Base description which applies to whole site

3.10 Artikel 10 Tegemoetkoming ouders

De overheid biedt een financiële tegemoetkoming aan ouders of verzorgers voor de kosten van kinderen.

De overheid biedt ouders of verzorgers een financiële tegemoetkoming voor de kosten voor verzorging en opvoeding van kinderen op grond van de Algemene Kinderbijslagwet (AKW) en de kinderbijslagvoorziening BES (Caribisch Nederland). Gezinnen met een laag of middeninkomen komen daarnaast in aanmerking voor een tegemoetkoming op grond van de Wet op het kindgebonden budget (WKB).

De Minister financiert de tegemoetkoming met uitkeringsregelingen. Zij is in deze rol verantwoordelijk voor:

  • de vormgeving, het onderhoud en de werking van het stelsel van wet- en regelgeving;

  • de vaststelling van het niveau van de tegemoetkoming op grond van de AKW, de WKB en de kinderbijslagvoorziening BES;

  • de sturing van en het toezicht op de rechtmatige, doelmatige en doeltreffende uitvoering van de AKW door de SVB;

  • de organisatie van de eigen uitvoering binnen het verband van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN).

De Minister van Financiën is verantwoordelijk voor de rechtmatige, doelmatige en doeltreffende uitvoering van de WKB door het directoraat-generaal Toeslagen.

Structurele verhoging kindgebonden budget

Het kabinet heeft besloten om een pakket koopkrachtmaatregelen te treffen om de evenwichtigheid van de koopkracht in 2024 te bevorderen en te voorkomen dat de armoede onder personen en kinderen oploopt. Zonder dit pakket zou de koopkracht van uitkeringsgerechtigden namelijk dalen en de (kinder)armoede stijgen.

Een belangrijk onderdeel van dit pakket vormt de structurele intensivering van het kindgebonden budget per 2024. Huishoudens met kinderen die recht hebben op kindgebonden budget ontvangen hierdoor komend jaar € 750,- extra voor het eerste kind en € 883,- extra voor elk kind vanaf het tweede kind. Hiermee worden de maximale kindbedragen vanaf 2024 gelijk getrokken. Huishoudens met oudere kinderen (ouder dan 12 jaar) ontvangen daarnaast vanaf 2024 € 400,- extra per kind. Hier staat tegenover dat de extra toeslag voor ouders zonder toeslagpartner en de inkomensdrempel voor ouderparen met € 619,- respectievelijk € 11.111,- worden verlaagd.

Met de structurele intensivering van het kindgebonden budget wordt mede tegemoet gekomen aan de motie Marijnissen/van der Plas9 die de regering verzoekt om te voorkomen dat de armoede toeneemt door de val van het kabinet. Ook wordt tegemoet gekomen aan de motie Apeldoorn10 die de regering vraagt vast te houden aan het doel de kinderarmoede te halveren per 2025 en met het oog daarop in de Miljoenennota maatregelen te nemen die kinderarmoede in 2024 zoveel mogelijk laten dalen.

Verbetermaatregel toeslagpartnerschap samengestelde gezinnen

Het kabinet is voornemens om per 1 januari 2025 een knelpunt in het toeslagensysteem op te lossen. Op dit moment komt het voor dat alleenstaande ouders die samen op één adres wonen met eerstegraads bloedverwanten op diverse toeslagen gekort worden of die toeslag mislopen (alleenstaande ouderkop). Vaak gaat dit om situaties van mantelzorg, maar ook om (tijdelijk) inwonen bij vader of moeder na een scheiding. Het kabinet vindt dit ongewenst en wil dergelijke schrijnende gevallen in de toekomst voorkomen. Daartoe wordt dit knelpunt per 2025 opgelost door middel van een wijziging van het toeslagpartnerbegrip in de Algemene Wet Inkomensafhankelijke Regelingen (Awir).

Verhoging Kinderbijslag Caribisch Nederland

Om de koopkracht te bevorderen en de armoede te bestrijden verhoogt het kabinet de Kinderbijslag CN met $ 90 per kind per maand. Hiermee stijgt de kinderbijslag van circa $ 130 naar circa $ 220 per maand (afhankelijk van het eiland).

Invoering Dubbele Kinderbijslag Intensieve Zorg op Caribisch Nederland

Het kabinet heeft de Wijzigingswet Caribisch Nederland opgesteld en ter advisering voorgelegd aan de Raad van State. Onderdeel van de Wijzigingswet is de invoering per 1 juli 2024 van de dubbele kinderbijslag intensieve zorg voor ouders met een kind dat intensieve zorg behoeft. Hiermee wordt het bedrag dat deze ouders ontvangen voor de kinderbijslagvoorziening BES verdubbeld. De voorgenomen invoeringsdatum was 1 juli 2023. Omdat de uitwerking van de wettelijke grondslag voor dubbele kinderbijslag intensieve zorg langer duurt dan voorzien, wordt de tijdelijke regeling voor dubbele kinderbijslag intensieve zorg voor de tussenliggende periode verlengd. Op deze manier ontvangen deze ouders in de tussentijd een jaarlijkse tegemoetkoming.

Tabel 97 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 10 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

6.850.451

8.197.359

9.248.817

8.957.847

8.708.123

8.615.065

8.497.293

        

Uitgaven

6.850.451

8.197.359

9.248.817

8.957.847

8.708.123

8.615.065

8.497.293

        

Inkomensoverdrachten

       

AKW

3.935.401

4.377.450

4.315.131

4.320.436

4.321.288

4.320.638

4.320.936

WKB

2.909.453

3.811.750

4.921.090

4.624.604

4.373.967

4.281.534

4.163.478

Kinderbijslagvoorziening BES

5.597

8.159

12.596

12.807

12.868

12.893

12.879

        

Ontvangsten

186.904

278.296

345.809

351.558

363.425

364.017

359.709

        

Ontvangsten

       

Terugontvangsten

186.904

278.296

345.809

351.558

363.425

364.017

359.709

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 98 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 10
 

2024

juridisch verplicht

100%

bestuurlijk gebonden

0%

beleidsmatig gereserveerd

0%

nog niet ingevuld / vrij te besteden

0%

De uitgaven op artikel 10 Tegemoetkoming ouders zijn voor 100% juridisch verplicht voor het jaar 2024. Per financieel instrument wordt dit onderstaand toegelicht.

Inkomensoverdrachten

De inkomensoverdrachten zijn gebaseerd op huidige wet- en regelgeving en derhalve voor 100% juridisch verplicht. Het betreft uitkeringslasten AKW, WKB en kinderbijslagvoorziening BES.

Inkomensoverdrachten
Algemene Kinderbijslagwet (AKW)

De AKW biedt ouders of verzorgers een tegemoetkoming in de kosten die het opvoeden en verzorgen van kinderen onder de 18 jaar met zich mee brengt. De AKW wordt uitgevoerd door de SVB.

Wie komt er voor in aanmerking?

Ouders van kinderen tot 18 jaar hebben recht op kinderbijslag. Het recht op kinderbijslag vervalt indien ouders valt te verwijten dat hun kind niet voldoet aan de Leerplichtwet.

Hoe hoog is de kinderbijslag?

De hoogte van de kinderbijslag hangt af van de leeftijd van het kind. De kinderbijslagbedragen worden doorgaans per 1 januari en 1 juli geïndexeerd. Bij ziekte of handicap, of omdat het kind niet thuis woont om onderwijsredenen, kan onder nadere voorwaarden sprake zijn van dubbele kinderbijslag. Alleenstaande en alleenverdienende ouders van thuiswonende kinderen met ziekte of handicap kunnen onder voorwaarden in aanmerking komen voor een extra tegemoetkoming.

Tabel 99 AKW, netto bedragen per kwartaal (in €)
 

1 juli 2023

Voor kinderen van:

 

0 t/m 5 jaar

261,70

6 t/m 11 jaar

317,77

12 t/m 17 jaar

373,85

Extra tegemoetkoming AKW (jaarbedrag 2023)

2.687,38

Budgettaire ontwikkelingen

Door tegengestelde effecten van de volume- en prijsontwikkeling lopen de uitgaven voor de kinderbijslag aanvankelijk op en stabiliseren ze in 2025. Het aantal kinderen neemt toe over de hele begrotingshorizon, vooral vanwege toenemende geboortes. De gemiddelde prijs neemt in toenemende mate af doordat het aandeel jonge kinderen naar verhouding toeneemt.

Beleidsrelevante kerncijfers

Tabel 100 Kerncijfers AKW
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

Aantal gezinnen AKW (x 1.000, jaargemiddelde)

1.870

1.878

1.884

Aantal kinderen AKW (x 1.000, jaargemiddelde)

3.278

3.298

3.308

    
 

Realisatie 20201

Realisatie 20211

Realisatie 20221

Aantal dubbele AKW uitkeringen ( x 1.000, ultimo jaar):

   

Kind uitwonend vanwege onderwijsredenen

1,0

0,9

0,9

Kind thuiswonend met intensieve zorg

32,2

32,0

34,2

Kind uitwonend vanwege ziekte of handicap

1,0

1,1

1,2

    

Extra tegemoetkoming AKW (x 1.000)

9,6

10,5

10,4

1

Bron: SVB, administratie.

Handhaving

Van de handhavingskengetallen is in de begroting geen raming opgenomen, omdat SZW uitvoeringsorganisaties niet aanstuurt op het aantal geconstateerde fraudegevallen. In het jaarverslag van SZW worden eventuele ontwikkelingen in kengetallen geduid. De ontwikkeling van de kengetallen voor 2022 is toegelicht in het jaarverslag over 2022.

Tabel 101 Kerncijfers AKW (fraude en handhaving)1
  

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Opsporing2

Aantal onderzochte fraudesignalen (x 1.000)

0,3

0,2

0,3

Aantal geconstateerde overtredingen met financiële benadeling (x 1.000)3

3,0

1,9

1,9

Totaal benadelingsbedrag (x € 1 mln)

2,3

1,7

1,7

Sanctionering2

Aantal waarschuwingen (x 1.000)

3,9

2,5

3

Aantal boetes (x 1.000)

0,6

0,4

0,3

Totaal boetebedrag (x € 1 mln)

0,2

0,1

0,1

  

Ontstaansjaar vordering

  

2020

2021

2022

Terugvordering2

Incassoratio fraudevorderingen (boete + benadelingsbedrag) ultimo 2022 (%)

55

58

32

1

Als gevolg van een andere insteek van het onderzoek die in 2019 is doorgevoerd worden er geen preventiecijfers voor de AKW meer meegenomen, omdat de wet na afschaffing van de bijverdiengrens te weinig verplichtingen kent.

2

Bron: SVB, administratie.

3

Cijfers betreffen alle overtredingen van de inlichtingenplicht met financiële benadeling.

Wet op het Kindgebonden Budget (WKB)

Het kindgebonden budget is een inkomensafhankelijke tegemoetkoming van de overheid in de kosten van kinderen voor gezinnen tot een bepaald inkomen en vermogen. De WKB wordt uitgevoerd door het directoraat-generaal Toeslagen van het Ministerie van Financiën. Indien sprake is van een aanvulling op buitenlandse gezinstoeslagen, is de SVB verantwoordelijk voor de uitbetaling van de WKB.

Wie komt er voor in aanmerking?

Ouders of verzorgers van kinderen tot 18 jaar, die in aanmerking komen voor kinderbijslag, kunnen het kindgebonden budget krijgen, afhankelijk van de hoogte van het inkomen en vermogen.

Hoe hoog is het kindgebonden budget?

De hoogte van het kindgebonden budget hangt af van het aantal kinderen, de leeftijd van de kinderen, het (gezamenlijke) inkomen en vermogen van de ouders en de leefvorm van de ouder die het kindgebonden budget ontvangt. Als het (gezamenlijke) inkomen hoger is dan € 26.819 (alleenstaande) of € 35.849 (aanvrager met toeslagpartner) (bedragen 2024) wordt het kindgebonden budget geleidelijk minder. Voor iedere € 100 boven dit inkomen, wordt het kindgebonden budget € 6,75 lager. Indien het (gezamenlijk) vermogen op de peildatum 1 januari 2024 hoger is dan € 140.212 (alleenstaande) of € 177.300 (aanvrager met toeslagpartner), vervalt het recht op kindgebonden budget voor 2024. De bedragen van het kindgebonden budget worden per 1 januari aangepast aan de prijsontwikkelingen.

Tabel 102 WKB, netto maximum bedragen per jaar (in €)
 

1 januari 2024

Een gezin met:

 

1 kind

2.436

Verhoging ieder volgend kind (extra bedrag per jaar)

2.436

  

Extra verhoging 12-15-jarigen1

694

Extra verhoging 16-17-jarigen1

924

Extra verhoging alleenstaande ouder

3.480

1

Ten opzichte van bovengenoemde bedragen

Budgettaire ontwikkelingen

De uitgaven WKB nemen ondanks de verdere afbouw van het tijdelijke intensiveringspakket vanaf 2024 toe. Dit houdt grotendeels verband met de structurele intensivering van de WKB per 2024 als belangrijk onderdeel van het pakket koopkrachtmaatregelen voor komend jaar. Verder nemen de WKB uitgaven vanaf 2024 nog meer toe doordat de huishoudinkomens in 2023 naar verwachting gemiddeld wat te hoog zijn ingeschat door Toeslagen. Dit resulteert in hogere nabetalingen in 2024 en verdere jaren. Ook geldt dat de demografie in de laatste bevolkingsprognose met name in 2024 fors naar boven is bijgesteld.

Beleidsrelevante kerncijfers

Tabel 103 Kerncijfers WKB
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

Aantal huishoudens WKB (x 1.000, jaargemiddelde)

911

1.019

1.058

Aantal kinderen WKB (x 1.000, jaargemiddelde)

1.704

1.912

2.016

Aantal alleenstaande ouders WKB (x 1.000, jaargemiddelde)

335

341

345

1

Bron: Ministerie van Financiën, Toeslagen. Het betreft gegevens voor (verwachte) toegekende toeslagen per berekeningsjaar. De realisatiecijfers van 2022 zijn gebaseerd op de opgaven van aanvragers die nog kunnen wijzigen bij het definitief vaststellen van het recht op toeslag.

Wet kinderbijslagvoorziening BES

De kinderbijslagvoorziening BES biedt ouders of verzorgers die op Bonaire, Sint Eustatius en Saba wonen een tegemoetkoming voor de kosten van opvoeding en verzorging van kinderen die nog geen 18 jaar zijn.

Wie komt er voor in aanmerking?

Ouders of verzorgers van kinderen tot 18 jaar die ingezetene zijn van Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Hoe hoog is de kinderbijslagvoorziening BES?

De hoogte van het bedrag bedraagt in 2023 $ 131 per kind per maand op Bonaire, $ 128 op Sint Eustatius en $ 129 op Saba. Per 1 januari 2024 verhoogt het kabinet dit bedrag beleidsmatig met $ 90 per kind per maand. Daarnaast wordt de definitieve hoogte van de kinderbijslagvoorziening voor 2024 aan de hand van de ontwikkeling van het consumentenprijs-indexcijfer bepaald.

Budgettaire ontwikkelingen

De uitkeringslasten voor de kinderbijslagvoorziening BES zijn in 2023 gegroeid, voornamelijk vanwege de verhoging van de kinderbijslagvoorziening BES per 1 januari 2023. Per 2024 nemen de uitgaven verder toe door een beleidsmatige verhoging van $ 90 per kind per maand.

Beleidsrelevante kerncijfers

Tabel 104 Kerncijfers Wet kinderbijslagvoorziening BES
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

Aantal kinderen kinderbijslagvoorziening BES (x 1.000, ultimo)

4,3

4,5

4,5

1

Bron: RCN-unit SZW.

Ontvangsten

De ontvangsten betreffen grotendeels de ontvangsten ten gevolge van terugvorderingen van het kindgebonden budget. Nadat de toeslagen definitief zijn toegekend worden terugvorderingen ingesteld bij de huishoudens die meer hebben ontvangen dan waar ze recht op hadden op basis van hun vastgestelde inkomen. Omdat de definitieve afrekening achteraf plaatsvindt, zijn de ontvangsten in een bepaald jaar veelal gebaseerd op definitieve afrekeningen van eerdere jaren. In 2024 wordt tijdelijk een hoger niveau van de ontvangsten verwacht, waarna het niveau zich langzamerhand weer stabiliseert. Ook structureel nemen de ontvangsten vanaf 2024 toe, verband houdend met de structurele intensivering van de WKB per 2024 als belangrijk onderdeel van het pakket koopkrachtmaatregelen.

9

Kamerstukken II 2022/23, 36392, nr. 3.

10

Kamerstukken I 2022/23, 36350 IX, I.

Licence