Het geraamde EMU-saldo blijft in de kabinetsperiode tussen ‒ 1,9% bbp en ‒ 3,0% bbp. Dit jaar zal de schuld naar verwachting uitkomen op 45,2% bbp en 50,0% bbp bedragen aan het einde van de meerjarenperiode. Daarmee blijft Nederland voldoen aan de Europese grenswaarden.
De totale overheidsfinanciën bestaan uit verschillende onderdelen. Dit is te zien in tabel 16. De inkomsten worden opgeteld bij de netto-uitgaven binnen het uitgavenkader, de overige netto-uitgaven en de correcties voor het EMU-saldo. Dit leidt tot het saldo van de centrale overheid. Hier wordt het EMU-saldo decentrale overheden bij opgeteld om tot het totale EMU-saldo voor de collectieve sector te komen.
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Inkomsten (belastingen en sociale premies) | 428,7 | 453,0 | 475,6 | 495,8 | 515,9 | 534,9 |
Netto-uitgaven binnen het uitgavenkader | 425,7 | 449,8 | 482,9 | 497,7 | 515,9 | 537,9 |
Overige netto-uitgaven en correcties voor het EMU-saldo | 33,1 | 39,9 | 25,3 | 25,1 | 26,3 | 28,4 |
Totale netto-uitgaven en correcties voor het EMU-saldo | 458,8 | 489,7 | 508,2 | 522,8 | 542,2 | 566,3 |
EMU-saldo centrale overheid | ‒ 30,1 | ‒ 36,7 | ‒ 32,6 | ‒ 27,0 | ‒ 26,4 | ‒ 31,4 |
EMU-saldo decentrale overheden | ‒ 0,7 | ‒ 0,7 | ‒ 0,7 | ‒ 0,7 | ‒ 0,8 | ‒ 0,8 |
EMU-saldo collectieve sector | ‒ 30,8 | ‒ 37,4 | ‒ 33,3 | ‒ 27,7 | ‒ 27,1 | ‒ 32,2 |
EMU-saldo collectieve sector (in procenten bbp) | ‒ 2,6% | ‒ 3,0% | ‒ 2,6% | ‒ 2,1% | ‒ 1,9% | ‒ 2,2% |
EMU-schuld collectieve sector | 540,5 | 596,0 | 632,2 | 664,8 | 693,5 | 725,8 |
EMU-schuld collectieve sector (in procenten bbp) | 45,2% | 47,8% | 48,7% | 49,2% | 49,5% | 50,0% |
Bruto binnenlands product (bbp) | 1.196 | 1.247 | 1.297 | 1.350 | 1.400 | 1.451 |
Bron: ministerie van Financiën
Tabel 17 toont de ontwikkeling van het EMU-saldo ten opzichte van de Miljoenennota 2025. De hogere economische groei leidt door middel van hogere belastinginkomsten tot verbetering van het EMU-saldo van in totaal 0,8% in 2029. Als gevolg van de hogere loon- en prijsontwikkeling (nominale ontwikkeling) uit het CEP stijgen de uitgaven en dit verslechtert het verwachte saldo tussen 0,1% en 0,2% over de begrotingshorizon. De voorjaarsbesluitvorming heeft vanwege de sluitende kaders een beperkt positief effect op het EMU-saldo van 0,1% in 2026, wat deels wordt verklaard door de onderschrijding van het uitgavenkader in het betreffende jaar. Het kabinet heeft daarnaast inspanningen gedaan om de begrotingen in een realistischer kasritme te plaatsen. Dit leidt in 2025 en 2026 tot een verbetering van het EMU-saldo, in latere jaren zullen deze middelen alsnog uitgegeven worden en dan het saldo belasten. In de post overig zijn de uitgaveneffecten buiten het uitgavenkader zichtbaar, zoals de extra middelen voor de steun aan Oekraïne. Tot slot heeft het hogere geraamde bbp een klein positief meerjarig effect op het EMU-saldo van maximaal 0,1% (noemereffect).
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|
EMU-saldo Miljoenennota 2025 | ‒ 2,8% | ‒ 3,7% | ‒ 2,4% | ‒ 2,4% | ‒ 2,5% | |
Belasting- en premieinkomsten | 0,3% | 0,5% | 0,5% | 0,6% | 0,8% | |
Kadercorrecties inclusief nominale ontwikkeling | ‒ 0,1% | ‒ 0,2% | ‒ 0,2% | ‒ 0,2% | ‒ 0,1% | |
Voorjaarsbesluitvorming exclusief kasschuiven | 0,0% | 0,1% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | |
Kasschuiven | 0,2% | 0,6% | ‒ 0,2% | ‒ 0,1% | ‒ 0,1% | |
Overig (inclusief noemereffect) | ‒ 0,2% | ‒ 0,2% | ‒ 0,2% | ‒ 0,1% | 0,0% | |
EMU-saldo Voorjaarsnota 2025 | ‒ 2,6% | ‒ 3,0% | ‒ 2,6% | ‒ 2,1% | ‒ 1,9% | ‒ 2,2% |
Bron: ministerie van Financiën
Tabel 18 toont de ontwikkeling van de EMU-schuld ten opzichte van de inschatting in de Miljoenennota 2025. Per saldo valt de schuld meerjarig iets lager uit dan werd geraamd bij Miljoenennota. Het gestegen bbp heeft een verlagend effect op de EMU-schuld: het zogenoemde noemereffect. Daarnaast leidt de vaststelling van de schuld 2024 door het CBS tot een neerwaartse doorwerking op de schuld in latere jaren. Tot slot leidt ook de meerjarige verbetering van het EMU-saldo tot een lagere EMU-schuld.
2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | |
---|---|---|---|---|---|---|
EMU-schuld Miljoenennota 2025 | 46,6% | 50,1% | 50,7% | 51,6% | 52,5% | |
Noemereffect door bbp-ontwikkeling | ‒ 0,8% | ‒ 0,9% | ‒ 0,9% | ‒ 1,1% | ‒ 1,2% | |
Doorwerking schuld t-1 | ‒ 0,6% | ‒ 0,6% | ‒ 1,4% | ‒ 1,1% | ‒ 1,2% | |
Mutatie EMU-saldo | ‒ 0,1% | ‒ 0,7% | 0,2% | ‒ 0,3% | ‒ 0,5% | |
Financiële transacties en kastransverschillen | 0,1% | ‒ 0,1% | 0,0% | 0,1% | ‒ 0,1% | |
Overige mutaties | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | 0,0% | |
EMU-schuld Voorjaarsnota 2025 | 45,2% | 47,8% | 48,7% | 49,2% | 49,5% | 50,0% |
Bron: ministerie van Financiën