Base description which applies to whole site

Artikel 1: Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

A: Algemene doelstelling

Het bevorderen van een goed functionerende internationale rechtsorde, met een blijvende inzet op mensenrechten, als integraal onderdeel van het buitenlandbeleid.

Een sterke rechtsorde maakt de wereld op termijn stabieler, veiliger, vrijer en welvarender. Dit vereist goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak en voortdurende inzet tegen straffeloosheid. Deze rechtsorde is onlosmakelijk verbonden met universele mensenrechten. De bevordering van mensenrechten is daarom ook een kernelement van het Nederlands buitenlandbeleid.

B: Rol en verantwoordelijkheid

De regering zet zich concreet in voor de bevordering van vrijheid en meningsuiting, waaronder in het bijzonder internetvrijheid, de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging, gelijke rechten voor mannen en vrouwen, de rechten van lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders, de ondersteuning van mensenrechtenverdedigers, en de bevordering van fundamentele arbeidsnormen en maatschappelijk verantwoord ondernemen.

De minister is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

  • Van een effectief stelsel van internationale organisaties, inclusief financiële bijdrage, om een stabiele internationale omgeving te scheppen en de internationale rechtsorde te versterken.

  • Stimuleren van een betere mensenrechtensituatie mede door financieren en uitvoeren van projecten via bilaterale en multilaterale kanalen ter bevordering van prioritaire mensenrechtenthema’s.

Regisseren

  • Van interdepartementale coördinatie ten behoeve van een coherente en consistente Nederlandse inzet in internationale organisaties ter bevordering van de internationale rechtsorde en mensenrechten.

Financieren

  • Bijdragen ten behoeve van goed functionerende internationale instellingen.

  • Bijdragen ter bescherming en bevordering van mensenrechten.

C: Beleidswijzigingen

Het mensenrechtenbeleid zal de komende jaren worden uitgevoerd aan de hand van de mensenrechtenbrief «Respect en recht voor ieder mens»10

D1: Budgettaire gevolgen van beleid

Beleidsartikel 1 Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

Bedragen in EUR 1.000

 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

                   

Verplichtingen

141.556

112.453

87.367

87.757

87.897

86.727

86.227

                   

Uitgaven:

             
                   

Programma-uitgaven totaal

89.562

111.607

106.237

106.057

105.997

104.827

104.327

 

waarvan juridisch verplicht

   

94%

       
                   

1.1

Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak

48.177

54.272

52.697

53.187

53.127

51.957

51.457

                   
 

Subsidies

             
   

waarvan Carnegiestichting

   

4.400

       
                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

waarvan Verenigde Naties

   

40.500

       
   

waarvan OESO

   

6.360

       
                   

1.2

Bescherming en bevordering van mensenrechten

41.385

57.335

53.540

52.870

52.870

52.870

52.870

                   
 

Bijdragenovereenkomst

Landenprogramma's.mensenrechten

   

28.120

       
                   
 

Subsidies

               
   

waarvan Wereldomroep

   

14.000

       
   

waarvan mensenrechtenfonds

   

4.000

       
                   
 

bijdragen (inter) nationale organisaties

               
   

waarvan OHCHR

   

7.250

       

D2: Budgetflexibiliteit

De uitgaven voor het onderdeel goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak zijn volledig verplicht vanwege de bijdragen aan internationale instellingen die meerjarig zijn afgesproken. Voor het onderdeel bescherming en bevordering van mensenrechten is een lager percentage juridisch verplicht. De bijdrage aan de Wereldomroep en OHCHR is juridisch verplicht. Daarnaast zijn de landenprogramma’s voor een deel al juridisch vastgelegd en een deel wordt pas in 2014 aangegaan. Dit geldt ook voor de uitgaven op het mensenrechtenfonds.

E: Toelichting op de financiële instrumenten

1.1 Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak

  • Algemene verplichte bijdrage aan de VN waar zijn inbegrepen de verplichte afdracht aan het Joegoslavië- en Rwandatribunaal en aan de OESO.

  • Subsidie aan de Carnegie-Stichting.

  • Bijdragen voor diverse initiatieven, onder andere op het gebied van draagvlakversterking voor het Internationaal Strafhof (ICC) en andere internationale hoven en tribunalen, op het gebied van Responsibility to Protect en andere kleinschalige initiatieven op het gebied van de bevordering van de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

1.2 Bescherming en bevordering van mensenrechten

  • Inzet Mensenrechtenfonds ter ondersteuning van de prioriteiten uit de mensenrechtenbrief, «Respect en recht voor ieder mens». Verdeling in centrale en decentrale middelen, waarbij decentrale middelen met meer focus worden ingezet in minder landen op basis van de ernst van de mensenrechtensituatie, effectiviteit van de inzet van middelen, en landen die deel uitmaken van één van de pilots op het gebied van mensenrechten.

  • Middelen voor internationale organisaties ten behoeve van verdere bescherming en bevordering van mensenrechten, in het bijzonder de bijdrage aan Office of the High Commissioner for Human Rights (OHCHR) van de VN, waarbij specifiek zal worden ingezet op ondersteuning van speciale procedures en verdragscomités.

  • Bijdrage aan de Wereldomroep voor de verkondiging van het vrije woord in het buitenland.

Licence