Base description which applies to whole site

4.7 Beleidsartikel 7 Defensie Materieel Organisatie

De Defensie Materieel Organisatie (DMO) zorgt voor de verwerving van modern, robuust en kwalitatief hoogwaardig en inzetbaar materieel en de beschikbaarstelling van IT-middelen, brandstof, munitie en kleding en uitrusting aan de defensieonderdelen.

De Minister is verantwoordelijk voor de aanschaf en de instandhouding van materieel en de afstoting van overtollig materieel van de krijgsmacht.

In 2020 heeft DMO door het leveren van IT-middelen, brandstof, munitie, kleding en uitrusting een bijdrage geleverd aan de hoofdtaken van de krijgsmacht en daarmee aan de inzetbaarheidsdoelstellingen van Defensie. De leverbetrouwbaarheid van de ketenlogistieke bedrijven is stabiel en op norm.

Gevolgen van COVID-19

De financiële gevolgen van de COVID-19 maatregelen zijn in 2020 voor DMO beperkt gebleven. Een groot aantal oefeningen, waaronder Frisian Flag, is geannuleerd. Mede als gevolg hiervan is minder kerosine uitgeleverd door het Defensie Brand- en Bedrijfsstoffenbedrijf (DBBB). Daarnaast is het effect van COVID-19 voor DMO zichtbaar door een onderrealisatie op de uitgaven voor overige personele exploitatie.

Tabel 18 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 7 Defensie Materieel Organisatie (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

2016

2017

2018

2019

2020

2020

2020

Verplichtingen

759.247

959.296

1.170.733

1.156.092

985.425

1.013.939

‒ 28.514

        

Uitgaven

806.441

816.269

919.071

1.071.290

1.120.073

1.020.608

99.465

Waarvan juridisch verplicht

    

88%

71%

 
        

Opdrachten

335.058

318.730

334.300

368.569

389.265

381.701

7.564

- gereedstelling

225.397

221.912

221.543

269.291

93.939

141.085

‒ 47.146

- instandhouding materieel

109.661

96.818

112.757

99.278

295.326

240.616

54.710

Personele uitgaven

182.900

191.248

213.900

408.366

431.648

394.229

37.419

- waarvan eigen personeel

169.395

177.778

192.812

332.005

369.436

342.863

26.573

- waarvan externe inhuur

13.505

13.470

21.088

56.717

49.220

34.334

14.886

- waarvan overige personele exploitatie1

   

19.644

12.992

17.032

‒ 4.040

Materiële uitgaven

288.483

306.291

370.871

294.355

299.160

244.678

54.482

- waarvan instandhouding infrastructuur

    

385

231

 

- waarvan instandhouding IT

31.688

52.971

107.198

220.525

287.796

230.825

56.971

- waarvan IT door SSO DMO OPS

193.481

198.180

205.645

    

- waarvan exploitatie door SSO Paresto

405

437

268

    

- waarvan overige materiële exploitatie1

62.909

54.703

57.760

73.830

10.979

13.622

‒ 2.643

        

Apparaatsontvangsten

29.867

30.204

46.359

80.177

45.419

50.074

‒ 4.655

1

In 2019 zijn de uitgaven overige exploitatie gesplitst in personele en materiële exploitatie

De posten met een verschil groter dan € 10,0 miljoen of noemenswaardige verschillen worden hieronder nader toegelicht.

Verplichtingen

De realisatie van de verplichtingen is € 28,5 miljoen lager dan begroot.

De verplichtingenrealisatie bij het Defensie Brand- en Bedrijfsstoffenbedrijf (DBBB) is € 23,6 miljoen lager dan begroot. Dit wordt voor het grootste deel veroorzaakt door de gunstige dollarkoers en lage olieprijs.

De verplichtingenrealisatie bij het Defensie Munitie Bedrijf (DMUNB) is € 19,2 miljoen lager dan begroot. Dit komt doordat in 2019 een aantal verplichtingen met een totaal volume van € 76,9 miljoen, dat gepland stond om in latere jaren aan te gaan, versneld is aangegaan.

De verplichtingenrealisatie bij instandhouding IT is € 50,8 miljoen hoger dan begroot. Dit heeft een directe relatie met de hogere kasrealisatie. De verplichtingenrealisatie wordt met name veroorzaakt doordat meer bestellingen zijn geplaatst dan begroot, waarbij de prijzen hoger zijn dan begroot. Dit heeft geleid tot een hogere verplichtingenrealisatie op onderhoud generieke IT-middelen (€ 16,8 miljoen), verplichtingen voor licenties (€ 20,1 miljoen) en tablets en telefoons (€ 15,7 miljoen).

Uitgaven

Opdrachten

De realisatie van de gereedstelling is € 47,1 miljoen lager dan begroot. Deze onderrealisatie is volledig veroorzaakt doordat voor brandstof € 47,1 miljoen minder is uitgegeven dan begroot. Dit is voor het grootste deel het gevolg van de lage olieprijs en de gunstige dollarkoers; het energieverbruik van Defensie (de optelsom van brandstof, elektriciteit en gas) blijkt 6 % hoger te zijn dan in 2019. De behoefte aan kerosine bleek lager omdat - als gevolg van COVID-19 - verschillende oefeningen geannuleerd moesten worden, waaronder Frisian Flag. De behoefte aan scheepsbrandstof bleek als gevolg van de extra vaardagen van Zr.Ms. Karel Doorman hoger.

De realisatie van instandhouding materieel is € 54,7 miljoen hoger dan begroot. Dit komt met name door hogere uitgaven voor instandhouding van maritieme systemen (€ 3,3 miljoen), kleding en uitrusting (€ 11,5 miljoen) en munitie (€ 27,0 miljoen). In de tweede suppletoire begroting werd nog uitgegaan van vertraagde munitieleveringen als gevolg van de crisis. Echter, een aanzienlijk deel werd toch in 2020 ontvangen.

Personele uitgaven

De realisatie van de personele uitgaven is € 37,4 miljoen hoger dan begroot. De overrealisatie op salarisuitgaven eigen personeel van € 26,6 miljoen is een gevolg van het feit dat DMO meer gevuld is dan waarmee budgettair rekening is gehouden. De overrealisatie op inhuur van € 14,9 miljoen komt door het inhuren van personeel met specialistische kennis die in onvoldoende mate in de organisatie aanwezig is, zoals SAP-expertise. De onderrealisatie van € 4,0 miljoen op overige personele exploitatie is een gevolg van de COVID-19 maatregelen, waardoor personeel minder dienstreizen heeft gemaakt.

Materiële uitgaven

De realisatie van de IT-uitgaven is € 56,9 miljoen hoger dan begroot. Defensie wordt geconfronteerd met hogere IT uitgaven en dit is een gevolg van drie ontwikkelingen: de groeiende behoefte aan IT-middelen van de defensieonderdelen, het toegenomen belang van IT-middelen (als gevolg van COVID-19) voor operationele- en vredesbedrijfsvoering en prijsstijgingen in de IT-sector.

Licence