaties vallen de uitgaven per saldo € 19,4 miljoen lager uit.
Medisch specialistische zorg
Sinds de start van de oorlog in Oekraïne levert Nederland hulp en ondersteuning op basis van de afspraken die daarover in EU-verband zijn gemaakt. VWS levert hieraan een concrete bijdrage, bijvoorbeeld via de donatie van (overtollige) hulp- en geneesmiddelen. Ook is VWS verantwoordelijk voor het organiseren van de opvang, behandeling en terugkeer van medische evacués. De organisatie van de opvang is belegd bij het Europese systeem van de Het Europees Coördinatiecentrum voor noodhulp, officieel het Emergency Response Coordination Centre (ERCC). Het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten spreiding (LCPS) fungeert als National Medical Evacuation Coordinator. Sinds april 2022 heeft Nederland via het EU-systeem 433 patiënten een plek aangeboden. Daarvan zijn er inmiddels 204 in Nederland behandeld. In de oorspronkelijke begroting was voor deze taken € 8 miljoen gereserveerd. De realisatie van de uitgaven is met € 0,75 miljoen echter veel lager, onder andere doordat een deel van de kosten zijn gedragen door internationale partners.
Daarnaast waren in 2023 middelen gereserveerd voor de beschikbaarheid van het Landelijk Centrum Patiëntenspreiding (LCPS) voor de spreiding van COVID-19 patiënten. Doordat er geen opleving van COVID-19 meer is geweest en het LCPS al enige tijd op een waakvlam niveau draait, is per saldo € 3,5 miljoen vrijgevallen. Inmiddels is de functie van het LCPS geborgd via een beschikbaarheidsbijdrage.
Tezamen met een aantal andere kleine mutaties vallen de uitgaven per saldo € 13,0 miljoen lager uit.
Passende zorg
De uitgaven zijn € 14,1 miljoen lager dan oorspronkelijk begroot. Dit komt doordat deze middelen zijn overgeheveld naar andere artikelen ten behoeve van de uitvoering van de beleidsdoelstellingen op het gebied van Passende Zorg.
Bijdragen aan agentschappen
Overig
In 2023 is door Bureau Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) van het CIBG verdere uitvoering gegeven aan de exitstrategie voor de afbouw van de noodvoorraad persoonlijke beschermingsmiddelen.50 Uitgangspunt daarbij was dat deze voorraad voor 1 januari 2024 volledig zou zijn afgebouwd. Hiervoor is bij de 2e suppletoire begroting 2023 € 30,7 miljoen van artikelonderdeel 2.1 Kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg overgeboekt naar artikelonderdeel 2.3 Ondersteuning van het zorgstelsel. Vanwege vertraging in de aanbestedingen zijn de uitgaven in 2023 beperkt gebleven tot circa € 17,5 miljoen en is eind 2023 is besloten de uitvoering van de exitstrategie met 6 maanden te verlengen tot 1 juli 2024.51
Ontvangsten
Overig
Van de hogere ontvangsten op artikel 2 heeft een groot deel betrekking op COVID-19. Zoals vermeld in de 2e suppletoire begroting 2023 heeft de financiële afrekening van de agentschapsbijdrage over 2022 aan het CIBG - Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) tot een extra ontvangst van € 12,3 miljoen geleid. De afbouw van de noodvoorraad van persoonlijke beschermingsmiddelen en medische hulpmiddelen door het CIBG-LCH heeft geleid tot € 11,3 miljoen aan opbrengsten uit de verkoop en € 2,5 miljoen aan veilingopbrengsten. Ook heeft de financiële afrekening van de bijdrage over 2022 voor het beheer van de noodvoorraad plaatsgevonden, welke tot een extra ontvangst van € 6,5 miljoen heeft geleid. Tenslotte is er sprake van een aantal kleine ontvangsten met een saldo van € 2,4 miljoen euro. Hierdoor vallen de ontvangsten met betrekking tot COVID-19 € 35,0 miljoen hoger uitvallen dan begroot.
Daarnaast vallen, conform de opgave van het Centraal Administratie Kantoor (CAK), de ontvangsten voor wanbetalers € 9,8 miljoen hoger uit dan geraamd. Dit komt voornamelijk doordat het aantal wanbetalers in 2023 hoger was dan verwacht.
Verder hebben er diverse kleinere opwaartse bijstellen plaatsgevonden van ontvangstenramingen op artikel 2 van per saldo € 11,4 miljoen, waardoor per saldo de ontvangsten € 56 miljoen hoger uitvallen.