Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Verplichtingen | 177.697 | 0 | 177.697 | ‒ 61.053 | 116.644 | ‒ 46.225 | ‒ 56.287 | ‒ 72.596 | 6.165 | 79.052 |
Uitgaven | 177.697 | 0 | 177.697 | ‒ 61.053 | 116.644 | ‒ 46.225 | ‒ 56.287 | ‒ 72.596 | 6.165 | 79.052 | |
5.0 | Werkloosheid | 177.697 | 0 | 177.697 | ‒ 61.053 | 116.644 | ‒ 46.225 | ‒ 56.287 | ‒ 72.596 | 6.165 | 79.052 |
Inkomensoverdrachten | 89.266 | 0 | 89.266 | 6.830 | 96.096 | 17.233 | 14.171 | 1.362 | 32.123 | 75.652 | |
Wet inkomensvoorziening oudere werklozen (IOW) | 89.261 | 0 | 89.261 | 6.830 | 96.091 | 17.233 | 14.171 | 1.362 | 32.123 | 75.647 | |
Cessantiawet (Caribisch Nederland) | 5 | 0 | 5 | 0 | 5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5 | |
Subsidies (regelingen) | 8.281 | 0 | 8.281 | 75 | 8.356 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.900 | |
Overige subsidies algemeen | 0 | 0 | 0 | 75 | 75 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Coördinatie arbeidsmarktdienstverlening | 4.281 | 0 | 4.281 | 0 | 4.281 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Werkgeverssubsidie praktijkleren | 4.000 | 0 | 4.000 | 0 | 4.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.900 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 79.650 | 0 | 79.650 | ‒ 67.958 | 11.692 | ‒ 63.458 | ‒ 70.458 | ‒ 73.958 | ‒ 25.958 | 0 | |
Arbeidsmarktdienstverlening | 79.650 | 0 | 79.650 | ‒ 67.958 | 11.692 | ‒ 63.458 | ‒ 70.458 | ‒ 73.958 | ‒ 25.958 | 0 | |
Bijdrage aan agentschappen | 500 | 0 | 500 | 0 | 500 | 0 | 0 | 0 | 0 | 500 | |
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland | 500 | 0 | 500 | 0 | 500 | 0 | 0 | 0 | 0 | 500 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 2.458 | 2.458 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt - € 61,1 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen. De mutatie bij de ontvangsten is € 2,5 miljoen.
Juridisch verplichte uitgaven
De juridisch verplichte uitgaven zijn bij stand 1e suppletoire begroting 2025 100%.
Uitgaven
Inkomensoverdrachten
– In het Hoofdlijnenakkoord is vanaf 2027 een besparing van € 200,0 miljoen per jaar op de WW afgesproken. Hier wordt invulling aan gegeven met een duurverkorting van de WW-uitkering naar 18 maanden per 1 januari 2027. Hierdoor stromen meer oudere werklozen de IOW-uitkering in na het bereiken van de maximale duur van hun WW-uitkering. De IOW-uitgaven nemen hierdoor in 2029 en 2030 met respectievelijk € 38,1 miljoen en € 6,5 miljoen toe.
– Van oktober 2022 tot en met eind 2024 gold in het kader van de problematiek rondom sociaal medisch beoordelen de vereenvoudigde WIA-claimbeoordeling voor 60-plussers. Hierdoor stroomden minder mensen de WW in, wat leidt tot minder mensen met een IOW-uitkering. Dat effect was niet goed in de uitgaven verwerkt en is nu gecorrigeerd. Dat leidt tot een bijstelling van de IOW-uitgaven vanaf 2025 (van € 7,1 miljoen, € 16,4 miljoen in 2026, € 14,2 miljoen in 2027, € 5,1 miljoen in 2028 en € 1,3 miljoen in 2029).
– Daarnaast is de uitvoeringsinformatie van UWV en de nieuwe economische raming van CPB verwerkt. De bijstelling als gevolg van een lager verwacht aantal IOW-uitkeringen en een hogere gemiddelde uitkering zijn beperkt en bedragen minder dan een miljoen per jaar (opwaarts of neerwaarts).
Bijdrage ZBO's/RWTs
– De investeringen in de arbeidsmarktdienstverlening zijn bedoeld voor de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur vanaf 2025, het vervolg op de regionale mobiliteitsteams (RMT's). In de nieuwe arbeidsmarktinfrastructuur maken de Regionale Werkcentra begeleiding naar passend werk of scholing beter toegankelijk. Deze hervorming bevordert onder andere de samenwerking tussen instanties zoals UWV, gemeenten, werkgeversorganisaties, vakbonden en onderwijs- en opleidingsinstellingen. Om budgetten voor de arbeidsmarktinfrastructuur zoveel mogelijk samen op de begroting te kunnen verantwoorden, worden middelen verplaatst.
– De belangrijkste mutaties zijn de overhevelingen naar artikel 2. Voor de overboeking naar het gemeentefonds (bijdrage aan medeoverheden) gaat het om € 45,4 in 2025, € 38,9 miljoen in 2026, € 49,4 miljoen in 2027, € 54,9 miljoen in 2028 en € 8,9 miljoen in 2029 en verder. Voor de subsidie Impuls dekkend stelsel Van Werk naar Werk (VWNW) om € 15,0 miljoen in 2025, € 13,5 miljoen in 2026 en € 12,0 miljoen in 2027 t/m 2029 (zie ook artikel 2).
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Verplichtingen | 4.188.983 | 0 | 4.188.983 | ‒ 201.564 | 3.987.419 | ‒ 299.159 | ‒ 182.742 | ‒ 335.257 | ‒ 598.892 | 5.734.564 |
Uitgaven | 4.188.983 | 0 | 4.188.983 | ‒ 201.564 | 3.987.419 | ‒ 299.159 | ‒ 182.742 | ‒ 335.257 | ‒ 598.892 | 5.734.564 | |
5.0 | Werkeloosheid | 4.188.983 | 0 | 4.188.983 | ‒ 201.564 | 3.987.419 | ‒ 299.159 | ‒ 182.742 | ‒ 335.257 | ‒ 598.892 | 5.734.564 |
Inkomensoverdrachten | 4.174.325 | 0 | 4.174.325 | ‒ 204.598 | 3.969.727 | ‒ 302.183 | ‒ 185.771 | ‒ 338.291 | ‒ 601.934 | 5.715.169 | |
WW | 3.975.823 | 0 | 3.975.823 | ‒ 197.696 | 3.778.127 | ‒ 295.034 | ‒ 183.544 | ‒ 321.335 | ‒ 564.264 | 4.505.079 | |
WW nominaal | 198.502 | 0 | 198.502 | ‒ 6.902 | 191.600 | ‒ 7.149 | ‒ 2.227 | ‒ 16.956 | ‒ 37.670 | 1.210.090 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 14.658 | 0 | 14.658 | 3.034 | 17.692 | 3.024 | 3.029 | 3.034 | 3.042 | 19.395 | |
Re-integratie WW | 0 | 0 | 0 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | |
Scholing WW | 14.277 | 0 | 14.277 | 0 | 14.277 | 0 | 0 | 0 | 0 | 14.277 | |
Scholing WW nominaal | 381 | 0 | 381 | 34 | 415 | 24 | 29 | 34 | 42 | 2.118 | |
Ontvangsten | 245.359 | 0 | 245.359 | 13.203 | 258.562 | 8.795 | ‒ 3.421 | 8.697 | 14.822 | 363.229 | |
Toelichting
Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt - € 201,6 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen. De mutatie bij de ontvangsten is € 13,2 miljoen.
Inkomensoverdrachten
– De raming van de Werkloosheidswet (WW) wordt per saldo neerwaarts bijgesteld. Op basis van uitvoeringsinformatie van UWV worden de WW-uitgaven naar beneden bijgesteld (€ 186,7 miljoen in 2025 oplopend tot € 188,2 miljoen in 2029). De lager dan verwachte instroom over 2024 werkt meerjarig door en zorgt zodoende de komende jaren voor lagere uitgaven. Daaraan gerelateerd worden ook lagere faillissementsuitkeringen verwacht.
– Daarnaast stelt het CPB de raming van de werkloze beroepsbevolking in de meest recente raming (CEP 2025) neerwaarts bij. Als gevolg hiervan daalt het verwachte aantal werkloosheidsuitkeringen. Dit leidt tot een meerjarige meevaller op de WW van € 6,3 miljoen in 2025, € 7,3 miljoen in 2026, € 64,0 miljoen in 2027, € 161,3 miljoen in 2028, € 128,6 miljoen in 2029 en € 62,5 miljoen in 2030.
– In het Hoofdlijnenakkoord is vanaf 2027 een besparing van € 200,0 miljoen per jaar op de WW afgesproken. De invulling van de besparing is verder uitgewerkt en in deze begroting verwerkt. De besparing uit het HLA is aangepast naar het budgettaire effect behorende bij een duurverkorting naar 18 maanden per 1 januari 2027. Hierdoor zijn de WW-uitgaven in 2027 en 2028 met respectievelijk € 200,0 miljoen en € 84,8 miljoen naar boven bijgesteld. De WW-uitgaven in 2029 en in 2030 zijn met respectievelijk € 238,5 miljoen en € 253,8 miljoen naar beneden bijgesteld. Voor deze mutatie ontvangt uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW 3.1) voordat over het inhoudelijke beleidsvoorstel in de Kamer wordt gestemd.
Bijdrage aan ZBO's
– Voor de voortzetting van de re-integratiedienstverlening van het UWV aan WW-gerechtigden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie komt € 3 miljoen per jaar beschikbaar.
Nominaal
– Dit betreft nominale ontwikkeling als gevolg van bovenstaande mutaties van de uitgaven (grondslag) en als gevolg van aanpassing van de indexatiepercentages van lonen en prijzen op basis van de laatste macro-economische raming van het CPB (CEP).
Ontvangsten
– Overheidswerkgevers zijn eigenrisicodragers voor de WW. De WW-uitgaven worden door UWV verhaald op deze werkgevers. De raming van de ontvangsten uit verhaal is voor 2025 naar boven bijgesteld op grond van uitvoeringsinformatie van UWV (€ 12,4 miljoen). Naar verwachting nemen de ontvangsten de komende jaren toe.