Base description which applies to whole site

3.5 Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

Op dit artikel worden de producten op het gebied van rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling, geïntegreerde contractvormen/PPS, netwerkge bonden kosten en de investeringsruimte. De doelstellingen van het onder liggende beleid zijn terug te vinden in de begroting Hoofdstuk XII en vinden hun oorsprong in de NOVI. Het artikel Hoofdvaarwegennet op het Mobili­teitsfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens op de begroting Hoofdstuk XII.

Tabel 45 Budgettaire gevolgen van uitvoering art.15 Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1.000)
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

1.198.464

1.343.118

1.628.151

1.356.816

1.834.359

1.263.378

1.264.137

Uitgaven

1.494.251

1.374.568

1.376.956

1.453.489

1.845.887

1.322.825

1.281.452

15.01 Exploitatie

10.972

9.856

9.947

10.219

24.482

26.732

23.131

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

10.972

9.856

9.947

10.219

24.482

26.732

23.131

15.02 Onderhoud en vernieuwing

511.648

467.425

653.852

721.786

695.336

669.086

688.953

15.02.01 Onderhoud

473.488

424.351

516.013

512.204

433.466

417.683

434.011

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

461.832

419.131

515.281

511.222

432.959

417.289

433.729

15.02.04 Vernieuwing

38.160

43.074

137.839

209.582

261.870

251.403

254.942

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

1

1

1

1

1

1

1

15.03 Ontwikkeling

390.458

323.227

208.348

257.422

611.501

108.447

69.534

15.03.01 Aanleg

380.892

284.084

101.686

71.144

146.799

61.510

29.795

15.03.02 Planning en studies

8.956

30.029

96.905

175.744

460.009

44.437

39.739

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

8.018

7.958

1.806

2.015

1.309

1.140

798

15.03.03 Optimalisering gebruik

610

9.114

9.757

10.534

4.693

2.500

 

15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

165.643

141.413

96.432

66.924

64.474

58.009

55.732

15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN

415.530

432.647

408.377

397.138

450.094

460.551

444.102

15.06.01 Apparaatskosten RWS

356.566

376.646

375.308

362.480

365.133

367.200

367.292

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

356.566

376.646

375.308

362.480

365.133

367.200

367.292

15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten

58.964

56.001

33.069

34.658

84.961

93.351

76.810

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

58.964

56.001

33.069

34.658

84.961

93.351

76.810

Ontvangsten

44.822

88.590

21.757

10.756

1.781

240

240

15.09 Ontvangsten

44.822

88.590

21.757

10.756

1.781

240

240

In de tabel Budgettaire gevolgen van uitvoering bij dit artikel is in de regel Verplichtingen een bedrag van totaal € 1.628,151 miljoen aan verplichtingen voor het jaar 2024 opgenomen. Van dit bedrag heeft een bedrag van maximaal € 124,878 miljoen betrekking op de mogelijke verlening van een uitkering voor het project «Verbreding sluis Kornwerderzand» aan de Provincie Fryslân. Deze begrotingsvermelding vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde verlening van een specifieke uitkering als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Financiële-Verhoudingswet jo. artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht.

Budgetflexibiliteit

Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2024 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2024. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.

Tabel 46 Geschatte budgetflexibiliteit art. 15
 

2024

Juridisch verplicht

93%

Bestuurlijk gebonden

7%

Beleidsmatig gereserveerd

 

Nog niet ingevuld/vrij te besteden

 

15.01 Exploitatie

Motivering

De activiteiten binnen exploitatie worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren. Er zijn met RWS voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing prestatieafspraken gemaakt en er zijn indicatoren opgesteld om aan te sluiten op de beleidsdoelen.

Producten

Bij exploitatie gaat het voornamelijk om de volgende activiteiten

  • Verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering;

  • Monitoring en informatieverstrekking;

  • Vergunningverlening en handhaving;

  • Crisisbeheersing en preventie.

In het goederenvervoer over water is een groei voorzien (Integrale Mobiliteitsanalyse [2021]), die deels met exploitatie wordt gefaciliteerd, rekening houdend met autonome ontwikkelingen. Daarnaast is de inzet om de betrouwbaarheid en reistijd te verbeteren. Beleidsdoelstellingen op het gebied van exploitatie zijn:

  • Het zoveel mogelijk beperken van de gemiddelde structurele wachttijd bij sluizen in de hoofdvaarwegen;

  • Het afstemmen van de bediening van bruggen en sluizen op de vraag vanuit de markt.

In de Kamerbrief Toekomst Binnenvaart die op 30 november jl.4aan de Tweede Kamer is aangeboden, zijn de belangrijkste veranderingen, uitdagingen en kansen geschetst voor de binnenvaart. Voor wat betreft de infrastructuur geldt dat we willen toewerken naar toekomstbestendige vaarwegen: klimaatadaptief en betrouwbaar.In de Kamerbrief modal shift aanpak van 15 november jl.5 is de verwachte groei van het goederenvervoer en het groeipotentieel van de vaarwegen gepresenteerd.Om dit groeipotentieel te benutten en/of een reverse modal shift te voorkomen, wordt ernaar toegewerkt om alle huidige vaarwegen optimaal te gaan onderhouden.

Zoals beschreven in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 20236 wordt om het areaal in stand te houden en bij een groeiend gebruik voorspelbaar te blijven, gezocht naar mogelijkheden om ook de kostenontwikkeling in de hand te houden. Door technologische ontwikkelingen als smart shipping en verdergaande digitalisering kan een deel van de systemen en voorzieningen ten behoeve van de informatieverstrekking en verkeersbegeleiding naar de toekomst toe waarschijnlijk minder worden aangeboden. Aanpassingen zullen afgestemd worden op de snelheid van de technologische ontwikkeling en de implementatie ervan bij de gebruikers. Ook wordt in het kader van droogte gekeken naar het ontwikkelen van klimaatadaptieve schepen met minder diepgang of andere vervoersconcepten, waardoor investeringen aan de infrastructuur minder groot zullen zijn. Zo wordt bekeken welke vaarwegtrajecten, gegeven de geschetste toekomstige ontwikkelingen ook, in aanmerking kunnen komen voor een aanpassing van bedienvensters. Om de vaarwegen toekomstbestendig en betaalbaar te houden, wordt onderzocht waar beperkingen mogelijk zijn om de doelen voor de binnenvaart structureel te kunnen behouden. Daartoe wordt onderzoek in gang gezet naar a) opwaardering/afwaardering van vaarwegen; b) de functie en een bijpassend onderhoudsregime oevers; c) het langetermijn verkeersmanagement; d) betaald gebruik van overnachtingsplaatsen voor de recreatievaart; en e) de veiligheidsperspectieven bij een invoering van een verplicht vaarbewijs voor de recreatievaart.

Met het toezicht op het water dat door RWS (onder andere samen met de politie) wordt uitgevoerd, wordt beoogd de veiligheid voor de gebruikers te borgen. Dit toezicht heeft ook een preventieve werking. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Binnenvaartwet is meer nadruk komen te liggen op bestuursrechtelijke handhaving door IenW (in plaats van strafrechtelijke handhaving door de politie). In geval van calamiteiten, zoals schade en verontreinigingen, wordt hierover bericht en adequaat opgetreden. Hiervoor is een calamiteitenorganisatie operationeel.

Tabel 47 Specificatie bedieningsareaal

Areaalomschrijving

Eenheid

2022

2023

2024

Begeleide vaarweg

km

592

592

592

Bediende objecten

stuks

243

242

242

Toelichting

Alleen de vaarwegen die vanuit vaste verkeersposten worden begeleid, zijn in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouillevaartuigen worden bestreken zijn derhalve niet meegerekend. In 2024 is er geen verandering van het bedieningsareaal voorzien.

15.02 Onderhoud en Vernieuwing

Motivering

Onderhoud en vernieuwing wordt uitgevoerd om het Hoofdvaarwegennet in een staat te houden die noodzakelijk is voor het faciliteren van vlot, betrouwbaar, veilig en duurzaam vervoer van goederen en de recreatievaart/passagiersvaart.

Producten

Het regulier onderhoud en vernieuwing van rijksvaarwegen omvat maatregelen aan bodems, oevers, kunstwerken zoals sluizen en bruggen, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor exploitatie, zoals verkeerscentrales. In bijlage 4 Instandhouding van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de werking van de instandhouding van de netwerken die onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat vallen.

Maatregelen

Toevoeging Coalitieakkoord middelen instandhouding

In het Coalitieakkoord zijn extra middelen beschikbaar gesteld voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing van de Rijksinfrastructuur. De komende jaren groeit de extra bijdrage stapsgewijs toe naar jaarlijks € 1,125 miljard extra vanaf 2026 en structureel € 1,25 miljard extra vanaf 2038 voor de instandhouding van onze wegen, spoor, bruggen, viaducten en vaarwegen, ook met het oog op de verkeersveiligheid. Er wordt extra geïnvesteerd in het Deltafonds (€ 250 miljoen structureel vanaf 2026) om achterstanden weg te werken en de uitvoering van het Nationale Deltapro­ gramma te versnellen. De extra middelen uit het Coalitieakkoord voor de jaren 2022-2025 zijn bij deze begroting verdeeld over de netwerken van ProRail en RWS op het Mobiliteitsfonds en Deltafonds om de program­ mering van exploitatie en onderhoud in deze jaren op te hogen. Voor vernieuwing is in de periode 2026 tot en met 2030 € 200 miljoen per jaar gereserveerd (€ 160 miljoen voor het Mobiliteitsfonds en € 40 miljoen voor het Deltafonds).

In de MIRT-brief van 17 maart 20237 is aangegeven dat de instandhouding van onze netwerken thans de hoogste prioriteit heeft. De netwerken vormen het fundament voor een bereikbaar Nederland. Zonder onze goed functionerende netwerken ligt het land immers stil. Nu een deel van de aanleg door stikstof voorlopig tot stilstand komt, wordt het in stand houden van wat we hebben nog belangrijker. Specifiek voor het hoofdwegennet en het hoofdvaarwegennet maken we deze kabinetsperiode een beweging van aanleg naar instandhouding. Concreet is de inzet om voor deze netwerken de komende jaren financiële middelen en personele capaciteit van aanleg naar instandhouding te schuiven, zie ook de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau van 17 maart 2023. Dat geld komt bovenop de extra middelen voor instandhouding uit het Coalitieakkoord.

Toevoeging middelen herprioritering

Aanvullend op de middelen vanuit het Coalitieakkoord zijn vanuit de herpriotering middelen toegevoegd aan instandhouding RWS. Voor het Hoofdvaarwegennet gaat het om € 380 miljoen.

Met deze middelen kunnen we werken aan de grootste onderhoudsopgave van onze infrastructuur ooit. Het streven is een groei van het productievolume te realiseren van € 2 miljard naar € 3 miljard per jaar voor de instandhouding van de RWS-netwerken, waarvan € 0,8 miljard per jaar voor vervanging en renovatie van infrastructuur. Dit is toegelicht in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart (Kamerstuk 29 385, nr. 119).

15.02.01 Onderhoud

Een voorwaarde voor het optimaal gebruiken van het vaarwegennet is de bedrijfszekerheid van de infrastructuur van de vaarwegen.

De activiteiten zijn erop gericht, om de scheepvaart (beroeps- en recreatie vaart) zo goed mogelijk te faciliteren. Het betreft maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betreft het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden zowel de werkzaamheden binnen onderhoud als werkzaamheden die voortkomen uit het ontwikkelingprogramma goed afgestemd. Binnen onderhoud vallen zowel het preventief als het correctief onderhoud.

In het Coalitieakkoord zijn extra middelen vrijgemaakt voor de instandhouding van onze netwerken. In de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (kenmerk IENW/BSK-2023/70009) is aangegeven dat de meeste middelen zijn nodig om alle objecten die onderdeel uitmaken van het hoofdvaarwegennet – de vaarwegen, sluizen en over- en onderdoorgaande infrastructuur – in stand te houden. Met de extra beschikbare financiële middelen verwachten we dat op termijn het aantal ongeplande stremmingen kan worden teruggedrongen, waardoor de voorspelbaarheid met betrekking tot debeschikbaarheid van de vaarroutes groter wordt.

Kustwacht

De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de raad voor de kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast. De directeur Kustwacht beschikt over een informatiecentrum, schepen, surveillance vliegtuigen en helikopters.

De Minister van IenW is als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor totstandkoming van geïntegreerd beleid voor de Noordzee en het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht. De Minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht. De overzichtsconstructie Kustwacht is als bijlage 3 'Overzichts constructie Kustwacht' aan deze begroting toegevoegd.

Overdracht Brokx-Nat

De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-Nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans, op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II 2002–2003, 28 600 XII, nr. 17). Op dit artikel wordt o.a. de betaling aan provincies en gemeenten voor het onderhoud aan kanalen in Drenthe en wegen en paden Texel verantwoord.

Meetbare gegevens

In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de onderhoudskosten voor kunstwerken oevers, bodems en verkeersvoorzieningen. Deze percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde.

Figuur 6

Tabel 48 Areaal onderhoud
 

Eenheid

Omvang 2024

Budget (x € 1.000) 2024

Vaarwegen

km

7.071

515.282

Toelichting

Het totale areaal is een optelling hoofdtransportassen, hoofdvaarwegen en overige vaarwegen van in totaal afgerond 3.426 kilometer en van zeecorridors en zeetoegangsgeulen van in totaal afgerond 3.646 kilometer. Tezamen is dit afgerond 7.071 kilometer. Er worden in 2024 geen veranderingen voorzien.

Tabel 49 Indicatoren Onderhoud

Indicator

2021

2022

Streefwaarde 2023

Streefwaarde 2024

Geplande stremmingen (gehele areaal)

2,0%

1,0%

0,8%

0,8%

- Hoofdtransportas

1,7%

0,3%

0,8%

0,8%

- Hoofdvaarweg

1,1%

1,4%

0,8%

0,8%

- Overige Vaarweg

3,2%

0,9%

0,8%

0,8%

Ongeplande stremmingen (gehele areaal)

1,0%

2,4%

0,2%

0,2%

- Hoofdtransportas

0,4%

0,4%

0,2%

0,2%

- Hoofdvaarweg

1,3%

1,5%

0,2%

0,2%

- Overige Vaarweg

0,8%

4,0%

0,2%

0,2%

Toelichting

De geplande en ongeplande stremmingen geven een beeld van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de sluizen en bruggen op de vaarwegen. De percentages zijn berekend door de gestremde uren voor het maatgevend schip af te zetten tegen de totale bedientijd van deze objecten. De streefwaarden betreffen de afgesproken maximale waarden. Door uitgesteld onderhoud, ouderdom en intensiever gebruik neemt de kans op ongeplande uitval van objecten toe. Dit zien we met name terug in een stijging in de ongeplande stremmingen. De indicator Passeertijd sluizen is opgenomen bij beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens in de begroting Hoofdstuk XII.

15.02.04 Vernieuwing

Op dit artikel staan de beschikbare budgetten voor Vervanging en Renovatie van het Hoofdvaarwegennet. Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de infrastructuur aangelegd. Het is van belang dat de veiligheid en de beschikbaarheid van het Hoofdvaarwegennet in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. De verwachting is dat deze problematiek geleidelijk toeneemt. Op basis van onderzoek wordt een analyse gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is. RWS bekijkt via inspecties waar maatregelen nodig zijn. Voor een zichtperiode van ongeveer 7 jaar is dit vooruit te plannen in concrete projecten. Voor de periode daarna zijn budgetten beschikbaar, maar wordt de invulling van het programma in latere jaren concreet. De werkwijze staat verder toegelicht in bijlage 4 'Instandhouding'. In het MIRT-projectenoverzicht worden onder­ liggende projecten inzichtelijk gemaakt.

Vernieuwingen en renovaties van kunstwerken worden ondergebracht binnen het programma Vervanging en Renovatie. De scope van het programma omvat alle kunstwerken waar zich binnen de duur van het programma een levensduurproblematiek voordoet met mogelijke ernstige gevolgen voor de veiligheid en beschikbaarheid van het Hoofdvaarwegennet. De projecten in het programma Vervanging en Renovatie verlengen de levensduur van de kunstwerken, zodat de veiligheid en de beschikbaarheid van de bestaande infrastructuur in stand wordt gehouden.

15.03 Ontwikkeling

Motivering

Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de realisatie- en studie activiteiten bij het hoofdvaarwegennet.

Een beweging naar instandhouding en tussen MIRT-projecten

Er is sprake van een samenspel van drie opgaven die de aanleg van projecten bemoeilijkt: stikstof, maakcapaciteit en financiën. Om die reden is het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat genoodzaakt om scherpe keuzes te maken. Binnen het hoofdvaarwegenprogramma wordt een groot deel van het gereserveerd budget weggehaald bij projecten die te maken hebben met langdurige stikstofdeposities in de gebruiksfase. De betreffende projecten worden gepauzeerd. Het budget wordt verschoven naar instandhouding en andere MIRT-projecten. Dit is toegelicht in de Kamerbrief van 23 juni 2023 over het MIRT.

15.03.01 Aanleg

Producten

In 2024 wil IenW de volgende mijlpalen realiseren.

Tabel 50 Mijlpalen Hoofdvaarwegennet

Mijlpaal

Project

Openstelling

Nieuwe Sluis Terneuzen

 

Toekomst visie Waal: Overnachtingshaven Lobith (locatie Spijk)

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

  • 1. Lichteren buitenhaven IJmuiden: projectbudget verhoogd met € 10 miljoen aanvullend budget voor project Verwijderen baggerspecie Averijhaven;

  • 2. Nieuwe Sluis Terneuzen: projectbudget verhoogd met € 95 miljoen:

  • Extra ontvangsten Vlaanderen van € 41,3 miljoen: Hiervan is € 15 miljoen bestemd voor verwijdering PFAS waarvan de werken grotendeels afgerond zijn en de kostenverdeling Nederland-Vlaanderen inmiddels overeengekomen is. € 15 miljoen is bestemd voor andere projectkosten waarover Nederland-Vlaanderen nog in gesprek zijn over de kostenverdeling. Daarnaast heeft Vlaanderen toegezegd € 10 miljoen in 2024 beschikbaar te stellen zodat het project vooruitlopend op het onderhandelingsresultaat tussen Nederland en Vlaanderen over voldoende budget kan beschikken om zijn verplichtingen richting de aannemer aan te kunnen gaan. Tot slot heeft het project heeft extra kosten gemaakt i.v.m. Covid. Vanuit Vlaanderen hebben is € 1,3 miljoen ontvangen als extra bijdrage om een deel van de kosten te dekken;

  • Extra bijdrage vanuit Nederland van € 32,7 miljoen: Over een deel van de meerkosten is overeenststemming bereikt tussen Nederland en Vlaanderen. Het Nederlandse deel voor de meerkosten PFAS en Covid bedraagt € 22,7 miljoen (PFAS ca. € 11,4 miljoen, Covid € 11,1 miljoen en overige regelgeving € 0,2 miljoen). Daarnaast wordt er vanuit Nederland € 10 miljoen extra beschikbaar gesteld aan het project om de continuïteit van het project te garanderen.

  • Overige € 21 miljoen is toevoeging prijsbijstelling 2023.

De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2023.

Tabel 51 Projectoverzicht behorende bij 15.03.01: Ontwikkeling Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1 miljoen)
 

Projectbudget

Kasbudget

Openstelling

Toelichting

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

later

huidig

vorig

Projecten Nationaal

             

Beter Benutten

16

16

16

   

0

   

 

Impuls Dynamisch Verkeermanagement

101

101

100

   

1

   

2018

2018

 

Walradarsystemen

29

29

27

2

  

0

  

0

   

Regeling Kademuren

10

10

1

0

2

3

2

1

0

0

   

Projecten Noordwest-Nederland

             

De Zaan (Wilhelminasluis)

14

14

10

0

0

3

    

2020

2020

 

Lichteren buitenhaven Ijmuiden

48

38

35

13

0

 

0

0

 

0

2023

2023

1

Projecten Zuidwest-Nederland

             

Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek

15

15

11

4

0

  

0

 

‒ 1

2022

2023

 

Capaciteitsuitbreiding overnachtingsplaatsen Merwede

10

10

7

0

0

  

3

  

2021

2021

 

Nieuwe Sluis Terneuzen

1.184

1.089

892

182

68

37

5

0

0

0

2024

2023

2

Projecten Zuid-Nederland

             

Maasroute modernisering fase 2

688

685

619

24

5

4

36

0

0

0

2027

2025

 

Wilhelminakanaal Tilburg

98

98

95

0

0

0

0

0

0

1

2023

2023

 

Zuid-Willemsvaart: aanleg Maximakanaal en opwaarderen tot Veghel

431

431

427

0

0

0

1

0

0

3

2015

2015

 

Projecten Oost-Nederland

             

Toekomstvisie Waal

148

146

104

38

6

0

  

0

0

2024

2024

 

Verruiming Twenthekanalen fase 2

244

241

185

59

0

    

0

2023

2023

 

Vaarweg Meppel-Ramspol (keersluis Zwartsluis)

59

59

59

1

0

0

0

  

0

   

Projecten Noord-Nederland

             

Vaarwewg Lemmer-Delfzijl fase 1: verbreding tot klasse Va

294

293

282

12

0

    

0

2017

2017

 

Verruiming vaarweg Eemshaven-Noordzee

39

39

37

 

0

0

2

  

0

   

Sluiscomplex Kornwerderzand

125

103

0

0

31

31

31

31

0

0

2025-2028

2025-2028

 

Overige Projecten

    

0

        

Kleine projecten / afronding projecten

194

191

190

1

0

1

1

0

0

0

   

Afrondingen

‒ 1

‒ 1

  

1

1

1

1

1

1

   

Totaal uitvoeringsprogramma

3.746

3.607

3.097

336

113

80

80

36

1

4

   

Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies

59

54

10

7

13

20

8

      

Programma Aanleg

3805

3661

3107

343

126

100

88

36

1

4

   

Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg

‒ 2

‒ 15

           

Budget Aanleg (MF 15.03.01)

3803

3646

3107

284

101

71

147

61

30

4

   

Overprogrammering (-)

   

59

25

29

‒ 59

‒ 25

‒ 29

0

   

15.03.02 Planning en studies

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

  • 1. Bijdrage aan agentschap RWS: door de extrapolatie naar 2037 en loon- en prijsbijstelling over 2023 is de bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen met € 6 miljoen toegenomen;

  • 2. Reservering Life Cycle Costs (LCC): door de extrapolatie naar 2037 en loon- en prijsbijstelling over 2023 is de reservering voor LCC met € 42 miljoen toegenomen;

  • 3. De bestaande reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen Wind op Zee (WOZ) van € 810,7 miljoen wordt per ontwerpbegroting 2024 vanwege de omvang van het budget zichtbaar gepresenteerd onder Projecten Nationaal in plaats van Overige projecten en reserveringen. Op grond van het begin 2022 vastgestelde Programma Noordzee stelt het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor 2023-2027 € 33,7 miljoen beschikbaar aan IenW en Rijkswaterstaat (RWS), ten behoeve van de financiering van de structurele kosten voor IenW, RWS en het ministerie van Defensie-Kustwacht (via IenW). Het gaat om taken, die voortvloeien uit de realisatie van 21 gigawatt aan WOZ voor 2030 en de impact op de veiligheid van de zeescheepvaart. Hiervan is € 1,9 miljoen overgeboekt naar RWS voor de impact van WOZ op areaalgroei en kerntaken van RWS. De loon- en prijsbijstelling 2023 betreft € 39,2 miljoen. Naar het ministerie van Defensie is € 13,6 miljoen overgeboekt voor de IenW bijdrage aan de kosten van noodsleephulp schepen (ETV Zuid en ETV Midden), welke de Kustwacht huurt bij de Rijksrederij voor 2023;

  • 4. In het kader van de herprioritering Mobiliteitsfonds is dit project gepauzeerd en zijn de middelen alternatief ingezet;

  • 5. De uitwerking van het project Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen) is in afwachting van het programma onder de omgevingswet besluit van het programma Integraal Riviermanagement (IRM) die bepalend zal zijn voor de inrichting van de IJssel. De openstelling gaat van 2026 ‒ 2028 naar nog nader te bepalen. De uitwerking van het project Rivierklimaatpark IJsselpoort (RKPIJ) binnen het project Bovenloop IJssel blijft doorgang vinden (RKPIJ=2028);

  • 6. De uitwerking van het project Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel is in afwachting van het programma onder de omgevingswet besluit van het programma Integraal Riviermanagement (IRM) die bepalend zal zijn voor de inrichting van de IJssel. Openstelling gaat van 2023-2024 naar nog nader te bepalen;

  • 7. Het budget voor de IenW bijdrage aan de Verbreding sluiscomplex Kornwerderzand wordt overgeboekt van planstudie naar realisatiefase om in 2024 een specifieke uitkering (SPUK) aan de provincie Friesland mogelijk te maken.

  • 8. Vanuit artikel 11 is de risicoreservering van € 165 miljoen voor vier bruggen toegevoegd aan het MIRT budget Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2. De loon- en prijsbijstelling 2023 betreft € 14,3 miljoen.

  • 9. Overige projecten en reserveringen:

  • De bestaande reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen Wind op Zee van € 810,7 miljoen wordt per ontwerpbegroting 2024 vanwege de omvang van het budget zichtbaar gepresenteerd onder Projecten Nationaal in plaats van Overige projecten en reserveringen.

  • Voor de herprioritering vaarwegen is het gereserveerde budget van € 275,3 miljoen voor de Kreekraksluizen afgeboekt.

  • Dekking voor het project Digitale Transport Strategie staat gereserveerd op het artikelonderdeel planning en studies Hoofdvaarwegennet. Uitvoering en realisatie vindt plaats op de beleidsbegroting HXII. Hiervoor is € 1,4 miljoen overgeboekt naar HXII.

  • Vanuit artikel 11 investeringsruimte generiek is voor de verlenging van Topsector Logistiek activiteiten in de jaren 2024 tot en met 2026 (€ 30 miljoen) toegevoegd aan de reservering Topsector Logistiek.

  • Uit de herprioritering vaarwegen is € 8,3 miljoen overgeboekt naar het gereserveerde budget voor de Kustwacht voor een bijdrage vanuit IenW aan de Kustwacht voor de tegenvaller project MOC Kustwacht.

De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2023.

Tabel 52 Projectoverzicht behorende bij 15.03.02: Planning en studies Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1 miljoen)
 

Budget

Planning

Toelichting

Projectomschrijving

huidig

vorig

huidig

vorig

 

Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies

‒ 59

‒ 54

nvt

nvt

 

Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg

2

15

nvt

nvt

 

Projecten Nationaal

     

Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen

35

29

nvt

nvt

1

Reservering voor LCC

391

349

nvt

nvt

2

Reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen agv Wind op Zee

868

0

nvt

nvt

3

Projecten Noordwest-Nederland

     

Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Lemmer

7

7

2025 ‒ 2027

2025 ‒ 2027

 

Vaarweg IJsselmeer-Meppel

0

30

ntb

ntb

4

Projecten Zuidwest-Nederland

     

Capaciteit Volkeraksluizen

0

167

ntb

2025 ‒ 2027

4

Verkeerssituatie splitsing Hollandsch Diep-Dordtsche Kil

0

10

nvt

2025 ‒ 2027

4

Projecten Zuid-Nederland

     

Whilhelminakanaal Sluis II

87

83

ntb

ntb

 

Projecten Oost-Nederland

     

Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen)

41

39

ntb

2026 ‒ 2028

5

Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel

31

30

ntb

2023 ‒ 2024

6

Projecten Noord-Nederland

     

Verbreding sluiscomplex Kornwerderzand

0

103

2025 ‒ 2028

2025 ‒ 2028

7

Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2

481

299

2024 ‒ 2028

2024 ‒ 2028

8

Overige projecten en reserveringen

404

1420

  

9

Projecten in voorbereiding

     

Projecten Noordwest-Nederland

     

Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2; reservering verkenning bruggen (AP)

  

ntb

  

Projecten Zuidwest-Nederland

     

Kreekraksluizen

     

Projecten Oost-Nederland

     

Verkenning IJssel fase 2

     

Overige projecten in voorbereiding

     

Gesignaleerde risico's

     

afrondingen

2

0

   

Totaal programma planning en studies

2.290

2.527

   

Begroting (MF 15.03.02)

2.290

2.527

   

15.03.03 Optimalisering verbruik

Motivering

Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van Infrastructuur op de vaarwegen bevorderen. Dit zijn maatregelen die door IenW worden uitgevoerd. Een voorbeeld is de optimalisatie van logistieke routes om modal shift te bevorderen.

Tabel 53 Projectoverzicht behorende bij 15.03.03 Optimalisering hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1 miljoen)
 

Budget

Planning

Projectomschrijving

huidig

vorig

 

Modal shift van weg naar water

37

36

nvt

Totaal Optimalisering gebruik

37

36

nvt

Begroting (MF 15.03.03)

37

36

nvt

15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

Motivering

Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen wordt middels een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM- contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, financiering en onderhoud) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienstuitgevraagd, te wetende beschikbaarheid van de infra structuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na oplevering van het project; tijdens de bouw dient de DBFM-Opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de private opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouw fase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding), als sprake is van de uitbreiding van een bestaande sluis die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor de scheepvaart. Bij openstelling van de sluis wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting, van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.

De verplichting aan de DBFM-Opdrachtnemer vervaltaan het einde van de looptijd van het contract waarna het beheer en onderhoud van deze vaarwegdelen en/of objecten terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten gaan vallen onder het reguliere onderhoudsartikel (artikel onderdeel 15.02 Onderhoud en Vernieuwing).

Producten

De projecten Zeetoegang IJmond, Sluis Limmel, 3e Kolk Beatrixsluis en sluis Eefde zijn opengesteld. Er is sprake van een volledige beschikbaarheidsvergoeding. De looptijd van deze contracten varieert; in onderstaand projectenoverzicht is zichtbaar wanneer de contracten eindigen.

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

  • 1. Zeetoegang IJmond: projectbudget is verhoogd met € 24 miljoen € 1 miljoen i.v.m. extra kosten PFAS. De loon- en prijsbijstelling 2023 is € 23 miljoen

Tabel 54 Projectoverzicht behorende bij 15.04: Geïntegreerde contractvormen/PPS Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1 miljoen)
 

Projectbudget

Kasbudget

Openstelling

 

Eind contract

Toelichting

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

later

huidig

vorig

  

Projecten Noordwest-Nederland

              

Lekkanaal: 3e kolk Beatrixsluis en verbreding kanaalzijde/uitbreiding ligplaatsen

416

409

95

16

16

16

16

15

16

227

2019

2019

2046

 

Zeetoegang IJmond

1237

1213

439

115

72

41

40

34

31

465

2022

2022

2045

1

Projecten Oost-Nederland

              

Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde

161

158

44

6

5

7

6

6

6

81

2020

2020

2047

 

Projecten Zuid-Nederland

              

Keersluis Limmel

94

93

30

4

3

3

3

3

3

45

2018

2018

2048

 

afrondingen

1

 

1

   

‒ 1

       

Totaal

1909

1873

609

141

96

67

64

58

56

818

    

Begroting (MF 15.04)

   

141

96

67

64

58

56

818

    

15.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdvaarwegennet

Motivering

Op dit artikelonderdeel wordende aan het netwerk te relateren apparaats kosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overigenetwerkge bonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan exploitatie, onderhoud, ontwikkeling en DBFM, en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT-systemen, het inspecteren van het areaalen de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.

Rijksrederij

De Rijksbrede Civiele Rijksrederij is een organisatie die nautische diensten levert aan andere overheden zoals het Ministerie van EZK, Financiën (Douane), IenW en de Kustwacht. De Rijksrederij valt onder de verantwoor- delijkheid van RWS. De kerntaken van de Rijksrederij zijn:

  • Het ter beschikking stellen van vaartuigen voor een bepaalde tijdsduur (al dan niet met nautische bemanning) met een door de opdrachtgever gespecificeerd dienstverleningsniveau;

  • Het leveren van kennisintensief advies aan overheidsinstellingen bij beheer, ontwerp en aanbesteding van vaartuigen;

  • Het leveren van kennisintensief adviesop het gebiedvan eisen aan bemanningen, veiligheidsmanagement en scheepsuitrustingen.

15.09 Ontvangsten

Motivering

Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden aan de producten op het gebied van Rijksvaarwegen, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.

Producten

Bijdragen van derden

Dit betreffen de bijdragen van decentrale overheden en andere derden aan projecten.

Tabel 55 Ontvangsten artikel 15 Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Bijdragen van derden

89

22

11

2

0

0

Totaal Ontvangsten (MF 15.09)

89

22

11

2

0

0

4

Kamerstuk nr. 31409-373

5

Kamerstuk nr. 34244-3

6

Kamerstuk nr.29385-119

7

Kamerstuk nr. 36200-A-65

Licence