Base description which applies to whole site

4.4 Artikel 4: Lucht materieel

Het doel van dit artikel is inzicht bieden in het verwerven en instandhouden van het lucht materieel. In het Defensiematerieelverslag wordt aangegeven welke voornaamste activiteiten over het afgelopen jaar hebben plaatsgevonden in relatie tot de doelstellingen van het onderliggende beleid. De verwerving wordt nader uitgesplitst in de voorbereidings-, onderzoeks- en realisatiefase.

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 4 (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

2017

2018

2019

2020

2021

2021

2021

Verplichtingen

    

1.679.328

1.063.617

615.711

waarvan garantieverplichtingen (indien van toepassing)

       

waarvan overige verplichtingen (indien van toepassing)

    

1.679.328

1.063.617

615.711

        

Uitgaven

    

1.422.778

1.420.232

2.546

        

Verwerving

       

Opdrachten

    

1.119.950

1.715.005

‒ 595.055

Verwerving: voorbereidingsfase

     

11.386

‒ 11.386

Verwerving: onderzoeksfase

       

Verwerving: realisatie

    

1.119.950

1.703.619

‒ 583.669

Instandhouding

       

Opdrachten

    

302.827

243.102

59.725

Instandhouding materieel

    

302.827

243.102

59.725

Over-/ onderprogrammering

     

‒ 537.875

537.875

        

Ontvangsten

    

7.104

0

7.104

Overige ontvangsten materieel

    

7.104

 

7.104

De posten met een verschil groter dan € 10 miljoen of noemswaardige verschillen worden hieronder toegelicht.

Verplichtingen

De realisatie op de verplichtingen is € 615,7 miljoen hoger dan begroot. Dit is enerzijds te verklaren door een onderrealisatie op de investeringen in lucht materieel en anderzijds door een overrealisatie op de instandhouding van lucht materieel.

Met betrekking tot de investeringen in lucht materieel is bij het project Verwerving F-35 € 221 miljoen minder gerealiseerd aan verplichtingen dan begroot. Dit komt doordat het contract voor de verwerving van de laatste twaalf (negen + drie) toestellen en contracten die daarmee samenhangen een vertraging hebben binnen het JSF Program Office (JPO). Bij het project NH-90 ( € 68 miljoen) treden vertragingen met name op bij contracten die betrekking hebben op specifiek voor Nederland bedoelde functionaliteiten. Deze zijn in financiële omvang vaak veel kleiner dan de multinationale contracten die bijvoorbeeld voor alle deelnemende partnerlanden worden gesloten, en deze laatste categorie contracten krijgt doorgaans voorrang bij de leverancier. Bij het project AH-64 Zelfbescherming (€ 43,9 miljoen) is in 2021 een vertraging ontstaan, doordat voor delen van de benodigde systemen nog geen toestemming is gegeven door de Amerikaanse overheid. Het Project Multi Ship Multi Type (€ 41,5 miljoen) heeft een vertraging in tijd voor het oplopen van zowel de FMS case als de vastgoedverplichting. Bij het project F-35: Verwerving middellange tot lange afstandraket (€ 26,9 miljoen) is een geplande bestelling vertraagd, waardoor de verwachte levering voor eind 2021 is doorgeschoven naar 2022. Voor het project AH-64D Upgrade (€ 18,8 miljoen) heeft een onvoorziene vertraging plaatsgevonden aan de zijde van de Amerikaanse overheid, waardoor minder is betaald. Bij het project Military Approach and Surveillance System (MASS) Radar (€ 17,6 miljoen) is in de tweede helft van 2020 besloten tot een andere verwervingsstrategie over te gaan om zo te komen tot een betere prijsstelling. Dit heeft geleid tot vertraging en daarmee een verschuiving van het verplichtingenbudget naar latere jaren. Bij het project MLU-CHINOOK (€ 12,8 miljoen) heeft een onvoorziene operationele vertraging plaatsgevonden aan Amerikaanse overheid zijde, waardoor minder is verplicht dan voorzien.

De realisatie van de verplichtingen voor de instandhouding van het lucht materieel is hoger dan begroot. De voornaamste reden hiervan is het nieuw afgesloten Production Sustainment Follow on Development Memorandum of Understanding (PFSD MoU) voor de productie-, instandhoudings- en doorontwikkelingsfase voor de F-35, de zogenaamde PFSD MoU (€ 954,1 miljoen). Deze MoU is op 23 juni 2021 getekend, nadat de Tweede Kamer over het besluit tot het tekenen van de nieuwe MoU is geïnformeerd (zie Kamerbrief, vergaderjaar 2020-2021, 26 488, nr. 465). Onderdeel van de MoU is de aanpassing van de kostenplafonds van de individuele landen in lijn met de geactualiseerde ramingen. In de begroting en voortgangsrapportages 2021 en 2022 zijn de ramingen hierop aangepast, maar de MoU was niet als meerjarige verplichting vastgelegd waardoor de aanpassing van het verplichtingenbudget in de begroting niet heeft plaatsgevonden. Nadat dit bij de controle van het jaarverslag werd geconstateerd, heeft er een extracomptabele correctie plaatsgevonden waardoor de verplichting alsnog is vastgelegd in de financiële administratie en in de begroting 2021 als slotwetmutatie is verwerkt. Hierdoor is een formele onrechtmatigheid ontstaan.

Daarnaast zijn de volgende aanpassing gedaan op het budget ten opzichte van de begroting: Fort Hood FMS-case overgeboekt van overige personele exploitatie naar instandhouding, welke betrekking had op technische ondersteuning (€ 33,4 miljoen). Ook is een nieuwe FMS-case voor de instandhouding van de Fort Hood vloot opgelopen voor 2023-2026 (€ 83,6 miljoen). De contracten ten behoeve van de instandhouding van de F-35 zijn deels afgedekt door budgetten die gedurende het jaar zijn overkomen uit de delta-exploitatie van het DLP (€ 57,7 miljoen) en in eerdere jaren zijn voor onder andere de F-16 langjarige contracten afgesloten (€ 19,9 miljoen).

Het resterende verschil tussen begroting en realisatie is het gevolg van kleine afwijkingen bij individuele projecten in het totale projectportfolio.

Uitgaven

Verwerving

Verwerving lucht materieel - voorbereidingsfase

Op de projecten in voorbereiding vindt geen realisatie plaats. Deze middelen worden doorgeschoven naar de onderzoeks-/realisatiefase of naar een ander jaar. Het budget voor de voorbereidingsfase is dit jaar daarom met € 11,4 miljoen volledig afgeboekt.

Met de eerste suppletoire begroting is door herfaseringen het budget met € 6,4 miljoen verlaagd. Dit betreft met name het project O&T munitie F-35 (€ 6,3 miljoen).

Met de tweede suppletoire begroting is door een aantal kleine herschikkingen en faseringen het resterende budget van € 5,0 miljoen doorgeschoven naar latere jaren. Hier betreft het met name het project Vervanging SRTUAV sensoren (€ 4,8 miljoen).

Verwerving lucht materieel - realisatiefase

De realisatie van het uitgavenbudget verwerving luchtmaterieel in de realisatiefase is € 583,7 miljoen lager dan begroot. Bij het project Verwerving F-35 is € 187,1 miljoen minder uitgegeven dan begroot. Dit komt door de vertraging binnen het JSF Program Office bij een aantal grote contracten dat gekoppeld is aan de laatste twaalf F-35’ s. De contracten, en daarmee verplichtingen, worden nu medio 2022 verwacht.

Bij het project Chinook Vervanging en Modernisering is € 70,6 miljoen minder uitgeven dan begroot, omdat een onvoorziene vertraging heeft plaatsgevonden bij de Amerikaanse overheid. Hierdoor is minder betaald dan vooraf voorzien. Daarnaast is een administratieve vertraging opgetreden bij de Amerikaanse overheid, waardoor aanvullingen op de FMS-case niet konden worden doorgevoerd. Bij het project NH-90 is € 38,8 miljoen minder uitgegeven dan begroot. Vertragingen treden met name op bij contracten – en in het verlengde daarvan uitgaven – die betrekking hebben op specifiek voor Nederland bedoelde functionaliteiten. Deze zijn in financiële omvang vaak veel kleiner dan de multinationale contracten die bijvoorbeeld voor alle deelnemende partnerlanden worden gesloten, en deze laatste categorie contracten krijgt doorgaans voorrang bij de leverancier. Bij het project F-35: Verwerving middellange tot lange afstandraket (€ 22,5 miljoen) is een geplande bestelling vertraagd, waardoor de verwachte levering voor eind 2021 is doorgeschoven naar 2022. Bij het project Verwerving Medium Altitude Long Endurance Unmanned Aerial (MALE UAV) is € 19,4 miljoen minder uitgegeven, omdat de oplevering is verschoven naar het eerste kwartaal van 2022. Bij het project Military Approach and Surveillance System (MASS) Radar is minder uitgegeven dan begroot (€ 17,6 miljoen). In de tweede helft van 2020 is besloten tot een andere verwervingsstrategie om zo te komen tot een betere prijsstelling. Dit heeft geleid tot vertraging en daarmee een verschuiving van het kasbudget naar latere jaren. Tot slot heeft bij het project AH-64D Upgrade ( € 17,2 miljoen) een onvoorziene vertraging plaatsgevonden aan de zijde van de Amerikaanse overheid, waardoor minder is betaald.

Het resterende verschil tussen begroting en realisatie is het gevolg van kleine afwijkingen bij individuele projecten in het totale projectportfolio.

Onderstaand worden alle projecten in realisatie opgenomen met een financiële omvang van meer dan € 100 miljoen conform het DMF 2021. Gelijktijdig met het jaarverslag wordt de DPO-afwijkingsrapportage aan de Kamer aangeboden. Deze rapportage geeft een overzicht van alle materieel-, vastgoed- en IT-projecten van meer dan € 25 miljoen in onderzoek en realisatie, waarbij een significante afwijking is opgetreden ten opzichte van het vorige DPO.

Tabel 13 Projecten in realisatiefase (in miljoenen euro)

Projecten in realisatie

Projectbudget (DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven t/m 2020

Verwachte uitgaven in 2021 (DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven 2021

Verschil uitgaven 2021

AH-64D zelfbescherming (ASE)

100,9

22,1

17,5

0,0

‒ 17,5

AH-64D block II upgrade

119,1

79,9

18,3

1,7

‒ 16,7

F-35: Verwerving middellange tot lange afstandraket

126,5

1,4

29,3

6,8

‒ 22,5

Verwerving Medium Altitude Long Endurance Unmanned Aerial Vehicle (MALE UAV)

188,4

79,2

55,7

36,3

‒ 19,4

Verwerving strategisch luchttransport en AAR (Multi Role Tanker Transport (MRTT))

250-1.000

Commercieel vertrouwelijk

Apache Remanufacture

918,8

33,9

31,3

43,6

12,2

Chinook Vervanging en Modernisering

1.019,7

620,6

207,8

133,2

‒ 74,6

NH-90

1.216,3

1080,2

44,9

6,1

‒ 38,8

Verwerving F-35

6.013,7

2863,6

886,5

699,4

‒ 187,1

Instandhouding

De instandhouding van het materieel omvat de ramingen voor de uitgaven die het operationeel houden van de (wapen-)systemen met zich meebrengt. Voor dit artikel worden deze vooral door het Logistiek Centrum in Woensdrecht gedaan.

Op het budget voor de instandhouding van materieel is € 59,7 miljoen meer gerealiseerd dan oorspronkelijk begroot. Als gevolg van het inlopen op de betalingen voor de instandhouding van de helikopters ten behoeve van vliegeropleidingen op Fort Hood is op het instandhoudingsbudget overgerealiseerd (€ 33,4 miljoen). Daarnaast hebben gedurende het uitvoeringsjaar met name toevoegingen aan het F-35 instandhoudingsbudget plaatsgevonden om aan de totale behoefte voor de instandhouding van de F-35 te voldoen. Het betreffende budget voor de F-35 is gestegen als gevolg van de prijspeilbijstelling (per saldo € 5,7 miljoen), compensatie voor recoupment F-35 (€ 5,5 miljoen) en dubbele btw-heffing op de F-35 (€ 2,2 miljoen). Jaarlijks wordt aan het einde van het jaar het benodigde budget onttrokken uit het voor de F-35 beschikbare delta-exploitatie budget in het Defensie Lifecycle Plan (€ 19 miljoen). Tenslotte is het instandhoudingsbudget voor lucht materieel toegenomen door een budgetoverheveling van DMO naar CLSK ten behoeve van de instandhouding van de Patriot Missiles (€ 3,3 miljoen), dit bedrag is tevens gerealiseerd in 2021.

Daarnaast zijn de instandhoudingsuitgaven van de grootste luchtwapensystemen weergegeven in onderstaande tabel. De instandhoudingsuitgaven per wapensysteem bevatten de uitgaven van alle defensieonderdelen voor deze wapensystemen. Deze informatie wordt extracomptabel bijgehouden en is niet direct uit de administratie af te leiden. Een optelling van de bedragen in deze tabel sluit daarom niet aan bij de cijfers uit de tabel budgettaire gevolgen van beleid, omdat sprake is van een andere doorsnede van de instandhoudingsuitgaven. In de budgettaire tabel aan het begin van het artikel zijn de uitgaven door de defensieonderdelen aan lucht instandhouding opgenomen, inclusief uitgaven aan wapensystemen van andere defensieonderdelen en de uitgaven aan kleinere systemen. Deze informatie komt direct uit de administratie.

Tabel 14 Instandhoudingsuitgaven (in miljoenen euro)

Wapensysteem

Verwachte uitgaven 2021 (conform DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven 2021

Verschil

Jachtvliegtuigen F-16

82,2

33,6

‒ 48,6

Jachtvliegtuigen F-35

115,0

94,9

‒ 20,1

Gevechtshelikopters AH-64 Apache

39,0

8,3

‒ 30,7

Maritieme helikopers NH-90

50,1

2,8

‒ 47,3

Transporthelikopters CH-47 Chinook

28,7

16,5

‒ 12,2

Transporthelikopters AS-532 Cougar

32,3

48,9

16,6

Transportvliegtuigen C-130

15,0

24,6

9,6

Tankvliegtuigen KDC-10

10,3

20,0

9,7

Multi Role Tanker Transport (MRTT)

7,4

42,8

35,4

Over-/onderprogrammering

Omdat de ervaring van eerdere jaren leert dat het risico op vertragingen groot is, onder andere als gevolg van onvoorziene externe factoren, worden in de eerste jaren meer projecten gepland dan totaal aan budget beschikbaar is in een jaar (overprogrammering). Door met deze overprogrammering te werken wordt zoveel als mogelijk getracht te voorkomen dat vertragingen bij individuele projecten leiden tot onderrealisatie van het beschikbare budget. In latere jaren telt het totaal van het investeringsprogramma op tot een lager bedrag dan het daadwerkelijke budget (onderprogrammering). Over de gehele looptijd sluit het fonds dus op nul, omdat de overprogrammering in eerdere jaren wordt gecompenseerd door onderprogrammering in latere jaren. Om deze reden vindt op de over- en onderprogrammering geen realisatie plaats. Deze middelen (€ 537,9 miljoen) schuiven door naar volgende jaren.

Licence