Base description which applies to whole site

5.1 Artikel 11. Centraal apparaat

A. Apparaatsuitgaven kerndepartement

Tabel 21 Apparaatsuitgaven Centraal apparaat (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2017

2018

2019

2020

2021

2021

2021

Verplichtingen

362.821

431.675

476.442

634.269

674.586

422.136

252.450

               

Uitgaven

366.513

433.319

467.234

599.980

648.056

422.136

225.920

               

Personele uitgaven

             

eigen personeel

167.527

198.271

206.082

253.273

259.735

185.745

73.990

inhuur externen

4.725

14.298

18.043

55.509

74.546

11.837

62.709

overige personele uitgaven

3.329

3.471

3.627

2.852

2.740

12.988

‒ 10.248

Materiële uitgaven

             

ICT

1.525

946

2.122

2.109

9.463

200

9.263

bijdrage aan SSO's

177.366

199.074

220.333

267.849

288.218

196.917

91.301

overige materiële uitgaven

12.041

17.259

17.027

18.343

11.162

14.449

‒ 3.287

Bijdrage aan agentschappen

             

Diverse bijdragen

0

0

0

45

2.192

0

2.192

               

Ontvangsten

81.708

45.253

78.343

98.747

109.153

19.040

90.113

Personele uitgaven

Eigen personeel

De uitgaven aan eigen personeel zijn ten opzichte van de oorspronkelijke begroting toegenomen door:

  • het deel eigen personeel van de uitvoeringskosten van de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) die gerelateerd zijn aan de versterkingsoperatie in Groningen;

  • het toevoegen van middelen voor het tegengaan van discriminatie binnen het Rijk in het kader van de kabinetsreactie op het rapport Ongekend onrecht. Ook zijn er voor de informatiehuishouding en actieve openbaarmaking naar aanleiding van de kabinetsreactie middelen toegevoegd aan de begroting;

  • de kosten voor eigen personeel in het kader van dienstverlening door Doc-Direkt aan notarissen voor archiefbewerking, -beheer, opslag en digitale documenthuishouding, die via tarieven worden bekostigd. De uitgaven zijn niet hoger dan begroot, maar hangen samen met de toegenomen ontvangsten van overige departementen en derden (notariaat);

  • diverse werkzaamheden voor de Shared Service Organisaties (SSO's) die jaarlijks worden doorbelast;

  • overheveling van middelen van de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) in verband met de personele kosten van het Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO);

  • binnen de begroting van BZK herschikte middelen voor onder andere de uitvoering van de woningbouwimpuls, voor capaciteitsuitgaven voor versnelde digitalisering, eID, Machtigen en de Basisregistratie Personen (BRP) en de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw;

  • de toedeling van de loon- en prijsbijstelling 2021.

Bij de tweede suppletoire begroting zijn middelen toegevoegd voor het eigen personeel. De uitgaven aan eigen personeel zijn ten opzichte van de tweede suppletoire begroting lager uitgevallen. De onderschrijding kent diverse oorzaken. Allereerst is er minder uitgegeven op de POK-budgetten, voornamelijk doordat het budget pas in de loop van 2021 ter beschikking is gekomen. Het aantrekken van personeel is dan ook later in het jaar van start gegaan. Daarnaast zijn de uitgaven voor eigen personeel bij het kerndepartement lager uitgevallen onder andere vanwege krapte op de arbeidsmarkt. Tot slot zijn de apparaatsuitgaven van Doc-Direkt lager uitgevallen, maar hier staan ook lagere ontvangsten tegenover.

Inhuur externen

De uitgaven aan inhuur van externen zijn ten opzichte van de oorspronkelijke begroting toegenomen door:

  • het deel inhuur externen van de uitvoeringskosten van de NCG die gerelateerd zijn aan de versterkingsoperatie in Groningen;

  • de BTW-component van de uitvoeringskosten die de NCG heeft gemaakt;

  • binnen de begroting van BZK herschikte middelen voor de inhuur van externen voor onder andere de ontwikkeling van fase-1 van het DSO, de Investeringsagenda 2020-2021 (Investeringspost Digitale Overheid) en de resourcepool adviseurs informatiebeheer bij Doc-Direkt.

  • een bijdrage van het Ministerie van I&W aan het Adviescollege ICT-toetsing.

De uitgaven aan inhuur externen zijn ten opzichte van de tweede suppletoire begroting lager uitgevallen. De onderschrijding kent diverse oorzaken. Allereerst is er door het Adviescollege ICT-toetsing minder uitgegeven aan externe inhuur. Daarnaast zijn de externe inhuur uitgaven van Doc-Direkt lager uitgevallen, hier staan lagere ontvangsten tegenover. Bij NCG bestaat een aanzienlijk deel van de bezetting (circa 40%) uit inhuurkrachten vanwege flexibiliteit en beschikbaarheid als gevolg van de huidige krapte op de arbeidsmarkt. Uiteindelijk heeft NCG minder aanspraak gedaan op het budget voor externe inhuur dan verwacht.

Overige personele uitgaven

De overige personele uitgaven zijn lager dan oorspronkelijk begroot. Dit wordt met name verklaard door reallocaties bij tweede suppletoire begroting van overige personele uitgaven naar inhuur externen om de uitgaven op de juiste regeling te verantwoorden. Het betreft uitvoeringsuitgaven van de Nationaal Coördinator Groningen.

Materiële uitgaven

Bijdrage aan SSO's

De gerealiseerde bijdrage aan SSO's is ten opzichte van de oorspronkelijke begroting toegenomen door:

  • het deel bijdrage aan SSO's van de uitvoeringskosten van de NCG die gerelateerd zijn aan de versterkingsoperatie in Groningen;

  • de bijdrage aan SSO's van Doc-Direkt die samen hangt met de toegenomen ontvangsten van overige departementen en derden (notariaat);

  • het uitvoeren van de Dienstverleningsafspraken (DVA) tussen de baten-lastenagentschappen van het Ministerie van BZK. De uitgaven zijn niet hoger dan begroot, maar hangen samen met de toegenomen ontvangsten;

  • bijdragen van verschillende departementen waar het aantal te verzorgen personen meer dan 5% afwijkt van het aantal personen waarvoor budget is afgedragen aan P-Direkt;

  • bijdragen van andere departementen voor de centrale bekostiging dienstverlening van FMH;

  • de toedeling van de loon- en prijsbijstelling 2021.

De uitgaven aan bijdrage aan SSO's zijn ten opzichte van de tweede suppletoire begroting lager uitgevallen. De onderschrijding wordt onder andere veroorzaakt door lagere materiële uitgaven bij Doc-Direkt. Bij NCG hebben de uitgaven met name betrekking op het beheer en de ontwikkeling van informatiesystemen door de interne leverancier Dictu. Ontwikkelingen aan het uitvoeringssysteem (BKG) voor de versterkingsoperatie zijn onder andere andere noodzakelijk in verband met de wijzigingen in de diverse uitbetalingsregelingen. Uiteindelijk is hier circa 31% minder aan besteed in 2021.

ICT

De uitgaven aan ICT zijn hoger dan begroot, met name vanwege ICT kosten van Doc-Direkt die samen hangen met de toegenomen ontvangsten van overige departementen en derden (notariaat). Daarnaast betreft het het deel ICT van de uitvoeringskosten van de NCG die gerelateerd zijn aan de versterkingsoperatie in Groningen.

Overige materiële uitgaven

De overige materiële uitgaven zijn lager uitgevallen dan begroot. De onderschrijding kent diverse oorzaken. Allereerst is er minder uitgegeven bij de NCG. De uitgaven bestaan voornamelijk uit huisvestings- en facilitaire kosten, uitbestede opdrachten voor dienstverlening in het kader van beleidsuitwerking en inrichting van processen en overige kosten zoals verblijf-, wagenpark- en communicatie kosten. Uiteindelijk is hier circa 21% minder aan besteed.

Daarnaast is er minder uitgegeven op de POK-budgetten, voornamelijk doordat het budget pas in de loop van 2021 ter beschikking is gekomen. Tot slot zijn de overige materiële uitgaven van diverse organisatie onderdelen, waaronder Doc-Direkt en ABD lager uitgevallen.

Bijdragen aan agentschappen

Diverse bijdragen

De diverse bijdragen zijn hoger dan oorspronkelijk begroot. Dit komt grotendeels omdat er middelen zijn gerealloceerd van artikel 4 naar artikel 11 zodat de apparaatsuitgaven van de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TIoKB) op het juiste artikel en het juiste instrument verantwoord konden worden.

Ontvangsten

De gerealiseerde ontvangsten vallen hoger uit dan oorspronkelijk begroot vanwege:

  • de ontvangsten voor uitgaven die in rekening zijn gebracht bij de NAM. Dit betreft de uitvoeringskosten van de NCG met betrekking tot het derde en vierde kwartaal 2020 en het eerste kwartaal van 2021 voor de versterkingsopgave in Groningen. De NAM heeft 60% van deze facturen in 2021 betaald;

  • inkomsten die Doc-Direkt gedurende het jaar heeft gehad van overige departementen en derden (notariaat). Deze inkomsten waren ter dekking van de personele en materiële uitgaven. De ontvangsten worden jaarlijks bij eerste suppletoire begroting toegevoegd;

  • ontvangsten op basis van de Dienstverleningsovereenkomsten (DVA) voor de standaard dienstverlening aan de baten-lastenagentschappen. Deze ontvangsten worden jaarlijks bij eerste suppletoire begroting toegevoegd.

De ontvangsten zijn ten opzichte van de tweede suppletoire begroting lager uitgevallen. Dit kent diverse oorzaken. Allereerst heeft de NAM de factuur over het tweede kwartaal 2021 niet voldaan in 2021. Daarnaast vallen de ontvangsten van Doc-Direkt lager uit door overlopende facturen. Dit geldt eveneens voor de ontvangsten met betrekking tot de doorbelasting aan de SSO's en agentschappen voor de PIOFACH dienstverlening.

B. Totaal overzicht apparaatsuitgaven en -kosten inclusief agentschappen en ZBO/RWT's

De apparaatskosten van het Ministerie van BZK bestaan uit de apparaatsuitgaven voor het kerndepartement, de AIVD en de apparaatskosten voor acht baten-lastenagentschappen. In de onderstaande tabel staan de structurele apparaatsuitgaven van het kerndepartement en de AIVD weergegeven. Daarnaast geeft de tabel ook een overzicht van de apparaatskosten van de baten-lastenagentschappen, de Zelfstandige Bestuursorganen (ZBO's) en de Rechtspersonen met een Wettelijke Taak (RWT's).

Tabel 22 Totaal overzicht apparaatsuitgaven/kosten inclusief agentschappen en ZBO's/RWT's (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2017

2018

2019

2020

2021

2021

2021

Totaal apparaatsuitgaven Ministerie

583.430

683.060

746.860

906.829

989.098

723.021

266.077

Kerndepartement

366.513

433.319

467.234

599.980

648.056

422.316

225.740

Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)

216.917

249.741

279.626

306.849

341.042

300.705

40.337

Totaal apparaatskosten agentschappen

1.149.179

1.211.958

1.314.739

1.392.566

1.509.469

1.429.909

79.560

Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG)

130.722

115.032

106.660

104.702

128.811

107.188

21.623

Logius

175.837

177.205

207.100

228.336

241.491

235.455

6.036

P-Direkt

71.324

78.522

89.583

97.837

101.835

101.467

368

Uitvoeringsorganisatie Bedrijfsvoering Rijk (UBR)

199.791

232.415

271.502

299.353

330.799

285.108

45.691

FMHaaglanden

112.968

118.422

128.643

122.122

127.254

138.228

‒ 10.974

SSC-ICT Haaglanden

211.638

224.428

216.197

233.145

248.162

232.567

15.595

Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

235.036

257.047

285.477

295.666

313.404

317.085

‒ 3.681

Dienst van de Huurcommissie (DHC)

11.863

8.887

9.577

11.405

17.713

12.811

4.902

Totaal apparaatskosten zbo's en rwt's

183.064

186.166

195.368

214.269

207.369

220.085

‒ 12.716

Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP)

1.320

1.345

1.193

1.406

1.334

1.385

‒ 51

Huis van Klokkenluiders

2.344

2.821

3.075

11.863

3.729

3.700

29

Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw (TloKB)

0

0

0

0

2.306

0

2.306

Bureau Architectenregister

0

0

0

0

0

0

0

Referendumcommissie

0

0

0

0

0

0

0

Kadaster

179.400

182.000

191.100

201.000

200.000

215.000

‒ 15.000

Licence