Base description which applies to whole site

4.2 Artikel 2: Maritiem materieel

Het doel van dit artikel is inzicht bieden in het verwerven en instandhouden van het maritiem materieel. In het Defensiematerieelverslag wordt aangegeven welke voornaamste activiteiten over het afgelopen jaar hebben plaatsgevonden in relatie tot de doelstellingen van het onderliggende beleid. De verwerving wordt nader uitgesplitst in de voorbereidings-, onderzoeks- en realisatiefase.

Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 2 (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

2017

2018

2019

2020

2021

2021

2021

Verplichtingen

    

423.423

4.242.634

‒ 3.819.211

waarvan garantieverplichtingen (indien van toepassing)

       

waarvan overige verplichtingen (indien van toepassing)

    

423.423

4.242.634

‒ 3.819.211

        

Uitgaven

    

483.136

631.224

‒ 148.088

        

Verwerving

       

Opdrachten

    

327.962

740.426

‒ 412.464

Verwerving: voorbereidingsfase

     

64.510

‒ 64.510

Verwerving: onderzoeksfase

     

224.134

‒ 224.134

Verwerving: realisatie

    

327.962

451.782

‒ 123.820

Instandhouding

       

Opdrachten

    

155.175

148.995

6.180

Instandhouding materieel

    

155.175

148.995

6.180

Over-/ onderprogrammering

     

‒ 258.197

258.197

        

Ontvangsten

    

42.346

9.600

32.746

Overige ontvangsten materieel

    

42.346

9.600

32.746

De posten met een verschil groter dan € 10 miljoen of noemswaardige verschillen worden hieronder toegelicht.

Verplichtingen

Aan verplichtingen Maritiem Materieel is € 3.819,2 miljoen minder gerealiseerd dan begroot. In de begroting 2021 werd rekening gehouden met het aangaan van de verplichting voor het project Vervanging Onderzeeboten. Deze verplichting is niet gerealiseerd (Kamerstuk 34225 nr. 31, 28 mei 2021). Vanwege het commercieel vertrouwelijke karakter van dit project kan slechts worden benoemd dat hiermee ten minste € 2.500 miljoen minder is verplicht dan begroot. Bij het project Vervanging maritiem surface-to-surface missile is dat het geval en is bij het opstellen van de begroting 2021 zonder een zeer gedegen onderbouwing geschat dat de verplichting in 2021 zou worden aangegaan. Dat is niet het geval geweest. Inmiddels is duidelijk dat deze verplichting eind 2022 of begin 2023 waarschijnlijk wordt gerealiseerd. Dit is een commercieel vertrouwelijk project waardoor slechts een indicatie gegeven kan worden van het verplichtingenbedrag dat niet is gerealiseerd (tussen € 100 en € 250 miljoen). Bij het project Vervanging MK46 Lightweight Torpedo is € 20 miljoen minder verplicht dan begroot. Verplichtingen hadden betrekking op inbestede werkzaamheden bij Dienst Materiele Instandhouding van de Koninklijke Marine, deze hebben vertraging opgelopen omdat fysieke locatie inspecties van de Amerikaanse marine zijn uitgesteld i.v.m. COVID en reisbeperkingen. Hierdoor is de planning van modificaties aan boord van de NH90 en schepen naar achteren geschoven.

Ten opzichte van de ontwerpbegroting is voor instandhouding in totaal € 11,2 miljoen meer aan verplichtingen aangegaan. Dit betreft afroepen op een In Service Support contract voor 4 systemen voor Electronic Warfare Support Measures en 2 systemen voor Electronische Counter maatregelen aan boord van de LCF met de firma Thales. De afroepen zijn benodigd om kennis/ondersteuning en dergelijke bij de leverancier te garanderen.

Uitgaven

Verwerving

Verwerving maritiem materieel - voorbereidingsfase

Op de projecten in voorbereiding vindt geen realisatie plaats. Deze middelen worden doorgeschoven naar de onderzoeks-/realisatiefase of naar een ander jaar. Het budget voor de voorbereidingsfase is dit jaar daarom met € 64,5 miljoen volledig afgeboekt.

De voorbereidingsfase van maritiem materieel is met de eerste suppletoire begroting met € 23,7 miljoen verlaagd. Dit komt door een herfasering voor het project «Self Propelled Variable Depth Sonar (SPVDS)» (onderdeel van de nieuwe mijnenbestrijdingscapaciteit), waarbij € 21,0 miljoen uit 2021 is doorgeschoven naar latere jaren.

Met de tweede suppletoire begroting zijn de projecten in de voorbereidingsfase met € 40,8 miljoen dit jaar volledig afgeboekt. Dit komt allereerst door een aantal herschikkingen tussen de verschillende fases en over de jaren heen. Dit betreft onder andere een herschikking van het project Upgrade SM-II (€ 18,5 miljoen) en het project Aanpassing Instandhoudingsconcept Geleide Wapens (€ 7,3) miljoen. Het budget voor het project Beach Armoured Recovery Vehicle (€ 10,8 miljoen) is doorgeschoven naar latere jaren.

Verwerving maritiem materieel - onderzoeksfase

Op de projecten in voorbereiding vindt geen realisatie plaats. Deze middelen worden doorgeschoven naar de realisatiefase of naar een ander jaar. Het budget voor de onderzoeksfase is dit jaar daarom met € 224,1miljoen volledig afgeboekt.

De onderzoeksfase van maritiem materieel is met de eerste suppletoire begroting met € 212,2 miljoen verlaagd. Dit is met name te verklaren door een herfasering van de kasreeksen van de projecten voor de vervanging M-fregatten (€ 76,2 miljoen) en de onderzeeboten (dit project is commercieel vertrouwelijk) waarbij middelen uit 2021 zijn doorgeschoven naar latere jaren.

Verwerving maritiem materieel - realisatiefase

Op verwerving realisatiefase Maritiem materieel is de realisatie € 123,7 miljoen lager dan begroot. Bij het project ESSM Block 2 Verwerving en integratie is € 19,6 miljoen minder uitgegeven, doordat er minder missiles zijn gekocht dan begroot.

Daarnaast hebben op de volgende projecten lager dan begrote realisaties plaatsgevonden: Vervanging MK 46 Lightweight Torpedo (€ 17,7 miljoen) voor dit project is een Foreign Military Sales (FMS) contract afgesloten met de Amerikaanse overheid. Via de «Special Bill» vinden voorschotbetalingen plaats en deze betalingen kennen een grillig karakter. Een deel van de verwachte voorschotbetalingen is in 2021 niet opgevraagd door de Defense Finance Accounting Service (DFAS) en is doorgeschoven naar 2022. In 2021 is de realisatie op het project Instandhoudingsprogramma Luchtverdedigings- en Commandofregatten (IP- LCF) (€ 15,2 miljoen) achtergebleven doordat de uitvoering van het instandhoudingsprogramma (IP) is doorgeschoven naar 2022. Op het project Verwerving Combat Support Ship bedraagt de onderrealisatie € 14 miljoen. De vastgestelde Ontwerp Begroting is gebaseerd op het Damen Schelde Naval Shipbuilding (DSNS) contract (prognose Stand Onderhanden Werk (SOW)). Deze prognose wijkt af van de gerealiseerde SOW. Dit verschil is ontstaan doordat afgesloten contracten van DSNS met haar sub-leveranciers afwijken van het destijds afgesloten contract tussen Defensie met DSNS (andere faseringen in betaalschema’s en verschillen in de hoogte van (deel)betalingen). De technische realisatie van het project (bouwproces) loopt conform planning. Bij het project Softskill Torpedo Systeem (SK-TDS) (commercieel vertrouwelijk) is een vertraging ontstaan in het doorontwikkeltraject van de sonar. Bij het project MLU Zr. Ms. Johan de Witt is minder uitgegeven (tussen € 25 ‒ € 100 miljoen, commercieel vertrouwelijk) door vertragingen bij de uitvoering van de werkzaamheden.

Het resterende verschil tussen begroting en realisatie is het gevolg van min of meer kleine afwijkingen bij individuele projecten in het totale projectportfolio.

Onderstaand worden alle projecten in realisatie opgenomen met een financiële omvang van meer dan € 100 miljoen conform het DMF 2021. Gelijktijdig met het jaarverslag wordt de DPO-afwijkingsrapportage aan de Kamer aangeboden. Deze rapportage geeft een overzicht van alle materieel-, vastgoed- en IT-projecten van meer dan € 25 miljoen in onderzoek en realisatie, waarbij een significante afwijking is opgetreden ten opzichte van het vorige DPO.

Tabel 7 Projecten in realisatiefase (in miljoenen euro)

Projecten in realisatie

Projectbudget (DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven t/m 2020

Verwachte uitgaven in 2021 (DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven 2021

Verschil uitgaven 2021

Vervanging maritiem suface-to-surface missile

100-250

Commercieel vertrouwelijk

Verwerving Softkill Torpedo Defensiesysteem

100-250

Commercieel vertrouwelijk

Vervanging 127 mm kanon Luchtverdedigings- en Commandofregatten

129,1

18,2

11,4

8,6

‒ 2,8

Maritime Ballistic Missile Defence (MBMD)

144,7

127,0

8,4

8,5

0,1

Vervanging MK48 Torpedo

182,2

116,7

1,4

6,9

5,5

Instandhoudingsprogramma Luchtverdedigings- en Commandofregatten (IP-LCF)

193,9

134,8

32,7

17,5

‒ 15,2

Vervanging MK46 Lightweight Torpedo

231,0

9,5

22,7

5,0

‒ 17,7

Verwerving Combat Support Ship (CSS)

462,9

48,0

113,8

99,8

‒ 14,0

Vervanging mijnenbestrijdingscapaciteit (MCM)

923,2

40,1

32,4

25,3

‒ 7,1

Vervanging M-fregatten

1.000-2.500

Commercieel vertrouwelijk

Vervanging Onderzeeboten

> 2.500

Commercieel vertrouwelijk

Instandhouding

De instandhouding van het materieel omvat de ramingen voor de uitgaven die het operationeel houden van de (wapen-)systemen met zich meebrengt. Voor dit artikel worden deze vooral door de Directie Maritieme Instandhouding gedaan. Op de instandhoudingsuitgaven van dit artikel hebben zich geen vermeldenswaardige afwijkingen voorgedaan.

Daarnaast zijn de instandhoudingsuitgaven van de grootste maritieme wapensystemen weergegeven in onderstaande tabel. De instandhoudingsuitgaven per wapensysteem bevatten de uitgaven van alle defensieonderdelen voor deze wapensystemen. Deze informatie wordt extracomptabel bijgehouden en is niet direct uit de administratie af te leiden.

Een optelling van de bedragen in deze tabel sluit daarom niet aan bij de cijfers uit de tabel budgettaire gevolgen van beleid, omdat sprake is van een andere doorsnede van de instandhoudingsuitgaven. In de budgettaire tabel aan het begin van het artikel zijn de uitgaven door dedefensieonderdelen aan maritieme instandhouding opgenomen, inclusief uitgaven aan wapensystemen van andere defensieonderdelen en de uitgaven aan kleinere systemen. Deze informatie komt direct uit de administratie.

Tabel 8 Instandhoudingsuitgaven (in miljoenen euro)

Wapensysteem

Verwachte uitgaven 2021 (conform DMF 2021)

Gerealiseerde uitgaven 2021

Verschil

Luchtverdedidings- en Commandofregatten (LCF)

39,5

28,10

‒ 11,4

Onderzeeboten

23,0

8,3

‒ 14,7

Landing Platform Docks

16,3

9,3

‒ 7,0

M-fregatten

15,8

11,1

‒ 4,7

Patrouilleschepen

17,3

4,1

‒ 13,2

Mijnenbestrijdingsvaartuigen

15,5

25,5

10,0

Joint Support Ship

5,2

6,5

1,3

Over-/onderprogrammering

Omdat de ervaring van eerdere jaren leert dat het risico op vertragingen groot is, onder andere als gevolg van onvoorziene externe factoren, worden in de eerste jaren meer projecten gepland dan totaal aan budget beschikbaar is in een jaar (overprogrammering). Door met deze overprogrammering te werken wordt zoveel als mogelijk getracht te voorkomen dat vertragingen bij individuele projecten leiden tot onderrealisatie van het beschikbare budget. In latere jaren telt het totaal van het investeringsprogramma op tot een lager bedrag dan het daadwerkelijke budget (onderprogrammering). Over de gehele looptijd sluit het fonds dus op nul, omdat de overprogrammering in eerdere jaren wordt gecompenseerd door onderprogrammering in latere jaren. Om deze reden vindt op de over- en onderprogrammering geen realisatie plaats. Deze middelen (€ 258,2 miljoen) schuiven door naar volgende jaren.

Ontvangsten

In 2021 is op het ontvangstenbudget van maritiem materieel € 32,7 miljoen meer gerealiseerd dan begroot. Dat heeft voor een deel te maken met de € 16 miljoen aan ontvangsten dat een betaling door België betreft voor deelname aan het AWW-contract. Dit contract bestaat uit de ontwikkeling van het AWW(S) (Above Water Warfare (Suite)) voor aan boord van de Anti Submarine Warfare Frigates (ASWF) en het toekomstige project Vervanging Luchtverdediging en Commando Fregatten (LCF).

Daarnaast heeft de Marine in 2021 € 16,7 miljoen meer ontvangen, door de extra nadruk op de inning. Hierdoor maakt de Marine een inhaalslag (€ 15,7 miljoen) uit eerdere jaren (bijvoorbeeld ontvangsten in verband met onderhoud aan Portugese M-fregatten) en per saldo hogere incidentele btw-ontvangsten (€ 1,0 miljoen). Deze extra ontvangsten zijn aangewend voor de instandhouding van maritiem materieel.

Licence