Uitgaven
In onderstaande tabel wordt een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het uitgavenbedrag van het gemeentefonds. Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting 2020 is het uitgavenbedrag van het gemeentefonds met € 146 mln. verlaagd. De in de tabel weergegeven mutaties worden onder de tabel nader verklaard.
Stand uitgavenbedrag vastgestelde begroting 2020 | 31.901.410 | |
Stand uitgavenbedrag eerste suppletoire begroting 20201 | 33.151.951 | |
Stand uitgavenbedrag tweede suppletoire begroting 2020 | 33.582.549 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2020 | ||
1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet opdrachten | ‒ 32 | |
2) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet bijdragen | 4 | |
3) Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2020 | ‒ 136.025 | |
4) Wijziging betalingsverloop integratie-uitkeringen 2020 | ‒ 2 | |
5) Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2020 | ‒ 10.094 | |
Totaal mutaties bij slotwet | ‒ 146.149 | |
Stand uitgavenbedrag slotwet 2020 | 33.436.400 | |
Waarvan uitgavenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet opdrachten | 1.208 | |
Waarvan uitgavenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet bijdragen | 769 | |
Waarvan uitgavenbedrag Algemene uitkering | 26.817.031 | |
Waarvan uitgavenbedrag Integratie-uitkeringen | 4.809.716 | |
Waarvan uitgavenbedrag Decentralisatie-uitkeringen | 1.807.676 |
De wijziging van het uitgavenbedrag is het saldo van een aantal mutaties:
1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingwet opdrachten
Het gerealiseerde bedrag komt totaal € 32 duizend lager uit dan bij 2e suppletoire begroting 2020 werd geraamd. Het budget voor 2020 is daarmee niet volledig tot besteding gekomen. Deze uitgaven zullen in 2021 alsnog worden gedaan. Daarom zullen de uitgaven «Kosten financiële-verhoudingswet» bij Voorjaarsnota 2021 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, conform de bestaande afspraken hierover met het Ministerie van Financiën.
2) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingwet bijdragen
Het gerealiseerde bedrag komt totaal € 4.000 hoger uit dan bij 2e suppletoire begroting 2020 werd geraamd.
3) Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2020
De uitbetalingen aan gemeenten in 2020 blijken lager te zijn dan het beschikbare uitgavenbudget bij 2e suppletoire begroting 2020. Het gaat hierbij om een verschil van € 136 mln. De reden voor het verschil ligt in het feit dat zolang de uitkeringsfactor niet definitief is, de omvang van de betalingen aan de gemeenten kan afwijken van het budget dat in de begroting vermeld staat. Het uitgavenbudget voor de algemene uitkering zal bij Voorjaarsnota 2021 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, zodat de betalingen alsnog plaats kunnen vinden.
4) Wijziging betalingsverloop integratie-uitkeringen 2020
De uitbetalingen aan gemeenten in 2020 blijken lager te zijn dan het beschikbare uitgavenbudget bij 2e suppletoire begroting 2020. Het gaat hierbij om een verschil van € 2.000. Het uitgavenbudget voor de integratie-uitkeringen zal bij Voorjaarsnota 2021 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, zodat de betalingen alsnog plaats kunnen vinden.
5) Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2020
De uitbetalingen aan gemeenten in 2020 blijken lager te zijn dan het beschikbare uitgavenbudget bij 2e suppletoire begroting 2020. Het gaat hierbij om een verschil van € 10 mln. Een specificatie van dit bedrag is opgenomen in de bijlage bij deze slotwet. Het uitgavenbudget voor de decentralisatie-uitkeringen zal bij Voorjaarsnota 2021 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, zodat de betalingen alsnog plaats kunnen vinden.
Verplichtingen
In de volgende tabel wordt ter toelichting een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het verplichtingenbedrag van het gemeentefonds. Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting 2020 is het verplichtingenbedrag met € 14 mln. verlaagd.
Stand verplichtingenbedrag vastgestelde begroting 2020 | 31.901.410 | |
Stand verplichtingenbedrag eerste suppletoire begroting 20201 | 33.065.583 | |
Stand verplichtingenbedrag tweede suppletoire begroting 2020 | 33.496.181 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2020 | ||
1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet opdrachten | ‒ 511 | |
2) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet bijdragen | 39 | |
3) Afboeken oude verplichtingen decentralisatie-uitkeringen | ‒ 13.502 | |
Totaal mutaties bij slotwet | ‒ 13.974 | |
Stand verplichtingenbedrag slotwet 2020 | 33.482.207 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet opdrachten | 729 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet bijdragen | 804 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Algemene uitkering | 26.905.046 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Integratie-uitkeringen | 4.809.717 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Decentralisatie-uitkeringen | 1.765.911 |
De wijziging van het verplichtingenbedrag is als volgt te verklaren:
1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingwet opdrachten
Het gerealiseerde bedrag komt totaal € 511 duizend lager uit dan bij 2e suppletoire begroting 2020 werd geraamd. Dit is veroorzaakt doordat in 2020 minder opdrachten zijn aangegaan dan vooraf geraamd.
2) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingwet bijdragen
Het gerealiseerde bedrag komt totaal € 39 duizend hoger uit dan bij 2e suppletoire begroting 2020 werd geraamd. Dit is veroorzaakt doordat in 2020 iets meer bijdragen zijn verleend dan vooraf geraamd.
3) Afboeken oude verplichtingen DU
Deze boeking hangt samen met het afboeken van enkele oude verplichtingen samenhangend met decentralisatie-uitkeringen uit 2016 en 2017.
Ontvangsten
Sinds de invoering van de Financiële-verhoudingswet zijn de uitgaven en de inkomsten op grond van artikel 4 van die wet over ieder uitkeringsjaar aan elkaar gelijk. Ten opzichte van de 2e suppletoire begrotig 2020 worden de ontvangsten met € 146 mln. verlaagd.