8.1 Algemene doelstelling: bevorderen van internationale samenwerking en uitwisseling om daarmee de kwaliteit van onderwijs, cultuur en wetenschap een impuls te geven en de internationale competenties van lerenden, docenten, kunstenaars en wetenschappers te vergroten.
Omschrijving
De mondialisering van de samenleving neemt op tal van terreinen steeds meer toe. Dat vergt – zeker in een «open» land als Nederland – dat de burger van de toekomst steeds meer een internationale oriëntatie meekrijgt en zelf ook internationale competenties ontwikkelt. Daarbij gaat het om kennis en vaardigheden en een open attitude die nodig zijn om in een internationale omgeving te leven en te werken. Uiteindelijk is dat een taak van de burger en – in dit geval – van de relevante (cultuur- en onderwijs-)instellingen zelf. Maar ook de overheid, c.q. de minister, heeft hier een taak.
Verantwoordelijkheid van de minister
De minister is verantwoordelijk voor het zoveel mogelijk faciliteren van instellingen en burgers om zich op een internationale omgeving te oriënteren en zich internationale competenties eigen te maken. Daartoe creëert de minister vanuit zijn stelselverantwoordelijkheid de benodigde internationaal-bestuurlijke randvoorwaarden op de regarderende terreinen, bijvoorbeeld door afspraken over wederzijdse beroepserkenning, kwaliteitszorg en grensverkeer en door de uitwisseling van best practices. De minister opereert hierbij binnen multilaterale kaders als de Europese Unie, OESO en de Unesco én via bilaterale contacten, verdragen, Memorandums of Understanding, etc. Zo zal OCW bijvoorbeeld actief betrokken zijn bij de intensivering van de relaties tussen Nederland en Israël, waarin het Regeerakkoord voorziet.
Daarnaast worden stimuleringsmaatregelen gehanteerd in de vorm van fondsen en beurzen en worden faciliterende en uitvoerende instanties gesubsidieerd, zoals het Europees Platform, Neth-ER en het Duitsland Instituut.
De activiteiten op internationaal terrein zijn vooral ondersteunend aan de realisatie van de diverse doelen op bredere terreinen van het OCW-beleid (goede kwaliteit en toegankelijkheid van onderwijs, cultuur en wetenschap).
Meetbare gegevens bij de algemene doelstelling
Met ingang van 2012 zal de IMON-Monitor ophouden te bestaan. Indicatieve data zullen voortaan worden opgenomen in de OCW-publicatie «Kerncijfers».
8.2 Budgettaire gevolgen van beleid
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | HGIS-deel 2012 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 57 293 | 13 132 | 7 960 | 8 975 | 16 547 | 16 502 | 16 501 | 1 044 | |
Waarvan garantieverplichtingen | |||||||||
Totale uitgaven | 23 813 | 19 829 | 16 890 | 16 759 | 16 997 | 16 502 | 16 501 | 1 044 | |
Programma-uitgaven | 20 794 | 17 375 | 16 890 | 16 759 | 16 997 | 16 502 | 16 501 | 1 044 | |
• | Mobiliteitsprogramma's Europees Platform en Fulbright Center | 6 012 | 5 986 | 5 730 | 5 775 | 5 879 | 5 879 | 5 879 | |
• | EU-programma Leven Lang Leren1 | 1 724 | 1 731 | 1 731 | 1 731 | 1 745 | 1 745 | 1 745 | |
• | Bilaterale samenwerking met andere landen | 1 713 | 1 753 | 1 596 | 1 505 | 1 505 | 1 505 | 1 505 | 590 |
• | Programma's Agentschap NL2 | 1 097 | 1 161 | 1 168 | 1 185 | 1 185 | 1 185 | 1 185 | |
• | OCW-vertegenwoordiging in het buitenland | 1 895 | 2 636 | 2 551 | 2 544 | 2 537 | 2 056 | 2 056 | 140 |
• | Participeren in multilaterale organisaties | 3 376 | 3 459 | 3 459 | 3 459 | 3 428 | 3 428 | 3 428 | |
• | Stimuleren van internationale uitwisseling van kennis en cultuur, beleidsonderzoek en benchmarking | 668 | 649 | 655 | 560 | 718 | 704 | 703 | 314 |
• | Het integreren van de BES-eilanden in Nederland3 | 4 309 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Apparaatsuitgaven4 | 3 019 | 2 454 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Ontvangsten | 183 | 99 | 99 | 99 | 99 | 99 | 99 |
De gelden voor het EU-programma Leven Lang Leren maakten voorheen deel uit van de Mobiliteitsprogramma's.
De gelden voor de programma's van het Agentschap NL maakten voorheen deel uit van de Bilaterale samenwerking met andere landen.
Bij Voorjaarsnota 2011 is een bedrag van € 23 miljoen verdeeld en structureel overgeboekt naar artikel 1 (Primair onderwijs), artikel 3 (Voortgezet onderwijs) en artikel 4 (Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie), voor het integreren van de BES-eilanden in Nederland en voor het onderhouden van de relaties met de andere landen in het Koninkrijk. Daarmee staan er geen middelen meer op dit artikel voor de BES-eilanden.
Toelichting:
Het overgrote deel van de middelen is meerjarig verplicht. Alternatieve aanwending vereist wijziging van internationale afspraken en wet- en regelgeving.
Mobiliteitsprogramma’s (beurzen e.d.)
Instrumenten
Het Europees Platform en het Fulbright Center verzorgen voor het primair en voortgezet onderwijs respectievelijk het hoger onderwijs mobiliteitsprogramma’s. Deze programma’s zijn gericht op het bevorderen van de internationale oriëntatie van lerenden teneinde ze zo goed mogelijk voor te bereiden op een internationale arbeidsmarkt. Voor wat betreft het Europees Platform gaat het om programma’s voor docenten en leerlingen, bij het Fulbright Center gaat het om beurzen voor studenten voor studie in de Verenigde Staten (met bijdragen van de Amerikaanse regering).
EU-programma Leven Lang Leren
Het Programma Leven Lang Leren bundelt de verschillende Europese internationaliserings- en mobiliteitsprogramma’s. Het Nationaal Agentschap Leven Lang Leren voert deze programma’s uit mede ten behoeve van het Europees Platform, CINOP en Nuffic.
Bilaterale samenwerking met andere landen
Dit betreft verschillende samenwerkingsprogramma’s, waaronder specifiek samenwerking met Vlaanderen (Vlaams-Nederlands Huis en Stichting Ons Erfdeel) en met Duitsland (Duitsland Instituut, dat verschillende programma’s over en met Duitsland uitvoert).
Programma’s Agentschap NL
Het Agentschap NL voert in opdracht van OCW programma’s uit die de synergie zoeken tussen het middelbaar en hoger beroepsonderwijs enerzijds en het (internationaal opererende) bedrijfsleven anderzijds. Dit mede in het licht van het kabinetsvoornemen de internationale oriëntaties en competenties van werkenden te versterken. Het Agentschap NL sluit daarbij zoveel mogelijk aan bij andere prioriteiten (economische topgebieden, Turkije 2012, Rusland 2013).
OCW-vertegenwoordiging in het buitenland
Om de Nederlandse belangen in het buitenland optimaal te behartigen is op sommige plekken in de wereld extra ondersteuning nodig vanuit Nederland, c.q. het ministerie van OCW. Dat geldt onder meer voor de Permanente Vertegenwoordiging EU en de Permanente Vertegenwoordiging Unesco, voor de Europese Commissie via het END-programma (Expert National Délegué) én op enkele bilaterale posten.
Participeren in multilaterale organisaties
-
• De behartiging van Nederlandse belangen op de terreinen van OCW vindt deels plaats binnen multilaterale organisaties als de Europese Unie, de OESO, de Unesco en de Nederlandse Taalunie. Het kan daarbij overigens ook gaan om stimulansen voor de beleidsontwikkeling in Nederland (best practices, benchmarks, OECD-reviews, etc.).
-
• Bij de Stichting Internationale Culturele Activiteiten (SICA) is het EU Cultural Contact Point (CCP) ondergebracht dat zorg draagt voor een effectieve kanalisering van EU-subsidies binnen de culturele sector.
Internationale uitwisseling van kennis en cultuur, internationaal beleidsonderzoek en benchmarking (government to government)
Het betreft hier reserveringen die grotendeels afhankelijk zijn van de vigerende internationale agenda. In dit verband kunnen onder andere worden genoemd de OCW-inzet op statelijke manifestaties in Turkije in 2012 en Rusland in 2013.
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
• | Agentschap NL | 1 097 | 1 161 | 1 168 | 1 185 | 1 185 | 1 185 | 1 185 |
• | Duitsland Instituut Amsterdam | 800 | 800 | 700 | 700 | 700 | 700 | 700 |
• | Europees Platform | 5 584 | 5 578 | 5 322 | 5 367 | 5 471 | 5 471 | 5 471 |
• | Frans-Nederlandse academie | 118 | 194 | 135 | ||||
• | Fullbright Center | 428 | 408 | 408 | 408 | 408 | 408 | 408 |
• | Nationaal Agentschap Leven Lang Leren | 1 724 | 1 731 | 1 731 | 1 731 | 1 745 | 1 745 | 1 745 |
• | NethER | 484 | 500 | 450 | 450 | 450 | ||
• | Stichting Ons Erfdeel | 205 | 205 | 205 | 205 | 205 | 205 | 205 |
• | Vlaams-Nederlands Huis «de buren» | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 |
Totaal | 10 940 | 11 077 | 10 619 | 10 546 | 10 664 | 10 214 | 10 214 |
8.3 Internationale Uitgaven OCW – breed
Het vergroten van internationale mobiliteit en grensoverschrijdende samenwerking tussen instellingen is een inzet die niet alleen plaatsvindt op dit artikel. Veel internationaliseringsbeleid is elders ondergebracht binnen de OCW-begroting. Het gaat dan in het bijzonder om uitgaven die in het verlengde liggen van of integraal onderdeel vormen van nationale doelstellingen en ambities. Ter illustratie daarvan is hieronder een overzicht opgenomen van de totale internationale uitgaven van OCW per beleidsartikel. Daarbij is tevens aangegeven welk deel van de betreffende uitgaven deel uitmaakt van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS), die wordt gecoördineerd door het ministerie van Buitenlandse Zaken.
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Primair onderwijs (artikel 1) | 22 008 | 20 232 | 20 237 | 20 237 | 20 237 | 20 237 | 20 237 |
Voortgezet onderwijs (artikel 3) | 3 518 | 3 978 | 4 274 | 3 812 | 3 775 | 3 785 | 3 785 |
Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie (artikel 4) | 862 | 1 238 | 868 | 810 | 810 | 810 | 810 |
Hoger beroepsonderwijs (artikel 6) | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 |
Wetenschappelijk onderwijs (artikel 7) | 86 503 | 88 958 | 87 350 | 87 350 | 87 350 | 87 350 | 87 350 |
Internationaal beleid (artikel 8) | 16 485 | 17 375 | 16 890 | 16 759 | 16 997 | 16 502 | 16 501 |
Studiefinanciering (artikel 11) | 2 162 | 49 552 | 49 152 | 50 152 | 50 152 | 50 152 | 50 152 |
Kunsten (artikel 14) | 18 334 | 17 138 | 17 643 | 9 420 | 9 370 | 9 370 | 9 370 |
Cultureel erfgoed (artikel 14) | 2 096 | 3 460 | 2 892 | 2 855 | 2 931 | 2 931 | 2 931 |
Media (artikel 14 en 15) | 50 872 | 50 247 | 50 214 | 3 883 | 3 883 | 3 883 | 3 883 |
Onderzoek en wetenschappen (artikel 16) | 79 226 | 89 719 | 85 457 | 85 116 | 85 116 | 85 116 | 85 116 |
Totaal | 285 519 | 345 350 | 338 430 | 283 847 | 284 074 | 283 589 | 283 588 |
Toelichting:
De uitgaven in de tabel zijn – waar nodig en relevant – specifiek toegelicht bij de betreffende beleidsartikelen.
Voor artikel 11 geldt dat de uitgaven voor internationale studiefinanciering niet afzonderlijk worden geraamd, maar meelopen in de uitgavenramingen, zoals opgenomen bij artikel 11.3.1 (Studiefinanciering; waarborgen van de algemene financiële toegankelijkheid van het onderwijs voor de studerenden).
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Hoger beroepsonderwijs (artikel 6) | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 | 3 453 |
Wetenschappelijk onderwijs (artikel 7) | 61 814 | 61 643 | 57 643 | 57 643 | 57 643 | 57 643 | 57 643 |
Internationaal beleid (artikel 8) | 1 054 | 1 054 | 1 044 | 1 037 | 1 030 | 1 024 | 1 024 |
Kunsten (artikel 14) | 6 315 | 4 765 | 4 765 | 3 665 | 3 665 | 3 665 | 3 665 |
Cultureel erfgoed (artikel 14) | 395 | 395 | 395 | 395 | 395 | 395 | 395 |
Media (artikel 14 en 15) | 506 | 506 | 506 | 506 | 506 | 506 | 506 |
Onderzoek en wetenschappen (artikel 16) | 606 | 706 | 706 | 706 | 454 | 454 | 454 |
Totaal | 74 143 | 72 522 | 68 512 | 67 405 | 67 146 | 67 140 | 67 140 |
Toelichting:
De uitgaven op de Homogene Groep Internationale Samenwerking maken deel uit van de uitgaven opgenomen in tabel 8.3 «Internationale uitgaven OCW».