12.1 Algemene doelstelling: de tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten zorgt ervoor dat (ouders van) leerlingen in het voortgezet onderwijs, deelnemers in de beroepsopleidende leerweg en studenten aan een lerarenopleiding de financiële mogelijkheden hebben om onderwijs te volgen.
Omschrijving
OCW waarborgt met de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (WTOS) de toegankelijkheid van en de deelname aan het onderwijs door de financiële belemmeringen van deelname weg te nemen voor de volgende doelgroepen:
-
• ouders van deelnemers aan de beroepsopleidende leerweg (bol) in het mbo tot 18 jaar, van minderjarige leerlingen aan het niet-volledig en rechtstreeks bekostigd voortgezet onderwijs (vo) en van minderjarigen in het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo) (TS17-);
-
• scholieren in het voortgezet onderwijs van 18 jaar en ouder (vo18+);
-
• leerlingen (ook deeltijd) in het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs (TS18+ vavo en (v)so);
-
• studenten aan de lerarenopleiding die geen recht (meer) hebben op studiefinanciering op grond van de WSF 2000 (TS18+, tlo).
De uitvoering van de WTOS berust bij DUO.
Verantwoordelijkheid van de minister
De minister is verantwoordelijk voor de toegankelijkheid van het onderwijs in Nederland.
Ouders zijn ervoor verantwoordelijk dat hun minderjarige kind onderwijs volgt. Daar waar ouders gezien hun inkomen niet draagkrachtig genoeg zijn om de kosten van hun schoolgaande minderjarige kinderen (middelbaar beroepsonderwijs) alleen te dragen, voorziet de overheid in een (gedeeltelijke) tegemoetkoming. Vanaf 18 jaar ligt de verantwoordelijkheid voor het volgen van onderwijs primair bij de leerling (voortgezet onderwijs) of student (lerarenopleiding) zelf. Hij/zij kan dan zelf in aanmerking komen voor een tegemoetkoming bestaande uit een maandelijkse basistoelage en een eventuele bijdrage in de schoolkosten.
Meetbare gegevens bij de algemene doelstelling
Voor indicatoren over onderwijsbijdrage en schoolkosten wordt verwezen naar Trends in Beeld 2011 (www.trendsinbeeld.minocw.nl).
Schoolkosten | Les- of cursusgeld | Basistoelage thuiswonend | Basistoelage uitwonend | |
---|---|---|---|---|
TS 17- (onder de 18 jaar)1 | ||||
mbo 17- | 658,99 | |||
vavo en niet bekostigd vo 17- | 324,44 | 1 031,00 | ||
TS 18+ (vanaf 18 jaar) | ||||
vo onderbouw | 73,16 | 103,77 | 241,93 | |
niet bekostigd vo onderbouw | 100,18 | 85,92 | 103,77 | 241,93 |
vo bovenbouw | 80,11 | 103,77 | 241,93 | |
niet bekostigd vo bovenbouw | 107,15 | 85,92 | 103,77 | 241,93 |
vso | 48,60 | 103,77 | 241,93 | |
vavo | 107,15 | 85,92 | 103,77 | 241,93 |
vo 18+ deeltijd en vavo 18+ deeltijd1 | ||||
bij 540 of meer lesminuten per week | 288,37 | 321,60 | ||
tussen 270 en 540 minuten per week | 194,28 | 214,40 | ||
Lerarenopleidingen1 | 673,99 | 567,23 |
Peildatum schooljaar 2010–2011
Toelichting:
De normbedragen zijn gedifferentieerd naar schoolsoort en naar fase (boven- en onderbouw) op basis van kostenverschillen. Havo 4 en 5 en vwo 4, 5 en 6 worden tot de vo bovenbouw gerekend, de andere schoolsoorten in het vo tot de onderbouw.
De tegemoetkoming in les- of cursusgeld wordt alleen uitgekeerd als de scholier les- of cursusgeldplichtig is. In het bekostigd onderwijs is dit vanaf 18 jaar, in het aangewezen onderwijs is dit vanaf 16 jaar.
Beleidswijzigingen
Door afschaffing van het lesgeld in het voortgezet onderwijs en het cursusgeld voor minderjarige leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs, door de invoering van de gratis schoolboeken in het voortgezet onderwijs en door de ophoging van het kindgebonden budget, zijn de tegemoetkomingen uit de WTOS over de afgelopen jaren verlaagd of geheel afgeschaft. Met actieve communicatie wordt getracht om deze regelingen bij de resterende doelgroepen beter onder de aandacht te brengen.
12.2 Budgettaire gevolgen van beleid
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 119 358 | 139 543 | 129 624 | 129 572 | 130 026 | 131 687 | 134 244 | |
Waarvan garantieverplichtingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Totale uitgaven | 119 358 | 139 543 | 129 624 | 129 572 | 130 026 | 131 687 | 134 244 | |
TS 17- | 24 681 | 43 159 | 32 134 | 31 549 | 31 259 | 31 250 | 31 169 | |
TS18+ | 9 143 | 8 975 | 8 975 | 8 975 | 8 975 | 8 975 | 8 935 | |
VO 18+ | 66 586 | 69 967 | 71 106 | 71 654 | 72 211 | 73 895 | 76 593 | |
Waarvan relevante uitgaven | 65 034 | 68 331 | 69 470 | 70 018 | 70 575 | 72 259 | 74 923 | |
Waarvan niet-relevante uitgaven | 1 552 | 1 636 | 1 636 | 1 636 | 1 636 | 1 636 | 1 670 | |
Programma-uitgaven overig | ||||||||
• | Uitvoeringsorganisatie DUO | 18 948 | 17 442 | 17 409 | 17 394 | 17 581 | 17 567 | 17 547 |
Totaal ontvangsten | 14 188 | 14 158 | 13 847 | 13 620 | 13 452 | 13 329 | 13 323 | |
• | TS 17- | 2 157 | 1 781 | 1 470 | 1 243 | 1 075 | 952 | 907 |
• | TS 18+ | 1 041 | 1 388 | 1 388 | 1 388 | 1 388 | 1 388 | 1 388 |
• | VO 18+ | 10 989 | 10 989 | 10 989 | 10 989 | 10 989 | 10 989 | 11 028 |
Toelichting:
Alle middelen zijn meerjarig verplicht. Alternatieve aanwending vereist wijziging van wet- en regelgeving.
Meetbare gegevens bij de instrumenten
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Aantal gebruikers TS 17- | 35 858 | 48 800 | 47 300 | 46 500 | 46 100 | 46 100 | 45 900 |
2 | Aantal gebruikers TS 18+ | 8 459 | 8 500 | 8 500 | 8 500 | 8 500 | 8 500 | 8 500 |
3 | Aantal gebruikers VO 18+ | 34 337 | 36 200 | 36 900 | 37 300 | 37 700 | 38 600 | 40 000 |
Bron 2010: OCW (DUO); Bron 2011–2016: ramingsmodel WTOS
Toelichting:
Bovenstaande aantallen geven een indicatie van het gebruik van de diverse regelingen. Er zijn geen basiswaarden en streefwaarden vastgesteld. Uitgangspunt is dat de WTOS wordt benut door de groepen voor wie ze bedoeld is.