Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) | Mutaties 2e suppletoire begroting (2) | Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2) | |
---|---|---|---|
Verplichtingen | 94.319 | 38.430 | 132.749 |
Uitgaven | 110.468 | ‒ 701 | 109.767 |
4 Ruimtegebruik bodem | 110.468 | ‒ 701 | 109.767 |
Opdrachten | 13.097 | ‒ 611 | 12.486 |
Bodem en STRONG | 8.207 | ‒ 595 | 7.612 |
RWS Leefomgeving | 2.376 | 140 | 2.516 |
Overige opdrachten | 2.514 | ‒ 156 | 2.358 |
Subsidie | 23.224 | ‒ 500 | 22.724 |
Bedrijvenregeling | 9.322 | 0 | 9.322 |
Subsidies Caribisch Nederland | 12.552 | ‒ 500 | 12.052 |
Overige subsidies | 1.350 | 0 | 1.350 |
Bijdragen aan agentschappen | 10.865 | 0 | 10.865 |
Waarvan bijdragen aan RWS | 5.489 | 0 | 5.489 |
Waarvan bijdragen aan RIVM | 5.376 | 0 | 5.376 |
Bijdragen aan medeoverheden | 63.194 | 410 | 63.604 |
Meerjarenprogramma Bodem | 63.194 | 410 | 63.604 |
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties | 88 | 0 | 88 |
Ontvangsten | 3.500 | 0 | 3.500 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt per saldo met € 38,4 miljoen verhoogd. Dit wordt met name veroorzaakt door enkele versnellingen van verplichtingenruimte uit latere jaren.
– Per 1 januari 2024 gaat de Wet Bodembescherming op in de Omgevingswet. Daarmee vervalt per 1 januari de grondslag voor het Besluit financiële bepalingen bodemsanering, behoudens overgangsrecht. Bedrijven die zich voor 2008 hebben aangemeld voor de Bedrijvenregeling hebben nog tot 1 januari 2025 de mogelijkheid om aan te geven dat ze ook daadwerkelijk gebruik gaan maken van de regeling. Het saneringsplan moet dan voor 1 januari 2024 zijn ingediend. Om de aangewezen coördinerende rechtspersonen, Stichting Bodembeheer Nederland en Bosatex, in staat te stellen om de nog resterende werkvoorraad af te handelen, wordt dit jaar aanvullende verplichtingenruimte verstrekt (€ 16,0 miljoen).
– Er is een verplichtingschuif van 2028 naar 2023 voor de sanering van het EMK-terrein (€ 10,0 miljoen). Deze sanering is onderdeel van de oude afspraken in het meerjarenprogramma bodemsanering (looptijd tot en met 2030), waarvoor het Ministerie van IenW, in tegenstelling tot reguliere bodemsaneringsprojecten, zelf opdrachtgever is. Op basis van de gewijzigde Uniforme administratieve voorwaarden (UAV) in 2023 zal dit jaar nog een vervolgopdracht van circa € 10,0 miljoen worden verstrekt.
– Binnen het meerjarenprogramma Bodemsanering wordt ingezet op versnelling van saneringsprojecten voor onder meer PFAS, Asbest, drugs gerelateerde verontreiniging en waterbodems. Hiervoor wordt binnen het meerjarenprogramma verplichtingenruimte vanuit latere jaren naar 2023 geschoven (€ 9,0 miljoen).
– Een verplichtingenschuif naar 2023 vanuit 2024 en 2025 om een meerjarige opdracht aan het RIVM vast te kunnen leggen voor de gevraagde FTE-inzet (€ 3,2 miljoen).
– Een verplichtingenschuif ten behoeve van de vastlegging van de meerjarige opdracht aan het RIVM voor de externe projectkosten die RIVM zal maken voor de opdracht (€ 1,5 miljoen).
Verder hebben er enkele kleinere mutaties plaatsgevonden van per saldo ‒ € 1,3 miljoen die het verplichtingenbudget verlagen.
Uitgaven
De uitgavenverhoging met per saldo € 0,7 miljoen wordt veroorzaakt door de diverse mutaties die lager zijn dan de voorgeschreven norm en worden daarom niet toegelicht.
Ontvangsten
Er zijn geen ontvangstenmutaties in de 2e suppletoire begroting 2023 op dit artikel.