Base description which applies to whole site

Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten

Goed functionerende markten zijn een motor voor economische ontwikkeling, innovatie en brede welvaart. Dit geldt voor zowel de Nederlandse markt als de Europese interne markt. De Europese interne markt levert door de schaalgrootte nieuwe afzetmogelijkheden, de mogelijkheid om meer te specialiseren en voor nieuwe uitdagers de ruimte om snel op te schalen. Het kabinet zet zich daarom nationaal, Europees en internationaal in voor regels en afspraken die ervoor zorgen dat: (1) consumenten keuzevrijheid hebben, (2) bedrijven op een gelijk speelveld opereren en (3) markten open en transparant zijn.

EZ zet in op het realiseren van de volgende strategische doelen:

  • Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten;

  • Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie;

  • Het voorzien in maatschappelijke behoeften aan statistieken.

1. Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten

De Europese interne markt, met inbegrip van vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal, vormt een kernonderdeel van de Europese Unie en is cruciaal voor het Nederlandse verdienvermogen. Goed functionerende markten die concurrentie stimuleren en waar de consument goed wordt beschermd, leveren een belangrijke bijdrage aan economische groei en innovatie.  

Een goed functionerende interne markt is niet vanzelfsprekend en staat onder druk vanwege geopolitieke spanningen. Daarnaast staat de interne markt in toenemende mate onder druk door oneerlijke concurrentie van binnen en buiten de EU. Digitalisering en vergroening leiden eveneens tot nieuwe uitdagingen. De rapporten van Letta en Draghi over de staat van de interne markt en concurrentiekracht geven weer wat de uitdagingen zijn voor de interne markt. Via een actieagenda voor de interne markt wordt ingezet op het wegnemen van belemmeringen, het verbeteren van de toepassing van interne-marktregels en het versterken van de weerbaarheid van de interne markt (Kamerstuk 22 112, nr. 3437).

EZ zet zich in EU-verband sterk in voor het competitief houden van markten en voor eerlijke onderlinge verhoudingen in markten. Hierdoor wordt de concurrentie tussen bedrijven geborgd, het vrije verkeer van diensten en goederen bevorderd en consumenten beschermd. Modern en toekomstbestendig consumentenbeleid draagt bij aan een sterke positie van consumenten, gezonde concurrentie, keuzevrijheid en kwalitatief goede producten en diensten. Goedwerkend mededingingsbeleid is een belangrijke randvoorwaarde voor de economie als geheel en het generieke vestigingsklimaat in Nederland. Het hangt nauw samen met de rest van ons economische beleid en kan een belangrijke bijdrage leveren aan het mogelijk maken van de complexe transities waar bijvoorbeeld klimaat, energie en digitalisering om vragen. Ook werkt EZ aan goede kaders om aanbestedingen te gebruiken als strategisch beleidsinstrument om doelen als duurzaamheid en open strategische autonomie te bevorderen. Ook de waarborg-, normalisatie- en accreditatiestelsels dragen bij aan de hiervóór genoemde doelen.

2. Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie

De digitale transitie levert ongekende kansen op voor economie en samenleving. Het plukken van de vruchten van de digitale transitie zorgt voor duurzame economische groei en de aanpak van maatschappelijke uitdagingen zoals rond onderwijs, zorg, klimaat en vergrijzing. De ambities, doelstellingen en acties van EZ op het gebied van de digitale economie richting 2030, staan beschreven in de Strategie Digitale Economie (Kamerstuk 26 643, nr. 941) en de agenda digitale open strategische autonomie (Kamerstuk 36 259, nr. 21). Vertrouwen is bij de digitale transitie van essentieel belang. Daarom moeten belangrijke randvoorwaarden als innovatie, veiligheid, eerlijke concurrentie en grip op gegevens geborgd zijn, en moeten we waar nodig risicovolle strategische afhankelijkheden op het gebied van digitale technologieën mitigeren.

In lijn met het Europese digitale beleidsprogramma is een doel van het kabinet om een concurrerende, weerbare en innovatieve digitale economie te behouden en te versterken. Om uitdagingen te adresseren en de vruchten van de digitale transitie te blijven plukken, zet EZ in op het versterken van ons verdienvermogen, digitale open strategische autonomie en de randvoorwaarden hiervoor in een steeds geopolitiekere context met de volgende prioriteiten:

  • Versnellen van digitalisering mkb

  • Stimuleren digitale innovatie en vaardigheden

  • Creëren van de juiste randvoorwaarden voor goedwerkende digitale markten en diensten

  • Behouden en versterken van een veilige, betrouwbare en hoogwaardige digitale infrastructuur

  • Versterken van cybersecurity

3. Het voorzien in maatschappelijke behoeften aan statistieken

EZ is voor het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) systeemverantwoordelijk voor het in stand houden van de onafhankelijke productie van goede en betrouwbare statistieken, en voor rechtmatige en doelmatige besteding van publieke gelden die daarmee gemoeid zijn. Het CBS heeft als onafhankelijk kennisinstituut de taak om betrouwbare statistische informatie te leveren. Onafhankelijke en betrouwbare statistieken zijn van belang om meer inzicht te krijgen in de samenleving en maatschappelijke fenomenen. Deze informatie draagt bij aan het voeren van becijferde maatschappelijke debatten en inzichten voor beleid.

De Minister van Economische Zaken ziet het als zijn taak belemmeringen voor het goed functioneren van markten te verminderen of weg te nemen en innovatie te stimuleren. In dat verband is de Minister systeemverantwoordelijk voor de Mededingingswet, de Aanbestedingswet en voor het functioneren van de Autoriteit Consument en Markt. Ook is hij systeemverantwoordelijk voor de Dienstenwet, de Wet EU-beroepskwalificaties, de Metrologiewet, de Waarborgwet en het stelsel van normalisatie en accreditatie. Hij is voorts op grond van de Telecommunicatiewet verantwoordelijk voor het stellen van regels voor vaste en mobiele communicatienetwerken. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkzaamheden zoals beschreven in de Strategie Digitale Economie (Kamerstuk 26 643, nr. 941). De Minister van Economische Zaken is beleidsverantwoordelijk voor de digitale infrastructuur. Onder de digitale infrastructuur verstaan we de hele keten die zorgt voor connectiviteit, van de telecomnetwerken, zee- en landkabels, datacenters, hosting en internet exchanges tot en met toegang tot de cloud. Op 22 januari 2024 is de Staat van de Digitale Infrastructuur (SDI) naar de Tweede Kamer gestuurd (Kamerstuk 26 643 nr. 1119). De SDI legt de basis voor een integrale aanpak van de digitale infrastructuur door de maatschappelijke meerwaarde van de digitale infrastructuur, de footprint daarvan, het belang van een weerbare en hoogwaardige digitale infrastructuur, en aandachtspunten voor de toekomst, met elkaar te verbinden. De Minister heeft een systeemverantwoordelijkheid voor de statistische informatievoorziening van rijkswege.

Hieruit vloeien de volgende verantwoordelijkheden voort:

Stimuleren

  • Het stimuleren van een goede balans tussen de belangen van bedrijven en consumenten met generiek consumentenbeleid.

  • Het stimuleren van innovatie met digitale technologie in het bedrijfsleven.

  • Het stimuleren van een goede werking van privaat-publieke samenwerking binnen de metrologie, waarborg, normalisatie en accreditatie.

Financieren

  • Het bijdragen aan het goed functioneren van markten door het financieren van een deel van de exploitatie van de Autoriteit Consument en Markt (ACM), van TenderNed (het elektronisch aanbestedingssysteem), PIANOo, en diverse organisaties op het gebied van metrologie, normalisatie, accreditatie en markttoezicht.

  • Het financieren van een deel van de exploitatie van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) en het verrichten van uitgaven voor opdrachten inzake beleidsvoorbereiding en evaluaties voor frequentiebeleid en veiligheid.

  • Het financieren van het CBS om het van overheidswege verrichten van statistisch onderzoek ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap en het openbaar maken van, uit onderzoek samengestelde, statistieken mogelijk te maken.

  • Het bijdragen aan een vrij, veilig en open internet door een financiële bijdrage te leveren aan een aantal (internationale) organisaties op het terrein van Internet Governance, waaronder het Internet Governance Forum (IGF).

(Doen) uitvoeren

  • Het tegengaan van mededingingsbeperkende gedragingen met generiek mededingingsbeleid, zoals opgenomen in de Mededingingswet.

  • Het bijdragen aan de ontwikkeling van Europees en nationaal beleid ten aanzien van consumentenbescherming, aanbestedingsregelgeving, interne markt en mededinging.

  • Het ontwikkelen van frequentiebandspecifiek beleid, in afstemming met Europees spectrumbeleid en gebaseerd op de WRC-23 onderhandelingsresultaten.

  • Het opstellen van regels voor het gebruik van het nationale spectrum, door afspraken te maken in internationaal verband voor harmonisatie en door – in geval van schaarste – te bepalen op welke wijze het nationale spectrum wordt verdeeld.

  • Het realiseren van hoogwaardige en innovatieve breedbandige mobiele communicatie en omroeptoepassingen door verruiming van gebruiksmogelijkheden van het spectrum en door de uitgifte van frequentieruimte.

  • Het evalueren van spectrumuitgifte (MBV 2020 en 3,5 GHz band veiling) en Nota’s Frequentiebeleid (2016) en Mobiele Communicatie (2019).

Regisseren

  • Het borgen van een hoogwaardige en weerbare Nederlandse digitale infrastructuur om bij te dragen aan het huidige en toekomstige verdienvermogen.

  • Het bevorderen van goed functionerende markten door het scheppen van randvoorwaarden via wet- en regelgeving.

  • Het scheppen van de juiste voorwaarden voor concurrentie met de Waarborgwet, de Wet markt en overheid, de Winkeltijdenwet, de Aanbestedingswet 2012, de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie en de Metrologiewet.

  • Het moderniseren van de telecommunicatieregelgeving en digitale wetgeving om deze te kunnen laten meegroeien met de ontwikkelingen in de markt en de behoeftes in de economie en samenleving.

Om – aanvullend op de begroting – de Kamer te informeren over de voortgang en effecten van beleid treft u op de website van het CBS de planning van de CBS-publicaties. Actuele en gedetailleerde informatie over de specifieke beleidsgebieden kunt u vinden op de websites van PIANOo, de ACM (o.a. over de telecommunicatiemarkt), Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (Staat van de Ether, jaarberichten), TNO (Monitor Draadloze Technologie) het CBS (Cybersecuritymonitor en DAB+ ontvangers), NCSC (cybersecurity dreigingen, incidenten en maatregelen) en het Digital Trust Center (DTC) en de website Bedrijvenbeleid in beeld.

Tabel 11 Prestatie-indicatoren

Kengetallen

2019

2020

2021

2022

2023

Ambitie 2025

Bron

1. Connectiviteit – beschikbaarheid vast breedband

97%

99%

>99%

>99%

>99%

>99%

DESI/

EZ1

2. Connectiviteit – beschikbaarheid mobiel breedband via 4G

99+%

99+%

99+%

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

DESI2

3. Connectiviteit – beschikbaarheid mobiel breedband via 5G

n.v.t.

n.v.t.

80%

97%

99+%

99+%

DESI3

4. ICT-veiligheidsincidenten in het bedrijfsleven

      

CBS4

- Uitval ICT-dienst door ICT-veiligheidsincident

27%

13%

11%

11%

   

- Vernietiging data door ICT-veiligheidsincident

3%

2%

1%

1%

   

- Onthulling door intern incident

2%

1%

1%

1%

   
1

2

Beschikbaarheid op basis van DESI-indicator '4G mobile broadband coverage' tot het jaar 2021.

3

Beschikbaarheid op basis van DESI-indicator '5G coverage' vanaf het jaar 2021.

4

Aandeel van de bedrijven die te maken hebben gehad met ICT-veiligheidsincidenten op basis van de Cybersecuritymonitor van het CBS.

In bovenstaande tabel staan de kengetallen uit de laatste Index Digitale Economie en Samenleving (DESI) van de Europese Commissie en de meeste recente CBS-statistieken. De cijfers hebben betrekking op het voorgaande jaar. De kengetallen voor de beschikbaarheid van vast breedband (ten minste 100 Mbits/s, indicator 1) vanaf 2019 zijn afkomstig van de inventarisatie van EZ naar breedbanddekking in Nederland. De cijfers tonen de beschikbaarheid voor het betreffende jaar. In de kolom ambitie 2025 staan de streefwaarden van EZ aan voor genoemde activiteiten. Omdat de DESI vanaf 2021 alleen nog de beschikbaarheid van mobiel breedband via 5G dekking opneemt en niet langer via 4G dekking, is er een extra indicator (4) toegevoegd aan de tabel.

In het kader van het meten van brede welvaart geeft het zich voordoen van ICT-veiligheidsincidenten in het bedrijfsleven een indicatie voor de mate van digitale veiligheid. De tabel presenteert op basis van cijfers van het CBS het percentage bedrijven dat te maken had met ICT-veiligheidsincidenten. Er is enige vertraging in het beschikbaar komen van deze cijfers door het CBS, waardoor alleen de cijfers t/m 2022 in de tabel zijn opgenomen.

1. Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten

Goed functionerende markten zijn niet alleen de motor achter economische ontwikkeling, innovatie en brede welvaart in Nederland. Soepel werkende markten zijn ook nodig om complexe transities mogelijk te maken die bijvoorbeeld klimaat, energie en digitalisering vragen.

Versterking en herstel interne markt

Via een actieagenda voor de interne markt wordt ingezet op het wegnemen van belemmeringen, het verbeteren van de toepassing van interne-marktregels en het versterken van de weerbaarheid van de interne markt (Kamerstuk 22 112, nr. 3437). EZ trekt daarvoor samen met lidstaten op om de interne markt verder te verbeteren. De rapporten van Letta en Draghi38, geschreven op verzoek van respectievelijk de Europese Raad en de Europese Commissie, zullen van invloed zijn op de beleidskeuzes voor de interne markt in 2025. Denk bijvoorbeeld aan het adresseren van territoriale leveringsbeperkingen in de EU. Dit beperkt de vrijheid van Nederlandse bedrijven om producten in te kopen van bedrijven uit andere lidstaten.

Digital Markets Act

De Digital Markets Act (DMA) moet de concurrentie op digitale markten vergroten en daarmee de keuzevrijheid van consumenten en ondernemers verbeteren. De komende tijd zullen de beoogde effecten steeds beter merkbaar worden. Effectief toezicht en handhaving zijn daarbij essentieel, evenals duidelijke informatievoorziening aan ondernemers. Daarom ligt de focus in 2025 op het meten en waar nodig versterken van de effectiviteit van de DMA. Zowel nationaal via de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel tot uitvoering van de DMA en de ontwikkeling van een nieuw afwegingskader, als Europees in het kader van de geplande evaluatie van de DMA in 2026.

Versterking positie consument

EZ zet zich ook in 2025 in voor de versterking van de positie van de consument. Onder andere door het beschermen van consumenten in de digitale economie. EZ blijft bij de Commissie aandacht vragen om met name kwetsbare consumenten, zoals kinderen, beter te beschermen tegen bepaalde schadelijke online handelspraktijken rondom in-app en in-game aankopen. In dat kader gaat EZ de Commissie voorstellen de Europese regelgeving zodanig aan te passen dat loot boxes onder alle omstandigheden kwalificeren als een oneerlijke handelspraktijk. Daarnaast is EZ voornemens de Commissie te vragen om praktijken zoals pay-to-win mechanismen en het gebruik van virtuele munten op Europees niveau strakker te reguleren. Tevens wordt de positie van de consument verder beschermd door de regels over telemarketing en colportage aan te scherpen en het opzeggen van abonnementen te vergemakkelijken. Ook werkt EZ in 2025 aan de implementering van de Europese richtlijn ‘grotere rol voor de consument in de groene transitie’ welke in maart 2026 van kracht gaat. In 2025 worden bedrijven geïnformeerd over de nieuwe regels door middel van een informatietraject. Ook wordt de Europese richtlijn ‘gemeenschappelijke regels voor het stimuleren van reparatie’ naar verwachting voor de zomer van 2024 formeel vastgesteld. Deze richtlijn verplicht producenten onder meer om een product (tegen betaling) te repareren tot maximaal tien jaar nadat het op de markt werd gebracht. In 2025 werkt EZ aan het implementatietraject.

Beter Aanbesteden

Het programma Beter Aanbesteden zet zich sinds 2021 in voor het verspreiden van kennis en kunde over het inkoopproces en het belang van dialoog en samenwerking bij overheden en marktpartijen. Dat doet het programma door regionale ondersteuning, bijeenkomsten, projecten en een subsidieregeling. Beter Aanbesteden stopt na 2024, maar het bevorderen van professionaliteit en dialoog blijft natuurlijk ook daarna relevant. De regiomanagers zijn het gezicht en een belangrijke succesfactor van Beter Aanbesteden. In 2025 werken we aan het onderbrengen van de regiomanagers bij PIANOo zodat dit werk kan worden voortgezet. Waar nodig worden nieuwe doelgroepen betrokken bij het werk en gaat EZ de constructieve dialoog met de samenwerkingspartners (VNO-NCW/MKB Nederland, VNG en PIANOo) voortzetten en waar nodig uitbreiden.

Opdrachtgeverschap en evaluatie PIANOo

PIANOo, het expertisecentrum aanbesteden, speelt een onmisbare rol bij de voorlichting en bewustwording over aanbesteden en inkopen en de professionalisering van de aanbestedingspraktijk. PIANOo brengt experts op inkoop- en aanbestedingsgebied bij elkaar, bundelt kennis en ervaring en geeft advies en praktische tips. Verder stimuleert het expertisecentrum de dialoog tussen opdrachtgevers bij de overheid en het bedrijfsleven. Deze rol wordt in de komende jaren alleen maar belangrijker. Daarom investeert EZ in 2025 verder in juridische expertise en voorlichting bij PIANOo. Hierbij worden de resultaten van de beleidsevaluatie van PIANOo in 2024 meegenomen.

Rechtsbescherming

Momenteel wordt een wijziging van de Aanbestedingswet 2012 voorbereid om de klachtafhandeling bij aanbestedingen te verbeteren. Een onderdeel van de wetswijziging is het aanpassen van de rol van de bestaande Commissie van Aanbestedingsexperts (CvAE), zodat zij meer klachten van ondernemers in behandeling kan nemen en sneller kan adviseren. In de voorgenomen nieuwe situatie zal de CvAE haar adviezen binnen 14 dagen moeten uitbrengen waar tijdens aanbestedende diensten hun aanbestedingsprocedures moeten pauzeren. Dit is een aanzienlijk kortere adviestermijn dan nu de praktijk is. De verwachte inwerkingtreding van de aangepaste wet is januari 2026. We willen dat de CvAE halverwege 2025 volledig kan werken volgens de aangepaste kaders.

2. Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie

Het kabinet wil een concurrerende, weerbare en innovatieve digitale economie waarin ondernemen aantrekkelijk is, bedrijven op een gelijk speelveld concurreren, en consumenten keuzevrijheid en vertrouwen hebben.

EZ is verantwoordelijk voor het creëren van de juiste randvoorwaarden voor goedwerkende digitale markten en diensten. Het zorgen voor een eerlijke, transparantere markt voor data, cloud en AI. En dat online platforms waar mensen massaal gebruik van maken en moeilijk omheen kunnen, meer verantwoordelijkheid nemen voor een eerlijke en open digitale economie, en voor inspanningen met betrekking tot illegale en schadelijke content. Ook is EZ verantwoordelijk voor de implementatie van Europese (digitale) regelgeving zoals de Digitale dienstenverordening, de Dataverordening en de Datagovernanceverordening, de AI Verordening, en de eIDAS Verordening en de e-privacy verordening. Daarnaast is EZ verantwoordelijk voor implementatie van Europese regelgeving die tot doel heeft de fysieke en digitale weerbaarheid van onder de richtlijn vallende bedrijven en organisaties te vergroten, waaronder de NIS2, de CER-richtlijnen en de Gigabit Infrastructure Act.

Digitale dienstenverordening (Digital Services Act - DSA)

De DSA harmoniseert de regels die van toepassing zijn op zogenaamde aanbieders van tussenhandeldiensten, waaronder online platforms, online marktplaatsen, sociale mediadiensten en internetaanbieders. De DSA is met ingang van 17 februari 2024 van toepassing op alle tussenhandeldiensten. Vanaf die datum moeten zij voldoen aan de verplichtingen uit de verordening en moet er toezicht op worden gehouden door de lidstaten. In 2025 zet EZ in op het effectief mogelijk maken van dat toezicht en dat de aangewezen toezichthouders van de benodigde bevoegdheden gebruik kunnen maken.

Dataverordening (Data Act) en de Datagovernanceverordening (DGA)

De Dataverordening beoogt het gebruik van data te bevorderen en de waarde van data gelijkwaardiger te verdelen over gebruikers en andere betrokken partijen. Voor de Dataverordening wordt onder andere toezicht gehouden op aanbieders van IoT-producten en aanbieders van clouddiensten in alle sectoren, op dataverzoeken van overheden in de Europese Unie, op partijen die contracten voor datadeling opstellen en op operators in dataruimtes.

De DGA schept een kader voor het vertrouwd delen van data. Het doel is om data meer beschikbaar te maken voor hergebruik en tegelijk organisaties en personen meer grip op hun data te geven. Samen met de Dataverordening vormt de DGA een kader om de data-economie te stimuleren en tegelijk het vertrouwen in de data-economie te vergroten. De DGA regelt gelijke toegang tot overheidsdata die niet onder de opendata richtlijn valt, regels voor databemiddelingsdiensten (partijen die datadeling faciliteren), eisen aan een vrijwillige label voor data-altruïstische organisaties. In 2025 werkt EZ aan een effectief en consistent toezicht op de verordeningen door het creëren van beoordelingskaders in samenwerking met de aangewezen toezichthouders en het aan de buitenwereld te communiceren van de implicaties van deze verordeningen.

AI Verordening (AI-Act)

De Europese AI Verordening reguleert AI-systemen in het private en publieke domein op basis van het risico dat deze technologie met zich meebrengt. De verordening heeft als doel burgers vertrouwen te geven in AI door te zorgen dat veilige AI-systemen de interne markt op komen met waarborgen voor de bescherming van fundamentele rechten. Regels om de specifieke risico’s van Al-systemen te voorkomen en te mitigeren worden tussen februari 2025 en augustus 2027 stapsgewijs van toepassing. De verordening brengt nieuwe toezichtstaken met zich mee waar uiterlijk in 2025 invulling aan moet worden gegeven. Nederland is als lidstaat op grond van het Europese verdrag en de betreffende wetgeving verplicht om te borgen dat deze wetgeving effectief wordt geïmplementeerd. EZ trekt het opstellen van de benodigde uitvoeringswet om o.a. het toezicht wettelijk vast te leggen. Het streven is om die wetgeving in 2025 naar het parlement te kunnen sturen. Daarnaast zet EZ in 2025 in op ondersteuning van bedrijven bij het voldoen aan de AI Verordening. Dit gebeurt door middel van heldere communicatie, het ondersteunen van de NEN bij het opstellen van AI-normen en de voorbereiding van de inrichting van regulatory sandboxes bij de toezichthouders.

eIDAS Verordening en de e-privacy verordening

Het beschermen van persoonsgegevens en de verbetering van de beveiliging en vertrouwelijkheid van communicatie verdient blijvende aandacht. EZ werkt ook in 2025 aan het waarborgen van het vertrouwelijke karakter van communicatie door middel van de uitvoeringswetgeving herziene eIDAS-verordening (gedeeltelijk samen met BZK), wijziging besluit en regeling vertrouwensdiensten en het voortzetten van deelname aan Large Scale Pilots om continuïteit te borgen. EZ blijft zich ook inzetten voor de totstandkoming van de e-privacy verordening.

NIS2, Cyberbeveiligingswet

Vanuit de Europese Unie wordt sinds 2020 gewerkt aan regelgeving ter bescherming van belangrijke, essentiële en kritieke entiteiten. Dit heeft geleid tot de NIS2 en de CER-richtlijnen. Het doel van deze richtlijnen is om de weerbaarheid in het digitale en fysieke domein van specifieke sectoren binnen de EU naar een hoger gemeenschappelijk niveau te brengen. Deze richtlijnen worden door het Ministerie van J&V gecoördineerd en in samenhang met sectorale regelgeving geïmplementeerd. Entiteiten moeten passende en evenredige maatregelen nemen om de risico’s voor de beveiliging van hun netwerk- en informatiesystemen, die zij gebruiken voor hun werkzaamheden of voor het verlenen van hun dienst, te beheersen. Deze maatregelen omvatten o.a. afhandeling van incidenten, bedrijfscontinuïteit en de beveiliging van toeleveringsketens (supply chain security). In 2025 zet EZ in op de naleving van de verplichtingen uit de richtlijn NIS2. Essentiële entiteiten vallen onder proactief toezicht en belangrijke entiteiten vallen onder reactief toezicht.

Gigabit Infrastructure Act (GIA)

Eindgebruikers moeten op termijn beschikken over een 1 Gbps aansluiting en dekking van 5G of gelijkwaardige technologie in alle bevolkte gebieden. De verordening moet onder meer zorgen dat vergunningen in alle lidstaten gemakkelijker zijn te verkrijgen zodat infrastructuur zoals glasvezel en 5G sneller wordt uitgerold. Hiermee worden nieuwe regels opgesteld om aanbieders en communicatienetwerken in staat te stellen de toegang tot fysieke infrastructuur en digitale toegankelijke vergunningsprocedures te verbeteren. Iedere burger moet dan in heel Nederland beschikken over toegang tot een hoogwaardige digitale infrastructuur waarvan de eisen over tijd meebewegen met de actuele stand van de techniek. In 2024 werkt EZ aan het afronden van de Europese onderhandelingen over de GIA. Vanaf 2025 zet EZ de implementatie daarvan in Nederland voort.

Digitale infrastructuur en connectiviteit

In 2024 is de Staat van de Digitale Infrastructuur uitgebracht, waarmee in kaart is gebracht wat het belang is van onze digitale infrastructuur en wat EZ doet om de digitale infrastructuur te onderhouden, te versterken en te beschermen. In 2025 werkt EZ zowel op nationaal als Europees niveau verder aan beleid voor het behouden en versterken van een veilige, betrouwbare en hoogwaardige digitale infrastructuur. Hierbij wordt ook specifieke aandacht besteed aan de situatie in Caribisch Nederland.

Actieplan Duurzame Digitalisering

Digitalisering biedt grote kansen voor het behalen van de klimaatdoelstellingen voor Nederland. Tegelijkertijd draagt digitalisering zelf ook bij aan de emissie van broeikasgassen. Hier ligt een verduurzamingsopgave voor de sector zelf. Er zijn in 2023 onderzoeken gedaan waarop in 2024 concreet beleidsvoorstellen gedaan zijn in het Actieplan Duurzame Digitalisering. In 2025 zet EZ in nauwe samenwerking met andere departementen in op het uitvoeren van het actieplan.

Future Network Services (FNS)

Het 6G Future Network Services programma (FNS) is een meerjarig publiek-privaat onderzoeks- en innovatieprogramma met een groot aantal betrokken bedrijven, onderzoeks- en onderwijsinstellingen. Het FNS programma richt zich op het verzilveren van kansen voor 6G en daarmee op het creëren van een internationale toppositie voor Nederland in 6G. De focus ligt op specifieke en onderling verbonden onderdelen van 6G: intelligente radiocomponenten en antennes, intelligente netwerken en leidende toepassingen in belangrijke sectoren. Het programma is begin 2024 van start gegaan. In 2025 continueert EZ het werk rond het uitvoeren van de eerste fase van het FNS-programma met middelen van het Nationaal Groeifonds.

IPCEI CIS/Cloud

EZ zet in 2025 verder in op het monitoren van de uitvoering van de IPCEI CIS (Important Project of Common European Interest Cloud Infrastructuur en Services) ten behoeve van de verbetering van de digitale infrastructuur en diensten via dit instrument.

AI-ecosysteem

EZ richt zich in 2025 op het verder versterken van het AI-ecosysteem, onder andere door de uitvoering van het publiek-private meerjaren programma AiNed. AiNed is een investeringsprogramma om het potentieel van artificiële intelligentie (AI) voor de Nederlandse economie en samenleving te benutten, bijvoorbeeld door AI-projecten van het mkb te ondersteunen. Momenteel werkt AiNed aan de voorbereiding van verschillende AI-innovatielabs, waarbij kansen voor generatieve AI worden geïncorporeerd met toepassingen in gezondheidszorg, energie, productie en mobiliteit. Ook wordt het ecosysteem versterkt via de publiek-private Nederlandse AI Coalitie (NLAIC). Deze coalitie is erop gericht om (internationale) publiek-private samenwerking in het land te versterken en krachten te bundelen op het gebied van kennis, innovatie en vaardigheden. Dit moet Nederland internationaal positioneren als één AI-ecosysteem, met als doel het aanjagen van het verzilveren van kansen voor mensgerichte AI. Zeven regionale AI-hubs zorgen voor het verbinden van innovatieve mkb, kennisinstellingen en andere organisaties bij de Nederlandse AI-benadering. Voor de financiering van digitale innovatie op AI worden ook open calls van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoeken (NWO) en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) ingezet. In dit kader zal het meerjarige ROBUST-programma met ICAI-labs verder worden uitgerold om fundamenteel AI-onderzoek met bedrijven te stimuleren. Ten slotte zet EZ in 2025 verder in op het versterken van het Nederlandse AI-ecosysteem door de toegang voor bedrijven en onderzoekers tot supercomputers, hoogwaardige kennis en data te faciliteren. Nationaal Onderwijs Lab AI (NOLAI) is een Nationaal Groeifonds project gericht op het ontwikkelen van AI toepassingen samen met het onderwijs tussen 2022 en 2032. Samen met scholen, wetenschappers en bedrijven worden co-creatie projecten ontwikkeld die aansluiten op de behoeften van het basis, speciaal en voortgezet onderwijs. Tegelijkertijd heeft NOLAI het doel om de pedagogische, maatschappelijke en sociale consequenties van digitale onderwijsinnovaties inzichtelijk te maken. Wetenschappers vanuit verschillende disciplines werken samen om het verantwoordelijk gebruik van AI te borgen in het Nederlandse onderwijs. In 2025 continueert EZ het werk rond NOLAI gericht op het monitoren van de co-creatie projecten en opschalen van succesvolle projecten.

KIA-digitalisering

De Nederlandse overheid werkt met Kennis- en Innovatieagenda’s (KIA) om de nationale inspanningen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie te coördineren en te sturen. In 2023 is voor het eerst een KIA Digitalisering gepresenteerd. Deze agenda biedt een strategisch kader voor de programmering van kennis en innovatie op het gebied van digitalisering en digitale innovatie binnen het Missiegedreven Topsectoren- en Innovatiebeleid. Hierbij hoort het stimuleren van de samenwerking tussen kennisinstellingen, bedrijven en overheden, zoals de Nederlandse AI Coalitie. Door krachten te bundelen kan nieuwe kennis en kunde sneller ontwikkeld en toegepast worden op het gebied van (sleutel)technologieën zoals AI, cloud, 6G, immersive technologie en digital twinning in lijn met de uitwerking van de Nationale Technologie Strategie. EZ ondersteunt ook in 2025 het Topteam ICT bij de realisatie van het Kennis- en Innovatieconvenant 2024-2027 voor uitvoering van deze KIA Digitalisering. Dit betekent ook concreet het ondersteunen van publiek-private samenwerkingsverbanden (PPS) zoals de hierboven vermelde Nederlandse AI Coalitie.

Motie Schouw

Met de uitvoering van het (digitaal) economisch beleid geeft het kabinet mede invulling aan de landenspecifieke aanbeveling van de Europese Commissie voor 2024-2025 om overheidsinvesteringen aan te moedigen en toe te spitsen op de versnelling van de digitale transitie, met name op de ontwikkeling van digitale vaardigheden. In de afgelopen jaren heeft het kabinet diverse investeringen gedaan in de digitale transitie die ook in 2025 worden voortgezet. Zo loopt via het Nationaal Groeifonds de investeringen in kunstmatige intelligentie en onderwijsinnovatie (AiNed investeringsprogramma en NOLAI) door. Binnen artikel 1 van de EZ- begroting wordt daarnaast invulling gegeven door het DIGITAL Europe programma. Het kabinet continueert ook het in februari 2023 uitgebrachte actieplan groene en digitale banen gericht op het verhogen van de instroom in bètatechnisch onderwijs, het behoud en vergroten van de instroom in de bètatechnische arbeidsmarkt, arbeidsproductiviteits-groei, en het versterken van governance en tegengaan van versnippering. Hiermee voldoet het kabinet aan de motie Schouw (Kamerstuk 21 501-20, nr. 537).

Tabel 12 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Verplichtingen

349.133

477.191

469.758

327.262

360.354

316.695

326.441

        

Uitgaven

335.956

400.083

465.763

423.200

424.720

390.814

342.488

        

Subsidies (regelingen)

31.800

78.344

138.748

101.534

103.597

69.284

23.399

Cyber security

6.416

2.154

1.176

    

Subsidiemaatregel telecom Caribisch Nederland

3.560

7.800

3.500

3.500

3.500

3.500

3.500

EU-cofinanciering Digital Europe

4.246

4.546

13.050

13.775

14.596

8.647

3.446

Beter aanbesteden

297

295

     

NGF - project AiNed

10.519

32.838

36.841

37.620

56.204

6.000

3.000

NGF - project Nationaal Onderwijslab

6.538

5.924

9.821

16.756

9.096

35.797

2.000

NGF - project 6G

 

24.787

25.759

9.682

   

NGF - projecten Subsidie route

  

20.201

20.201

20.201

15.340

11.453

Inkoopdomein

224

      

Digitale veiligheid

  

28.400

    
        

Opdrachten

31.500

27.811

47.097

46.588

46.735

47.408

46.206

Onderzoek&opdrachten

2.484

4.487

6.904

3.623

5.615

3.747

3.622

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties

3.693

3.475

4.108

4.043

4.478

7.155

5.068

Digital trust centre

408

3.763

6.936

6.800

7.645

7.675

7.875

Cyber security

4.083

7.741

11.609

12.085

11.854

12.619

12.901

ICT beleid

8.298

5.002

8.338

11.709

9.005

8.084

8.612

Terugbetaling boetes ACM

11.338

      

CSIRT - DSP

19

1.040

6.971

8.328

8.138

8.128

8.128

Nationaal Groeifonds

1.177

2.231

2.231

    

Vervolgprogramma beter aanbesteden

 

72

     
        

Bijdrage aan agentschappen

67.540

77.158

69.372

66.056

66.665

66.869

66.540

Bijdrage RVO.nl

23.599

27.112

15.783

13.213

13.192

13.136

13.079

Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI)

43.941

50.046

53.589

52.843

53.473

53.733

53.461

        

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

201.068

211.223

205.821

204.242

202.985

202.551

201.637

Bijdrage Metrologie

17.293

12.238

12.924

12.924

12.924

12.924

12.924

Raad voor de Accreditatie

1.394

1.645

838

1.009

481

479

476

Bijdrage ACM

726

899

899

899

899

899

899

Bijdrage aan het CBS

181.655

196.441

191.160

189.410

188.681

188.249

187.338

        

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

4.048

5.547

4.725

4.780

4.738

4.702

4.706

Bijdrage Nederlands Normalisatie Instituut

1.254

1.468

1.468

1.468

1.468

1.468

1.468

Bijdrage aan internationale organisaties

2.794

4.079

3.257

3.312

3.270

3.234

3.238

        

Ontvangsten

171.159

222.080

43.679

44.684

45.923

47.174

48.235

Ontvangsten ACM

162

162

162

162

162

162

162

Ontvangsten High Trust

28.060

40.200

41.550

42.450

43.575

44.700

44.700

Diverse ontvangsten

142.937

181.718

1.967

2.072

2.186

2.312

3.373

Tabel 13 Uitsplitsing verplichtingen (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Verplichtingen

349.133

477.191

469.758

327.262

360.354

316.695

326.441

waarvan garantieverplichtingen

       

waarvan overige verplichtingen

349.133

477.191

469.758

327.262

360.354

316.695

326.441

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 14 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2025

Juridisch verplicht

93%

Bestuurlijk gebonden

7%

Beleidsmatig gereserveerd

0%

Vrij te besteden

0%

Juridisch verplicht

  • Subsidies (regelingen): Een groot deel van de subsidie-instrumenten zijn volledig juridisch verplicht; voorbeelden zijn NGF-project AlNed en Cyber Security.

  • Opdrachten: Een aantal opdrachten is reeds voor meerdere jaren aangegaan en dus juridisch verplicht. Dit geldt voor o.a. de bemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden.

  • Bijdragen aan agentschappen: De opdrachten worden voorafgaand aan het begrotingsjaar verstrekt en zijn daarmee 100% juridisch verplicht. Dit geldt bijvoorbeeld voor opdrachten aan RDI en RVO.

  • Bijdragen aan ZBO's en RWT's: Betreft wettelijke taken van o.a. VSL, RvA en CBS.

  • Bijdragen aan Internationale Organisaties: Betreft o.a. de bijdrage aan de Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN).

Bestuurlijk gebonden

  • Betreft deels subsidies in het kader van EU-cofinanciering Digital Europe waarvoor voor 2025 al afspraken zijn gemaakt op basis van eerdere calls, en middelen voor de opdrachten en onderzoek door het Nationaal Groeifonds.

Beleidsmatig gereserveerd

  • Overige beschikbare budgetten waarover EZ momenteel in gesprek is met interne en externe organisaties.

Subsidies

Cybersecurity 

Naast de activiteiten van het Digital Trust Center wordt subsidie verstrekt aan groepen van bedrijven in niet-vitale sectoren die op cybersecurity-terrein willen samenwerken, in hun keten, regio of sector. De uitvoering van de subsidieregeling Cyberweerbaarheid ligt bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Daarnaast wordt voor het verhogen van cyberveiligheid bij kleinere midden- en kleinbedrijf (2-50 werknemers) de subsidieregeling Mijn Cyberweerbare Zaak opengesteld. Deze bedrijven kunnen producten en/of diensten aanschaffen en subsidie hiervoor ontvangen. Met een hoge cyberweerbaarheid zijn hun IT-systemen beter beschermd tegen externe bedreigingen zoals cyberaanvallen.

Telecom Caribisch Nederland

Omdat de vaste lasten van essentiële diensten, zoals telecommunicatie en meer specifiek vast internet, op Caribisch Nederland relatief hoog zijn en deze diensten meer dan ooit nodig zijn in het kader van digitalisering, neemt het kabinet maatregelen om deze kosten te verlagen. Voor telecommunicatie stelt het kabinet voor 2023-2026 25 USD per aansluiting per maand beschikbaar op Bonaire en 35 USD per aansluiting per maand voor Saba en Sint Eustatius om de kosten van een vaste internetverbinding te verlagen. Hiervoor is in totaal € 3,5 mln per jaar beschikbaar.

EU- cofinanciering Digital Europe

Het Digital Europe Programme (DEP) is een programma binnen het MFK (Meerjarig Financieel Kader van de EU) om het innovatie- en concurrentievermogen van de EU te verhogen en de strategische digitale capaciteiten te versterken. Dit is aanvullend op het Horizon Europe Programma, dat zich meer richt op onderzoek en innovatie. De voorgestelde prioriteiten binnen het programma zijn onder meer: artificiële intelligentie, cybersecurity en vertrouwen, digitale vaardigheden voor gevorderden en European Digital Innovation Hubs.

Projecten Nationaal Groeifonds (NGF)

Voor een toelichting op de projecten die worden gefinancierd uit het NGF wordt verwezen naar Bijlage 8: Nationaal Groeifondsprojecten EZ.

Opdrachten

Onderzoek en opdrachten

Dit betreft onderzoeksopdrachten die dienen ter ondersteuning van het beleid op het gebied van onder andere marktordening, mededinging, consumenten, aanbestedingen, Europese zaken en strategie en telecom en digitaal.

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties

Dit betreft opdrachten die gericht zijn op het verdelen van frequentiebanden, lokaal beleid en digitale connectiviteit, straling en gezondheid, programma omroep, regulering telecommarkt/telecomcode nummerbeleid en opdrachten die gericht zijn op een robuuste en betrouwbare digitale communicatie-infrastructuur die weerbaar is tegen diverse dreigingen voor de nationale veiligheid. Hieronder vallen sabotage of verstoring van vitale infrastructuur, weglekken van sensitieve technologie en kennis, en het ontstaan van risicovolle strategische afhankelijkheden binnen vitale infrastructuur of sensitieve technologie waarmee Nederland politiek onder druk kan worden gezet.

Digital Trust Center (DTC)

Het DTC is er om het «niet-vitale bedrijfsleven» beter in staat te stellen hun eigen cyberweerbaarheid te organiseren. De middelen worden o.a. gebruikt voor het beheer, de doorontwikkeling en gebruik van een online platform/community, kennisopbouw over cyberrisico's en kennisdeling met de doelgroep niet-vitaal bedrijfsleven. In 2025 zal de integratie van het DTC met Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) verder vorm worden gegeven opdat deze integratie gericht op het realiseren van één nationaal loket voor bedrijven en «best of both worlds» eind 2025 voltooid is.

Cybersecurity

Dit betreft opdrachten en subsidies voor o.a. de publiekscampagne ‘Doe je updates’, het versterken van inzet op Europese wet- en regelgeving zoals de Cyber Resilience Act, certificering en toezichtstaken en de werkzaamheden rondom cybersecurity kennis, innovatie en personeel via het platform Dcypher en het Nationaal Coördinatiecentrum (NEXIS-NCC).

ICT-beleid

Aantal werkzaamheden bestaan uit het doen van concrete kennis- en innovatie calls, die voortvloeien vanuit de Kennis- en Innovatie Agenda. Deze innovatie- en onderzoekscalls zullen mede worden vormgegeven door de (vak)departementen. Het in te zetten instrumentarium zal onder meer bestaan uit calls in samenwerking met NWO, formuleren en versterken van specifieke kennisvragen met SMO (Samenwerkingsmiddelen Onderzoek) programmering van TNO en het (mede) ontwikkelen van instrumenten ten behoeve van een technology transfer facility. Het kabinet heeft als doel om in 2030 één miljoen geschoolde mensen werkzaam te hebben op de arbeidsmark ICT ten behoeve van de digitale transitie van Nederland (Actieplan Groene en Digitale banen). Ter ondersteuning hiervan wordt voor de jaren 2024-2027 in totaal ruim € 3,8 mln beschikbaar gesteld voor publiek en private samenwerking in de regio.

CSIRT - DSP

Het CSIRT voor digitale diensten (Computer Security Incident Response Team) is een gespecialiseerd team van professionals die snel kunnen handelen bij een beveiligingsincident met computers of netwerk. Een CSIRT geeft, naast het nemen van maatregelen, advies bij incidenten en zorgt voor het opsporen en analyseren van dreigingen. Het CSIRT-DSP verzorgt de informatievoorziening voor clouddiensten, onlinezoekmachines en online-marktplaatsen. In 2025 zal de integratie van CSIRT-DSP met het NCSC definitief beslag krijgen.

Opdracht- en onderzoeksbudget Nationaal Groeifonds

Dit betreft het budget voor de ondersteuning van de Adviescommissie Nationaal Groeifonds. Hieronder vallen de onkostenvergoedingen van de commissieleden en inhuur van expertise ter ondersteuning van en communicatie ten behoeve van de adviescommissie.

Bijdrage aan agentschappen

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)

RVO is als uitvoerende dienst van het Ministerie van EZ onder meer verantwoordelijk voor de voorlichting van ondernemers over de aanbestedingsregelgeving. Hieronder vallen ook de taken van PIANOo als expertisecentrum voor aanbestedende diensten en het daarbij behorende TenderNed, het systeem voor het elektronisch aanbesteden. Daarnaast is RVO verantwoordelijk voor o.a. opdrachten op het gebied van digitalisering en cybersecurity, zoals het National Contact Point Digital EU en National Coordination Centre voor digitale veiligheid. Ook voert RVO ondersteunende taken uit voor het NGF.

Rijksinspectie Digitale Infrastuctuur (RDI)

RDI draagt onder meer zorg voor de toelating tot het frequentie spectrum en ziet toe op het juiste gebruik daarvan. De voornaamste uitvoeringstaken zijn voorlichting in het kader van het antennebeleid, juridische procedures en een bijdrage voor werkzaamheden in het kader van vergunningvrije toepassingen. De toezichtstaken hebben betrekking op onder meer toezicht op ondergrondse netten (WIBON), Metrologiewet, Waarborgwet, bevoegd aftappen en dataretentie, en de Cybersecuritywet voor netwerkbeveiliging en informatiebeveiliging (NIB-richtlijn). De RDI voert het toezicht uit op de Europese eIDAS-Verordening, de Cyber Security Act (CSA) en de NIS2- en CER-richtlijnen.

Bijdrage aan ZBO's/ RWT's

Metrologie

Met de Metrologiewet worden nationale meetstandaarden beschikbaar gesteld, die de basis vormen voor een internationaal herleidbare metrologische infrastructuur. Het gebruik van gecontroleerde meetinstrumenten bij het leveren van goederen draagt onder andere bij aan eerlijke handel- en consumentenbescherming. VSL B.V. is het nationaal metrologisch instituut (NMI) van Nederland. VSL B.V. ontwikkelt, beheert en onderhoudt de nationale meetstandaarden in opdracht van EZ op basis van een overeenkomst voor onbepaalde tijd.

Raad voor Accreditatie (RvA)

De RvA is een ZBO dat controleert of een keuringsinstantie, certificerings-instantie, inspectie-instantie of een laboratorium aan de accreditatienormen voldoet. De taken van de RvA zijn vastgelegd in de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie. De RvA ontvangt jaarlijks een bijdrage van de Staat voor Europese en internationale activiteiten die relevant zijn voor de accreditatiesector als geheel. Verder ontvangt de RvA van 2022 t/m 2026 een subsidie voor het ICT-programma Informatiegestuurd Werken en voor de jaren 2024 en 2025 een Werk aan Uitvoering (WaU)-uitkering.

Autoriteit Consument en Markt (ACM)

De ACM is belast met wettelijke taken op het gebied van het generieke mededingingstoezicht (Mededingingswet), generieke consumentenbescherming (Wet handhaving consumentenbescherming), de regulering van de telecommarkt en het sectorspecifieke markttoezicht in de sectoren energie, telecommunicatie, post en vervoer. De apparaatsuitgaven van de ACM zijn geraamd op artikel 40 van de EZ-begroting, net als de kosten van de ACM die worden doorbelast naar marktorganisaties die onder het ACM-toezicht vallen. Het bedrag op artikel 1 betreft de geraamde kosten van de leden van het bestuur van de ACM.

Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS)

Het CBS is opgericht vanuit de behoefte aan onafhankelijke, betrouwbare informatie om maatschappelijke vraagstukken te begrijpen. Het CBS heeft als onafhankelijk kennisinstituut dan ook tot taak het publiceren van betrouwbare en samenhangende statistische informatie, waardoor becijferde maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden. Het werkterrein van het CBS omvat onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Informatie over het CBS en Caribisch Nederland treft u onder meer aan op Statline, de databank van het CBS. Voor Caribisch Nederland maakt het CBS statistieken over tal van onderwerpen.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Nederlands Normalisatie Instituut (NEN)

NEN ontvangt een bijdrage van de Staat voor het uitvoeren van werkzaamheden die voortvloeien uit de Europese verordening voor normalisatie (Verordening (EU) Nr. 1025/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012) en de Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen die gaat over het verstrekken van informatie over normen. Tevens is de bijdrage bedoeld voor het informeren van Nederlandse belanghebbenden over initiatieven van de Europese en mondiale normalisatie-instellingen. Daarnaast gebruikt het NEN de bijdrage voor een deel van de contributies die het NEN verschuldigd is aan de Europese en mondiale normalisatie-instellingen, voor de controle op actualiteit van verwijzingen naar normen in regelgeving en kennisgeving aan ministeries indien verwezen wordt naar ingetrokken normen.

Internationale organisaties

Dit betreft bijdragen aan:

  • Universal Postal Union (UPU): een internationale organisatie die de verschillende postovergangen tussen UPU-lidstaten controleert. Elke lidstaat gaat dan ook akkoord met de regels voor het internationaal postverkeer. Het is formeel een gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties. De UPU speelt een belangrijke rol in het optimaliseren van postdiensten. De hoofddoelen van de UPU zijn de promotie van het mondiale postverkeer, toename van het aantal verwerkte poststukken door te voorzien in moderne producten en diensten, en een hoge servicekwaliteit voor de consument.

  • International Telecommunication Union (ITU): binnen de ITU worden o.a. internationale afspraken gemaakt over wereldwijde toewijzing van radiofrequenties aan categorieën van diensten en over de toewijzing van (schaarse) ruimteposities aan satellietsystemen.

  • European Conference of Postal and Telecommunications Administrations (CEPT): De inzet in de UPU en ITU wordt regionaal voorbereid. Voor landen in Europa is daarvoor CEPT het aangewezen kanaal. EZ draagt jaarlijks bij aan de kosten van ERO (het permanente ondersteunende bureau van CEPT in Kopenhagen).

  • Internationale organisaties metrologie. Dit betreft bijdragen aan Organisation Internationale de Métrologie Légale (OIML), WELMEC en Bureau International des Poids et Mesures (BIPM). De bijdragen liggen vast in internationale verdragen.

  • Internet Governance Forum (IGF). EZ doneert jaarlijks een bedrag aan het secretariaat van het IGF. Dit forum is voortgekomen uit de VN-top World Summit on Information Society in 2005.

  • Global Partnership on Artificial Intelligence (GPAI) Secretariat, een jaarlijkse bijdrage aan OECD.

  • Het Verdrag inzake het onderzoek en de stempeling van edelmetalen werken, Wenen, 15 november 1972. De bijdrage ligt vast in Annex 1 van de "Compilation of Act» van het Verdrag.

Toelichting op de ontvangsten

High Trust

Deze ontvangsten hebben betrekking op boetes die toezichthouders van EZ opleggen en waar – in het kader van het zogenaamde High Trust-beleid – een meerjarige raming voor wordt aangehouden. Verreweg het grootste deel van de ontvangsten betreft boetes die opgelegd worden door de ACM.

Diverse ontvangsten

Dit betreft de ontvangsten van de veiling van de frequenties voor de landelijke 5G-netwerken die in de zomer van 2024 heeft plaatsgevonden.

Extracomptabele fiscale regelingen

Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, is er een fiscale regeling die betrekking heeft op dit beleidsterrein. Het betreft de Btw-vrijstelling voor post. Voor een beschrijving van de regeling, de doelstelling, verwijzing naar de wettekst, verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en de ramingsgrond wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota ‘Toelichting op de fiscale regelingen’.

38

Het rapport van Mario Draghi over de interne markt volgt naar verwachting in september.

Licence