Kinderen in Nederland groeien gezond en veilig op, ontwikkelen hun talenten en doen mee aan de samenleving.
Ouders /verzorgers zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding en verzorging van hun kinderen.Als ouders of het ondersteunende sociale netwerk hun rol niet kunnen vervullen, is er een taak weggelegdvoor de overheid om jeugdigen met hulp op maat naar een zelfstandige toekomst te leiden. Kinderen wiens veiligheid in het geding is of die in hun ontwikkeling worden bedreigd, moeten passende hulp krijgenen indien nodigin bescherming wordengenomen.
Met de invoering van de Jeugdwet op 1 januari 2015 zijn gemeenten bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor de ondersteuning, hulp en zorg van jeugdigen (jeugdhulp). De ministers van VWS en JenV zijn systeemverantwoordelijk voor het gedecentraliseerde stelsel van jeugdhulp, waaronder het wettelijk kader (de Jeugdwet).
De minister is verantwoordelijk voor:
Regisseren: van het wettelijk kader. De Jeugdwet bevat regels voor de inrichting van het jeugdstelsel waaraan gemeenten, jeugdhulpaanbieders en andere partijen moeten voldoen, onder andere op het gebied van toegang, kwaliteit en beleidsinformatie. De minister voert bestuurlijk overleg met de relevante actoren gericht op het realiseren van de maatschappelijke doelen van het jeugdstelsel. De Inspectie Gezondheidszorgen Jeugd (IGJ) en de Inspectie van Justitie en Veiligheid (JenV) zijn verantwoordelijk voor onafhankelijk toezicht op de aanbieders van jeugdhulp. DeJeugdautoriteit heeft de taak om risico's met betrekking tot decontinuïteit van cruciale zorg voor jeugdigen te signaleren, tevoorkomen en op te kunnen vangen. De minister is bovendien verantwoordelijk voor het monitoren en evalueren van de werking van het jeugdstelsel.
Financieren: van de gemeenten via het gemeentefonds en uitkeringen om hun verantwoordelijkheid voor jeugdhulp op grond van de Jeugdwet waar te kunnen maken. Uitvoeren van de Subsidieregeling schippersinternaten en subsidiëren van vertrouwenswerken de kindertelefoon.
Stimuleren: de minister bevordert dat de actoren in het jeugdstelsel de jeugdhulp merkbaaren meetbaar beter maken voor de cliënt,de kwaliteit van de jeugdhulp borgen en waar nodig verbeteren. Verbetering van de samenhang tussen beleiden uitvoering op de terreinen van zorg, school en werk. Zorgen voor een landelijke kennisinfrastructuur voor beleidsontwikkeling en -implementatie en zorgvernieuwing.
Hervormingen jeugdzorg
Alle betrokken partijen – gemeenten, aanbieders, jongeren en het Rijk – zijn het erover eens dat flinke hervormingen in de jeugdzorg nodig zijn om te zorgen dat kinderen en gezinnen de juiste zorg op de juiste plek krijgen en om de houdbaarheid van het stelsel ook op de lange termijn te borgen. Om die reden geven het Rijk en de VNG in 2023 uitvoering aan de Hervormingsagenda Jeugd, in samenwerking met partners van de vijfhoek (naast het Rijk en VNG, aanbieders, professionals en cliënten). De hervormingsagenda bestaat uit een set van maatregelen waarmee de jeugdhulp verbetert binnen een beheersbaar financieel kader. Bij de uitwerking van de noodzakelijke hervormingen van de zorg voor jeugd worden vijf leidende principes gehanteerd14:
1. Passende zorg is beschikbaar voor de meest kwetsbare kinderen en jongeren
2. Versterken veerkracht van kinderen en gezinnen in hun normale dagelijkse leven
3. Minder marktwerking, meer samenwerking en betere inkoop van zorg
4. Verbetering kwaliteit en effectiviteit van de jeugdzorg
5. Jeugdzorg als effectieve samenwerkingspartner
De hervormingen van de jeugdzorg moeten, naast een kwalitatieve verbetering van de jeugdzorg en een beter werkend jeugdzorgstelsel, leiden tot een beheersing van de uitgaven voor jeugdzorg. Het kabinet hanteert hierbij de uitspraak van de Commissie van Wijzen van mei 2021 als uitgangspunt. Het kabinet stelt voor 2023 incidenteel € 1,454 miljard extra beschikbaar voor de jeugdzorg. Hierbij gaat het kabinet er vanuit dat gemeenten inzetten op besparingsmaatregelen voor een bedrag van € 374 miljoen op de jeugdzorguitgaven in 2023 (die ook onderdeel is van de reeks van de Commissie van Wijzen).
Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld
Kinderen moeten veilig kunnen opgroeien. Professionals, gemeenten en organisaties hebben hier een rol. Het is belangrijk tijdig te signaleren als een kind onveilig is thuis of als een kind in zijn of haar ontwikkeling wordt bedreigd. Dan moet met een brede blik naar een gezin worden gekeken, hulp worden geboden er acute en structurele veiligheid worden geborgd. In 2023 worden de regio’s ondersteund bij het verder verbeteren van de steun, hulp en bescherming van gezinnen die te maken hebben met geweld of waar ontwikkelingsbedreiging van een kind aan de orde is. In opdracht van de ministeries JenV, VWS en de VNG is in 2021 het programma Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming gestart. Het scenario wordt getoetst in 10 proeftuinen en in andere regio’s. Verder werkt VWS in 2023 aan doorontwikkeling van het gebruik van de meldcode, meer inzetten op (zorg voor) de pleger, deskundigheidsbevordering in de traumabehandeling, de aanpak van ouderenmishandeling, versterken van een laagdrempelige hulp en adviesstructuur en aandacht voor het betrekken van kinderen. In 2023 verschijnt het onderzoek in 13 regio’s naar hoe het gaat met gezinnen na een melding bij Veilig Thuis. Deze gegevens worden verwerkt in de impactmonitor huiselijk geweld en kindermishandeling die december 2023 verschijnt. Daarnaast wordt in 2023 bijgedragen aan het Nationaal actieplan seksueel geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag en het programma Samen tegen mensenhandel.
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 206.492 | 127.565 | 124.575 | 93.393 | 93.416 | 92.264 | 92.264 |
Uitgaven | 217.167 | 127.565 | 124.575 | 93.393 | 93.416 | 92.264 | 92.264 |
3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel | 217.167 | 127.565 | 124.575 | 93.393 | 93.416 | 92.264 | 92.264 |
Subsidies (regelingen) | 74.910 | 85.603 | 87.711 | 56.528 | 56.554 | 55.403 | 55.403 |
Kennis en informatiebeleid | 12.282 | 13.074 | 13.054 | 13.035 | 13.035 | 13.035 | 13.035 |
Jeugdbeleid | 24.962 | 28.546 | 46.044 | 15.017 | 15.114 | 14.067 | 14.067 |
Jeugdstelsel | 37.666 | 43.983 | 28.613 | 28.476 | 28.405 | 28.301 | 28.301 |
Overige | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Opdrachten | 8.596 | 10.272 | 10.182 | 10.184 | 10.182 | 10.181 | 10.181 |
Kennis en informatiebeleid | 1.318 | 1.723 | 2.337 | 2.337 | 2.336 | 2.336 | 2.336 |
Jeugdbeleid | 6.536 | 8.011 | 7.307 | 7.309 | 7.308 | 7.307 | 7.307 |
Jeugdstelsel | 742 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 | 538 |
Overige | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan agentschappen | 1.714 | 1.435 | 1.439 | 1.438 | 1.437 | 1.437 | 1.437 |
Overige | 1.714 | 1.435 | 1.439 | 1.438 | 1.437 | 1.437 | 1.437 |
Bijdragen aan mede overheden | 131.947 | 30.250 | 25.000 | 25.000 | 25.000 | 25.000 | 25.000 |
Overige | 131.947 | 30.250 | 25.000 | 25.000 | 25.000 | 25.000 | 25.000 |
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken | 0 | 5 | 243 | 243 | 243 | 243 | 243 |
Overige | 0 | 5 | 243 | 243 | 243 | 243 | 243 |
Ontvangsten | 11.559 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 |
Overige | 11.559 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 | 2.085 |
Budgetflexibiliteit
Subsidies
Van het beschikbare budget 2023 van € 69,4 miljoen is circa € 98,8 % juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden in verband met de aangegane verplichtingen voor instellingssubsidies en (meerjarige) projectsubsidies. Het betreft hier o.a. financiering van de schippersinternaten, het Nederlands jeugdinstituut, de Nationale jeugdraad, LOC, de Nederlandse vereniging pleeggezinnen, Kinderrechtencollectief, GGD GHOR, het Landelijk Expertise Centrum Kindermishandeling (LECK), Kindertelefoon en het Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ). Daarnaast worden er ook een aantal projectsubsidies gefinancierd rondom de thema's kindermishandeling en huiselijk geweld, gepaste zorg, zorg voor de jeugd, jeugdzorg plus, pleegzorg, professionalisering en de hervormingsagenda. De overige middelen zijn beleidsmatig gereserveerd voor subsidies Zorg voor de Jeugd en voor de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld.
Opdrachten
Van het beschikbare budget in 2023 van € 10,2 miljoen, is 87,1% juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden. De overige middelen zijn beleidsmatig gereserveerd voor de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld, professionalisering, vakmanschsp, gepaste zorg, kinderrechten en kennis- en informatiebeleid.
Bijdrage aan agentschappen
Van het beschikbare bedrag van € 1,4 miljoen is 100% juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden. Het betreft een bijdrage aan het CIBG voor de uitvoeringskosten, het jaardocument Jeugd en het beheer van de Verwijsindex risicojongeren.
Bijdrage aan medeoverheden (BMO)
Van het beschikbare bedrag van € 25 miljoen is 100 % juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden. Het betreft hier budget t.b.v. de SPUK Expertisecentra Jeugdhulp.
Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken
Van het beschikbare bedrag van € 0,2 miljoen is 100% juridisch verplicht of bestuurlijk gebonden.
2023 | |
---|---|
juridisch verplicht | 39% |
bestuurlijk gebonden | 51% |
beleidsmatig gereserveerd | 10% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0% |
3. Effectief en efficiënt werkend jeugdstelsel
Subsidies en opdrachten
Kennis en informatiebeleid
Voor ‘Kennis en informatiebeleid’ is een bedrag van circa € 14,4 miljoen beschikbaar voor opdrachten en subsidies. De middelen zijn onder andere beschikbaar voor het verzamelen van gegevens ten behoeve van beleidsinformatie jeugd door het CBS. Het CBS publiceert twee keer per jaar statistieken en rapportages over het jeugdhulpgebruik per gemeente. Op basis van de halfjaarlijkse rapportages wordt jaarlijks een viertal nadere onderzoeken uitgezet, om verschillende scores op het jeugdhulpgebruik bij gelijksoortige gemeenten te verklaren. De Jeugdmonitor wordt eenmaal per jaar gepubliceerd om de situatie te laten zien van de jeugd aan de hand van maatschappelijke indicatoren die het brede jeugdveld bestrijken, te weten: wonen, school, werken, middelengebruik, politiecontacten en kindermishandeling.
Het Nederlands Jeugdinstituut heeft een publieke kennistaak voor het jeugdveld en ontvangt voor de uitvoering daarvan een instellingssubsidie van circa € 10,9 miljoen om actuele en betrouwbare kennis over jeugd, vakmanschap en de organisatie van het jeugdveld aan een ieder en om niet aan te kunnen bieden.
Jeugdbeleid
Aanpak kindermishandeling en huiselijk geweld
Voor de verschillende onderdelen in de aanpak van kindermishandeling en huiselijk geweld zijn middelen beschikbaar, waaronder € 2 miljoen voor het versterken van Forensisch-medische expertise bij kindermishandeling (FMEK)van de GGD GHOR. Het totale beschikbare budget voor het tegen gaan van Kindermishandeling is circa € 3,8 miljoen.
Zorg voor de jeugd
In 2023 is op het hoofdbudget ‘Zorg voor de Jeugd’ circa € 42,5 miljoen gereserveerd voor subsidies en € 6,8 miljoen voor opdrachten. Onder dit budget wordt een aantal deelactiviteiten onderscheiden:
Passende zorg
Het professionaliseren van opdrachtgeverschap en opdrachtnemerschap van gemeenten en aanbieders
Passende zorg dient beschikbaar te zijn voor de meest kwetsbare kinderen en jongeren. Zorg die regionaal of landelijk slechts voor een aantal kinderen nodig is moet ingekocht worden op de schaal waar deze zo simpel en effectief mogelijk georganiseerd kan worden. De regionale inkoop van vormen van specialistische zorg wordt daarom verplicht. Specifieke vormen van hoog specialistische zorg worden op landelijk niveau georganiseerd. VWS ondersteunt gemeenten en aanbieders bij het verbeteren van hun opdrachtgever- en opdrachtnemerschap in de regio en bij de voorbereiding en implementatie van het in voorbereiding zijnde wetsvoorstel Wet verbetering beschikbaarheid voor jeugdigen. VWS ondersteunt ook de (door)ontwikkeling van de wijze waarop specifieke vormen van hoog specialistische zorg op landelijk niveau worden georganiseerd.
Investeren in gezinsgericht opgroeien
Het kabinet wil het gebruik van residentiële jeugdhulp (open driemilieus en gesloten jeugdhulp) verminderen en meer gezinsachtige, kleinschalige voorzieningen stimuleren voor jeugdigen die uit huis worden geplaatst. Samen met aanbieders en gemeenten wordt in 2023 uitvoering gegeven aan het plan om door betere zorg en onderwijs te kunnen stoppen met de gesloten jeugdhulp (Kamerstukken II 2021/2022, 31839- XVI, nr. 871). Bij de uitvoering daarvan worden ervaringsdeskundigen nauw betrokken. Daarnaast worden nieuwe pleegouders middels campagnes geworven en worden pleegouders zo goed mogelijk begeleid zodat zij ook pleegouder willen blijven.
Oplossen en leren van complexe casuïstiek
Elke jeugdhulpregio heeft een regionaal expertteam dat beschikbaar is voor casuïstiek die lokaal vastloopt en niet opgelost kan worden. De VNG heeft de vier basisfuncties van expertteams (consulatie en advies, procesregie, signaleren en leren) bestuurlijk vastgelegd in 2021. De diversiteit in ontwikkelingsniveau van de expertteams is groot. In 2022 is een borgingsdocument vastgesteld om nadere invulling te geven aan de vier functies. Om te zorgen dat jongeren met meervoudige problematiek en hun ouders tijdig en beter geholpen worden, is via een amendement Klaver en Westerveld vanaf 2021 structureel € 26 miljoen beschikbaar (Kamerstukken II 2019/20, 35300- XVI, nr. 7). voor acht bovenregionale expertisenetwerken jeugdhulp.
Elk expertisenetwerk voorziet in drie functies: 1) consultatie en advies 2) organiseren van hulp en 3) kennis en leren. Vanuit een onafhankelijke positie ondersteunen ze de jeugdhulpregio’s en de regionale expertteams om samen met jeugdigen, ouders, hulpverleners en gemeenten een onvoorwaardelijke oplossing te vinden voor jeugdigen met meervoudige en complexe hulpvragen. Daarbij vervullen zij een rol in de doorontwikkeling van de regionale expertteams binnen hun landsdeel. In 2023 ontwikkelen deze (boven)regionale gremia zich verder richting een sluitend geheel waarin elke zorgvraag zo lokaal als mogelijk en zo regionaal als nodig, wordt opgepakt.
Het gewone leven versterken
Versterken van de veerkracht van kinderen en jongeren
Het is belangrijk dat kinderen en gezinnen veerkrachtig zijn en samen met hun sociale netwerk en leefomgeving problemen het hoofd kunnen bieden. VWS start in 2023 een maatschappelijk debat over wat wordt verstaan onder normaal opgroeien en opvoeden en wat wordt verstaan onder gebruikelijke zorg. VWS zet extra in op het programma Kansrijke Start en op de aanpak «Opgroeien in een Kansrijke Omgeving»(OKO). OKO is een Nederlandse aanpak, die gebaseerd is op de uitgangspunten van het IJslandse preventiemodel, aangevuld en aangepast voor de Nederlandse context. VWS werkt aan het versterken van de mentale gezondheid van kinderen in vijf leefwerelden: op school, online, in de buurt, op werk en in de maatschappij. Voor jongeren wordt extra ingezet op zichtbaar en vindbaarheid van laagdrempelige ondersteuning, een sterker pedagogisch klimaat op school, inzetten voor een ander en het doorbreken van taboes.
Het gewone leven versterken
Versterken van de veerkracht van kinderen en jongeren
Het is belangrijk dat kinderen en gezinnen veerkrachtig zijn en samen met hun sociale netwerk en leefomgeving problemen het hoofd kunnen bieden. VWS start in 2023 een maatschappelijk debat over wat wordt verstaan onder normaal opgroeien en opvoeden en wat wordt verstaan onder gebruikelijke zorg. VWS zet extra in op het programma Kansrijke Start en op de aanpak «Opgroeien in een Kansrijke Omgeving»(OKO). OKO is een Nederlandse aanpak, die gebaseerd is op de uitgangspunten van het IJslandse preventiemodel, aangevuld en aangepast voor de Nederlandse context. VWS werkt aan het versterken van de mentale gezondheid van kinderen in vijf leefwerelden: op school, online, in de buurt, op werk en in de maatschappij. Voor jongeren wordt extra ingezet op zichtbaar en vindbaarheid van laagdrempelige ondersteuning, een sterker pedagogisch klimaat op school, inzetten voor een ander en het doorbreken van taboes.
Bevorderen dat kinderen en jongeren participeren
Het is belangrijk dat kinderen, jongeren en ouders kunnen meepraten en –beslissen. Meepraten en –beslissen van kind en gezin is nodig voor effectieve resultaten en een kinderrecht (VN Verdrag). Bovendien draagt het bij aan reflectie van professionals op hun handelen. Voor het bevorderen van jongerenparticipatie en ervaringsdeskundigheid werkt VWS samen met de NJR die hiervoor van VWS subsidie ontvangt.
Verbeteren van de toegang tot jeugdhulp voor kinderen en gezinnen
Om passende jeugdhulp te kunnen bieden, het gewone leven te versterken en grip te krijgen op de uitgaven in de jeugdhulp, is het van belang dat lokale teams worden doorontwikkeld. VWS ondersteunt door bestuurlijk met de VNG en andere partijen een stevig bestuurlijk kader voor lokale teams op te stellen. Met subsidies aan VNG, kennisinstituten en andere veldpartijen wordt het collectief leren van lokale teams gefaciliteerd en worden gemeenten en lokale teams gestimuleerd de toegang te versterken. Van belang dat in deze doorontwikkeling van lokale wijkteams ook de triple L doelgroep goed in beeld komt. Voor deze doelgroep wordt in 2023 het actieplan Triple L verder uitgewerkt en geimplementeerd op basis van ondermeer het onderzoek van KPMG (Toegang voor jeugd met een levenslange en levensbrede hulpvraag: routes naar een integrale afweging) en het onderzoek van Significant (Doelgroep jongeren met een levenslange en levensbrede zorgvraag) om de zorg en ondersteuning van jeugdigen en hun gezinnen met een levensbrede en levenslange zorg of hulpvraag te verbeteren.. Het plan zal drie pijlers hebben vroegsignalering en preventie, toegang en uitvoering. Per pijler worden verschillende acties uitgewerkt, zoals het langdurig beschikken mogelijk te maken voor deze doelgroep. De acties worden in nauw overleg verder uitgewerkt met partners zoals de VNG, NJI, TSD en belangenbehartigende organisaties als Ieder(in) en Per Saldo.
Minder marktwerking, meer samenwerking en betere inkoop van zorg
Voor het terugdringen van administratieve lasten en het vereenvoudigen van de inkoop zullen in 2023 ook weer middelen beschikbaar worden gesteld. Deze middelen worden onder meer besteed aan het sturen op goede inkoopprocedures, het standaardiseren van de uitvoering, het uitwerken van een AmvB om te komen tot transparante en reële tarieven, het aanpakken van excessieve winsten en het beperken van een veelheid aan aanbieders als gevolg van ‘open house procedures’.
Verbetering kwaliteit en effectiviteit van jeugdzorg
Verbeteren van kwaliteit en effectiviteit is één van de leidende principes bij de hervormingen van de jeugdzorg. Er wordt een kwartiermaker aangesteld die hiermee samen met het veld aan de slag gaat. Met de betrokken partijen wordt een landelijke kennisagenda opgesteld met urgente kennisvragen rond kwaliteit. Om het stelsel duurzaam te verbeteren wordt gewerkt aan een lerend jeugdhulpstelsel door te leren van jeugdhulpvragen waarbij niet tijdig een passende oplossing is gevonden.
Jeugdzorg als effectieve samenwerkingspartner
Vergroten van de ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren
Door een goede verbinding van onderwijs en zorg op lokaal en regionaal niveau worden ontwikkelingskansen voor kinderen en jongeren vergroot. In een nieuwe werkagenda onderwijs-zorg (najaar 2022) staan de stappen die hiervoor de komende jaren worden gezet. Naast het versterken van het pedagogische klimaat op scholen, gaat het om de wijze waarop de collectieve financiering van zorg in onderwijstijd wordt vormgegeven. Per 1 januari 2023 start het experiment onderwijszorgarrangementen wat meer ruimte geeft voor maatwerk in onderwijs en zorg voor kinderen en jongeren die vanwege hun complexe ondersteuningsbehoefte nu onvoldoende mogelijkheid hebben om deel te nemen aan het onderwijs. Dit experiment duurt vijf jaar en wordt gedurende de looptijd gemonitord. Voor dit experiment wordt voor de periode 2023-2028, jaarlijks € 0,3 miljoen gereserveerd in de begroting. De subsidie aan de onderwijszorgconsulenten voor de ondersteuning van ouders en kinderen bij een passend aanbod voor onderwijs en zorg wordt geëvalueerd. Daarbij wordt ook bezien op welke wijze de ca. € 1,7 miljoen die hiervoor nu jaarlijks beschikbaar is het beste kan worden ingezet.
Jongeren die om wat voor reden niet meer thuis kunnen wonen hebben naast onderwijs en zorg ook een betaalbare woning nodig en ondersteuning bij het vinden van werk en wat er allemaal geregeld moet worden als je 18 wordt. Voor het bevorderen van een goede overgang naar volwassenheid participeert VWS in de interdepartementale samenwerking in het sociaal domein voor 16-27 jarigen. De samenwerking is erop gericht om belemmeringen weg te nemen, zowel in de uitvoering als in wet- en regelgeving. Daarnaast zijn er meerdere programma’s gestart die op de leefdomeinen van deze jongeren moeten helpen een zelfstandig leven op te bouwen. VWS neemt vanuit de zorgkant aan diverse programma’s deel.
Randvoorwaarden verbeteren
Het versterken van vakmanschap jeugd- en gezinsprofessionals
Vanuit de instellingssubsidie aan het Nederlands Jeugdinstituut wordt in 2023 het richtlijnenprogramma jeugdhulp en jeugdbescherming en het platform Vakmanschap gefinancierd. De middelen worden ingezet voor het ontwikkelen, onderhouden en implementeren van richtlijnen en het faciliteren van kennisuitwisseling en – toepassing met en door jeugdprofessionals. VWS stelt verder voor de periode 2020-2023, € 1,3 miljoen beschikbaar voor Erkenning van eerder Verworven Competenties (EVC) via de subsidieregeling EVC Jeugd- en gezinsprofessional.
Uitvoering Hervormingsagenda
Vooruitlopend op de nadere invulling van de hervormingsagenda Jeugd is € 9 miljoen uit de extra middelen voor jeugdzorg in 2023 overgeheveld naar de VWS begroting 2023. Deze € 9 miljoen is bestemd voor de uitvoering van de hervormingsagenda in 2023. Besteding vindt plaats in samenspraak met de VNG.
Jeugdstelsel
Voor het ‘Jeugdstelsel’ is een bedrag van circa € 28,6 miljoen beschikbaar voor subsidies en € 0,5 miljoen voor opdrachten. Middels het beschikbare budget worden diverse activiteiten gefinancierd.
Voor de opvang en verzorging van minderjarige kinderen van binnen schippers, kermisexploitanten en circusartiesten ontvangen internaten subsidie waarvoor circa € 14,5 miljoen beschikbaar is. Voor de wettelijke gecentraliseerde taak van de luisterlijn en het vertrouwenswerk, de Kindertelefoon en het advies- en klachtenbureau jeugdzorg, is in de begroting een bedrag van circa € 14 miljoen aan subsidiemiddelen beschikbaar.
In 2023 wordt € 4 miljoen beschikbaar gesteld voor de Jeugdautoriteit. Hiervan is € 0,5 miljoen geserveerd voor het uitzetten van diverse opdrachten. De Jeugdautoriteit is op 1 januari 2019 opgericht om bij te dragen aan de borging van continuïteit van jeugdhulp, kinderbescherming of jeugdreclassering, door te signaleren, te voorkomen en op te vangen. De positie en taken van de Jeugdautoriteit zijn vastgelegd in het Instellingsbesluit Jeugdautoriteit. Daarbij adviseert de Jeugdautoriteit het Rijk over de «Subsidieregeling Continuïteit Cruciale Jeugdzorg». Een aantal inzicht- en toezichttaken - op het terrein van zorg voor jeugdigen - die nu deels bij de Jeugdautoriteit zijn belegd wordt wettelijk vastgelegd.
Bijdragen aan mede overheden
Voor ‘Bijdragen aan mede overheden’ (BMO) is een bedrag van € 25 miljoen beschikbaar voor specifieke uitkering aan gemeenten t.b.v. de expertisecentra jeugdhulp. Deze middelen zijn via het amendement Klaver en Westerveld structureel beschikbaar voor acht bovenregionale expertisenetwerken jeugdhulp.
Ontvangsten
Overige
De ontvangsten in 2023 betreffen voornamelijk middelen vanuit niet volledig uitgeputte subsidies. Deze ontvangsten worden voor 2023 geraamd op € 2 miljoen.