A Algemene doelstelling
Een (compacte) overheid met voldoende en goed gekwalificeerde, integere medewerkers en politieke ambtsdragers tegen verantwoorde kosten.
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor de werking van het stelsel waarin (organisaties van) werkgevers en werknemers in verschillende overheids- en onderwijssectoren afspraken over de collectieve arbeidsvoorwaarden maken. Dit is vastgelegd in de Ambtenarenwet, de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers en de Wet privatisering ABP. De Minister van BZK stimuleert de doorvertaling van kabinetsbeleid naar afspraken over arbeidsvoorwaarden in en tussen de sectoren. De Minister van BZK is tevens verantwoordelijk voor het arbeidsmarktbeleid in de publieke sector en werkt aan het vergroten van de aantrekkelijkheid van de overheid als werkgever alsmede het vergroten van de productiviteit.
De Minister van BZK staat voor een overheid die een aantrekkelijke werkgever is en goede medewerkers aantrekt. De kwaliteit van de publieke sector valt of staat met de input en inzet van haar bestuurders, ambtenaren en medewerkers, die binnen de publieke sector hun werk doen. Tegelijkertijd is het werken voor de overheid bijzonder, want de overheid heeft bijzondere taken. Dit vraagt om medewerkers die goed kunnen omgaan met de publieke taak en verantwoordelijkheid van de overheid. De publieke verantwoordelijkheid van de overheid vraagt om het tegengaan van bovenmatige topbeloningen in de (semi-)publieke sector. De Minister van BZK is verantwoordelijk voor het goed functioneren van het op de Wet normering topinkomens (WNT) gebaseerde stelsel dat hiervoor de grondslag biedt. De Minister van BZK creëert voorwaarden ter bescherming van klokkenluiders binnen de publieke sector.
De Minister van BZK is uitvoeringsverantwoordelijk voor de rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers, de pensioen-regelingen van Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen en hun nagelaten betrekkingen, de (her-)benoemingen en ontslagen van onder andere burgemeesters, commissarissen der Koning en leden van de Raad van State, het decoratiestelsel en voor de toekenning van Koninklijke onderscheidingen.
C Beleidswijzigingen
Er zijn geen beleidswijzigingen.
D1 Budgettaire gevolgen van beleid
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art.nr. | Verplichtingen: | 23.326 | 32.032 | 27.317 | 24.936 | 24.224 | 24.270 | 23.250 |
Uitgaven: | 29.118 | 32.032 | 27.317 | 24.936 | 24.224 | 24.270 | 23.250 | |
Waarvan juridisch verplicht (percentage) | 93% | |||||||
7.1 | Overheid als werkgever | 10.870 | 13.623 | 10.114 | 8.851 | 8.953 | 8.953 | 8.953 |
Subsidies | 7.135 | 6.894 | 5.635 | 5.335 | 5.185 | 5.185 | 5.185 | |
Diverse subsidies | 2.493 | 3.526 | 2.427 | 2.377 | 2.227 | 2.227 | 2.227 | |
Overlegstelsel | 4.445 | 3.083 | 3.025 | 2.775 | 2.775 | 2.775 | 2.775 | |
Internationaal | 197 | 285 | 183 | 183 | 183 | 183 | 183 | |
Opdrachten | 3.728 | 6.729 | 4.479 | 3.516 | 3.768 | 3.768 | 3.768 | |
Arbeidsmarktbeleid | 3.211 | 5.516 | 3.806 | 2.843 | 3.095 | 3.095 | 3.095 | |
Programma Veilige Publieke Taak | 20 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Zorg voor politieke ambtsdragers | 497 | 1.213 | 673 | 673 | 673 | 673 | 673 | |
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties | 7 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Arbeidsmarktbeleid | 7 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
7.2 | Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen | 18.248 | 18.409 | 17.203 | 16.085 | 15.271 | 15.317 | 14.297 |
Inkomensoverdrachten | 5.815 | 7.782 | 7.782 | 7.782 | 7.781 | 7.782 | 7.782 | |
Pensioenen en uitkeringen Politieke ambtsdragers | 5.815 | 7.782 | 7.782 | 7.782 | 7.781 | 7.782 | 7.782 | |
Bijdrage aan ZBO's / RWT's | 12.433 | 10.627 | 9.421 | 8.303 | 7.490 | 7.535 | 6.515 | |
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) | 12.433 | 10.627 | 9.421 | 8.303 | 7.490 | 7.535 | 6.515 | |
Ontvangsten: | 2.791 | 635 | 575 | 520 | 450 | 64 | 64 |
D2 Budgetflexibiliteit
Van het totale uitgavenbudget op artikel 7 is 93% juridisch verplicht en dit kent de volgende onderverdeling:
Subsidies
De subsidies zijn 100% juridisch verplicht. Een overzicht van de subsidies is te vinden in de subsidiebijlage.
Opdrachten
De opdrachten zijn 55% juridisch verplicht. Het betreft verplichtingen die aangegaan zijn voor de Internetspiegel, Huis voor klokkenluiders, de helpdesk WNT, arbeidsmarktpanels en bijdragen aan twee programma’s om het politieke ambt te versterken en de positie van raadsleden te verbeteren.
Inkomensoverdrachten
Van het beschikbare budget is 100% juridisch verplicht. Het betreft de financiering van rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers.
Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s
De bijdrage aan ZBO’s/RWT’s is voor 100% juridisch verplicht. Het betreft een bijdrage aan Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP).
E Toelichting op de instrumenten
7.1 Overheid als werkgever
Subsidies
Diverse subsidies
Professionalisering en ondersteuning politieke ambtsdragers
De Minister van BZK subsidieert de beroepsverenigingen van politieke ambtsdragers (Nederlands Genootschap van Burgemeesters, Wethoudersvereniging, Statenlid.nu, Raadslid.nu), met als doel te investeren in professionalisering en ondersteuning van politieke ambtsdragers. In het verlengde hiervan subsidieert de Minister van BZK tevens de Vereniging van Griffiers.
Arbeidsmarktbeleid
De Minister van BZK verstrekt incidenteel subsidie ter bevordering van modern en goed werkgeverschap binnen de publieke sector.
Overlegstelsel
Door het subsidiëren van de Stichting Verdeling Overheidsbijdragen (SVO), het Verbond Sectorwerkgevers Overheid (VSO) en de Stichting Centrum voor Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel draagt de Minister van BZK bij aan het in stand houden van een adequaat overlegstelsel inzake arbeidsmarktbeleid.
Internationaal
De Minister van BZK verstrekt subsidie aan het European Institute of Public Administration, die wordt aangewend ter bevordering van de vaardigheden van overheidsfunctionarissen bij het afhandelen van zaken van de Europese Unie.
Opdrachten
Arbeidsmarktbeleid
De Minister van BZK verstrekt diverse opdrachten om de kennisbasis op het gebied van arbeidsmarktbeleid te vergroten. Het gaat hierbij onder andere om het vergaren van kennis over de omvang en samenstelling van het werknemersbestand in de publieke sector, over de drijfveren en betrokkenheid van de medewerkers, de mate van tevredenheid over de organisatie. Hiermee ondersteunt de Minister van BZK het werkgeverschap op landelijk en lokaal niveau binnen de overheid. Daarnaast worden opdrachten verstrekt ten behoeve van handhaving van de Wet normering topinkomens en de implementatie van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren.
Zorg voor politieke ambtsdragers
Op decentraal niveau zijn er in Nederland ongeveer 12.000 politieke ambtsdragers actief in gemeenten, provincies en waterschappen. Om te zorgen dat er voldoende goed toegeruste politieke ambtsdragers beschikbaar zijn en beschikbaar blijven, werkt de Minister van BZK samen met de beroepsgroepen van politieke ambtsdragers, de griffiers en de koepels van decentrale overheden aan de duurzame versterking van het politieke ambt. Dit gebeurt door te investeren in enerzijds de toerusting en het samenspel van politieke ambtsdragers en anderzijds de zichtbaarheid van de meerwaarde van het politieke ambt.
7.2 Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen
Inkomensoverdracht
Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers
Uit deze middelen worden de rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers gefinancierd. Als gevolg van de verwachte kabinetswisseling naar aanleiding van de verkiezingen in 2017 is er sprake van een sterker beroep op de uitkeringsregeling.
Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP)
Dit betreft de pensioenregelingen van (voormalige) Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen en hun nagelaten betrekkingen.
Ontvangsten
De ontvangsten hebben betrekking op de Garantiewet Surinaamse Pensioenen van de SAIP. Het Ministerie van BZK verrekent jaarlijks een deel van dit bedrag met het Ministerie van Buitenlandse Zaken.