Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 5.049.614 | 5.641.222 | 158.772 | ‒ 108.681 | 5.691.313 | |
Uitgaven | 5.183.369 | 5.572.745 | ‒ 13.683 | ‒ 74.798 | 5.484.264 | |
waarvan juridisch verplicht | 99,7% | 99,7% | 100% | |||
Bekostiging | 4.477.645 | 4.719.830 | 6.421 | ‒ 2.691 | 4.723.560 | |
Bekostiging mbo-instellingen | 4.030.302 | 4.177.875 | 6.421 | ‒ 1.967 | 4.182.329 | |
Bekostiging Caribisch Nederland | 8.616 | 10.707 | 0 | ‒ 771 | 9.936 | |
Bekostiging vavo | 69.883 | 72.161 | 0 | 0 | 72.161 | |
Kwaliteitsafspraken investeringsbudget | 252.785 | 341.147 | 0 | 0 | 341.147 | |
Regionaal Investeringfonds | 22.345 | 22.484 | 0 | 47 | 22.531 | |
Salarismix Randstadregio's | 52.664 | 54.406 | 0 | 0 | 54.406 | |
Regionaal Programma | 30.550 | 30.550 | 0 | 0 | 30.550 | |
Begeleidingsgesprekken jeugdwerkloosheid | 10.500 | 10.500 | 0 | 0 | 10.500 | |
Subsidies (regelingen) | 447.988 | 580.558 | ‒ 1.518 | ‒ 73.304 | 505.736 | |
Praktijkleren | 295.358 | 317.797 | 775 | ‒ 1.215 | 317.357 | |
Leven Lang Ontwikkelen | 6.782 | 7.091 | 0 | ‒ 466 | 6.625 | |
Actieplan Laaggeletterdheid/Tel mee met Taal | 15.283 | 13.844 | 0 | ‒ 123 | 13.721 | |
Loopbaanoriëntatie | 1.809 | 1.267 | 0 | 257 | 1.524 | |
Vakwedstijden mbo | 4.191 | 4.327 | ‒ 136 | ‒ 91 | 4.100 | |
Maatschappelijk diensttijd | 94.677 | 199.677 | 0 | ‒ 69.760 | 129.917 | |
Doorstroom beroepskolom | 0 | 8.000 | ‒ 1.550 | ‒ 6.450 | 0 | |
NGF Laaggeletterdheid | 0 | 0 | 300 | ‒ 300 | 0 | |
Zelftesten | 3.364 | 3.364 | 0 | 0 | 3.364 | |
Overige subsidies | 26.524 | 25.191 | ‒ 907 | 4.844 | 29.128 | |
Opdrachten | 38.346 | 45.640 | ‒ 17.971 | ‒ 2.088 | 25.581 | |
Opdrachten | 21.816 | 28.999 | ‒ 8.321 | ‒ 2.088 | 18.590 | |
Sneltesten | 16.530 | 16.641 | ‒ 9.650 | 0 | 6.991 | |
Bijdrage aan agentschappen | 20.989 | 23.844 | ‒ 726 | 2.216 | 25.334 | |
Dienst Uitvoering Onderwijs | 17.439 | 20.175 | 49 | 2.535 | 22.759 | |
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland | 3.550 | 3.669 | ‒ 775 | ‒ 319 | 2.575 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 72.938 | 68.385 | 611 | ‒ 588 | 68.408 | |
College voor Toetsen en Examens | 9.638 | 503 | 0 | ‒ 503 | 0 | |
Wet SLOA | 1.127 | 264 | ‒ 179 | ‒ 85 | 0 | |
SBB | 62.173 | 67.618 | 790 | 0 | 68.408 | |
Bijdrage aan medeoverheden | 125.463 | 134.488 | ‒ 500 | 1.657 | 135.645 | |
RMC's | 42.703 | 44.666 | ‒ 500 | 500 | 44.666 | |
Caribisch Nederland | 0 | 0 | 0 | 1.157 | 1.157 | |
Educatie | 63.560 | 70.622 | 0 | 0 | 70.622 | |
Regionaal Programma | 19.200 | 19.200 | 0 | 0 | 19.200 | |
Ontvangsten | 4.000 | 4.000 | 0 | 8.625 | 12.625 |
Vastgestelde begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB, NvW en amendementen) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2e suppletoire begroting | |||||
Verplichtingen | 5.049.614 | 5.641.222 | 158.772 | ‒ 108.681 | 5.691.313 | |
waarvan garantieverplichtingen | 0 | 40.632 | 6.917 | 20.088 | 67.637 | |
waarvan overige verplichtingen | 5.049.614 | 5.600.590 | 151.855 | ‒ 128.769 | 5.623.676 |
In de kolom «Mutaties tweede suppletoire begroting 2022» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand eerste suppletoire begroting 2022» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingen worden per saldo met € 50,1 miljoen verhoogd. Dit wordt grotendeels verklaard doordat de garantieverplichtingen per saldo met € 27,0 miljoen zijn toegenomen. Het verschil in de garantieverplichtingen wordt veroorzaakt door leningen en rekening-courant kredieten aan onderwijsinstellingen die in 2022 zijn aangegaan of vervallen en waar het Ministerie van OCW garant voor staat.
Uitgaven
De uitgaven worden per saldo met € 88,5 miljoen verlaagd.
Toelichting per instrument:
Bekostiging
Het budget voor het instrument Bekostiging wordt per saldo met € 3,7 miljoen verhoogd in 2022. Deze verhoging wordt grotendeels veroorzaakt door de volgende mutaties:
• Voor de wachtgelden van het voorbereidend beroepsonderwijs bij de aoc’s wordt er € 8,4 miljoen van het budget Bekostiging mbo-instellingen overgeboekt naar het artikel van het voortgezet onderwijs (Artikel 3).
• Als dekking voor additionele mbo-maatregelen gericht op onder andere krimpproblematiek in het mbo en comeniusbeurzen/mbo-premie, heeft er een herprioritering binnen de OCW-begroting plaatsgevonden. Hiervoor is er € 6,2 miljoen toegevoegd aan het budget Bekostiging mbo-instellingen vanuit 2023.
• In het kader van de subsidieregeling Doorstroom beroepskolom worden de middelen vanuit het CA in 2022 eenmalig via het budget Bekostiging mbo-instellingen besteed in plaats van via het subsidiebudget. Hierdoor wordt het budget verhoogd met € 6,5 miljoen. Deze middelen worden verstrekt aan alle mbo-instellingen met de opdracht om samen met partners in vo en hbo een regionale analyse te maken van de opleidingen waarvoor het gewenst is de onderwijsprogramma’s in de drie sectoren in gezamenlijkheid vorm te geven zodat er een doorlopende leerroute ontstaat. Op basis van de analyse kunnen mbo-instellingen dan in 2023, met hun vo en hbo partners deze doorlopende leerroutes gaan vormgeven.
Subsidies (regelingen)
Het budget voor het instrument Subsidies wordt per saldo met € 74,8 miljoen verlaagd in 2022. Deze verlaging wordt grotendeels veroorzaakt door de volgende mutaties:
• Er zijn enkele mutaties van per saldo ‒ € 69,8 miljoen op het budget Maatschappelijke diensttijd (MDT):
• Er is een meevaller van € 65,3 miljoen doordat de subsidieregeling (met een subsidieplafond van € 170,0 miljoen) niet volledig uitgeput is in 2022 en de opschaling van het programma meer tijd kost.
• Er is een overboeking van € 4,5 miljoen naar het instrument Opdrachten. Dit komt omdat enkele activiteiten voor MDT worden gerealiseerd via een opdracht in plaats van een subsidie. Deze middelen zijn afkomstig uit de CA.
• Een overboeking naar het budget Bekostiging mbo-instellingen van € 6,5 miljoen in het kader van de subsidieregeling Doorstroom beroepskolom (zie toelichting onder Bekostiging).
• Een overboeking van € 4,2 miljoen naar het budget Overige subsidies in het kader van het masterplan basisvaardigheden. Deze CA-middelen worden ingezet voor een subsidie aan het expertisepuntburgerschap voor 2022 t/m 2025 in plaats van een opdracht.
• Er is € 0,3 miljoen voor het Nationaal Groeifonds (NGF)-project ‘Collectief laagopgeleiden en laaggeletterden’ op het instrument Subsidies geboekt. Echter worden deze middelen via het instrument Opdrachten gerealiseerd. Vandaar dat er een overboeking binnen het artikel plaatsvindt om de middelen op het juiste instrument te zetten.
Opdrachten
Het budget voor het instrument Opdrachten wordt per saldo met € 20,1 miljoen verlaagd in 2022. Deze verlaging wordt grotendeels veroorzaakt door de volgende mutaties:
• Een kasschuif van € 11,5 miljoen uit 2022 naar 2023 (€ 4,5 miljoen) , 2024 (€ 4,5 miljoen) en 2025 (€ 2,5 miljoen) in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs (NP Onderwijs). Deze middelen zijn bestemd voor uitvoering, monitoring, evaluatie en onderzoek naar aanleiding van de verlenging van het programma.
• Een kasschuif van € 9,7 miljoen naar 2023 op het budget Sneltesten. Deze middelen zijn nodig om de distributie van sneltesten in 2023 te bekostigen.
• Een overboeking van € 4,5 miljoen van het instrument Subsidies voor het budget MDT (zie toelichting onder Subsidies).
• Een overboeking van € 4,2 miljoen naar het instrument Subsidies in het kader van het masterplan basisvaardigheden (zie toelichting onder Subsidies).
• Een overboeking van € 0,3 miljoen van het instrument Subsidies voor het NGF-project ‘Collectief laagopgeleiden en laaggeletterden’ (zie toelichting onder Subsidies).
Ontvangsten
De ontvangsten worden per saldo met € 8,6 miljoen verhoogd. Deze verhoging wordt grotendeels veroorzaakt door de afrekening van de subsidie Inhaal- en ondersteuningsprogramma’s, onderdeel van het NP Onderwijs (€ 7,3 miljoen).