Stand ontwerp begroting | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB | Vastgestelde begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Stand 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2021 | 2021 | 2021 | 2021 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | ||
(1) | (2) | (3)=(1+2) | (4) | (5)=(3+4) | ||||||
Verplichtingen | 871 129 | 1 150 | 872 279 | 80 754 | 953 033 | 28 579 | ‒ 6 327 | 14 720 | 20 485 | |
Uitgaven | 871 129 | 1 150 | 872 279 | 80 754 | 953 033 | 28 579 | ‒ 6 327 | 14 720 | 20 485 | |
7.1.1 | Personele uitgaven | 565 448 | 869 | 566 317 | 8 983 | 575 300 | 10 881 | 10 881 | 10 836 | 9 877 |
Eigen personeel | 553 448 | 869 | 554 317 | 8 983 | 563 300 | 10 881 | 10 881 | 10 836 | 9 877 | |
Inhuur extern | 12 000 | 0 | 12 000 | 0 | 12 000 | 0 | 0 | 0 | ] | |
Overige personele uitgaven | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
7.1.2 | Materiele uitgaven | 305 681 | 281 | 305 962 | 71 771 | 377 733 | 17 698 | ‒ 17 208 | 3 884 | 10 608 |
ICT | 59 931 | 0 | 59 931 | 5 346 | 65 277 | 2 955 | 4 353 | 3 605 | 2 754 | |
Bijdragen aan SSO's | 60 391 | 0 | 60 391 | 0 | 60 391 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Overige materieel | 185 359 | 281 | 185 640 | 66 425 | 252 065 | 14 743 | ‒ 21 561 | 279 | 7 854 | |
7.2 | Koersverschillen | pm | 0 | pm | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 31 750 | 0 | 31 750 | 42 430 | 74 180 | 31 430 | 530 | 530 | 530 | |
7.10 | Diverse ontvangsten | 31 750 | 0 | 31 750 | 42 430 | 74 180 | 31 430 | 530 | 530 | 530 |
7.11 | Koersverschillen | pm | 0 | pm | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
Binnen het apparaatsartikel zijn de verplichtingen gelijk aan de uitgaven. Het verplichtingenbudget wordt daarmee gelijkgetrokken.
Uitgaven
Artikel 7.1.1
De uitgaven voor personeel nemen meerjarig toe. Dit komt voornamelijk door de loon- en prijsontwikkeling, waardoor het budget zowel voor het personeel in Nederland als op de posten stijgt. Deze uitgaven worden vanuit de voorziening binnen de HGIS gefinancierd. Daarnaast stijgen de budgetten door de verwerking van twee door het lid Koopmans c.s. ingediende amendementen voor: (1) nieuwe technologie en wapenbeheersing en (2) middelen voor het bereiken van strategische autonomie. Tot slot wordt vanuit het apparaatsartikel EUR 3,9 miljoen overgeheveld naar artikel 4.1 uit de hiervoor gereserveerde middelen voor het Loket Buitenland (One Stop Shop).
Artikel 7.1.2
De materiële uitgaven nemen toe in 2021. Dit heeft meerdere oorzaken: de toevoeging van eindejaarsmarge uit 2020 (EUR 43,3 miljoen), waaronder de middelenafspraak huisvesting (EUR 14 miljoen) en vertraagde uitgaven op veiligheid van hoog-risico posten (EUR 25 miljoen). Ook worden hogere uitgaven verwacht als gevolg van investeringen binnen de kaders van de huisvestingsstrategie (EUR 42 miljoen) en reguliere loon- en prijsontwikkelingen. Ook worden de tegenvallende consulaire inkomsten (beleidsartikel 4) gedesaldeerd op de overige materiële uitgaven. Dit betreft voor 2021 naar verwachting per saldo (artikel 4.10 en 4.20) EUR 39,7 miljoen. Voor 2021 heeft het kabinet eenmalig EUR 18,2 miljoen beschikbaar gesteld om de tegenvaller te mitigeren.
De tegenvallende consulaire ontvangsten zullen naar verwachting doorwerken in 2022, 2023 en 2024. In 2022 worden ook meer uitgaven verwacht in het kader van de huisvestingsstrategie. Deze extra uitgaven worden net als in 2021 gefinancierd door verkopen (EUR 31 miljoen). Verder werken de loon- en prijsontwikkelingen ook meerjarig door.
Op het gebied van ICT nemen de uitgaven ook toe. Enerzijds is dit het gevolg van loon- en prijsontwikkelingen, anderzijds is dit het gevolg van extra middelen voor de uitvoering van de wet open overheid (WOO). Daarnaast is voor 2021 binnen de HGIS EUR 3,1 miljoen vrijgemaakt voor informatiebeveiliging en security.
Ontvangsten
Artikel 7.10
Ten opzichte van de begroting nemen de ontvangsten toe. Dit komt voornamelijk door verwachte inkomsten uit de verkoop van vastgoed in het buitenland. Deze ontvangsten worden gebruikt om investeringen te realiseren binnen de kaders van de huisvestingsstrategie.