Omschrijving van de samenhang met het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen verkeersmanagement, beheer en onderhoud, aanleg, netwerkgebonden kosten en de investeringsruimte. De realisatie van de doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in het jaarverslag van Hoofdstuk XII 2015 en vinden hun oorsprong in de SVIR en de Nota Mobiliteit (NoMo) (Kamerstukken II, 2004/05, 29 644, nr. 6). Het artikel Hoofdvaarwegennet op het Infrastructuurfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens op de begroting van Hoofdstuk XII.
15. Hoofdvaarwegennet | Realisatie | Begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2015 | 2015 | ||
Verplichtingen | 918.852 | 679.932 | 818.272 | 468.336 | 1.660.126 | 825.542 | 834.584 | 1) |
Uitgaven | 829.016 | 823.026 | 864.431 | 894.465 | 871.615 | 883.428 | – 11.813 | |
15.01 Verkeersmanagement | 23.366 | 19.525 | 13.722 | 13.986 | 7.545 | 7.516 | 29 | |
15.02 Beheer, onderhoud en vervanging | 343.239 | 308.851 | 304.567 | 363.939 | 401.328 | 394.852 | 6.476 | |
15.02.01 Beheer en onderhoud | 202.585 | 136.650 | 183.968 | 202.742 | 208.340 | 175.541 | 32.799 | 2) |
15.02.02 Servicepakket B&O | 105.026 | 110.847 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
15.02.04 Vervanging | 35.628 | 61.354 | 120.599 | 161.197 | 192.988 | 219.311 | – 26.323 | 3) |
15.03 Aanleg | 193.644 | 226.954 | 290.785 | 269.264 | 210.556 | 251.126 | – 40.570 | |
15.03.01 Realisatie | 193.644 | 226.954 | 287.424 | 264.018 | 196.320 | 201.604 | – 5.284 | 4) |
15.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen | 0 | 0 | 3.361 | 5.246 | 14.236 | 49.522 | – 35.286 | 5) |
15.04 Geïntegreerde Contractvormen/PPS | 0 | 0 | 0 | 0 | 679 | 0 | 679 | 6) |
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN | 260.217 | 256.760 | 255.357 | 247.276 | 251.507 | 246.589 | 4.918 | |
15.06.01 Apparaatskosten RWS | 247.352 | 244.421 | 242.391 | 233.811 | 225.493 | 222.769 | 2.724 | |
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten | 12.865 | 12.339 | 12.966 | 13.465 | 26.014 | 23.820 | 2.194 | |
15.07 Investeringsruimte |
|
| 0 | 0 | 0 | – 16.655 | 16.655 | 7) |
15.09 Ontvangsten | 29.456 | 51.704 | 10.853 | 48.344 | 213.179 | 26.980 | 186.199 | 8) |
Financiële toelichting
Ad 1) De verplichtingenrealisatie is hoger dan geraamd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt doordat in 2015 al contract close voor het project Zeetoegang IJmond (€ 967 miljoen) heeft plaatsgevonden. Daartegenover staan lagere verplichtingen welke met name worden veroorzaakt door het project Maasroute modernisering fase 2 (€ – 59 miljoen), waar de doorwerking 2014 volgens de projectplanning niet in 2015 nodig was, De Baltic Ace (€ – 38 miljoen) waarbij verplichtingen reeds in 2014 in plaats van 2015 zijn aangegaan, en bij de projecten Risico Inventarisatie Natte Kunstwerken (RINK) Utrecht en Limburg (Stuwen Maas) waarbij de geplande verplichtingen niet in 2015, maar in 2016 en latere jaren worden aangegaan (€ – 15 miljoen).
Ad 2) De verhoging van dit artikelonderdeel wordt voornamelijk veroorzaakt door de bijdrage van het Ministerie van Defensie aan het meerjarige Search and Rescue (SAR) contract. Daarnaast is het artikelonderdeel verhoogd als gevolg van de verwerking van het saldo 2014.
Ad 3) Het faseren van verschillende renovaties binnen het pakket RINK-maatregelen Limburg, leidt tot het doorschuiven van circa € 17 miljoen naar latere jaren. De tegenvallende staat van twee objecten leidt tot latere uitvoering van de RINK-maatregelen in Utrecht (circa € 6 miljoen), terwijl meevallers en versnelling bij de Dr. Deelenbrug tot lagere realisatie leiden (circa € 4 miljoen).
Ad 4) De realisatie ligt lager dan verwacht doordat bij de Zuid Willemsvaart aanleg Maximakanaal en opwaardering tot Veghel betalingen uit 2015 reeds in 2014 zijn voldaan. Verder betreft het een desaldering waarbij een niet meer verwachte bijdrage uit 2013 alsnog is gerealiseerd. Daarnaast is bij het DBFM project Keersluis Limmel de budgettaire reeks omgezet om aan de beschikbaarheidsvergoedingen te kunnen voldoen.
Ad 5) Het verschil in realisatie wordt vooral veroorzaakt door vertragingen in de bestemmingsplanprocedures bij de projecten ligplaatsen Beneden-Lek en sluis Eefde, een vertraagde start van de realisatie van het project Eemshaven–Noordzee als gevolg van een verlengde Raad van State procedure en het feit dat er bij het project Lichteren IJmuiden met regionale partijen wordt gezocht naar mogelijkheden om de nieuwe lichterlocatie te combineren met nieuwe havenontwikkelingen.
Ad 6) De budgettaire reeksen van Keersluis Limmel zijn omgezet om de beschikbaarheidsvergoedingen te kunnen voldoen.
Ad 7) De minregel als gevolg van het niet (volledig) toekennen van de prijscompensatie 2013 en 2014 is vanuit de Investeringsruime in 2015 bij Miljoenennota ingevuld.
Ad 8) Het verschil wordt vooral veroorzaakt door een bijdrage van Vlaanderen aan het project Kanaal Gent–Terneuzen en een bijdrage van de provincie Noord-Holland aan het project Zeetoegang IJmond. Verder zijn ontvangsten van de berging Baltic Ace eerder dan gepland binnengekomen.
15.01 Verkeersmanagement
Motivering
De activiteiten binnen verkeersmanagement worden uitgevoerd om een vlotter en veiliger scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren.
Voor de periode 2013–2016 zijn met RWS ten behoeve van het verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud prestatieafspraken gemaakt en zijn indicatoren opgesteld om beter aan te sluiten op de beleidsdoelen.
Producten
Bij verkeersmanagement gaat het voornamelijk om de volgende activiteiten:
-
• Verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering
-
• Monitoring en informatieverstrekking
-
• Vergunningverlening en handhaving
-
• Crisisbeheersing en preventie
Voor de bediening van sluizen en beweegbare bruggen wordt gewerkt aan de invulling van de rijkstaakstelling op het apparaat (vanuit Rutte 1) van 17,5% zoals deze voor alle uitvoerende taken van RWS wordt ingevuld. In bestuurlijk overleg zijn afspraken gemaakt die in 2014 zijn uitgewerkt en, waar nodig, in overleg met de sector aangepast. Het nieuwe bedienregime is per 1 januari 2015 geldig en heeft in 2015 niet geleid tot structureel langere wachttijden. Doelstelling is voor alle vaarwegen tot een optimale invulling van de taakstelling te komen. Eind 2015 is de Tweede Kamer geïnformeerd over het «vergezicht bediening sluizen en bruggen» (Kamerstukken II, 2015–2016, 34 300, nr. A/56) waarin is opgenomen hoe er op de midden en lange termijn met bediening wordt omgegaan. Samenwerking met andere vaarwegbeheerders is hierin opgenomen. Uitgangspunt is dat de belangrijkste verbindingen op het internationaal kernnet goederenvervoer en de hoofdvaarwegen uit de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR), waarover de grootste volumes worden vervoerd, prioriteit blijven houden.
Meetbare gegevens
Specificatie bedieningsareaal | Eenheid | 2013 | 2014 | Begroot 2015 | Realisatie 2015 |
---|---|---|---|---|---|
Begeleide vaarweg in km (1) | km | 594 | 594 | 594 | 594 |
Bediende objecten in aantallen (2) | aantal | 250 | 251 | 248 | 245 |
Bron: Rijkswaterstaat, 2015
Toelichting:
Ad 1) Alleen de vaarwegen die vanuit vaste verkeersposten worden begeleid, zijn in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouillevaartuigen worden bestreken zijn niet meegerekend.
Ad 2) In de begroting 2015 was rekening gehouden met de overdracht aan ’s Hertogenbosch van de bediening van één schutssluis en één beweegbare brug bij de gekanaliseerde Dieze (niet-begeleide vaarweg); de hele traverse van de Zuid-Willemsvaart door ’s-Hertogenbosch is echter aan ’s Hertogenbosch overgedragen. Hierin vallen alle objecten vanaf de Dungense brug, tot en met Sluis Engelen, met in totaal twee schutsluizen en zes beweegbare bruggen. De overdracht van de Keersluis bij Limmel is uitgesteld tot 2018 en de overdracht van het Wilhelminakanaal Tilburg is uitgesteld tot 2016. In 2015 zijn drie beweegbare bruggen overgedragen aan RWS vanuit de Provincie Noord-Brabant en gemeente Weert. En bij de Volkeraksluizen zijn twee (deel)basculebruggen administratief samengevoegd tot één beweegbare brug.
De indicator passeertijden sluizen is opgenomen in beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens in de begroting van Hoofdstuk XII.
15.02 Beheer, onderhoud en vervanging
Motivering
Beheer en onderhoud wordt uitgevoerd om het hoofdvaarwegennet in een staat te houden, die noodzakelijk is voor het faciliteren van vlot, veilig, duurzaam en efficiënt vervoer van goederen. Wat betreft de vervanging voert RWS nader onderzoek uit, waarmee steeds concreter wordt, wanneer kunstwerken in aanmerking komen voor vervanging of renovatie en wat de precieze omvang van de problematiek is.
15.02.01 Beheer en Onderhoud
Producten
Met het budget voor beheer en onderhoud is het hoofdvaarwegennet en de directe omgeving daarvan, in 2015 op een niveau gehouden om de bedrijfszekerheid voldoende te waarborgen.
Dit heeft plaatsgevonden via preventief beheer en onderhoud. Daarnaast heeft correctief onderhoud plaatsgevonden, wanneer de beheerder geconfronteerd werd met onverwacht functieverlies en aan de gebruiker ongewild minder service kon worden geboden (stremmingen, beperkingen). Zowel het preventief als het correctief onderhoud valt onder Beheer en Onderhoud.
De activiteiten waren erop gericht, om de scheepvaart (beroeps- en recreatievaart) zo goed mogelijk te faciliteren. Het betrof maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betrof het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden de werkzaamheden goed afgestemd; zowel onderling als met werkzaamheden die voortkomen uit het aanlegprogramma en/of het hoofdwatersysteem.
Kustwacht
De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de raad voor de kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast.
De directeur Kustwacht heeft onvoorwaardelijke zeggenschap over vier schepen, die (vrijwel) full time kustwachttaken uitvoeren. Daarnaast heeft de directeur trekkingsrechten voor een aantal dagen per jaar op schepen van de Rijksrederij en schepen, vliegtuigen en helikopters van het Ministerie van Defensie.
De Minister van IenM is als coördinerend Minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming van geïntegreerd beleid en het activiteitenplan en de begroting voor de Noordzee.
Overdracht Brokx-Nat
De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans, op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II, 2002/03, 28 600 XII, nr. 17). Nog slechts enkele kleinschalige verplichtingen resteren, die op dit artikel worden geboekt.
Meetbare gegevens
Beheer en onderhoud kent het volgende areaal:
Areaal | Eenheid | 2013 | 2014 | Begroot 2015 | Realisatie 2015 |
---|---|---|---|---|---|
Vaarwegen | km | 6.594 | 6.975 | 6.957 | 7.004 |
Bron: Rijkswaterstaat, 2015
Toelichting:
Het areaal bestaat enerzijds uit de hoofdtransportassen (HTA), hoofdvaarwegen (HVW) en overige vaarwegen (OVW), die voor de binnenvaart in beheer zijn bij RWS en die in totaal 3.460 kilometer meten en anderzijds het aantal kilometer zeevaarweg van in totaal 3.544 kilometer. Hierin is meegenomen de overdracht van ca 2 km gekanaliseerde Dieze in 2015.
Ten opzichte van de begroting 2015 is er sprake van een toename van ca 50 km op de totale lengte vaarwegen. Dit is het gevolg van de verandering van lengten als gevolg van wijzigingen in de vaargeulen Westerschelde, Waddenzee en de Tweede Maasvlakte.
Indicator | 2013 | 2014 | streefwaarde 2015 | Realisatie 2015 (%) | Gerealiseerd 2015 uren gestremd |
---|---|---|---|---|---|
Technische Beschikbaarheid (1) (gehele areaal) | 100% | 99,3% | 99,0% | 98,9% | n.v.t. |
Geplande stremmingen (2) (gehele areaal) | 0,23% | 0,2% | 0,8% | 0,9% | 5.055 |
Ongeplande stremmingen (3) (gehele areaal) | 0,15% | 0,5% | 0,2% | 0,2% | 993 |
Bron: Rijkswaterstaat, 2015
Toelichting:
Ad 1) De technische beschikbaarheid geeft aan in welke mate het vaarwegennet beschikbaar is voor veilig gebruik. De verschillen tussen de streefwaarde en de realisatie zijn zeer beperkt.
Ad 2) De geplande en ongeplande stremmingen geven een beeld van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de sluizen en bruggen op deze vaarwegen. De percentages zijn berekend door de stremmingen af te zetten tegen de totale bedientijd van deze objecten.
Voor de geplande stremmingen ligt de gerealiseerde score voor het gehele areaal net iets boven, en dus ongunstiger dan, de streefwaarde. In 2015 is er groot onderhoud geweest aan onder andere de Koninginnensluis, de Wilhelminasluis en de Zandkreeksluis welke hebben bijgedragen aan de iets te hoge stremmingen.
Ad 3) De ongeplande stremmingen voor het gehele areaal voldoen met 0,2% aan de norm.
Op basis van proefmetingen zijn streefwaarden vastgesteld. Gedurende de jaren worden de daadwerkelijke prestaties gemonitord en wordt vastgesteld of een bijstelling van de prestatieafspraken nodig is.
15.02.04 Vervanging
De veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet moeten in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien.
Vervangingen en renovaties van kunstwerken worden ondergebracht binnen het programma Vervanging en Renovatie. De scope van het programma omvat alle kunstwerken waar zich binnen de duur van het programma een levensduurproblematiek voordoet met mogelijke ernstige gevolgen voor de veiligheid en beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet. De projecten in het Programma verlengen de levensduur van de kunstwerken zodat de veiligheid en de beschikbaarheid van de bestaande infrastructuur in stand wordt gehouden. Het resterende deel van het Plan van Aanpak Beheer en Onderhoud (Impuls) en het programma NoMo achterstallig onderhoud vaarwegen (NoMo AOV) is in het programma vervangingen en renovaties opgenomen en onderdeel van onderstaande tabel met een overzicht van objecten die worden aangepakt.
Meetbare gegevens
Vaarweg | Objecten/maatregel | Uitvoeringsperiode Begroting 2015 | Uitvoeringsperiode Ultimo 2015 |
---|---|---|---|
Rotterdam–België/ Zeeland (MOBZ) | Modernisering Object Bediening Zeeland (MOBZ): Rotterdam–België/ Zeeland: renovatie o.a. Volkeraksluizen en baggeren (impuls) | 2019 | 2017 (1) |
Utrecht | IMPULS/NoMo AOV: Renovatie stalen boogbruggen Amsterdam–Rijnkanaal (KARGO) | 2016 | 2016 |
Zeeland | NoMo AOV: Onderhoud damwanden en vaarwegen Zeeland | 2017 | 2017 |
Amsterdam–Rijnkanaal | NoMo AOV: Oevers Amsterdam–Rijnkanaal (damwanden en meerplaatsen) | 2016 | 2016 |
Diverse | NoMo AOV: Achterstallig basisonderhoud diverse regio’s | 2016 | 2016 |
Brabantse kanalen | NoMo AOV: Onderhoud oevers en bodems Brabantse kanalen | 2016 | 2016 |
Zuid-Holland | NoMo AOV: Onderhoud Oevers en bodems vaarwegen Zuid Holland | 2016 | 2016 |
Limburg en IJsselmeergebied | NoMo AOV: Renovatie kunstwerken Limburg en IJsselmeergebied | 2015 | gereed |
Maasroute | NoMo AOV: Onderhoud Oevers en bodems Maasroute | 2016 | 2016 |
Noord-Holland | NoMo AOV: Aanpassing bodembescherming, sluizen en bruggen en overige kunstwerken i.v.m. hogere belasting Noord-Holland | 2016 | 2016 |
Oost-Nederland | NoMo AOV: Onderhoud vaargeulen NederRijn, IJssel, Twentekanalen/Meppelerdiep en Zwarte Water | 2018/2020 | 2018/2020 |
IJsselmeergebied | Nijkerkerbrug | 2017 | 2017 |
Noord-Brabant | Wilhelminakanaal/Dr. Deelenbrug | 2015 | gereed |
Utrecht | RINK-maatregelen Utrecht | 2016 | 2016 |
Limburg | RINK-maatregelen Limburg | 2016 | 2018 (2) |
Noordzee | Berging Baltic Ace | 2015 | gereed |
Zeeland | RINK-maatregelen Zeeland | 2016 | 2016 |
Bron: Rijkswaterstaat
Toelichting:
Ad 1) De uitvoering van MOBZ is gesplitst in twee deelprojecten. Afronding van deelproject 1 wordt in 2017 voorzien. Deelproject 2 wordt hierna apart aanbesteed.
Ad 2) Gefaseerde aanpak van verschillende Stuwen in Limburg leidt tot een latere oplevering zoals gemeld in begroting 2016.
15.03 Aanleg
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de aanleg- en planuitwerking activiteiten bij het hoofdvaarwegen netwerk.
15.03.01 Realisatie
Producten
In 2015 zijn de volgende mijlpalen gerealiseerd:
Mijlpaal | Project |
---|---|
Openstelling | – Dynamisch Verkeersmanagement (een aantal maatregelen loopt nog door) |
– Diverse projecten in het kader van Quick-wins regeling Binnenhavens | |
– Amsterdam–Rijnkanaal (keersluis Zeeburg) | |
– Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Lemmer–Delfzijl | |
– Zuid-Willemsvaart, omleggen en opwaarderen (Maas–Veghel) | |
Start realisatie | – Vaarweg Eemshaven–Noordzee |
– Ligplaatsen Rijn–Scheldeverbinding | |
– Quick winmaatregel Volkeraksluizen |
Toelichting:
Binnen het project Dynamisch Verkeersmanagement zijn in 2015 de laatste onderdelen van spoor twee afgerond, is het eindresultaat van het onderzoeksprogramma opgeleverd en is de evaluatie van het programma afgerond.
Kasbudget 2015 | Projectbudget | Openstelling | Toelichting | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Begroting | Realisatie | Verschil | Begroting | Huidig | Begroting | Huidig | ||
Projectomschrijving | 2015 | 2015 | 2015 | |||||
Projecten Nationaal | ||||||||
Quick Wins Binnenhavens | 6 | 3 | – 3 | 80 | 63 | 2009–2015 | 2009–2016 | 1 |
Dynamisch verkeersmanagement | 8 | 15 | 7 | 99 | 99 | 2015 | 2015 | 2 |
Subsidieprogr. Zeehaveninnovatieproj. voor Duurzaamheid (ZIP) | 0 | 1 | 1 | 5 | 5 | 2014 | 2015 | 3 |
Walradarsystemen | 3 | 3 | 0 | 24 | 24 | divers | divers | |
Beter Benutten | 10 | 4 | – 6 | 12 | 20 | 0 | 4 | |
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland | ||||||||
Amsterdam – Rijnkanaal, verwijderen keersluis Zeeburg | 0 | 1 | 1 | 14 | 14 | 2015 | 2015 | 5 |
De Zaan (Wilhelminasluis) | 0 | 0 | 13 | 13 | 2015 | 2016–2017 | 6 | |
Lekkanaal: 3e kolk Beatrixsluis en verbreding kanaalzijde/uitbreiding ligplaatsen | 2 | 2 | 17 | 234 | 2020 | 2020 | ||
Projecten Brabant | ||||||||
Wilhelminakanaal Tilburg | 21 | 20 | – 1 | 79 | 81 | 2016 | 2016 | |
Zuid-Willemsvaart; aanleg Maximakanaal en opwaardering tot Veghel | 43 | 25 | – 18 | 452 | 454 | 2015 | 2015 | 7 |
Projecten Zuidwestelijke Delta | ||||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Rijn Scheldeverbinding | 2 | 0 | – 2 | 2 | 2 | 2015 | 2016 | |
Quick wins Volkeraksluizen | 0 | 0 | 3 | 2016–2017 | ||||
Projecten Limburg | ||||||||
Bouw 4e sluiskolk Ternaaien | 0 | 0 | 10 | 10 | 2015 | 2015 | ||
Maasroute, modernisering fase 2 | 67 | 44 | – 23 | 667 | 636 | 2018 | 2018 | 8 |
Projecten Oost Nederland | ||||||||
Vaarweg Meppel–Ramspol (keersluis Zwartsluis) Vaarweg Meppel–Ramspol (keersluis Zwartsluis) | 7 | 6 | – 1 | 53 | 64 | 2017 | 2017 | |
Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde | 2 | 2 | 75 | 2019–2020 | ||||
Projecten Noord-Nederland | ||||||||
Vaarweg Lemmer – Delfzijl fase 1; verbetering tot klasse Va | 33 | 33 | 0 | 283 | 284 | 2017 | 2017 | |
Verruiming vaarweg Eemshaven–Noordzee | 1 | 1 | 30 | 2017 | 9 | |||
Overige projecten | ||||||||
Amendement ligplaatsen | 2 | 1 | – 1 | 6 | 6 | divers | divers | |
Kleine/afgeronde projecten | 1 | 0 | – 1 | 172 | 3 | nvt | ||
Afronding | 1 | 1 | 1 | 0 | ||||
Totaal uitvoeringsprogramma | 203 | 162 | – 41 | 1.989 | 2.120 | |||
Realisatieuitgaven op IF 15.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten | 29 | 34 | 5 | |||||
Programma Realisatie (IF 15.03.01) | 232 | 196 | – 36 | |||||
Begroting Realisatie (IF 15.03.01) | 202 | 196 | – 5 | |||||
Overprogrammering (–) | – 31 | 0 | 31 | 10 |
Toelichting:
Ad 1) Door aanbestedingsmeevallers bij enkele subsidieprojecten zijn er lagere kasuitgaven (€ 1 miljoen). Ook het doorschuiven van de afronding van enkele projecten naar 2016 droeg bij aan lagere uitputting in 2015 (€ 2 miljoen).
Ad 2) De realisatie in 2015 is hoger doordat werkzaamheden uit 2013 en 2014 zijn doorgeschoven naar 2015.
Ad 3) Het laatste project is in 2015 afgerond, maar de evaluatie van het programma is vertraagd naar 2016.
Ad 4) De lagere uitgaven in 2015 worden veroorzaakt door een scopewijzing binnen het project Zuid-Willemsvaart–Wilhelminakanaal.
Ad 5) De hogere uitgaven zijn veroorzaakt doordat een deel van de werkzaamheden uit 2013 en 2014 is doorgeschoven naar 2015.
Ad 6) De voortgang van de lopende uitvoeringswerkzaamheden wordt gehinderd door complexiteit van de ontwerpwerkzaamheden. De oplevering van het werk is voorzien eind 2016/begin 2017
Ad 7) De lagere uitgaven hebben voor een deel betrekking op betalingen uit 2015 welke reeds in 2014 zijn voldaan. Verder betreft het een desaldering waarbij een niet meer verwachte bijdrage uit 2013 alsnog is gerealiseerd.
Ad 8) In 2014 is de DBFM-aanbesteding afgerond van het project Keersluis Limmel. De budgettaire reeksen zijn omgezet om de beschikbaarheidsvergoedingen te kunnen voldoen.
Ad 9) In 2015 is dit project overgegaan van de planuitwerkingsfase naar de realisatiefase, waardoor het kasritme is aangepast.
Ad 10) De vooraf ingeschatte autonome ontwikkeling heeft zich voorgedaan, waardoor de realisatie in lijn met het budget is uitgekomen.
15.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen
Projectbudget | Planning | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
TB | Openstelling | Toelichting | |||||
Begroting | Huidig | Begroting | Huidig | Begroting | Huidig | ||
Projectomschrijving | 2015 | 2015 | 2015 | ||||
Verplicht | |||||||
Realisatieuitgaven op IF 15.03.01 mbt planuitwerkingsprojecten | – 44 | – 74 | n.v.t. | nvt | 1 | ||
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland | |||||||
Zeetoegang IJmond | 601 | 661 | 2015 | 2019 | 2019 | 2 | |
Lekkkanaal/3e kolk Beatrixsluis | 216 | 2014 | 2020 | 3 | |||
Projecten Zuidwestelijke Delta | |||||||
Grote zeesluis in het kanaal Gent–Terneuzen | 176 | 294 | 2015 | 2016 | nnb | 2021 | 4 |
Max. bijdrage aan Vlaanderen kanaalaanpassingen t.b.v. Zeesluis | 157 | 165 | nvt | nvt | nnb | ||
Projecten Limburg | |||||||
Maasroute, modernisering fase 2, verbreding Julianakanaal | 33 | 2009 | 2018 | 5 | |||
Projecten Noord-Nederland | |||||||
Vaarweg Lemmer–Delfzijl fase 2 | 102 | 102 | 2014/2015 | 2023 | 2023 | ||
Verruiming vaarweg Eemshaven–Noordzee | 42 | 2014 | 2017 | 6 | |||
Gebonden | |||||||
Projecten Noord-Holland, Utrecht en Flevoland | |||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam–Lemmer | 6 | 6 | 2025–2027 | 2025–2027 | |||
Lichteren buitenhaven IJmuiden | 65 | 65 | 2015 | 2016 | 2018 | 2018 | 7 |
Vaarweg IJsselmeer–Meppel | 36 | 36 | 2023 | 2023 | |||
Projecten Zuidvleugel | |||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek | 12 | 12 | 2015 | 2016 | 2016 | 2017 | 8 |
Capaciteitsuitbreiding overnachtingplaatsen Merwedes | 20 | 20 | 2016 | 2017 | na 2017 | ||
Verkeerssituatie splitsing Hollandsch Diep–Dordtsche Kil | 10 | 10 | 2010 | 2025–2027 | 2025–2027 | ||
Projecten Zuidwestelijke Delta | |||||||
Capaciteit Volkeraksluizen | 157 | 152 | 2024–2026 | 2024–2026 | 9 | ||
Projecten Oost-Nederland | |||||||
Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen) | 36 | 36 | 2026–2028 | 2026–2028 | |||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel | 28 | 28 | 2016 | 2018 | 2018–2020 | 2019–2020 | 10 |
Toekomstvisie Waal | 131 | 131 | 2016 | 2019–2021 | 2019–2021 | ||
Verruiming Twentekanalen fase 2 | 27 | 27 | 2015 | 2016 | 2018–2020 | 2018–2020 | 11 |
Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde | 75 | 2014 | 2018–2020 | 12 | |||
Projecten Nationaal | |||||||
Bijdrage aan agentschap tbv planuitwerkingen | 61 | 19 | |||||
Bestemd | 508 | 499 | |||||
Projecten in voorbereiding | |||||||
Projecten Nationaal | |||||||
– Reservering consequenties areaaluitbreiding op beheer en onderhoud | |||||||
Projecten Zuidwestelijke Delta | |||||||
– Kreekraksluizen | 2026–2028 | 2026–2028 | |||||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||
– Reservering BTW Zeetoegang IJmond | 2025–2028 (rijksd.) | 2025–2028 (rijksd.) | |||||
Projecten Oost-Nederland | |||||||
– Verkenning IJssel, fase 2 | 2028 | 2028 | |||||
– Reservering garantstelling Twentekanalen | 2018–2020 | 2018–2020 | |||||
Gesignaleerde risico's | |||||||
Totaal programma planuitwerking en verkenning | 2.455 | 2.189 | |||||
Begroting (IF 15.03.02) | 2.455 | 2.189 |
Toelichting:
Ad 1) Het verschil wordt verklaard doordat enkele projecten zijn overgegaan naar de realisatiefase.
Ad 2) Het budget van het project Zeetoegang IJmond is verhoogd door een ontvangst vanuit de provincie Noord-Holland.
Ad 3) Het project Lekkanaal/ 3e kolk Beatrixsluis is in 2015 van de planuitwerking- naar de realisatiefase gegaan.
Ad 4) Voor het project Nieuwe Sluis Terneuzen (voorheen Grote zeesluis in kanaal Gent–Terneuzen) is op 5 februari 2015 een verdrag met Vlaanderen gesloten. Door complexiteit van het project is het geplande tracébesluit een kwartaal vertraagd naar begin 2016. Het budget is hoger vanwege een ontvangst vanuit Vlaanderen. Er is geen verandering in de oplevering.
Ad 5) Het project Maasroute, modernisering fase/Verbreding Julianakanaal is in 2015 van de planuitwerking- naar de realisatiefase gegaan.
Ad 6) Voor het project Verruiming vaarweg Eemshaven–Noordzee is het tracébesluit in augustus 2015 onherroepelijk geworden en is het project overgegaan naar de realisatiefase.
Ad 7) De planning van het project Lichteren IJmuiden is vertraagd doordat regionale partijen en het Havenbedrijf Amsterdam zoeken naar mogelijkheden om het verplaatsen van de lichterlocatie te combineren met nieuwe havenontwikkeling.
Ad 8) De planning van het project capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek is vertraagd omdat voor de voorbereiding meer tijd nodig was en er rekening gehouden moest worden met het broedseizoen.
Ad 9) Het deelproject Quick Wins Volkeraksluizen is naar de realisatiefase gegaan vanuit het project Capaciteit Volkeraksluizen.
Ad 10) De planuitwerking van het project capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel is later gestart omdat het samenstellen van een team voor de planuitwerking extra tijd heeft gekost.
Ad 11) De planning van de planuitwerking van het project Verruiming Twentekanalen fase 2 is vertraagd tot begin 2016.
Ad 12) Het project capaciteitsuitbreiding sluis Eefde is eind 2015 overgegaan naar de realisatiefase.
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
Bij infrastructuurprojecten waar sprake is van PPS hanteert RWS de contractvorm DBFM (Design, Build, Finance en Maintain), waarbij de overheid pas na oplevering betaalt voor een dienst (beschikbaarheid) in plaats van mijlpalen voor een product tijdens de bouwfase. DBFM garandeert een efficiënte en effectieve beschikbaarheid van de noodzakelijke capaciteit om, rekening houdend met de aspecten van veiligheid en leefomgeving, een betrouwbaar netwerk te realiseren. In bijlage 3 van de nota Prioritering Investeringen Mobiliteit en Water is een lijst van in totaal 32 potentiële DBFM-projecten opgenomen. In de Voortgangsrapportage DBFM(O) wordt hierover periodiek gerapporteerd.
Producten
De projecten keersluis Limmel en Zeetoegang IJmond verkeren in de bouwfase en kennen een partiële beschikbaarheidsvergoeding. De volledige beschikbaarheidsvergoeding wordt pas na oplevering betaald. De aanbestedingen van de 3e Kolk Beatrixsluis en de Sluis bij Eefde zijn in volle gang. Deze projecten leiden pas in latere jaren tot betalingen op dit begrotingsartikel.
Kasbudget 2016 | Projectbudget | Openstelling | Toelichting | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Begroting 2016 | Realisatie | Verschil | Begroting 2016 | Huidig | Begroting 2016 | Huidig | ||
Projectomschrijving | ||||||||
Projecten Limburg | ||||||||
Sluis Limmel | 1 | 1 | 80 | 2013 | 1 | |||
Totaal | 0 | 1 | 1 | 0 | 80 |
Toelichting:
Ad 1) In 2014 is de DBFM-aanbesteding afgerond van het project Keersluis Limmel. De budgettaire reeksen zijn omgezet om de beschikbaarheidsvergoedingen te kunnen voldoen.
15.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdvaarwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten van RWS en de overige netwerkgebonden kosten verantwoord. Dit artikelonderdeel is in de Voorjaarsnota 2011 ingesteld als gevolg van de herstructurering van de bekostiging van RWS per 1 januari 2011. De Tweede Kamer is op 10 januari 2011 en 3 maart 2011 over de herstructurering van de bekostiging nader geïnformeerd (Kamerstukken II, 30 119, nrs. 4 en 5).
15.07 Investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte verantwoord.
Zie toelichting bij Ad 7) onder Tabel Budgettaire gevolgen van uitvoering.