Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) | Stand 1e suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 6.030.567 | 6.457.069 | 96.835 | 451.102 | 7.005.006 | |
Uitgaven | 6.310.346 | 6.570.770 | 99.984 | 2.880 | 6.673.634 | |
waarvan juridisch verplicht | 99,97% | 100% | ||||
Bekostiging | 6.240.270 | 6.497.527 | 119.674 | 5.826 | 6.623.027 | |
Bekostiging onderwijsdeel1 | 3.006.191 | 3.156.227 | 3.333 | ‒ 58.944 | 3.100.616 | |
Bekostiging onderzoeksdeel | 2.284.607 | 2.360.442 | 66.341 | 60.000 | 2.486.783 | |
Bekostiging ondersteuning geneeskunde onderwijs en onderzoek | 757.944 | 782.877 | 0 | 4.770 | 787.647 | |
Studievoorschotvouchers | 17 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Studievoorschot kwaliteitsafspraken2 | 191.511 | 197.981 | 0 | 0 | 197.981 | |
Fonds Onderzoek en Wetenschap | 0 | 0 | 50.000 | 0 | 50.000 | |
Subsidies (regelingen) | 26.459 | 28.795 | ‒ 3.966 | ‒ 2.741 | 22.088 | |
Nuffic | 14.507 | 12.963 | ‒ 135 | ‒ 850 | 11.978 | |
Studiekeuze123 | 2.616 | 3.836 | 0 | ‒ 1000 | 2.836 | |
Vluchteling Studenten UAF | 2.511 | 2.594 | 0 | ‒ 511 | 2.083 | |
Studentenwelzijn (Ecio) | 794 | 894 | 0 | 894 | ||
Interstedelijk Studentenoverleg (ISO) | 271 | 334 | 0 | 0 | 334 | |
Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) | 255 | 263 | 0 | 0 | 263 | |
Open & online onderwijs | 2.008 | 2.074 | 0 | ‒ 194 | 1.880 | |
Zelftesten | 1.531 | 1.531 | ‒ 1531 | 0 | 0 | |
Overige subsidies | 1.966 | 4.306 | ‒ 2.300 | ‒ 186 | 1.820 | |
Opdrachten | 40.726 | 41.496 | ‒ 15.758 | ‒ 205 | 25.533 | |
Opdrachten | 3.153 | 3.923 | 168 | ‒ 205 | 3.886 | |
Zelftesten | 37.573 | 37.573 | ‒ 15.926 | 0 | 21.647 | |
Bijdragen aan (inter-) nationale organisaties | 2.891 | 2.952 | 34 | 0 | 2.986 | |
Europees Universitair Instituut Florence (EUI) | 1.859 | 1.920 | 0 | 0 | 1.920 | |
United Nations University (UNU) | 1.032 | 1.032 | 34 | 0 | 1.066 | |
Ontvangsten | 16 | 16 | 0 | 374 | 390 |
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) | Stand 1e suppletoire begroting (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 6.030.567 | 6.457.069 | 96.835 | 451.102 | 7.005.006 | |
waarvan garantieverplichtingen | 0 | 0 | 95.226 | 15.400 | 110.626 | |
waarvan overige verplichtingen | 6.030.567 | 6.457.069 | 1.609 | 435.702 | 6.894.380 |
In de kolom «Mutaties tweede suppletoire begroting 2022» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand eerste suppletoire begroting 2022» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingen worden met € 547,9 miljoen verhoogd. Het verschil tussen de verplichtingen- en uitgavenmutaties (€ 445,1 miljoen) wordt veroorzaakt door:
• garantieverplichtingen/rekening-courant kredieten aan onderwijsinstellingen die in 2022 zijn aangegaan of vervallen en waar het Ministerie van OCW garant voor staat (€ 110,6 miljoen);
• bijstelling van de verplichtingenraming zonder kaseffecten 2022 als gevolg van aanpassingen ten behoeve van de bekostiging voor het jaar 2023 (€ 334,5 miljoen). De middelen voor het jaar 2023 voortkomend uit het Coalitieakkoord en het Fonds onderzoek en wetenschap zijn anders dan voorzien al in 2022 verplicht en zorgen voor de verhoging van de verplichtingenstand in 2022.
Uitgaven
Toelichting per instrument:
Bekostiging
Het budget voor de bekostiging wordt per saldo met € 125,5 miljoen verhoogd. De verhoging is het gevolg van de volgende mutaties:
• De investering van € 100,0 miljoen voor 2022 in stabiele starters- en stimuleringsbeurzen ter verlichting van de werkdruk, de afhankelijkheid van externe onderzoeksfinanciering en vergroting van de ruimte voor onderzoekers om ongebonden onderzoek te doen;
• de overheveling naar universiteiten van het restant aan de NWO-onderzoekmiddelen uit de SEO-regeling (€ 16,3 miljoen);
• Een overboeking van € 4,8 miljoen vanuit het ministerie van VWS voor de zogenaamde OVA-compensatie 2022, zijnde het verschil van de door VWS uitgekeerde Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling in de zorg voor het jaar 2022 (4,42%) en het door OCW van het ministerie van Financiën ontvangen loonpercentage voor de gezondheidssector (3,45%) op de werkplaatsfunctie van de academische ziekenhuizen die door OCW worden bekostigd;
• diverse overige mutaties (met name overboekingen van en naar andere departementen, beleidsinstrumenten en -artikelen) die het budget per saldo in totaal verhogen met € 4,4 miljoen.
Subsidies
Het budget voor subsidies wordt per saldo met € 6,7 miljoen verlaagd. Het betreft:
• middelen uit het Coalitieakkoord ten behoeve van het verbeteren van de studiekeuzeinformatie worden voor een bedrag van € 1,0 miljoen niet uitgeput;
• de nog resterende subsidiemiddelen (€ 1,5 miljoen) voor het COVID-19 zelftesttraject zijn overgeheveld naar het opdrachtenbudget onder het Artikel 7 (Wetenschappelijk Onderwijs);
• de € 2,3 miljoen kabinetsbijdrage voor Oekraïne vluchtelingen, die in 1e instantie ondergebracht was bij het instrument subsidies zijn overgeheveld naar het instrument bekostiging onder hbo en wo;
• de niet-wettelijke taak die Nuffic heeft uitgevoerd ten behoeve van het Alumni-netwerk (een plek waar alumni, studenten, stagiairs, ambassades, organisaties en Nederlandse ho-instellingen elkaar ontmoeten) is per 2022 beëindigt, hierdoor ontstaat een meevaller van € 0,9 miljoen;
• diverse overige mutaties (met name overboekingen van en naar andere departementen, beleidsinstrumenten en -artikelen) die het budget per saldo in totaal verlagen met € 1,0 miljoen.
Opdrachten
Het budget voor opdrachten wordt met € 16,0 miljoen verlaagd. Het betreft de middelen voor zelftesten, enerzijds is hiervoor € 4,4 overgeheveld vanuit de subsidies van hbo en wo en anderzijds is een deel van deze middelen dat niet in 2022 wordt uitgeput (zijnde € 20,4 miljoen) afgeboekt in 2022 en opgeboekt in 2023 zodat het beleid indien nodig ook in dat jaar kan worden voortgezet.