Base description which applies to whole site

3.7 Beleidsartikel 9. Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

Tabel 13 Budgettaire gevolgen van beleid art. 9 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
 

Ontwerp-begroting 2021 (1)

Mutaties via NvW, amende-menten en ISB (2)

Vastge-stelde begroting 2021 (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2022

Mutatie 2023

Mutatie 2024

Mutatie 2025

Verplichtingen

163.803

500

164.303

13.990

178.293

7.762

6.845

3.911

3.911

waarvan garantieverplichtingen

0

               

waarvan overig

163.803

0

             

Totale uitgaven

163.803

500

164.303

10.990

175.293

5.762

8.845

5.911

4.911

waarvan juridisch verplicht (%)

55,5%

               
                   

Bekostiging

43.848

0

43.848

‒ 2.003

41.845

1.122

3.947

1.017

1.017

Tegemoetkoming kosten opleidingsscholen

43.848

 

43.848

‒ 2.003

 

1.122

3.947

1.017

1.017

Subsidies (regelingen)

113.338

0

113.338

10.475

123.813

4.357

4.663

4.757

3.757

Lerarenbeurs

46.819

 

46.819

1.081

47.900

1.067

1.173

1.231

1.231

Zij-instroom

46.846

 

46.846

2.070

48.916

3.059

3.059

2.995

1.995

Wet Beroep leraar en Lerarenregister

2.945

 

2.945

‒ 1.384

1.561

‒ 234

‒ 34

66

66

Aanpak lerarentekort

15.000

 

15.000

3.540

18.540

439

439

439

439

Overige subsidies

1.728

 

1.728

5.168

6.896

26

26

26

26

Opdrachten

3.565

500

4.065

2.457

6.522

221

173

73

73

Bijdrage aan agentschappen

3.052

0

3.052

61

3.113

62

62

64

64

Dienst Uitvoering Onderwijs

3.052

 

3.052

61

3.113

62

62

64

64

Ontvangsten

9.000

0

9.000

‒ 2.500

6.500

‒ 2.500

‒ 2.500

‒ 2.000

‒ 2.000

In de kolom "Mutaties 1e suppletoire begroting 2021" worden de mutaties ten opzichte van de «Stand vastgestelde begroting 2021» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.

Toelichting

Verplichtingen

De verplichtingen worden met € 14,0 miljoen verhoogd. Het verschil tussen de verplichtingen- en uitgavenmutaties (€ 3,0 miljoen) wordt veroorzaakt door de regeling onderwijsassistenten. Bij deze regeling kan er voor meerdere jaren subsidie worden aangevraagd en dit wordt dan ook direct verplicht.

Uitgaven

Toelichting per instrument:

Bekostiging

Het budget wordt per saldo met € 2,0 miljoen verlaagd. Dit wordt veroorzaakt door:

  • een kasschuif ter hoogte van € 3,0 miljoen van 2021 naar 2023. Met deze kasschuif sluit de begroting zo goed mogelijk aan bij de groeicurve van het aantal studenten en wordt het kasritme geoptimaliseerd;

  • de doorverdeling (€ 1,0 miljoen) van de loon- en prijsbijstelling tranche 2021(zie het algemene deel).

SubsidiesHet budget wordt per saldo met € 10,5 miljoen verhoogd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:

  • de doorverdeling ( € 2,6 miljoen) van de loon- en prijsbijstelling tranche 2021 (zie het algemene deel);

  • een overboeking van artikel 1 naar artikel 9 ten behoeve van de regeling schoolkracht ter hoogte van € 5,0 miljoen;

  • de verlenging van de regeling onderwijsassistenten. Voor 2021 gaat het om een bedrag van € 1,0 miljoen;

  • een verhoging van het budget voor de regeling Regionale Aanpak Personeelstekort met € 3,0 miljoen. In 2020 is er € 5,0 miljoen toegevoegd aan het budget voor de zij-instroom vanuit de beschikbaar gestelde middelen voor het lerarentekort bij Voorjaarsnota. Vorig jaar was dit bedrag niet nodig vanwege een lager aantal aanvragen dan verwacht. Via de eindejaarsmarge wordt dit budget dit jaar ingezet voor de aanpak van het lerarentekort. De overige € 2,0 miljoen wordt toegevoegd aan het opdrachtenbudget;

  • een verlaging van het budget voor Wet Beroep leraar en Lerarenregister met € 1,4 miljoen. Dit is het gevolg van een overboeking naar hoger onderwijs ter dekking van de verlenging en uitbreiding van pilots met pabo-opleidingen gericht op het jonge en oudere kind. Bij de begrotingsbehandeling in 2020 en in de Kamerbrief van 9 december 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 27923, nr. 413) is aangekondigd dat de pilots voor uitvoering van de motie Heerema c.s. (pabo JK en OK) zullen doorlopentot en met 2021/2022;

  • daarnaast heeft er ook een overboeking plaatsgevonden naar het opdrachtenbudget van artikel 9 ter dekking van een dashboard voor regionale en landelijke ontwikkelingen op de onderwijsarbeidsmarkt. Hiermee wordt voldaan aan de behoefte van de Kamer en het onderwijsveld aan betere sturingsinformatie.

OpdrachtenHet opdrachtenbudget wordt met € 2,5 miljoen verhoogd. Deze verhoging wordt voornamelijk veroorzaakt door de toevoeging van € 2,0 miljoen voor de aanpak van het lerarentekort, zoals hierboven toegelicht.

OntvangstenDe ontvangsten worden met € 2,5 miljoen verlaagd. De ontvangsten op artikel 9 bestaan deels uit terugbetalingen van leraren die een lerarenbeurs hebben aangevraagd maar toch niet aan hun studie beginnen of weer stoppen. Het budget voor de lerarenbeurs is lager dan voorheen. De ontvangstenraming is hierop aangepast.

Licence