Base description which applies to whole site

3.5 Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven

Op dit artikel worden de apparaatskosten van RWS en de Staf deltacommissaris geraamd alsmede de investeringsruimte, de overige netwerkgebonden uitgaven van RWS en programma-uitgaven van de Deltacommissaris die niet direct aan de afzonderlijke projecten uit dit Deltafonds zijn toe te wijzen.

Op dit artikel worden de apparaatskosten van RWS en de Staf deltacommissaris geraamd alsmede de investeringsruimte, de overige netwerkgebonden uitgaven van RWS en programma-uitgaven van de Deltacommissaris die niet direct aan de afzonderlijke projecten uit dit Deltafonds zijn toe te wijzen.

Tabel 27 Budgettaire gevolgen van de uitvoering art. 5 Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

2026

Verplichtingen

341.416

351.304

339.212

349.706

418.000

480.348

471.562

Uitgaven

341.349

352.027

339.405

349.899

417.959

480.357

471.571

Waarvan juridisch verplicht

       

5.01 Apparaat

263.436

266.575

249.947

241.017

246.533

252.198

247.099

5.01.01 Staf Deltacommissaris

1.612

1.987

1.915

1.811

1.811

1.811

1.811

5.01.02 Apparaatskosten RWS

261.824

264.588

248.032

239.206

244.722

250.387

245.288

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

261.824

264.588

248.032

239.206

244.722

250.387

245.288

5.02 Overige uitgaven

77.913

81.963

70.641

68.696

69.013

69.339

69.462

5.02.01 Overige netwerkgebonden uitgaven

76.737

79.770

68.829

66.884

67.223

67.528

67.651

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

76.737

79.770

68.829

66.884

67.223

67.528

67.651

5.02.02 Programma-uitgaven DC

1.176

2.193

1.812

1.812

1.790

1.811

1.811

5.03 Investeringsruimte

0

3.489

3.500

21.016

7.425

27.425

18.585

5.03.01 Programmaruimte

0

3.489

3.500

21.016

7.425

27.425

18.585

5.04 Reserveringen

0

0

15.317

19.170

94.988

131.395

136.425

5.04.01 Reserveringen

0

0

15.317

19.170

94.988

131.395

136.425

Ontvangsten

43.988

‒ 5.235

     

5.10 Saldo afgesloten rekeningen

43.988

‒ 5.235

     

Onderstaand zijn de beschikbare budgetten na de begrotingsperiode tot en met 2035 per jaar gepresenteerd op artikelonderdeelniveau. De mutaties zijn in de verdiepingsbijlage bij de begroting op ditzelfde detailniveau tot en met 2035 toegelicht.

Tabel 28 Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven (bedragen x € 1.000)
  

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

5

Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven

Uitgaven

352.027

339.405

349.899

417.959

480.357

471.571

602.026

484.860

5.01

Apparaat

 

266.575

249.947

241.017

246.533

252.198

247.099

246.842

246.429

5.02

Overige uitgaven

 

81.963

70.641

68.696

69.013

69.339

69.462

69.298

65.706

5.03

Investeringsruimte

 

3.489

3.500

21.016

7.425

27.425

18.585

141.608

37.325

5.04

Reserveringen

  

15.317

19.170

94.988

131.395

136.425

144.278

135.400

5

Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven

Ontvangsten

‒ 5.235

       

5.10

Saldo afgesloten rekeningen

 

‒ 5.235

       
           
  

2029

2030

2031

2032

2033

2034

2035

2021-2035

5

Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven

Uitgaven

409.780

542.380

584.455

539.455

539.414

883.539

866.263

7.863.390

5.01

Apparaat

 

246.074

246.074

246.074

246.074

246.074

246.074

246.074

3.719.158

5.02

Overige uitgaven

 

65.381

65.381

65.381

65.381

65.340

65.340

65.340

1.021.662

5.03

Investeringsruimte

 

27.325

17.325

16.200

16.200

16.200

360.325

343.049

1.056.997

5.04

Reserveringen

 

71.000

213.600

256.800

211.800

211.800

211.800

211.800

2.065.573

5

Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven

Ontvangsten

       

‒ 5.235

5.10

Saldo afgesloten rekeningen

        

‒ 5.235

5.01 Apparaat

Motivering

In uitzondering op de systematiek van «Verantwoord Begroten» worden op deze begroting ook de apparaatskosten van de Staf deltacommissaris en RWS gepresenteerd.

Producten

Staf Deltacommissaris

Overeenkomstig de Deltawet heeft de deltacommissaris een eigen staf ter ondersteuning van zijn taken en een toereikend budget voor de hem toebedeelde taken. Op dit artikel worden personele en materiële kosten gepresenteerd, die nodig zijn om de ondersteunende taken van de Staf Deltacommissaris te kunnen uitvoeren.

Apparaatskosten Rijkswaterstaat

Dit betreft de apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) voor de programma’s Ruimte voor de Rivier, Maaswerken, HWBP-2, HWBP, Afsluitdijk, overige aanlegprojecten, verkenningen en planuitwerkingen, watermanagement, Beheer en Onderhoud en de uitvoering van landelijke taken en inhuur.

5.02 Overige Uitgaven

Producten

Overige netwerkgebonden uitgaven

Onder overige kosten zijn de externe kosten verantwoord die niet direct toewijsbaar zijn aan de producten van het Deltafonds. Hiertoe behoren externe kosten voor de landelijke taken basisinformatie, sectorspecifieke ICT, kennisontwikkeling & innovatie, watermanagement, beheer en onderhoud en overige.

Programmauitgaven Deltaprogramma

Deze uitgaven worden gedaan voor het Deltaprogramma en de hoofdtaken van de deltacommissaris. Dit betreffen vooral programma-uitgaven voor: kennis- en strategieontwikkeling (waaronder Kennisprogramma Zeespiegelstijging); monitoring en evaluatie in het kader van het bewaken van de voortgang en samenhang van de uitvoering van het Deltaprogramma; de totstandkoming en het bevorderen van de uitvoering van het jaarlijkse Deltaprogramma; en voor het betrekken en informeren van belanghebbenden en publiek (communicatie en Deltacongres).

5.03 Investeringsruimte

Op dit artikel wordt de voor het Deltafonds beschikbare investeringsruimte tot en met 2035 verantwoord. Het kabinet heeft besloten tot een jaarlijkse verlenging van de investeringsfondsen. In deze begroting betekent dit een verlenging tot en met 2035. Na aftrek van de doorlopende verplichtingen (beheer, onderhoud en vervanging, netwerkkosten RWS en het HWBP) betekent dit een toevoeging van € 272 miljoen aan investeringsruimte in 2035. Na de verlenging van het Deltafonds en de onderstaande budgettaire aanpassingen bedraagt de generieke investeringsruimte €1.057 miljoen. Het grootste deel van de vrije investeringsruimte is beschikbaar vanaf 2034 .

Deze investeringsruimte is beschikbaar voor prioritaire beleidsopgaven binnen de scope van het Deltafonds. De uitwerking van het Deltaprogramma is in volle gang. Gedurende de lopende trajecten, zoals de beoordeling op basis van de nieuwe waterveiligheidsnormen, de nadere beleidsuitwerking van Integraal Riviermanagement, het Deltaplan zoetwater, de Programmatische Aanpak Grote Wateren en de Delta Aanpak Waterkwaliteit, zullen de komende jaren deze investeringsmiddelen op adaptieve wijze nader worden geprogrammeerd. In de investeringsruimte van € 1.057 miljoen zijn risicoreserveringen opgenomen van in totaal circa € 730 miljoen.

5.04 Reserveringen

Op artikelonderdeel 5.04 worden uitgaven geraamd voor toekomstige opgaven, waarvoor nog geen startbeslissing is genomen. Op dit moment zijn tot en met 2035, onder voorbehoud van cofinanciering, met name de volgende posten gereserveerd:

  • Regionale keringen in beheer bij het Rijk (€ 192 miljoen): Om de regionale keringen in beheer bij het Rijk te laten voldoen aan de in het Waterbesluit opgenomen normen is binnen de investeringsruimte een reservering getroffen.

  • Integraal Rivier Management (€ 686 miljoen): in dit programma worden de Rijksopgaven voor de rivier, waaronder waterveiligheid, scheepvaart, waterkwaliteit en -kwantiteit, rivierbodemligging en vegetatiebeheer in samenhang met elkaar gebracht om synergie in programmering en uitvoering te bereiken. Tevens worden deze daar waar dit leidt tot synergie verbonden met urgente regionale opgaven. Via het programma Integraal Rivier Management geven Rijk en regio nadere beleidsuitwerking aan de voorkeurstrategie voor de waterveiligheid van rivieren, zoals vastgelegd in het Nationaal Waterplan 2016–2021. Daarmee wordt ook de herijking van de voorkeursstrategie vormgegeven. Het programma heeft een doorlooptijd tot en met 2050. Voor de opgave tussen 2032–2050 wordt € 80 miljoen per jaar aan de beleidsreservering toegevoegd.

  • Zoetwater (€ 561 miljoen): Voor het 2e pakket Zoetwater is € 250 miljoen gereserveerd voor de periode 2022-2028. Dit betreft voortzetting van het beleid (vervolg op het 1e pakket zoetwater) om schade ten gevolge van droogte en verzilting te voorkomen. De droogte in 2018, 2019 en 2020 heeft laten zien dat we meer moeten doen om problemen, zoals op de hoge zandgronden en in IJsselmeergebied, te voorkomen. Daarvoor wordt in het Deltafonds vanaf 2028 jaarlijks € 42 miljoen gereserveerd, in totaal € 336 miljoen in de periode 2028-2035. Daarna wordt jaarlijks € 42 miljoen aan de reservering toegevoegd, omdat verwacht wordt dat ook dan inzet op het onderwerp noodzakelijk blijft.

  • Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) (€ 515 miljoen): dit betreft behoud en verbetering van natuur en waterkwaliteit gericht op toekomstbestendige grote wateren met hoogwaardige natuur die goed samengaat met een krachtige economie. PAGW heeft een doorlooptijd tot en met 2050. Voor de opgave in de periode 2030–2040 wordt jaarlijks € 85,8 miljoen per jaar en in de periode 2041-2050 jaarlijks € 66 miljoen aan de beleidsreservering toegevoegd voor de bekostiging van de urgente opgave en maatregelen ten behoeve van een robuust ecologisch netwerk.

  • Onderzoekreservering (€ 22 miljoen): de gevraagde middelen zijn vooralsnog gebundeld in een brede onderzoekreservering voor onderzoek ten behoeve van de brede wateropgave. Het gaat onder andere om onderzoek naar waterveiligheid, rivieren, verbetering waterkwaliteit en waterkwantiteit (zoetwatervoorziening). Uit deze reservering kan geput worden als de onderzoeksopgaven in latere jaren verder zijn uitgewerkt en financieel onderbouwd. Aan de bestaande beleidsreservering wordt jaarlijks € 2 miljoen toegevoegd.

  • Kennisprogramma Ruimtelijke Adaptatie (€ 14 miljoen): In de voorbereiding van de impulsregeling is gebleken dat niet alleen behoefte is aan middelen voor de uitvoering van maatregelen, maar ook voor kennis en kennisdeling ten behoeve van het Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie (DPRA). De middelen zijn onder andere nodig voor nader onderzoek van risico’s van klimaatverandering, onderzoek voor onderbouwing van maatregelen, het ontwikkelen van een monitoringssysteem, communicatie, instandhouding van het kennisportaal ruimtelijkeadaptatie.nl, de klimaateffectatlas en het Platform Samen Klimaatbestending.

  • Wettelijk Beoordelingsinstrumentarium 2035 (€ 25 miljoen): Beheerders van primaire waterkeringen (Waterschappen en Rijk) zijn conform de Waterwet wettelijk verplicht minimaal iedere twaalf jaar verslag uit te brengen aan de Minister over de waterstaatkundige toestand van deze keringen. Bij ministeriele regeling worden nadere regels gesteld over de beoordeling hiervan. Deze regels zijn bekend onder het «Wettelijk beoordelingsinstrumentarium». De scope van dit programma omvat (de doorontwikkeling van) software, technische leidraden, voorschriften, procedures, ondersteuning, beheer en onderhoud. De reservering dient voor het dekken van de benodigde jaarlijkse kosten voor dit programma van € 2 miljoen per jaar in de periode 2024–2035.

  • Delta-aanpak Waterkwaliteit – Nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen (€ 23 miljoen): dit betreft een beleidsreservering voor maatregelen om opgedane kennis breed te delen en toe te passen. Hiermee worden, via gebiedsprocessen, maatregelpakketten ontwikkeld ten behoeve van de wateropgave voor de landbouw, die passen bij een gezonde bedrijfsvoering van agrariërs en bijdragen aan het halen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water.

  • Plastic Zwerfafval in rivieren (€ 8 miljoen): Eind 2019 is de gezamenlijke aanpak plastics in rivieren gestart waarbij de eerste pilot voor het afvangen van plastics in 2020 van start gaat in de IJssel en Maas. Plastic zwerfafval in de Nederlandse rivieren dient te worden afgevangen alvorens dit in zee belandt en in microplastics uiteenvalt. Het verzamelde plastic wordt vervolgens circulair verwerkt. Met de beleidsreservering kunnen, na succesvolle afronding van de pilot, maatregelen worden uitgevoerd die bijdragen aan het behalen van de milieudoelstellingen van het kabinet.

  • Meettechniek Waterkwaliteit (€ 15 miljoen): Aan de hand van nieuwe meettechnieken kan aanvullende informatie worden verkregen over de toestand van het water. Door innovatieve meettechnieken om te zetten naar de meetpraktijk kan bijvoorbeeld beter bepaald worden of en welke maatregelen nodig zijn voor de waterkwaliteit.

  • PFAS en andere opkomende stoffen in water en grondwater (€ 2 miljoen): Voor het toepassen van grond en baggerspecie met PFAS is een tijdelijk handelingskader gepubliceerd. Er is aanvullend onderzoek en monitoring nodig voor de effecten van PFAS in water en grondwater. Daarnaast wordt gewerkt aan een algemene methodiek om beter om te gaan met de risico’s die opkomende stoffen met zich meebrengen voor oppervlaktewater en grondwater.

  • Kennisbasis Nationale Grondwater Reserves (€ 2,7 miljoen): In de Structuurvisie Ondergrond is afgesproken dat het Rijk Nationale Grondwater Reserves aanwijst en voorziet van een beschermingsregime. Om de Nationale Grondwater Reserves driedimensionaal vast te stellen en te beschermen zijn verschillende activiteiten nodig. Kartering van bestaande data, uitbreiden en actualiseren van data, afstemming en communicatie met stakeholders, opname van de kartering in de Basis Registratie Ondergrond, bepalen van het beschermingsregime, onderhoud en actualiseren van de data.

Licence