Het waarborgen van een onafhankelijk, gevarieerd en kwalitatief hoogwaardig media-aanbod, dat toegankelijk blijft voor alle lagen van de bevolking.
Media hebben een prominente rol in onze democratie en cultuur. Wat we zien, horen en lezen, beïnvloedt ons beeld van de wereld en onze opvattingen. Daarom borgt de Minister vier publieke belangen in het mediabeleid waar hij verantwoordelijk voor is: onafhankelijkheid, verscheidenheid, kwaliteit en toegankelijkheid. De Minister heeft specifieke zorg voor het stelsel van landelijke, regionale en lokale publieke omroepen en de daarvoor relevante wet- en regelgeving. De Minister heeft naast een financierende rol vooral ook een regisserende rol.
Financieren
De Minister financiert de landelijke en regionale publieke omroep en enkele andere aan de omroep verbonden instellingen. De taakopdracht is wettelijk bepaald en het budget van de publieke omroep is vastgesteld met behoud van afstand tot de uitvoering en inhoud. Op basis van het concessiebeleidsplan (Kamerstukken II 2014/15, 32827, nr. 74) sluit de Minister elke vijf jaar een prestatieovereenkomst met de publieke omroep.
Stimuleren
Verder is de Minister verantwoordelijk voor instrumenten ter bevordering van culturele producties, documentaires, drama, kunst- en kinderprogramma's, het steunen en stimuleren van een onafhankelijke en kwalitatief goede journalistieke infrastructuur (Stichting Stimuleringsfonds voor de Journalistiek) en voor het bevorderen van mediawijsheid (NICAM en Mediawijzer.net).
Regisseren
De Minister is verantwoordelijk voor de wetgeving ten aanzien van de taak en organisatie van de publieke omroep en voor wetgeving voor commerciële media. De regels voor commerciële omroepen vloeien voornamelijk voort uit Europese richtlijnen voor audiovisuele mediadiensten. Verder is de Minister als regisseur verantwoordelijk voor wetgeving met betrekking tot omroepdistributie. Het doel daarvan is de toegang tot een gevarieerd media-aanbod te bevorderen en te verzekeren.
Kengetallen
Kengetal | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Integraal bereik NPO (radio, tv, internet; Nederlanders 13+)1 | 87% | 86% | 85% | 84% | 84% | 86% |
De belangrijkste conclusies op het terrein van media worden beschreven in het onderdeel beleidsprioriteiten.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2020 | 2020 | ||
Verplichtingen | 990.792 | 996.678 | 915.524 | 1.126.387 | 1.115.495 | 1.023.125 | 92.370 | |
Uitgaven | 1.019.469 | 977.791 | 973.392 | 1.038.789 | 1.084.670 | 1.023.125 | 61.545 | |
Bekostiging | 1.012.881 | 971.732 | 966.516 | 1.019.890 | 1.038.133 | 1.009.493 | 28.640 | |
Publieke Omroep (omroepinstellingen) | 923.624 | 893.656 | 940.139 | 881.620 | 957.505 | 893.658 | 63.847 | |
Landelijke publieke omroep | 765.473 | 752.149 | 795.844 | 731.822 | 807.438 | 736.205 | 71.233 | |
Regionale omroep | 158.151 | 141.507 | 144.295 | 149.798 | 150.067 | 157.453 | ‒ 7.386 | |
Beheertaken landelijke publieke omroep | 64.844 | 64.782 | 39.251 | 40.312 | 40.423 | 39.880 | 543 | |
Stichting Omroep Muziek | 15.952 | 16.143 | 16.366 | 16.766 | 16.708 | 16.484 | 224 | |
Uitzenden en uitzendgereedmaken | 25.577 | 25.730 | 0 | 0 | ||||
Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG) | 23.315 | 22.909 | 22.885 | 23.546 | 23.715 | 23.396 | 319 | |
Dotaties, bijdragen publieke omroep | 32.866 | 13.267 | 16.796 | 13.781 | 14.029 | 18.894 | ‒ 4.865 | |
Stimuleringsfonds Nederlandse Culturele Mediaproducties | 19.613 | 0 | 0 | |||||
Stimuleringsfonds voor de Journalistiek | 2.156 | 2.119 | 5.434 | 2.272 | 2.220 | 2.190 | 30 | |
Filmfonds van de omroep en Telefilm (COBO) | 8.064 | 8.106 | 8.274 | 8.335 | 8.596 | 8.399 | 197 | |
Mediawijsheid Expertisecentrum (Bewust mediagebruik) | 1.498 | 1.498 | 1.519 | 1.561 | 1.580 | 1.558 | 22 | |
Organisatie van Lokale Omroepen in Nederland (OLON) | 1.535 | 1.544 | 1.569 | 1.613 | 0 | 0 | ||
Onderzoeksjournalistiek (RA-middelen) | 5.138 | ‒ 5.138 | ||||||
Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO) | 1.633 | 1.609 | 24 | |||||
Dotatie/onttrekking Algemene Mediareserve (AMr) | ‒ 8.917 | ‒ 463 | ‒ 30.040 | 83.808 | 25.742 | 56.281 | ‒ 30.539 | |
Overige bekostiging media (uit rente AMr) | 134 | 490 | 370 | 369 | 434 | 780 | ‒ 346 | |
Basisinfrastructuur Cultuur 2013-2016 | 330 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
Vierjaarlijkse instellingen | 330 | 0 | 0 | |||||
Subsidies (regelingen) | 358 | 311 | 1.820 | 13.935 | 41.042 | 8.411 | 32.631 | |
Subsidies | 358 | 311 | 1.820 | 13.935 | 12.874 | 8.411 | 4.463 | |
Steunfonds Lokale Informatievoorziening | 28.168 | 28.168 | ||||||
Opdrachten | 899 | 650 | 170 | 167 | 651 | 442 | 209 | |
Opdrachten | 899 | 650 | 170 | 167 | 651 | 442 | 209 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 5.271 | 5.038 | 4.826 | 4.736 | 4.782 | 4.718 | 64 | |
Commissariaat voor de Media | 5.271 | 5.038 | 4.826 | 4.736 | 4.782 | 4.718 | 64 | |
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties | 60 | 60 | 60 | 61 | 62 | 61 | 1 | |
Uitvoering internationale verdragen en contributies | 60 | 60 | 60 | 61 | 62 | 61 | 1 | |
Ontvangsten | 206.979 | 199.517 | 164.157 | 172.003 | 156.886 | 147.854 | 9.032 |
De realisatie van de uitgaven 2020 ligt € 61,5 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot, als gevolg van het desalderen van meevallers op de ontvangsten, met name op de reclame-inkomsten (€ 9,0 miljoen), toevoeging van de prijsindexeringen (€ 15,0, miljoen), toevoeging van de steunmaatregelen Lokale Informatievoorziening per saldo (€ 18,5 miljoen), dekking voor gestegen kosten door COVID-19 (€ 19,0 miljoen) en overige kleine mutaties.
De realisatie van de verplichtingen 2020 ligt € 92,3 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot. Naast de hierboven genoemde hogere uitgaven, gaat het om in december 2020 aangegane verplichtingen voor 2021 op basis van de mediabegrotingsbrief voor 2021. Het budget in 2021 ligt hoger, het verplichtingenbudget 2020 wordt dus aangepast aan het uitgavenbudget 2021.
De raming van de ontvangsten is met € 9,0 miljoen bijgesteld, met name als gevolg van hogere reclame-inkomsten dan verwacht ten opzichte van de oorspronkelijke begroting.
Bekostiging
Landelijke en regionale publieke omroep
De publieke omroep waarborgt een hoogwaardig en pluriform media-aanbod, dat toegankelijk en betaalbaar is voor alle lagen van de bevolking. Daarom bekostigt de Minister van OCW de landelijke publieke omroep. Mede vanwege Europese regels op het gebied van staatssteun, houdt de overheid greep op de aard en omvang van het takenpakket van de landelijke publieke omroep en bepaalt de overheid het budget van de publieke omroep.
De hogere uitgaven van de Landelijke publieke omroepen zijn het gevolg van toevoeging compensatie tegenvallende Ster inkomsten die stond gereserveerd op de post dotatie AMR van € 40,0 miljoen en de prijsindexering 2020 van € 9,5 miljoen. Verder is het budget verhoogd als gevolg gestegen kosten door COVID-19 (€ 19,0 miljoen) en door een rechterlijke uitspraak op een door de NPO ingediend bezwaar tegen de wijze van indexering op basis van de Mediawet (€ 2,7 miljoen).
De lagere uitgaven van de regionale omroepen zijn per saldo het gevolg van de prijsindexering 2020 van € 0,5 miljoen en een overboeking van € 7,9 miljoen voor Regionale Samenwerking naar het budget van subsidies.
Stichting Omroep Muziek (SOM)
De Stichting Omroep Muziek (SOM) is door de Minister aangewezen als instelling voor het in stand houden en exploiteren van omroeporkesten en omroepkoren. Naast de reguliere activiteiten heeft de SOM in 2020 verder ingezet op het waarborgen van de kwaliteit, het versterken van zijn omroeptaak en het creëren van ruimte voor innovatie en talentontwikkeling om zo ook nieuwe doelgroepen te bereiken. De hogere uitgaven van de SOM zijn het gevolg van de prijsindexering 2020 van € 0,2 miljoen.
Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG)
Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG) is door de Minister aangewezen als instelling voor het in stand houden en exploiteren van een media-archief. Daarnaast voert het NIBG activiteiten uit op onder andere het terrein van digitaal erfgoed en onderwijs, worden via het museum van het NIBG collecties van onder meer het voormalig Persmuseum tentoongesteld aan het bredere publiek en neemt het NIBG zitting in meerdere samenwerkingsverbanden, zoals het Netwerk Mediawijsheid. De hogere uitgaven van het NIBG zijn het gevolg van de prijsindexering 2020 van € 0,3 miljoen.
Stimuleringsfonds voor de Journalistiek
Het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek is binnen het mediabeleid het instrument om de pluriformiteit van het journalistieke media-aanbod te stimuleren, zowel binnen pers en omroep als via het internet. De activiteiten van het fonds dragen bij aan innovatie van de journalistiek en aan stimulering van de journalistieke functie van de media in de samenleving.
Filmfonds van de Omroep en Telefilm (CoBO)
De Stichting Co-productiefonds Binnenlandse Omroep (CoBO) ondersteunt de documentaire-sector en participeert in audiovisuele coproductieprojecten waarin wordt deelgenomen door een of meer van de publieke instellingen die zendtijd hebben verkregen voor landelijke omroep en de Vlaamse publieke omroep (VRT) en/of Duitse publieke omroepen en/of onafhankelijke filmproducenten en/of instellingen werkzaam op het gebied van de podiumkunsten. De hogere uitgaven van het CoBO zijn het gevolg van de prijsindexering 2020 van € 0,2 miljoen.
Mediawijsheid Expertisecentrum (Bewust mediagebruik)
Het Mediawijsheid Expertisecentrum (Mediawijzer.net) bevordert een bewuste, kritische en actieve houding van burgers en instellingen in de samenleving waar media alom zijn. Bij het huidige programma zijn de Koninklijke Bibliotheek, ECP-EPN, de publieke omroep (NTR), Kennisnet en het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (NIBG) betrokken.
Stichting Nederlandse Lokale Publieke Omroepen (NLPO)
NLPO ondersteunt lokale publieke omroepen op diverse terreinen om de sector verder te professionaliseren en om de kwaliteit van de producties van lokale omroepen te verbeteren.
Onderzoeksjournalistiek (RA-middelen)
Als gevolg van een verplaatsing van het budget van de onderzoeksjournalistiek RA-middelen naar subsidies is het budget van bekostiging met € 5,1 miljoen verlaagd.
Dotatie Algemene Mediareserve
De AMr dient voor het opvangen van schommelingen bij zowel de uitgaven als de ontvangsten op het mediabudget. Hierdoor wordt in het ene jaar geld gedoteerd en in een ander jaar geld onttrokken aan de AMr. De mutatie in de post dotatie AMr van in totaal € 30,5 miljoen is het gevolg van:
• een uitgedeelde prijsindex 2020 van € 11,8 miljoen;
• gecorrigeerde prijsindex 2019 van € 0,9 miljoen;
• ontvangen prijsbijstelling 2020 van € 14,9 miljoen;
• compensatie tegenvallende Ster inkomsten van € 40,0 miljoen naar de Landelijke Publieke Omroepen;
• hogere STER-inkomsten van € 8,1 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijke begroting;
• uitspraak rechtbank inzake bezwaar NPO van € 2,7 miljoen; naar de Landelijke Publieke Omroepen;
• samenwerkingsverbanden regionale publieke omroepen per saldo € 1,0 miljoen;
• lagere realisatie op de diverse instrumenten van € 1,1 miljoen.
De liquiditeitsstand van de AMr heeft zich in 2020 als volgt ontwikkeld:
Saldo AMr per 01-01-2020 | 56.511 |
Uitgaven en overige mutaties | ‒ 33.637 |
Via begroting aan AMr toegevoegd, incl. hogere Sterinkomsten | 25.742 |
Saldo AMr per 31-12-2020 | 48.616 |
Overige bekostiging Media
Te laste van dit budget wordt onder meer het NICAM betaald voor de uitvoering van de activiteiten welke nodig zijn voor het continueren en verbeteren van de kwaliteit van Kijkwijzer. Hiervan is € 0,2 miljoen bijgedragen door het Ministerie van VWS. Niet bestede middelen € 0,6 miljoen zijn toegevoegd aan de AMr.
Subsidies
Het instrument subsidies is vanwege de inrichting van het tijdelijke Steunfonds Lokale Informatievoorziening als gevolg van COVID-19 gesplitst in het budget voor subsidies en het budget dat beschikbaar is voor het Steunfonds.
Subsidies
Ten laste van dit budget worden de jaarlijkse subsidies aan de Stichting Arbeidsmarkt-, Werkgelegenheids- en Opleidingsfonds voor de Omroep (AWO-fonds) voor diverse projecten op het gebied van arbeidsmarktontwikkeling, werkgelegenheid en opleiding. Daarnaast is nog geld beschikbaar voor incidentele subsidies op het gebied van de media. De hogere uitgaven van € 4,4 miljoen zijn het gevolg van:
• Regeerakkoord voor onderzoeksjournalistiek, € 5,2 miljoen die van het instrument bekostiging zijn geboekt naar subsidies.
• Regionale Samenwerkingsprojecten, € 8,9 miljoen die van het instrument bekostiging zijn geboekt naar subsidies.
• Overboeking van subsidies naar Steunfonds Lokale Informatievoorziening, per saldo € 10,7 miljoen.
• Ontvangst van de afrekening van de pilot Regionale nieuwsvensters van € 0,8 miljoen, deze is toegevoegd aan de Regionale Samenwerkingsprojecten.
• Voor de uitvoering van de motie Sneller pilot samenwerking is € 1,0 miljoen overgeboekt vanuit niet bestede middelen voor het Steunfonds
• Overboeking van het instrument subsidies naar opdrachten van € 0,3 miljoen.
• Niet bestede middelen van € 0,5 miljoen die zijn toegevoegd aan de AMr .
Steunfonds Lokale Informatievoorziening
Voor de uitvoering van de regeling in het kader van het Steunfonds Lokale Informatievoorziening is € 28,1 miljoen gerealiseerd. Het budget hiervoor is deels gevonden door herprioritering binnen het instrument subsidies en deel aanvullend beschikbaar gesteld door het kabinet.
Opdrachten
Ten laste van dit budget zijn onder meer de kosten van de landsadvocaat betaald en zijn er uitgaven gedaan voor incidentele onderzoeksopdrachten. Vanuit het instrument subsidies is € 0,3 miljoen toegevoegd. Uiteindelijk is € 0,1 miljoen niet gerealiseerd
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s
De kerntaak van het Commissariaat voor de Media (CvdM) bestaat uit het uitoefenen van onafhankelijk toezicht op het handelen van de media-instellingen in Nederland en uit handhavend optreden ingeval de toepasselijke regelgeving niet in acht wordt genomen. De bevoegdheid om toezicht en handhaving uit te oefenen heeft betrekking op alle media-instellingen: publieke media-instellingen op landelijk en niet-landelijk, regionaal en lokaal niveau en commerciële media-instellingen op landelijk en niet-landelijk niveau. Het CvdM is tevens verantwoordelijk voor het metatoezicht op het Nederlands Instituut voor Classificatie van Audiovisuele Media (NICAM). Daarnaast heeft het CvdM de taak erop toe te zien dat kabelexploitanten hun wettelijke verplichtingen nakomen tot doorgifte van de must carry-zenders. De hogere uitgaven zijn het gevolg van de prijsindexering 2020 van € 0,1 miljoen.
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
Dit betreft de jaarlijkse contributie aan het European Audiovisual Observatory.
Ontvangsten
Deze betreffen met name de reclameopbrengsten van de STER. De werkelijke afdracht in 2020 is € 156,0 miljoen. Dit is € 8,1 miljoen hoger dan geraamd. De overige ontvangsten zijn € 0,9 miljoen.