Vastgestelde begroting (incl. ISB 1 en 2, NvW) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB 3 t/m 7) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4) = (2) + (3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 180.362 | 465.767 | ‒ 331.665 | ‒ 134.102 | 0 |
Uitgaven | 175.432 | 460.837 | ‒ 331.665 | ‒ 129.172 | 0 |
Uitgaven | 175.432 | 460.837 | ‒ 331.665 | ‒ 129.172 | 0 |
Programma onvoorzien | 33.210 | 209.720 | ‒ 105.494 | ‒ 104.226 | 0 |
Apparaat onvoorzien | 25.580 | 22.425 | ‒ 18.753 | ‒ 3.672 | 0 |
Loonbijstelling | 103.731 | 198.903 | ‒ 191.024 | ‒ 7.879 | 0 |
Prijsbijstelling | 12.911 | 29.789 | ‒ 16.394 | ‒ 13.395 | 0 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Programma onvoorzien (- € 209,7 mln.)
De afboeking van € 209,7 mln. betreft grotendeels (€ 220 mln.) middelen voor Toeslagen (compensatie ouders en uitvoeringskosten). In de eerste suppletoire begroting van Financiën is hiervoor in 2020 € 200 mln. gereserveerd op artikel 10 Nog onverdeeld. Vervolgens is bij Miljoenennota € 20 mln. extra beschikbaar gesteld op artikel 10 als gevolg van het besluit tot toekenning van Opzet Grove Schuld-compensatie. Tevens is € 50 mln. overgeheveld naar artikel 1 voor de compensatie met betrekking tot Combiteam Aanpak Facilitators (CAF)-gerelateerde dossiers en de meest schrijnende gevallen. De daarmee op artikel 10 resterende € 170 mln. voor compensatie ouders wordt dit jaar niet benut en derhalve afgeboekt en doorgeschoven naar volgend jaar.
Van de resulterende € 50 mln. op artikel 1 Belastingen wordt naar verwachting dit jaar ca. € 18 mln. gerealiseerd voor de noodvoorziening, de eenmalige tegemoetkomingsregeling en de compensatie van gedupeerden. De resterende, niet benutte middelen op artikel 1 voor compensatie ouders (€ 32 mln.) worden eveneens doorgeschoven naar volgend jaar. Op artikel 1 wordt dit nader toegelicht.
Apparaat onvoorzien (- € 22,4 mln.)
Met een kasschuif van € 15,9 mln. in 2020 worden de resterende middelen voor Beheerst vernieuwen in het gewenste ritme geplaatst. Verder wordt € 2,8 mln. ingezet als dekking voor diverse kleinere posten zoals de onderzoeken naar varianten van betalen naar gebruik en valt tot slot € 3,7 mln. vrij.
Loonbijstelling (- € 198,9 mln.)
De tranche 2020 van de loonbijstelling is in de eerste suppletoire begroting toegevoegd aan de begroting (artikel 10). De loonbijstelling (€ 90,0 mln.) wordt nu naar rato verdeeld over de artikelen. Daarnaast zijn in de cao Rijk 2018-2020 afspraken gemaakt over de invoering van een individueel keuzebudget (IKB) per 1 januari 2020. De overgang naar het IKB leidt incidenteel tot hogere personele uitgaven in 2020, omdat onder het IKB het vakantiegeld en de eindejaarsuitkering eerder worden uitbetaald. Het kabinet heeft in 2019 besloten departementen te compenseren voor deze extra uitgaven. Deze compensatie (€ 90,1 mln.) wordt nu aan de personeelsbudgetten van de betreffende artikelen toegekend. Verder is € 10 mln. kasgeschoven naar 2021 en valt er € 7,9 mln. vrij.
Prijsbijstelling (- € 29,8 mln.)
De tranche 2020 van de prijsbijstelling is in de eerste suppletoire begroting toegevoegd aan de begroting (artikel 10). De prijsbijstelling (€ 16,4 mln.) wordt nu naar rato verdeeld over de artikelen. Verder stond hier € 13,4 mln. gereserveerd voor compensatie kinderopvang toeslag. Evenals bij het programma onvoorzien (zie hierboven) worden deze middelen doorgeschoven.