33 Algemene doelstelling
Een betere overheid door goede dienstverlening en minder regeldruk.
Omschrijving van de samenhang in het beleid
Burgers moeten kunnen rekenen op goede en betrouwbare dienstverlening door de overheid. Dit gaat om alle soorten dienstverlening via verschillende kanalen, zoals internet, telefoon, balie, e-mail en brief. «Goed» betekent dat burgers met zo weinig mogelijk inspanningen en lasten een zo goed mogelijk product en/of dienst van (mede)overheden kunnen afnemen. Kortom: open en toegankelijke loketten en weinig rompslomp. De overheid moet daarom ook innovatief zijn met ICT-toepassingen.
«Betrouwbaar» betekent dat de overheid de fysieke en digitale informatiehuishouding op orde heeft en de basisvoorzieningen goed borgt.
Verantwoordelijkheid
Het realiseren van een goede dienstverlening is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van het Rijk, medeoverheden en uitvoeringsorganisaties. De medeoverheden vormen meestal het loket voor de burger. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de verantwoordelijkheid om de samenwerking te regisseren. Deze verantwoordelijkheid wordt ingevuld door:
• het maken van afspraken met medeoverheden en uitvoeringsorganisaties (zie ook artikel 31);
• het ter beschikking stellen van voorzieningen;
• het stimuleren van innovatie;
• het maken van informatiebeleid;
• het formuleren van regels;
• het monitoren van de dienstverlening van de overheid (inclusief mede-overheden en uitvoeringsorganisaties).
Budgettaire gevolgen van beleid
(x € 1 000) | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 |
---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 99 288 | 77 823 | 72 504 | 72 379 | 72 525 | 72 374 |
Uitgaven | 99 288 | 77 823 | 72 504 | 72 379 | 72 525 | 72 374 |
33.25 Apparaat | 4 797 | 3 961 | 2 621 | 2 621 | 2 621 | 2 621 |
Programma-uitgaven | 94 491 | 73 862 | 69 883 | 69 758 | 69 904 | 69 753 |
Waarvan juridisch verplicht | 0 | 21 685 | 21 685 | 21 685 | 21 685 | 21 685 |
33.1 Administratieve lasten | 8 371 | 1 514 | 0 | 0 | 0 | 0 |
33.2 Innovatieve dienstverlening en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen | 32 585 | 18 824 | 18 711 | 18 623 | 18 619 | 18 619 |
Waarvan juridisch verplicht | 10 853 | 10 853 | 10 853 | 10 853 | 10 853 | |
* Bijdrage baten-lastendienst Logius | 13 818 | 13 818 | 13 818 | 13 818 | 13 818 | |
33.3 Beheer e-overheidsvoorzieningen | 53 535 | 53 524 | 51 172 | 51 135 | 51 285 | 51 134 |
Waarvan juridisch verplicht | 10 832 | 10 832 | 10 832 | 10 832 | 10 832 | |
* Bijdrage baten-lastendienst BPR | 2 544 | 2 544 | 2 544 | 2 544 | 2 544 | |
* Bijdrage baten-lastendienst Logius | 47 066 | 47 066 | 47 066 | 47 066 | 47 066 | |
Ontvangsten | 9 289 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
• De medeoverheden en uitvoeringsorganisaties zijn, binnen de gestelde kaders, autonoom in hun taakuitvoering.
• De voorkeuren en eisen van burgers evolueren, waardoor ook de eisen aan de dienstverlening constant veranderen.
Externe factoren
Meetbare gegevens
Alle doelstellingen in het thema bestuur hebben als doel dat de burger uiteindelijk tevreden is over het presteren van de overheid. Een goede indicator voor al deze doelstellingen is het oordeel van de burger over de overheidsdienstverlening, met name waar deze dienstverlening in samenwerking door meerdere overheden wordt verleend. Voor de operationele doelstellingen worden specifieke indicatoren benoemd.
Waarde 2008 | Waarde 2009 | Streefwaarde 2010 | Streefwaarde 2011 | |
---|---|---|---|---|
Overheidsdienstverlening | 6,7 | 6,6 | 7 | 7 |
Bron: Onderzoek naar de kwaliteit overheidsdienstverlening 0-meting en 1-meting.
33 Operationele doelstelling 1
Het verminderen van de regeldruk voor burgers, professionals en medeoverheden.
Motivering
Burgers ergeren zich soms aan de lasten die de overheid veroorzaakt. Ze ervaren dat het verkrijgen van zaken als reisdocumenten en vergunningen soms teveel tijd en moeite vergt. Deze lasten, en dan specifiek de grootste knelpunten, moeten mede door innovatie geminimaliseerd worden. Dit verhoogt het draagvlak bij de burger voor de overheid. Professionals in de publieke dienstverlening zijn teveel tijd en energie kwijt met het voldoen aan administratieve eisen. Onnodige administratieve lasten moeten worden aangepakt, zodat publieke dienstverleners hun werk optimaal en op een prettige manier kunnen uitvoeren, dit verhoogt ook de kwaliteit van de dienstverlening. Daarnaast is het belangrijk om de administratieve lasten voor burgers opgelegd door de gemeenten te verlichten. Ook de interbestuurlijke administratieve lasten moeten dalen, artikel 31 gaat hier verder op in.
Instrumenten
Het programma regeldruk en administratieve lasten (REAL) loopt 31-12-2010 grotendeels af. Een aantal activiteiten loopt in 2011 (of het begin daarvan) door, zoals op het terrein van AL Professionals en medeoverheden en Levensgebeurtenissen als verbindende factor (LEAF). Daarnaast is er in het budget rekening gehouden met het financieren van activiteiten die in het laatste kwartaal van 2010 plaatsvinden en waarvan de facturen pas voldaan in 2011 voldaan worden.
Meetbare gegevens
Basiswaarde 2002 | Realisatie 2002–2007 | Realisatie 2008 | Realisatie 2009 | Streefwaarde 2010 | Streefwaarde 2011 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Vermindering administratieve lasten van de burger in tijd bij het Rijk (t.o.v. 2002) | 0% | 17% | 22% | 28% | 28% | 31% |
Vermindering administratieve lasten van de burger in kosten bij het Rijk (t.o.v. 2002) | 0% | 21% | 22% | 21% | 24% | 25% |
Vermindering administratieve lasten voor burgers in tijd bij gemeenten (t.o.v. 2007) | 0% | 0% | – | – | 41% | 41% |
Vermindering administratieve lasten voor burgers in kosten bij gemeenten (t.o.v. van 2007) | 0% | 0% | – | – | 21% | 21% |
Bron: Voortgangsrapportage Regeldruk
33 Operationele doelstelling 2
Een betere dienstverlening door goed informatiebeleid, innovatie en de ontwikkeling van e-overheidsvoorzieningen.
Motivering
Een betere dienstverlening van de gehele overheid houdt in dat er samenhang is tussen de producten en diensten die de overheden via verschillende kanalen aanbieden. Dat kan alleen als de informatie op orde is. Dit betekent dat er een goed informatiebeleid moet zijn waardoor het mogelijk wordt dat de informatie goed uitgewisseld wordt. Uiteindelijk moet informatie eenvoudig bereikbaar zijn, transparant en toegankelijk, ook dankzij ICT-mogelijkheden. Ook omvat een goed informatiebeleid adequate voorzieningen die misbruik en oneigenlijk gebruik tegengaan. Ook innovatie op het gebied van nieuwe ICT-mogelijkheden (web 2.0) kan bijdragen aan de verbetering van dienstverlening.
Instrumenten
In 2011 zal verder worden gewerkt aan de uitvoering van het Nationaal Uitvoeringsprogramma dienstverlening en e-overheid (het NUP). Daarbij wordt ingezet op de afronding van de ontwikkeling, de implementatie en overgang van ontwikkeling naar beheer van een aantal activiteiten die al in eerdere jaren in gang zijn gezet:
Toegang tot overheidsinformatie en diensten
• De in 2010 in gang gezette doorontwikkeling van www.overheid.nl tot een voorziening waar burgers alle informatie over producten en diensten van de gehele overheid kunnen vinden wordt afgerond. De voorzieningen die nu in de afzonderlijke website www.mijnoverheid.nl worden aangeboden worden hierin meegenomen.
• De in het programma e-Overheid voor burgers ontwikkelde e-Overheid bouwstenen, zoals Antwoord© (contentvoorziening en 14+netnummer), Mijn Overheid (berichtenbox, lopende zaken, inzage in eigen gegevens), Samenwerkende catalogi, Standaarden zoals Webrichtrichtlijnen en Overheidswebmetadata, worden gereed gemaakt voor beheer door Logius. Tegelijkertijd wordt doorgegaan met aansluiten van overheidsorganisaties op deze bouwstenen.
• De voorzieningen voor de ondersteuning van gemeenten, provincies en waterschappen om alle decentrale regelgeving in geconsolideerde vorm op internet te publiceren worden gereed gemaakt voor overdracht aan Logius. Waar nodig zal actie worden ondernomen om de laatste overheidsorganisaties die nog niet op deze voorziening zijn aangesloten alsnog aangesloten te krijgen. De wettelijke verplichting hiertoe zal, wegens vertraging, naar verwachting op 1 januari 2011 van kracht worden.
Persoonsinformatiebeleid
• Persoonsinformatiebeleid is de zorg voor een doeltreffend en doelmatig gebruik van persoonsgegevens door overheidsinstellingen voor het uitvoeren van hun taken met inachtneming van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. De genetwerkte informatiesamenleving en de «digitale rechtsstaat» zorgen voor nieuwe uitdagingen op dit gebied. Daarbij gaat het zowel om het gebruik van persoonsgegevens in de publieke sector als de risico’s op misbruik van persoonsgegevens door anderen.
Informatie-infrastructuur
• In 2011 wordt de opbouw van het stelsel van basisregistraties grotendeels afgerond. De eerste tranche van de basisregistraties (waaronder GBA, Kadaster, BAG, RDW) is dan beschikbaar plus de daarbij behorende voorzieningen met betrekking tot gegevensuitwisseling. Dat betekent dat het mogelijk wordt dat de gegevens eenmaal worden aangeleverd en vervolgens meervoudig worden gebruikt in de publieke sector. Dat is een revolutionaire verandering in de informatiehuishouding van de overheid. Dit maakt het mogelijk de dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren, de administratieve lasten te verlagen en in algemene zin de efficiency en betrouwbaarheid van de overheid te verhogen. De samenwerking door overheidsketens kan daardoor veel beter worden vormgegeven. Standaardisatie is daarvoor nodig. De prioriteiten hiervoor zijn beschreven in het Nationale Uitvoeringsprogramma e-overheid (NUP).
• De vormgeving van de registratie van niet-ingezetenen als onderdeel van de nieuwe basisregistratie Personen, wordt in 2011 voortgezet. Daartoe wordt het technische systeem gerealiseerd, met gemeenten en deelnemers de benodigde afspraken gemaakt en wordt de conversie van de bestaande deelregistraties van niet-ingezetenen gerealiseerd.
• Rondom identiteitsmanagement wordt de inzet van DigiD verder uitgebreid en voorzien van nieuwe functionaliteiten zoals de machtigingsvoorziening. Hierdoor kunnen burgers namens andere burgers zaken doen met de overheid.
Beleidscoördinatie en monitoring
• Overeenkomstig de afspraken in het NUP worden in 2011 ondermeer de volgende resultaten beoogd:
– Overheden hebben beleid uitgewerkt voor open standaarden en open source;
– alle overheidswebsites voldoen aan de webrichtlijnen;
– overheden maken gebruik van de basisregistraties en van de standaarden en voorzieningen van de Overheidsservicebus (OSB), de voorziening waarmee gestandaardiseerde uitwisseling van gegevens mogelijk wordt;
– alle gemeenten zijn aangesloten op Regelhulp;
– overheidsorganisaties met gepersonaliseerde webfunctionaliteiten, stellen deze beschikbaar via www.mijnOverheid.nl.
– Door het Kwaliteits Instituut Nederlandse Gemeenten (KING) worden gemeenten ondersteund bij de uitvoering van het NUP.
Meetbare gegevens
Kengetallen | Waarde 2006 | Waarde 2007 | Waarde 2008 | Waarde 2009 |
---|---|---|---|---|
Aantal burgers met DigiD-inlogcode | 2,6 mln. | 6,1 mln. | 6,8 mln. | 7,54 mln. |
Aantal burgers aangesloten op mijnoverheid.nl | – | – | 10 000 | 27 760 |
Aantal berichten uitgewisseld via de overheidstransactiepoort per jaar | 3,0 mln. | 13,5 mln. | 15 mln. | 21 mln. |
Bron: Logius
33 Operationele doelstelling 3
Betere dienstverlening door het beschikbaar stellen, optimaliseren en stimuleren van het gebruik van overheidsbrede infrastructurele ICT-voorzieningen.
Motivering
Een efficiënte uitwisseling van gegevens tussen overheidsorganisaties, burgers en bedrijven verbetert de dienstverlening aan de burger. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zorgt hiervoor door overheidsbrede infrastructurele voorzieningen te ontwikkelen en te beheren. De toepassing van generieke ICT-voorzieningen draagt bij aan de verlaging van de administratieve lasten. En de overheid bespaart kosten doordat beheer centraal (in gemeenschappelijkheid) plaatsvindt.
Het beheer van overheidsinformatie (de elektronische) wettenbank, officiële publicaties, www.overheid.nl, MijnOverheid en een aantal standaarden, zoals de samenwerkende productencatalogi, Overheid WebMetadata Standaarden en webrichtlijnen, wordt in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitgevoerd door het programma e-Overheid voor burgers van de stichting ICTU. In de loop van 2011 zal deze opdracht worden overgebracht van ICTU naar Logius. Het beheer van Meldpunt ID-fraude en Burger Service Nummer (BSN) is belegd bij Postbus 51 en BPR.
Instrumenten
De producten zijn gegroepeerd in de productlijnen Toegang, Gegevensuitwisseling, Informatiebeveiliging en Standaardisatie.
• Toegang: DigiD is hét authenticatiesysteem waarmee overheidsinstellingen de identiteit kunnen verifiëren van burgers die gebruik maken van haar elektronische diensten. Met behulp van DigiD machtigen kunnen burgers een ander machtigen om – namens henzelf – een elektronische dienst af te nemen. PKIoverheid, de Public Key Infrastructure, stelt de overheid in staat betrouwbaar elektronisch te kunnen communiceren binnen en met de Nederlandse overheid.
• Gegevensuitwisseling: Digipoort (voorheen de Overheidstransactiepoort/OTP) is een generieke gemeenschappelijke infrastructuur die de elektronische communicatie, op basis van eenmalig aan te leveren informatie, tussen bedrijfsleven en burgers enerzijds en overheden anderzijds ondersteunt en bevordert. Digikoppeling (voorheen OSB), Digimelding (voorheen TMF), Digilevering, de Gemeenschappelijke Ontsluiting van Basisregistraties (GOB) en de Stelselcatalogus zijn de voorzieningen ten behoeve van gegevensuitwisseling binnen het stelsel van Basisregistraties.
• Informatiebeveiliging: GOVCERT.nl, het Computer Emergency Response Team van de Nederlandse overheid, ondersteunt de overheid bij preventie en afhandeling van ICT-gerelateerde veiligheidsincidenten.
Logius voert voor het kerndepartement deze activiteiten uit. In de paragraaf van de baten-lastendienst Logius (hoofdstuk 6) zijn diverse meetbare gegevens opgenomen.
Logius optimaliseert haar producten door wensen van afnemers zo mogelijk te verwerken in nieuwe releases. Zij stimuleert het gebruik van haar voorzieningen onder meer door afnemers voor te lichten in persoonlijke gesprekken, op haar jaarevenement, in diverse workshops en door actief deel te nemen aan andere evenementen.
Meetbare gegevens
Indicatoren | Waarde 2006 | Waarde 2007 | Waarde 2008 | Waarde 2009 | Streefwaarde 2010 | Streefwaarde 2011 |
---|---|---|---|---|---|---|
Klanttevredenheid GOVCERT.NL | 7 | 7 | 7,7 | 7,1 | 7 | 7 |
Klanttevredenheid Overheid.nl | 6,6 | 7 | 7,4 | 7,6 | 7 | 7 |
Klanttevredenheid DigiD | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | 7,8 | 7 | 7 |
TPM DigiD voor Burgers | n.v.t. | n.v.t. | Ja | Ja | Ja | Ja |
TPM PKIoverheid | n.v.t. | n.v.t. | Ja | Ja | Ja | Ja |
TPM Overheidstransactiepoort | n.v.t. | n.v.t. | Ja | Ja | Ja | Ja |
33.1 Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van beleid
Onderzoek onderwerp | AD of OD | A. Start | Vindplaats | |
---|---|---|---|---|
B Afgerond | ||||
Beleidsdoorlichting | Het verminderen van de regeldruk voor burgers, professionals en medeoverheden. | OD 33.1 1 | A: 2010 | |
B: 2011 | ||||
Beleidsdoorlichting | Een betere dienstverlening door goed informatiebeleid, innovatie en de ontwikkeling van e-overheidsvoorzieningen. | OD 33.21 | A: 2010 | |
B: 2011 | ||||
Beleidsdoorlichting | Betere dienstverlening door het beschikbaar stellen, optimaliseren en stimuleren van het gebruik van overheidsbrede infrastructurele ICT-voorzieningen. | OD 33.3 | A: 2014 | |
B: 2014 |