Op dit artikel worden de producten op het gebied van regionale/lokale infrastructuur, de impulsen inzake de Regionale Mobiliteitsfondsen en het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) toegelicht. De producten van dit artikel zijn gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2021 | 2021 | ||
Verplichtingen | 107.860 | 8.201 | 56.127 | 29.189 | 5.939 | 8.256 | ‒ 2.317 | 1 |
Uitgaven | 236.352 | 97.268 | 154.962 | 87.247 | 77.533 | 84.083 | ‒ 6.550 | |
14.01 Grote regionaal/lokale projecten | 148.786 | 94.429 | 103.974 | 61.843 | 77.533 | 84.082 | ‒ 6.549 | |
14.01.02 Planuitw. Progr. Reg/lok | 0 | 253 | 0 | 0 | 0 | 1.606 | ‒ 1.606 | |
14.01.03 Realisatieprogr. Reg/lok | 148.786 | 94.176 | 103.974 | 61.843 | 77.533 | 82.476 | ‒ 4.943 | 2 |
14.01.04 Investeringsruimte | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
14.02 Regionale Mob. Fondsen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
14.03 RSP-ZZL: Pakket Bereikbaarheid | 87.566 | 2.839 | 50.988 | 25.404 | 0 | 1 | ‒ 1 | |
14.03.01 RSP-ZZL: RB projecten | 5.526 | 2.839 | 1.254 | 25.404 | 0 | 1 | ‒ 1 | |
14.03.02 RSP-ZZL: mob. Fondsen | 82.040 | 0 | 49.734 | 0 | 0 | 0 | ||
14.03.03 RSP-ZZL: REP | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
14.09 Ontvangsten | 0 | 2.219 | 3.778 | 0 | 1.004 | 0 | 1.004 |
Onderstaand wordt op het niveau van artikelonderdelen en de verplichtingen een toelichting gegeven op de verschillen (de mutaties) tussen de begroting en de realisatie. Zie voor de gehanteerde norm de toelichting ‘normering jaarverslag’ zoals opgenomen in de leeswijzer.
1. De lagere verplichtingenrealisatie wordt veroorzaakt door het per saldo negatief uitvallen van de ophoging van de ramingen in 2021 naar aanleiding van de prijsbijstelling 2021 en de verlaging in 2021 in verband met de storting in het btw-compensatiefonds t.b.v. het project Rotterdamse Baan.
2. De lagere realisatie van € 4.9 miljoen wordt toegelicht bij de projecttabellen in paragraaf 14.01.03 Realisatieprogramma Regionaal/Lokaal.
14.01 Grote regionale/lokale projecten
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de aanlegprojecten, waarvoor een aparte projectsubsidie wordt of is verleend. Om in aanmerking te komen voor een aparte projectsubsidie moeten de kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger zijn dan € 225 miljoen indien dat project geheel of gedeeltelijk wordt gerealiseerd binnen één of meer van de samenwerkingsgebieden, waarin de gemeente Amsterdam, de gemeente Rotterdam of de gemeente ‘s-Gravenhage is gelegen, of € 112,5 miljoen, indien dat project geheel in een ander gebied wordt gerealiseerd. Het project moet passen binnen de beleidsdoelstellingen voor regionale bereikbaarheid, zoals verwoord in de begroting HXII beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor, de Lange Termijn Spooragenda (LTSa) en het Toekomstbeeld OV.
Producten
Algemeen
Regionale lokale projecten worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de decentrale overheid. IenW levert een bijdrage in de aanlegkosten van die projecten. Dit betekent ook dat de uitvoeringsperiode van een project niet gelijk hoeft te lopen met de periode waarin de rijksbijdrage beschikbaar komt in het MIRT.
Verkenningen
Voor regionale/lokale infrastructuurprojecten wordt geen apart verkenningenprogramma opgenomen in het MIRT. In de begroting zijn dan ook geen middelen voor dit product opgenomen. De verkenningen worden onder verantwoordelijkheid van de decentrale overheid uitgevoerd en pas na toetsing en besluitvorming door IenW al dan niet opgenomen in het planuitwerkingsprogramma.
14.01.02 Planuitwerkingsprogramma Regionaal/lokaal
Van een project dat in de planuitwerkingstabel is opgenomen worden de kosten van de meest kosteneffectieve variant als basis voor de rijksbijdrage aangemerkt (onder aftrek van de eigen bijdrage van € 112,5 miljoen respectievelijk € 225 miljoen).
Planuitwerkingsprogramma Regionaal, lokale infrastructuur (14.01.02) | Projectbudget | Indienststelling | Toelichting | ||
---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving | begroting | huidig | huidig | vorig | |
Overige projecten en reserveringen | |||||
Projecten in voorbereiding | 50 | 52 | |||
Overige projecten in voorbereiding | |||||
Gesignaleerde risico's | |||||
Totaal programma planuitwerking en verkenning | |||||
Begroting (IF 14.01.02) |
Toelichting
In 2021 is er niet gerealiseerd op dit artikel onderdeel.
14.01.03 Realisatieprogramma Regionaal/Lokaal
begroting | realisatie | verschil | begroting | huidig | begroting | huidig | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving | 2021 | 2021 | 2021 | |||||
Projecten Noordwest-Nederland | ||||||||
Amstelveenlijn | 0 | 0 | 81 | 81 | 2020/ 2022 | 2020/ 2022 | ||
Utrecht, tram naar de Uithof | 31 | 32 | 1 | 113 | 113 | 2019 | 2019 | |
Projecten Zuidwest-Nederland | ||||||||
HOV-NET Zuid-Holland Noord (vh Rijn-Gouwelijn) | 6 | 6 | 0 | 213 | 217 | divers | divers | |
Rotterdamsebaan | 46 | 40 | ‒ 6 | 286 | 273 | regio | regio | 1 |
Afrondingen | ‒ 1 | |||||||
Totaal | 82 | 78 | ‒ 5 | 693 | 684 | |||
Begroting (IF 14.01.03) | 82 | 78 |
Toelichting
1. Rotterdamse baan:
– Projectbudget: de verlaging van het projectbudget wordt veroorzaakt door de afdracht aan het BTW-compensatiefonds in 2020/2021 van in totaal ad € 13,6 miljoen.
– Kasbudget 2021: de lagere realisatie in 2021 wordt veroorzaakt door de overboeking naar HXII ten behoeve van de afdracht aan het BTW-compensatiefonds 2021 van € 6,8 miljoen.
14.02 Regionale mobiliteitsfondsen
Motivering
Over heel Nederland worden verschillende Regionale Mobiliteitsfondsen (RMf) gebruikt. Deze fondsen zijn gevoed op basis van de volgende impulsen:
– Bereikbaarheidsoffensief Randstad;
– Amendement Dijsselbloem;
– Amendement Van der Staaij;
– Regionale bereikbaarheid (Kwartje van Kok);
– Amendement Van Hijum;
– Quick Wins NWA eerste en tweede tranche;
– Sluiskiltunnel.
14.03 RSP Zuiderzeelijn, pakket Regionale Bereikbaarheid
Motivering
Op dit artikelonderdeel zijn middelen begroot n.a.v. het convenant Regio Specifiek Pakket Zuiderzeelijn tussenRijk-Regio (Kamerstukken II 2007-2008, 27 658, nr. 43). Het pakket omvat projecten ter verbetering van de regionale bereikbaarheid in Noord-Nederland (concrete bereikbaarheidsprojecten en regionaal mobiliteitsfonds) en een Ruimtelijk-economisch programma (REP), tevens ten behoeve van Noord-Nederland. De voorwaarden voor het RSP zijn beschreven in het op 23 juni 2008 ondertekende convenant Rijk-Regio (Kamerstukken II 2008-2009, 31 700 A, nr. 19). Over de voortgang wordt de Tweede Kamer jaarlijks met een voortgangsrapportage (in het najaar) geïnformeerd.
Projectoverzicht Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (14.03) | begroting | realisatie | verschil | begroting | huidig | begroting | huidig | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving | 2021 | 2021 | 2021 | |||||
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten | 0 | 0 | 0 | 72 | 72 | |||
14.03.02 Regionale Mobiliteit | 0 | 0 | 0 | 588 | 589 | |||
14.03.03 Ruimtelijke economisch programma | 0 | 0 | 0 | 5 | 0 | |||
Afrekening voorschotten | 6 | 6 | ||||||
Begroting (IF 14.03) | 0 | 0 | 671 | 667 | ||||
LMCA Spoor: sporendriehoek (IF 13.03.01) | ||||||||
Totale rijksbijdrage Noord-Nederland | 57 | 809 |
Toelichting
1. RSP ZZL Pakket Bereikbaarheid: Ten behoeve van een uitkering aan Noord Nederland is € 5 miljoen overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII.
14.09 Ontvangsten
Toelichting
Bij de subsidievaststelling Watergraafsmeer bleek er een meevaller van € 1 miljoen te zijn. Dit bedrag is door de provincie Utrecht teruggestort op de rekening van IenW.