Artikel
Algemene doelstelling
Het bevorderen van een sterke, pluriforme, toegankelijke en kwalitatief hoogwaardige cultuursector en het zorgen voor het erfgoed.
Rol en verantwoordelijkheid
De minister heeft een wettelijke verantwoordelijkheid voor het cultuurbeleid. Dit is aanvullend op het cultuuraanbod dat zonder betrokkenheid van de overheid tot stand komt. De minister is verantwoordelijk voor het scheppen van voorwaarden voor het in stand houden, ontwikkelen en sociaal en geografisch spreiden van cultuuruitingen. Overwegingen van kwaliteit en verscheidenheid zijn daarbij leidend.
Financieren: De minister heeft een financierende rol door het bekostigen van de basisinfrastructuur cultuur en subsidiëring van specifieke (wettelijke) programma's en regelingen op de terreinen Erfgoed, Kunsten, Letteren en Bibliotheken.
Stimuleren: De minister heeft een stimulerende rol bij het versterken van de cultuursector door programma’s als ondernemerschap en internationaal cultuurbeleid.
Regisseren: De minister heeft een regisserende rol bij de uitvoering van en toezicht op het behoud en beheer van het erfgoed, op grond van de Monumentenwet, Archeologiewet en de Archiefwet. Toezicht op naleving van deze wetten ligt bij de Erfgoedinspectie. De Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed is onder andere belast met de uitvoering van de Monumentenwet. Het Nationaal Archief geeft uitvoering aan de Archiefwet.
In de brief over de culturele basisinfrastructuur 2013 – 2016 die gelijktijdig met de begroting aan de Tweede Kamer wordt aangeboden, wordt de rijksbegroting nader uitgewerkt. Indicatoren rondom de doelen en functies van het cultuurstelsel worden in woord, beeld en cijfers gepresenteerd op www.trendsinbeeld.minocw.nl en www.rijksoverheid.nl/cultuurinbeeld (laatste per eind september 2012).
Beleidswijzigingen
In de brief Meer dan kwaliteit: een nieuwe visie op cultuurbeleid van 10 juni 2011 is het nieuwe cultuurstelsel voor de periode 2013–2016 beschreven (Kamerstuk 32 820, nr. 1). Naar aanleiding hiervan zijn de Wet op het specifiek Cultuurbeleid en de Regeling op het specifieke cultuurbeleid aangepast (Kamerstuk 32 820, nr. 42).
In 2012 is als uitvoering van de Archiefvisie (Kamerstuk 26 643, nr. 187) de meerjarige innovatieagenda voor de archiefsector opgesteld. Uitvoering van deze agenda zal grotendeels vanaf 2013 zijn beslag krijgen.
Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen 1 | 782 308 | 2 732 567 | 983 643 | 919 271 | 876 248 | 883 468 | 1 304 864 | ||
Waarvan garantieverplichtingen | 513 001 | 634 000 | 629 000 | 629 000 | 629 000 | 629 000 | 629 000 | ||
Totale uitgaven 1 | 866 972 | 845 427 | 789 155 | 724 783 | 681 760 | 688 980 | 696 675 | ||
Waarvan juridisch verplicht | 96,6% | ||||||||
Bekostiging | 738 672 | 697 313 | 591 637 | 592 402 | 591 481 | 598 903 | 606 320 | ||
– | Culturele basisinfrastructuur | 573 119 | 565 053 | 459 177 | 454 253 | 453 825 | 453 747 | 450 664 | |
Vierjaarlijkse instellingen | 403 749 | 398 754 | 326 002 | 321 766 | 321 766 | 321 766 | 318 766 | ||
Vierjaarlijkse fondsen | 169 370 | 166 299 | 133 175 | 132 487 | 132 059 | 131 981 | 131 898 | ||
– | Monumentenzorg | 111 353 | 89 627 | 84 145 | 84 145 | 84 145 | 84 145 | 84 145 | |
– | Archieven incl. Regionale Historische Centra | 27 649 | 24 652 | 24 023 | 24 505 | 24 505 | 24 505 | 24 505 | |
– | Investeringen huisvesting rijksgesubsidieerde musea | 26 376 | 16 164 | 12 330 | 17 537 | 17 644 | 17 644 | 17 644 | |
– | Cultuureducatie met Kwaliteit | 0 | 0 | 10 000 | 10 000 | 10 000 | 17 500 | 28 000 | |
– | Archeologie | 175 | 1 817 | 1 962 | 1 962 | 1 362 | 1 362 | 1 362 | |
Subsidies | 106 819 | 117 187 | 168 277 | 102 960 | 61 442 | 61 379 | 61 668 | ||
– | Verbreden inzet cultuur | 21 481 | 17 059 | 3 802 | 2 760 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | |
– | Internationaal cultuurbeleid (incl. HGIS) | 8 373 | 8 686 | 6 464 | 6 452 | 6 515 | 6 467 | 6 467 | |
– | Programma bibliotheekvernieuwing | 16 094 | 18 182 | 17 836 | 17 836 | 17 836 | 17 836 | 17 836 | |
– | Programma leesbevordering | 2 950 | 2 934 | 2 850 | 2 850 | 2 850 | 2 850 | 2 850 | |
– | Programma CRISP | 0 | 2 445 | 2 375 | 2 612 | 0 | 0 | 0 | |
– | Programma erfgoed en ruimte | 0 | 427 | 8 000 | 8 000 | 8 000 | 8 000 | 8 000 | |
– | Programma ondernemerschap | 0 | 4 337 | 4 337 | 3 437 | 3 437 | 3 437 | 0 | |
– | Specifiek cultuurbeleid | 57 921 | 63 117 | 22 613 | 21 013 | 20 453 | 20 438 | 24 164 | |
– | Regeling frictie- en transitiekosten culturele basisinfrastructuur 2009–2012 | 0 | 0 | 100 000 | 38 000 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 0 | 2 424 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | ||
– | Beleidsonderzoek, evaluaties en kennisbasis | 0 | 2 424 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | 2 351 | |
Bijdragen aan baten/lastendiensten | 21 481 | 24 686 | 23 148 | 23 366 | 22 897 | 22 758 | 22 747 | ||
– | Nationaal Archief | 21 481 | 24 686 | 23 148 | 23 366 | 22 897 | 22 758 | 22 747 | |
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties | 0 | 3 817 | 3 742 | 3 704 | 3 589 | 3 589 | 3 589 | ||
– | Uitvoering internationale verdragen | 0 | 2 513 | 2 664 | 2 664 | 2 664 | 2 664 | 2 664 | |
– | Uitvoering internationale contributies | 0 | 1 048 | 1 028 | 990 | 875 | 875 | 875 | |
– | Europese samenwerking | 0 | 256 | 50 | 50 | 50 | 50 | 50 | |
Ontvangsten | 34 961 | 5 043 | 1 945 | 903 | 494 | 494 | 494 |
Bekostiging
Toelichting op de instrumenten
Culturele basisinfrastructuur
Met de bekostiging van de culturele basisinfrastructuur financiert de minister instellingen en fondsen voor een periode van vier jaar. De categorieën instellingen die hiervoor in aanmerking kunnen komen, zijn opgenomen in de wijziging van de Regeling culturele basisinfrastructuur 2013–2016 van 14 oktober 2011 (bijlage bij Kamerstuk 32 820, nr. 42). De Raad voor Cultuur heeft op 21 mei 2012 advies uitgebracht over de aanvragen voor de periode 2013–2016. In de brief die tegelijk met de rijksbegroting aan de Tweede Kamer wordt aangeboden, is tevens het besluit over deze aanvragen opgenomen.
De culturele basisinfrastructuur bestaat uit vierjaarlijkse instellingen op het gebied van de podiumkunsten (toneel, dans, opera en orkesten), de beeldende kunsten, film, musea, letteren en bibliotheken, architectuur, vormgeving, nieuwe media, cultuureducatie en een aantal bovensectorale instellingen. Daarnaast zijn er de vierjaarlijkse cultuurfondsen die sectoraal zijn georganiseerd. De cultuurfondsen spelen een belangrijke rol in het cultuurstelsel. Door middel van flexibele en kortlopende subsidieregelingen kunnen zij de dynamiek en vernieuwing in de cultuur op de voet volgen en zijn zij in staat snel op sectorale ontwikkelingen te reageren.
Monumentenzorg
Het stelsel om rijksmonumenten te ondersteunen is verbeterd (Kamerstukken 32 433 nr. A en 32 156, nr. 31). Ondersteuning vindt plaats door het convenant met het Interprovinciaal Overleg (IPO), de fiscale aftrek, het vernieuwde Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten (BRIM) en de Restauratiefonds-hypotheek-plus. Via dit fonds kunnen eigenaren van andere monumenten dan woonhuizen voor restauratie een laagrentende lening krijgen uit het Revolving Fund van het Nationaal Restauratiefonds (NRF).
Archieven inclusief Regionaal Historische Centra
OCW draagt bij aan de kosten van de Regionale Historische Centra, die in elke provinciehoofdstad (behalve in Zuid-Holland) zijn gevestigd en waar de rijksarchieven uit de provincie worden bewaard en gepresenteerd. In 2012–2013 wordt in samenwerking met vertegenwoordigers uit de archiefsector de Archiefvisie (Kamerstuk 26 643, nr. 187) uitgevoerd. Hiermee wordt beoogd overheidsinformatie duurzaam te beheren en een eigentijdse invulling te geven aan het begrip openbaarheid. Het uitvoeringsprogramma wordt gecoördineerd door het Nationaal Archief.
Investeringen huisvesting rijksgesubsidieerde musea
Deze middelen zijn voor huisvesting van collecties van rijksgesubsidieerde musea. Het doel van deze middelen is huisvesting voor deze collecties geschikt en toegankelijk te maken voor het publiek.
Cultuureducatie met kwaliteit
In 2012 startte het programma «Cultuureducatie met Kwaliteit» dat in de brief over het cultuurbeleid van 10 juni 2011 werd aangekondigd (Kamerstuk 32 820, nr. 1). Door inzet van drie parallelle trajecten waaraan zowel het onderwijs, de culturele instellingen als de gemeenten en provincies deelnemen wordt de kwaliteit van cultuureducatie bewaakt. Scholen in het primair onderwijs ontvangen via de prestatiebox een bedrag van in totaal € 18 miljoen (dit is € 10,90 per leerling). Binnen de matchingsregeling Cultuureducatie met Kwaliteit van het Fonds voor Cultuurparticipatie starten per 1 maart 2013 de uitvoering van lokale projecten en programma’s. Het gaat hierbij om een totaalbudget van € 10 miljoen per jaar van het rijk, dat door gemeenten en provincies met een zelfde bedrag wordt verhoogd. Ten slotte start in 2013 de regeling flankerend beleid Cultuureducatie met Kwaliteit van het Fonds voor Cultuurparticipatie.
Archeologie
Naar aanleiding van de evaluatie van de archeologiewetgeving (Kamerstuk II 2011–2012, 33 053, nr. 1) wordt het archeologiebestel vanaf 2012 versterkt door het ontwikkelen van een nieuwe archeologische kenniskaart. Hiermee wordt alle landelijke informatie over archeologie verzameld, gebundeld en toegankelijk gemaakt voor gemeenten en andere belanghebbenden. Tevens wordt ingezet op de prioriteiten die in de reactie op de evaluatie zijn genoemd (Kamerstuk 33 053, nr. 3). De rijksoverheid besteedt daarnaast middelen aan het beheer en onderhoud van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
Subsidies
Voor het stimuleren en realiseren van verscheidene beleidsdoelstellingen worden subsidies verstrekt (zie voor het totaaloverzicht bijlage 4: Subsidies).
Verbreden inzet cultuur
Deze middelen zijn met name bedoeld voor digitaliseringprojecten in de cultuursector en monitoring van educatiebeleid.
Internationaal Cultuurbeleid
In een gezamenlijke brief hebben de bewindspersonen van OCW en BuZa hun visie op internationaal cultuurbeleid naar de Tweede Kamer verzonden (Kamerstuk 31 482 nr. 84). Het doel is zowel het bijdragen aan het internationaal niveau van Nederlandse topinstellingen en een vooraanstaande internationale marktpositie van kunstenaars en cultuur als het bijdragen aan de versterking van het Nederlands economisch belang en de culturele diplomatie.
Voor creatieve industrie, één van de negen topsectoren, is het versterken van de internationale marktpositie prioriteit. Het gaat hier om de ontwerpsectoren architectuur, vormgeving, nieuwe media en gaming.
2013 is het bilaterale jaar met Rusland. De samenwerking met dit land wordt versterkt op het gebied van economie, cultuur, sport, onderwijs en wetenschap en rond politiek-maatschappelijke thema’s.
Met de motie Klijnsma/Van der Werff (33 000-VIII, nr. 211) verzoekt de Kamer voor de financiering van de cultuurkaart voor schooljaar 2012–2013 «eenmalig € 0,6 miljoen bij te dragen en daarvoor dekking te vinden in de Voorjaarsnota en/of de middelen voor frictiekosten en/of de middelen voor internationaal cultuurbeleid, op voorwaarde dat CJP de rest van de kosten volledig bijeen brengt». Om de uitvoering te dekken zal voor 2013 het budget voor het cultuurprogramma van het Ruslandjaar worden gehalveerd.
Programma bibliotheekvernieuwing
Dit budget is bestemd voor de opdracht digitale innovatie. Sinds 2012 wordt deze taak uitgevoerd door het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken. Een groot deel van het budget is bestemd voor het beheer, de verdere opbouw en de doorontwikkeling van de landelijke digitale bibliotheek.
Programma leesbevordering
Dit budget is bestemd voor de uitvoering van het Actieplan Kunst van lezen 2012–2015 dat met de brief van 6 maart 2012 aan de Tweede Kamer is gestuurd (Kamerstuk 33 000 VIII, nr. 174). Kunst van lezen vormt de culturele pendant van het Actieplan Laaggeletterdheid.
Programma CRISP
Naast de prioriteiten die onder internationaal cultuurbeleid zijn genoemd voor creatieve industrie, is er ook een afzonderlijk onderzoeksprogramma Creative Industry Scientific Programme (CRISP). Dit programma loopt van 2011 tot en met 2014. Het doel is het ontwikkelen van een kennisbasis, methoden en instrumenten bij hogescholen, universiteiten en bij bedrijven met het oog op het ontwerpen van innovatieve fysieke en digitale producten en diensten voor de markt.
Programma erfgoed en ruimte
Deze middelen zijn bestemd voor de uitvoering van het programma «Visie Erfgoed en Ruimte» (Kamerstuk 32 156 nr. 29) vanaf 2013. Hierin geeft het rijk aan welke cultuurhistorische gebieden en opgaven hij van (inter)nationaal belang vindt en waar het rijk een rol ziet in het gebiedgerichte erfgoedmanagement.
Programma ondernemerschap
Het programma «Ondernemerschap Cultuur» (Kamerstuk 32 820 nr. 57) loopt van half 2012 tot met eind 2016. Het doel van dit programma is het versterken van ondernemerschap in de culturele sector (zowel instellingen als makers). De branche draagt zoveel mogelijk de verantwoordelijkheid voor ondersteuning op het gebied van ondernemerschap.
Specifiek Cultuurbeleid
De Actieagenda architectuur en ruimtelijk ontwerp 2013–2016 is een interdepartementaal werkprogramma. De middelen voor architectuur en ruimtelijk ontwerp worden gebruikt om de positie van het ontwerp en de ontwerpers te versterken. Dit is in de Actieagenda uitgewerkt en wordt gelijktijdig met de begroting aan de Tweede Kamer aangeboden.
Onder deze post valt het budget voor de Adviescommissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen Tweede Wereldoorlog.
Regeling frictie- en transitiekosten culturele basisinfrastructuur
Op basis van de Regeling van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 11 november 2011, (Kamerstuk 32 820 nr. 49) kunnen instellingen waarvan de subsidie vanaf 2013 wordt beëindigd of substantieel verlaagd onder omstandigheden aanspraak maken op compensatie van het rijk voor frictie- en transitiekosten.
Opdrachten
Beleidsonderzoek, evaluaties en kennisbasis
Dit budget is bestemd voor opdrachten die bestaan uit het inhuren van bureaus voor beleidsonderzoek, evaluaties, visitatie/monitoring en versterking van de kennisbasis in de cultuursector.
Bijdragen aan baten/lastendiensten: Nationaal Archief
Deze middelen betreffen de rijksbijdrage aan het Nationaal Archief. De baten en lasten van deze dienst worden apart in de begroting opgenomen.
Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties
Naast de prioriteiten die onder internationaal cultuurbeleid zijn genoemd, is Nederland aan een aantal verplichtingen gebonden en draagt het bij aan de uitvoering van internationale verdragen. Dit geldt voor de UNESCO erfgoedverdragen voor werelderfgoed, immaterieel erfgoed, de bescherming van cultureel erfgoed bij gewapend conflict en de bestrijding van illegale handel in cultuurgoederen. Ook wordt in dit kader bijgedragen aan het Europees filmprogramma (Eurimages) en de Nederlandse Taal Unie.
Een bedrag ad € 50 000, – wordt ingezet voor een bijdrage aan het archief en archeologiebeleid in Caribisch Nederland.
Artikel