De overheid voorziet de uitvoeringsorganisaties van financiële middelen voor een rechtmatige, doelmatige, doeltreffende en klantgerichte uitvoering van socialezekerheidsregelingen, binnen de kaders die de overheid stelt.
De uitvoering van de socialezekerheidswetten vindt mede plaats door ZBO’s en RWT’s. De Minister van SZW bepaalt de kaders waarbinnen de uitvoering tot stand komt en stelt uitvoeringsbudget ter beschikking aan Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) inclusief het Bureau Keteninformatisering Werk en Inkomen (BKWI), de Sociale Verzekeringsbank (SVB) en het Inlichtingenbureau (IB). Hij maakt daarbij prestatieafspraken en stuurt op rechtmatige, doelmatige, doeltreffende en klantgerichte uitvoering. Hiertoe is een planning- en controlcyclus ingericht tussen de uitvoeringsorganen en het ministerie.
De Minister is verantwoordelijk voor het doen uitvoeren van de socialezekerheidswetgeving door de uitvoeringsorganen en draagt zorg voor:
– de vormgeving, het onderhoud en de werking van het stelsel van wet- en regelgeving (wet SUWI) waarbinnen de uitvoeringsorganen opereren;
– de vormgeving van het stelsel van socialezekerheidswetten die UWV en de SVB uitvoeren;
– de vaststelling van de budgetten die aan UWV, de SVB en het IB beschikbaar worden gesteld met daarbij passende prestatieafspraken;
– de sturing van en het toezicht op de rechtmatige, doelmatige, doeltreffende en klantgerichte uitvoering door UWV, de SVB en het IB en de verantwoording daarover;
– de vaststelling van de omvang van de middelen die aan de Landelijke Cliëntenraad (LCR) beschikbaar worden gesteld.
Prestatie-indicatoren UWV en SVB
In onderstaande tabellen zijn indicatoren voor UWV en de SVB weergegeven die de doelmatigheid, rechtmatigheid en klantgerichtheid van de uitvoering weergeven.
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 20201 | Begroting 20202 | Verschil 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Doelmatigheid: Percentage realisatie uitvoeringskosten binnen budget | 100 | 96 | 100 | 100 | 96 | ≤100 | 03 |
Rechtmatigheid: Percentage rechtmatigheid | 99 | 99,2 | 98,9 | 99,1 | 994 | ≥99 | 0 |
Klantgerichtheid: Cijfer klanttevredenheid uitkeringsgerechtigden | 7,1 | 7,2 | 7,1 | 7,1 | 7,4 | ≥7,0 | 03 |
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 20201 | Begroting 20202 | Verschil 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Doelmatigheid: Reële efficiency-groei | 0 | ‒ 2,5 | 0,2 | 0,1 | 5,6 | 1,53 | 4,1 |
Rechtmatigheid: Percentage rechtmatigheid | 99,9 | 99,9 | 100 | 100 | 100 | 99 | 1,0 |
Klantgerichtheid: Cijfer klanten4 | 7,7 | ‒ | 8,0 | ‒ | 8,2 | 8,0 | 0,2 |
Deze streefcijfers zijn opgenomen in het jaarplan 2020 van de SVB dat in december 2019 aan de Tweede Kamer is verstuurd.
Voor de beleidswijzigingen per wet wordt verwezen naar de overige beleidsartikelen.
Implementatie wet- en regelgeving
In 2020 hebben de SVB en UWV maatregelen getroffen om de tijdelijke crisismaatregelen als gevolg van corona mogelijk te maken. Zoals de NOW en TOFA bij UWV en het uitkeren van de Tijdelijke tegemoetkoming kinderopvang door de SVB. Overige wet- en regelgeving waar in 2020 aan is gewerkt bij UWV zijn onder andere de voorbereidingen voor de implementatie van de wet vereenvoudiging beslagvrije voet, die per 1 januari 2021 is ingevoerd.
Stand van de uitvoering
In december 2020 is de ‘Stand van de Uitvoering Sociale Zekerheid’ aan de Tweede Kamer gestuurd (Kamerstukken II 2020/21, 26 448, nr. 641). In deze brief wordt toelichting gegeven op de ontwikkelingen, prestaties en de dilemma's van de uitvoeringsorganisaties UWV en de SVB. Dat UWV en de SVB belangrijke steunpilaren in de samenleving zijn blijkt ook uit de coronacrisis, waar de zbo's belangrijke prestaties leveren. Dit geldt zowel voor de crisisregelingen als de reguliere uitvoering. De coronacrisis heeft geleid tot tijdelijke aanpassingen in processen. Sommige taken worden niet, of minder snel opgepakt. Dit heeft effecten gehad op werkzaamheden ten aanzien van handhaving en sociaal-medisch beoordelen. Een aantal ICT-projecten heeft vertraging opgelopen.
Werk aan Uitvoering
Om de uitvoering van de sociale zekerheid op de middellange en lange termijn toekomstbestendig en wendbaar te maken, is in 2020 gestart met het uitwerken van de handelingsperspectieven uit het rapport Werk aan Uitvoering Fase II (Kamerstukken II 2019/20, 31 490, nr. 284) dat in september 2020 naar de Tweede Kamer is gestuurd. In de kabinetsreactie wordt op hoofdlijnen ingegaan op de benodigde aanpak die de beweging zoals geschetst in Werk aan Uitvoering in gang zal zetten voor de komende tien jaar.
Daarnaast is in 2020 het rapport «Ongekend onrecht» verschenen van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag. De kabinetsreactie op dit rapport bevat maatregelen gericht op het versterken van de dienstverlening bij alle onderdelen van de overheid (Kamerstukken II 2020/21, 35 510, nr. 4).
De aanbevelingen uit het parlementair onderzoek van de Tijdelijke commissie Uitvoeringsorganisaties (TCU) zijn hierbij ook van belang. De TCU heeft onderzoek uitgevoerd naar de oorzaken van terugkerende problemen bij uitvoeringsorganisaties. De bevindingen en aanbevelingen van de TCU sluiten aan bij en liggen in het verlengde van de kabinetsreactie op het rapport ‘Ongekend onrecht’ van de POK en de kabinetsreactie Werk aan Uitvoering (WaU).
Gevolgen van de coronacrisis op de uitvoering WW door UWV
UWV heeft in 2020 te maken gehad met een grote, onverwachte stijging van de WW-instroom als gevolg van de coronamaatregelen. Ondanks de ondersteunende maatregelen zoals de Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) is het aantal WW-aanvragen aanzienlijk gestegen. UWV handelde in de eerste acht maanden van 2020 60% meer WW-aanvragen af dan in dezelfde periode in 2019, namelijk 444.600 tegenover 278.700. Logischerwijs heeft dit effecten gehad op de dienstverlening door UWV.
Om de toestroom aan WW-aanvragen aan te kunnen, heeft UWV in samenspraak met SZW direct een aantal ingrijpende maatregelen moeten treffen om de capaciteit te verhogen. Veruit het grootste gedeelte van de capaciteitswinst is behaald met maximale opschaling van personeel en maatregelen binnen de kaders van wet- en regelgeving. Ook zijn er tijdelijke maatregelen ingesteld bovenop de bestaande wet- en regelgeving. Hierbij betrof het vooral maatregelen gericht op de handhavings- en controletaken van UWV. Inmiddels zijn deze tijdelijke maatregelen teruggedraaid, op een enkele maatregel na. De maatregelen zijn toegelicht in de Kamerbrieven Stand van de Uitvoering van juni en december 2020 (Kamerstukken II 2019/20, 26 448, nr. 634 en Kamerstukken II 2019/20, 26 448, nr. 641).
Dankzij deze ingrijpende maatregelen heeft UWV in 2020 98% van de WW-betalingen op tijd kunnen verstrekken, ruim boven de norm van 90%. Verder is de dienstverlening aan werkzoekenden in de loop van de coronacrisis op niveau gebleven.
Dienstverlening WGA en Wajong
Met het regeerakkoord heeft het kabinet vanaf 2019 € 70 miljoen structureel vrijgemaakt voor het versterken van persoonlijke dienstverlening van UWV aan WW-, Wajong- en WGA-gerechtigden. In 2020 heeft UWV in overleg met SZW de WGA-dienstverlening langs twee lijnen van actie verder opgebouwd. De eerste actielijn is gericht op het verder op orde krijgen van de basis. Naast de inzet van meer persoonlijke contact heeft UWV vorig jaar gewerkt aan de introductie van nieuwe methoden om interventies nog gerichter in te kunnen zetten. De tweede actielijn betreft de verdere doorontwikkeling van de WGA-dienstverlening. In oktober 2019 is het effectonderzoek naar de impact van de intensievere dienstverlening (persoonlijke dienstverlening en inkoop re-integratietrajecten) gestart en dit heeft in 2020 zijn beslag gekregen. Daarnaast is in 2020 bezien welke aanvullende mogelijkheden er zijn om met scholing de kansen op de arbeidsmarkt te vergroten. De dienstverlening aan mensen met een arbeidsbeperking kon in 2020 grotendeels doorgang vinden ondanks de uitdagende omstandigheden. Wel hebben de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt geleid tot een afname van het aantal plaatsingen, heeft UWV reeds ingekochte re-integratietrajecten verlengd en is de inzet van het aantal nieuwe re-integratietrajecten afgenomen. Over het effect van de coronacrisis op de WGA-dienstverlening heeft de Algemene Rekenkamer gerapporteerd in het Verantwoordingsonderzoek 2020, Begrotingshoofdstuk XV SZW.
Sociaal-medisch beoordelen
Doordat face-to-face spreekuren een groot deel van 2020 onmogelijk waren, zijn tot half juni alle beoordelingen uitgevoerd op basis van het dossier en/of telefonisch contact. Complexe beoordelingen zijn daardoor veelal opgeschoven. Het beroep op de Ziektewet steeg in 2020 minder dan verwacht door corona. De terugkeer van een aantal grote eigenrisicodragende uitzendbureaus per 1 januari 2020 naar het publieke bestel onder invloed van de Wet arbeidsmarkt in balans (Wab) leidde ook tot een stijging van het beroep op de ZW.
Regionale van-werk-naar-werk-dienstverlening
In 2020 is UWV gestart met het inrichten van mobiliteitsteams in drie arbeidsmarktregio's om werkgevers te ondersteunen bij het vinden van nieuw werk voor hun werknemers. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met (centrum)gemeenten, sociale partners en onderwijs en is gericht op zowel werkzoekenden, werknemers als zzp'ers. De dienstverlening zal in 2021 landelijk verder worden uitgerold.
Handhaving UWV
Door coronamaatregelen is het aantal interne fraudemeldingen in 2020 aanzienlijk gedaald. Vanwege de druk op de organisatie is er minder prioriteit gelegd op het aangeven van meldingen. Een aantal telefonische controles is stopgezet.
Dienstverlening SVB
De afgelopen jaren heeft de dienstverlening van de SVB steeds een tijdelijke financiële impuls gekregen. Deze tijdelijke impulsen worden structureel zodat de SVB met deze extra middelen meer mogelijkheden heeft te voldoen aan de met SZW afgesproken normen. Op dit moment staat de tijdigheid van de regelingen AKW internationaal, AKW nationaal, AOW internationaal en de AIO onder druk. In 2020 heeft de SVB gewerkt aan terugdringing van niet-gebruik van de AIO. De aanpak hiervan wordt in 2021 voortgezet.
In 2020 heeft de SVB de verkiezing Overheidsorganisatie van het jaar 2020 gewonnen.
Realisatie | Vastgestelde begroting1 | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2020 | 2020 | |
Verplichtingen | 433.006 | 490.919 | 496.490 | 519.087 | 589.863 | 499.637 | 90.226 |
Uitgaven | 433.006 | 490.919 | 496.242 | 519.222 | 589.977 | 499.637 | 90.340 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | |||||||
Uitvoeringskosten UWV | 324.638 | 376.001 | 372.983 | 396.851 | 434.577 | 378.730 | 55.847 |
Uitvoeringskosten SVB | 100.687 | 107.544 | 116.267 | 112.726 | 139.415 | 113.476 | 25.939 |
Uitvoeringskosten IB | 7.003 | 6.709 | 6.257 | 8.963 | 15.279 | 6.731 | 8.548 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | |||||||
Landelijke Cliëntenraad | 678 | 665 | 735 | 682 | 706 | 700 | 6 |
Ontvangsten | 16.367 | 15.649 | 11.638 | 52.252 | 173 | 0 | 173 |
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2020 | 2020 | |
Uitgaven | 1.527.338 | 1.547.245 | 1.465.842 | 1.506.518 | 1.782.864 | 1.676.731 | 106.133 |
Bijdragen aan ZBO's/RWT's1 | |||||||
Uitvoeringskosten UWV | 1.411.327 | 1.423.525 | 1.326.271 | 1.359.118 | 1.629.664 | 1.489.524 | 140.140 |
Uitvoeringskosten SVB | 116.011 | 123.720 | 139.571 | 147.400 | 153.200 | 144.839 | 8.361 |
Nominaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 42.368 | ‒ 42.368 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
De Minister van SZW stelt de financiële kaders vast voor UWV (inclusief BKWI), de SVB en het IB, waarbinnen deze organisaties hun jaarplannen dienen op te stellen. Deze financiële kaders hebben alleen betrekking op de uitvoering van SZW-taken door genoemde zbo’s. In de jaarplannen nemen UWV en de SVB een verdeling van de uitvoeringskosten naar wet en/of fonds op. De Minister stuurt in eerste aanleg op het totaalbudget per organisatie. Uitgangspunt daarbij is dat de organisaties zelfstandig de uitvoering organiseren en over de realisatie via het jaarverslag verantwoording afleggen aan de Minister van SZW.
De uitvoeringskosten van UWV en de SVB wijzigen gedurende de jaren als gevolg van beleidswijzigingen en van volumeontwikkelingen in de onderscheiden wetten. Voor een nadere toelichting op de volumeontwikkelingen wordt naar de desbetreffende artikelen verwezen.
Budgettaire ontwikkelingen
De uitvoeringskosten UWV komen circa € 196 miljoen hoger uit dan begroot. De uitvoeringskosten SVB komen circa € 34 miljoen hoger uit dan begroot. Belangrijkste oorzaken hiervan zijn de gedurende het lopende jaar toegekende loon- en prijsbijstelling, voor UWV de toekenning voor de tijdelijke crisismaatregelen zoals NOW en TOFA en de extra incidentele toekenning als gevolg van coronagerelateerde problematiek bij het UWV. Bij de SVB worden de hoger dan begrote uitvoeringskosten vooral veroorzaakt door toekenningen van middelen ten behoeve van het project EESSI, ICT en dienstverlening.
In de tabellen 85 en 86 zijn de gerealiseerde uitvoeringskosten van UWV en de SVB toegedeeld aan de onderscheiden wetten en regelingen. Deze toedeling is extracomptabel.
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 2020 | |
---|---|---|---|---|---|
UWV (incl. BKWI) | 1.735.965 | 1.799.526 | 1.699.254 | 1.755.969 | 2.064.241 |
Begrotingsgefinancierd | 324.638 | 376.001 | 372.983 | 396.851 | 434.577 |
IOW | 1.907 | 2.000 | 2.068 | 2.586 | 2.547 |
Wajong | 108.170 | 159.888 | 150.000 | 141.938 | 165.237 |
Re-integratie Wajong | 86.631 | 85.000 | 96.000 | 123.860 | 110.340 |
Basisdienstverlening | 80.053 | 84.627 | 91.640 | 93.778 | 83.050 |
Dienstverlening Mobiliteit Centrum Kolenketen Westhaven (MCKW) | 0 | 0 | 0 | 0 | 763 |
Uitvoeringskosten WW 50+ | 13.600 | 240 | 0 | 0 | 0 |
Beoordeling gemeentelijke doelgroep | 19.340 | 18.100 | 17.900 | 20.000 | 20.000 |
WSW-indicatiestelling | 5.313 | 4.120 | 4.193 | 4.048 | 2.065 |
Scholingsvouchers kansberoep | 900 | 4.100 | 0 | 0 | 0 |
Tijdelijke regeling aanpassing Dagloonbesluit | 0 | 9.210 | 2.050 | 0 | 0 |
Scholingsbudget WW | 0 | 0 | 700 | 1.020 | 780 |
Scholingsexperiment WGA | 0 | 0 | 0 | 0 | 500 |
NOW1.0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 19.200 |
NOW2.0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8.200 |
NOW3.0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.800 |
TOFA | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.100 |
BKWI | 8.724 | 8.716 | 8.432 | 9.620 | 12.908 |
Premiegefinancierd | 1.411.327 | 1.423.525 | 1.326.271 | 1.359.118 | 1.629.664 |
WAO | 80.358 | 80.253 | 82.777 | 84.435 | 68.185 |
IVA | 98.874 | 96.107 | 101.955 | 128.844 | 64.926 |
WGA | 244.844 | 221.657 | 242.184 | 258.050 | 335.363 |
WAZ | 3.744 | 3.713 | 3.081 | 2.931 | 3.070 |
WW | 649.324 | 620.660 | 539.084 | 542.251 | 626.189 |
ZW | 270.853 | 263.765 | 294.935 | 310.854 | 373.890 |
WAZO | 10.484 | 11.950 | 9.848 | 11.103 | 10.521 |
Re-integratie WAZ/WAO/WIA/ZW | 56.312 | 54.320 | 87.908 | 126.805 | 106.626 |
Toevoeging aan bestemmingsfonds/egalisatiereserve | ‒ 3.466 | 71.100 | ‒ 35.500 | ‒ 106.155 | 40.981 |
Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Realisatie 2018 | Realisatie 2019 | Realisatie 2020 | |
---|---|---|---|---|---|
SVB | 216.698 | 231.264 | 255.838 | 260.126 | 292.615 |
Begrotingsgefinancierd | 100.687 | 107.544 | 116.267 | 112.726 | 139.415 |
AKW | 67.722 | 74.344 | 84.088 | 71.216 | 97.326 |
TAS | 821 | 1.023 | 1.023 | 1.278 | 2.980 |
KOT/WKB | 4.375 | 5.527 | 4.333 | 8.333 | 5.634 |
AIO | 22.647 | 22.571 | 23.299 | 28.901 | 30.916 |
Bijstand buitenland | 270 | 268 | 265 | 265 | 224 |
Overbruggingsregeling AOW | 2.652 | 1.575 | 1.066 | 600 | 503 |
Remigratiewet | 2.200 | 2.236 | 2.193 | 2.133 | 1.832 |
Premiegefinancierd | 116.011 | 123.720 | 139.571 | 147.400 | 153.200 |
AOW | 105.674 | 115.009 | 127.058 | 135.800 | 142.500 |
Anw | 10.337 | 8.711 | 12.513 | 11.600 | 10.700 |
Bijdrage aan nationale organisaties
De Landelijke Cliëntenraad (LCR) is een overlegorgaan ingesteld bij Wet SUWI waarin landelijke cliëntenorganisaties, vertegenwoordigers van gemeentelijke cliëntenraden en vertegenwoordigers van de centrale cliëntenraden van de SVB en UWV zitting hebben. De LCR heeft tot taak periodiek te overleggen met UWV, de SVB, de gemeenten en de Minister van SZW over onderwerpen op het terrein van werk en inkomen. De Minister van SZW stelt de financiële kaders vast voor de LCR, waarbinnen de LCR een jaarplan dient op te stellen.
Ontvangsten
De ontvangsten bedragen in 2020 circa € 0,2 miljoen. Dit betreffen verrekeningen over rijksvergoedingen met betrekking tot de uitvoeringskosten van UWV en de SVB over 2019.