Op dit artikel is ten opzichte van de tweede suppletoire begroting in 2021 20 mln. minder uitgegeven dan begroot en is voor een bedrag van 225,1 mln. meer aan verplichtingen aangegaan. De ontvangsten zijn 3,2 mln. hoger dan begroot bij tweede suppletoire begroting.
Toelichting
Uitgaven De mutatie 20 mln. op de uitgaven bestaat uit diverse mutaties kleiner dan 5 mln. zoals:
• Bij de Raad voor de Kinderbescherming op het onderdeel eigen personeel is 4,3 mln. onderuitputting door een hoge uitstroom tegenover een lage instroom van medewerkers. Daarnaast zijn o.a. de reiskosten lager vanwege langere doorloop van corona-maatregelen
• Van de Voorschotregelingen schadevergoedingsregelingen is weinig gebruik gemaakt wat resulteert in een meevaller van 3,7 mln.
• Er is 3,1 mln. minder uitgegeven dan begroot aan het opstarten van het Expertisecentrum Interlandelijke adoptie, vanwege vertraging in de opstartfase.
• Schadefonds Geweldsmisdrijven heeft een onderuitputting van 3,1 mln. doordat enerzijds de verwachtingen van het aantal aanvragen zich niet heeft voorgedaan en anderzijds de capaciteit deels elders is ingezet voor Commissie de Winter.
VerplichtingenOp dit artikel is 225,1 mln. meer verplichting aangegaan
• Het verplichtingenbudget van de drie reclasseringsorganisaties (Reclassering Nederland, Leger des Heils en Stichting Verslavingsreclassering GGZ) wordt overschreden met 265 mln. Dit hangt samen met het moment waarop de subsidiebrieven aan de reclasseringsorganisaties zijn verzonden. De subsidie 2021 is in januari 2021 verzonden en verplicht. De subsidie 2022 is in december 2021 verzonden en ook verplicht in 2021. Dit heeft tot gevolg dat de verplichtingen budget in 2021 dubbel wordt belast waardoor het budget in 2021 wordt overschreden.
• De subsidietoekenning Halt voor het jaar t vindt normaliter jaarlijks in eind december t-1 plaats. Dit is nu niet gebeurd waardoor op de verplichting Halt een onderuitputting van 12,9 mln. staat.
• Het restant bedrag omvat diverse kleine mutaties