Base description which applies to whole site

3.3 Artikel 3 Koninklijke Landmacht

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Koninklijke Landmacht (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)

Stand 1e suppletoire begroting (2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)

Mutaties Miljoenennota

Overige mutaties 2esuppletoire begroting

Verplichtingen

1.520.832

1.539.354

45.426

‒ 11.485

1.573.295

      

Uitgaven

1.520.832

1.539.354

45.426

‒ 11.485

1.573.295

Waarvan juridisch verplicht

80%

95%

  

104%

      

Programmauitgaven

     

Opdrachten

     

Gereedstelling

74.297

57.192

1.302

‒ 12.209

46.285

Instandhouding materieel

198.144

242.177

5.857

31.000

279.034

      

Apparaatsuitgaven

     

Personele uitgaven

     

Eigen personeel

1.171.766

1.126.189

37.682

‒ 3.433

1.160.438

Externe inhuur

2.926

14.337

‒ 536

‒ 431

13.370

Overige personele exploitatie

54.204

68.935

1.138

‒ 19.595

50.478

Materiële uitgaven

     

Instandhouding infrastructuur

1.374

973

‒ 186

 

787

Overige materiele exploitatie

18.121

29.551

169

‒ 6.817

22.903

      
      
      

Ontvangsten

10.375

10.375

  

10.375

Voor dit artikel worden mutaties met een grootte van € 10,0 miljoen of meer toegelicht.

Uitgaven

OpdrachtenHet budget voor gereedstelling is per saldo met € 10,9 miljoen afgenomen. Dit wordt met name veroorzaakt door een herschikking (€ 10,7 miljoen) van gereedstelling naar instandhouding materieel. Door COVID-19 vinden minder oefeningen plaats en dit leidt tot minder uitgaven op (onder andere) gereedstelling.

Daarentegen is het budget voor instandhouding materieel per saldo met € 36,9 miljoen toegenomen. Deze bijstelling naar boven wordt met name veroorzaakt door een herschikking (€ 31 miljoen) vanuit gereedstelling, personele exploitatie en materiele exploitatie naar instandhouding materieel. Het naar boven bijstellen van instandhouding materieel heeft betrekking op onderhoud dat altijd al op de planning stond, maar vanwege capaciteitsgebrek in het verleden niet is uitgevoerd. In eerste instantie werd verwacht dat de realisatie van instandhouding materieel als gevolg van COVID-19 zou achterblijven. Dit is tot nu toe nog niet het geval geweest. Sterker nog, leveranciers bieden eerder hun diensten aan en factureren ook sneller tijdens de COVID-19 periode omdat Defensie een stabiele partner is.

Personele uitgavenPer saldo is het budget voor eigen personeel met € 34,2 miljoen toegenomen. Dit wordt met name veroorzaakt door hogere uitgaven als gevolg van het arbeidsvoorwaardenakkoord, die vooral bestaan uit de salarisverhoging per 1 juli 2020 (€ 16,8 miljoen) en de verhoging van de eindejaarsuitkering (€ 17,2 miljoen).

Daarentegen is het budget voor overige personele exploitatie afgenomen met € 18,5 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door een herschikking (€ 14,6 miljoen) van personele exploitatie naar instandhouding materieel, omdat als gevolg van COVID-19 het reiskosten- en opleidingsbudget naar beneden is bijgesteld. Er worden minder dienstreizen gemaakt en opleidingen gerealiseerd.

Tot slot is in 2019 met de tweede suppletoire begroting incidenteel geld vanuit de investeringen in materieel ingezet om extra instandhoudings- en gereedstellingsuitgaven te compenseren. Voor de Koninklijke Landmacht ging dit om € 15 miljoen. Met een incidentele herschikking tussen exploitatie en investeringen zijn deze middelen weer toegevoegd aan de investeringen.

Licence