Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen verkeersmanagement, beheer en onderhoud, aanleg en verkenningen en planstudie. De doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in de beleidsbegroting 2011 (XII) en vinden hun oorsprong in de Nota Mobiliteit (Kamerstukken II, 2004–2005, 29 644, nr. 6).
Het productartikel Hoofdvaarwegennet is gerelateerd aan de volgende beleidsartikelen:
• artikel 33: Veiligheid gericht op de beheersing van veiligheidsrisico’s;
• artikel 34: Betrouwbare netwerken, voorspelbare reistijden en een goede bereikbaarheid;
• artikel 35: Mainports en logistiek;
• artikel 36: Bewaken, waarborgen en verbeteren van kwaliteit leefomgeving, gegeven de toename van mobiliteit.
Tabel budgettaire gevolgen van de uitvoering
15. Hoofdvaarwegennet | 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 874 005 | 1 168 483 | 1 105 352 | 683 170 | 724 405 | 660 970 | 794 743 |
Uitgaven | 792 534 | 939 164 | 928 122 | 905 306 | 799 501 | 678 214 | 794 411 |
15.01 Verkeersmanagement | 91 120 | 85 811 | 74 753 | 81 701 | 83 840 | 85 177 | 88 177 |
15.01.01 Basispakket Verkeersmanagement | 84 827 | 84 762 | 74 753 | 81 701 | 83 840 | 85 177 | 88 177 |
15.01.02 Servicepakket Verkeersmanagement | 6 293 | 1 049 | |||||
15.02 Beheer en onderhoud | 576 155 | 560 537 | 488 579 | 377 227 | 376 424 | 376 760 | 368 991 |
15.02.01 Basispakket B&O hoofdvaarwegen | 427 840 | 375 851 | 402 108 | 299 183 | 317 220 | 314 323 | 298 545 |
15.02.02 Servicepakket B&O hoofdvaarwegen | 27 059 | 36 189 | 29 060 | 22 313 | 22 736 | 22 736 | 22 746 |
15.02.04 Groot var. onderh.hoofdvaarwegen | 121 256 | 148 497 | 57 411 | 55 731 | 36 468 | 39 701 | 47 700 |
15.03 Aanleg en planstudie na tracébesluit | 102 733 | 278 257 | 344 707 | 399 104 | 275 517 | 154 268 | 162 243 |
15.03.01 Realisatieprogramma Hoofdvaarwegen | 102 733 | 250 216 | 336 100 | 384 722 | 254 377 | 134 773 | 144 818 |
15.03.02 Planstudieprogramma na tracébesluit | 28 041 | 8 607 | 14 382 | 21 140 | 19 495 | 17 425 | |
15.05 Verkenning en planstudie voor tracébesluit | 22 526 | 14 559 | 20 083 | 47 274 | 63 720 | 62 009 | 175 000 |
15.05.01 Verkenningen | 7 988 | 7 995 | 8 475 | 8 758 | 8 998 | 9 240 | 9 509 |
15.05.02 Planstudieprogramma voor tracébesluit | 14 538 | 6 564 | 11 608 | 38 516 | 54 722 | 52 769 | 165 491 |
Van totale uitgaven: | |||||||
– Apparaatsuitgaven | |||||||
– Agentschapsbijdrage | 598 109 | 567 714 | 542 158 | 436 423 | 448 044 | 443 122 | 447 732 |
– Restant | 194 425 | 371 447 | 385 964 | 468 883 | 351 457 | 235 092 | 346 679 |
15.09 Ontvangsten | 12 627 | 67 610 | 56 874 | 65 770 | 21 769 | 7 841 | 0 |
Budgetflexibiliteit
15.01 en 15.02 Verkeersmanagement en Beheer en onderhoud | |||
---|---|---|---|
juridisch verplicht | complementair noodzakelijk | ||
bestuurlijk gebonden | beleidsmatig nog niet ingevuld | ||
beleidsmatig verplicht | 70 765 | ||
15.03 Aanleg en planstudie na tracebesluit | |||
juridisch verplicht | 227 237 | complementair noodzakelijk | |
bestuurlijk gebonden | 79 840 | beleidsmatig nog niet ingevuld | |
beleidsmatig verplicht | |||
15.05 Verkenningen en planstudie voor tracebesluit | |||
juridisch verplicht | complementair noodzakelijk | ||
bestuurlijk gebonden | beleidsmatig nog niet ingevuld | ||
beleidsmatig verplicht | 8 122 |
15.01 en 15.02 Verkeersmanagement en Beheer en Onderhoud
De voor beheer en onderhoud opgenomen bedragen zijn volledig beleidsmatig verplicht en betreffen in hoofdzaak het groot variabel onderhoud aan vaarwegen.
15.03 Aanleg en planstudie na tracébesluit
Het beschikbare begrotingsbedrag is grotendeels juridisch verplicht. Voor het overige deel is het budget bestuurlijk gebonden.
15.05 Verkenning en planstudie voor tracébesluit
Alle verkenningen en planstudies zijn beleidsmatig verplicht.
15.01 Verkeersmanagement
Motivering
De activiteiten binnen het basispakket verkeersmanagement worden uitgevoerd om een vlotter en veiliger scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren.
Basispakket Verkeersmanagement Hoofdvaarwegen
Producten
Bij verkeersmanagement gaat het met name om de volgende activiteiten:
• verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering;
• monitoring en informatieverstrekking;
• vergunningverlening en handhaving;
• crisisbeheersing en preventie.
In het goederenvervoer over water is tot 2020 een groei voorzien die deels met verkeersmanagement wordt gefaciliteerd. Daarnaast moet de betrouwbaarheid en reistijd op orde worden gebracht. Operationele beleidsdoelstellingen op het gebied van verkeersmanagement zijn:
• het zoveel mogelijk beperken van de gemiddelde structurele wachttijd bij sluizen in de hoofdvaarwegen;
• het afstemmen van de bediening van bruggen en sluizen op de vraag vanuit de markt.
De bediening van sluizen en beweegbare bruggen zal conform het vigerende Beheerplan Rijkswateren (2010–2015) worden uitgevoerd. Waar mogelijk en zinvol wordt samen met de andere overheden naar centrale bediening op vaarroutes overgeschakeld. Vanzelfsprekend wordt getracht de bediening zodanig in te richten dat wachttijden en stremmingen zo veel mogelijk worden beperkt. Een goede informatievoorziening hierover aan gebruikers is daarbij van groot belang. Met het toezicht op het water dat door RWS (o.a. samen met KLPD) wordt uitgevoerd, wordt beoogd de veiligheid voor de gebruikers te borgen. Dit toezicht heeft ook een preventieve werking. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Binnenvaartwet komt er meer nadruk op bestuursrechtelijke handhaving door VenW te liggen (i.p.v. strafrechtelijke handhaving door de KLPD). In geval van calamiteiten, zoals schade en verontreinigingen, wordt hierover bericht. Hiervoor is een calamiteitenorganisatie operationeel.
Servicepakket Verkeersmanagement Hoofdvaarwegen
De invoering van AIS (Automatic Identification System) transponders maakt deel uit van de implementatie van River Information Services (RIS) in Nederland. De invoering van RIS vloeit voort uit de EU RIS richtlijn (2005/44).
Schepen uitgerust met AIS-transponders worden automatisch aangemeld bij en kunnen gevolgd worden door de verkeerscentrales van RWS. Dit maakt het mogelijk om:
• de veiligheid van het scheepvaartverkeer te verhogen;
• de bestaande infrastructuur beter te benutten en daarmee de komende jaren de groei van het scheepvaartverkeer beter op te vangen;
• efficiencywinst te realiseren bij de verkeersposten en bedieningscentrales van RWS.
In november 2006 heeft de minister van VenW een convenant afgesloten met vier brancheorganisaties uit de binnenvaart. In dit convenant is afgesproken dat de Staat bereid is om, gedurende de periode van vrijwillige invoering, een deel van de kosten van de aanschaf en installatie van AIS aan boord van binnenvaartschepen voor haar rekening te nemen. De uitvoering van de regeling vindt plaats tussen eind 2009 en eind 2012.
Meetbare gegevens basispakket verkeersmanagement
Specificatie areaal:
Areaaleenheid | Eenheid | 2009 | 2010 | 2011 | |
---|---|---|---|---|---|
Verkeersmanagement | Begeleide vaarweg in km | km | 608 | 608 | 608 |
Bediende objecten in aantallen | aantal | 216 | 216 | 216 |
Toelichting
Alleen de vaarweg die vanuit vaste verkeersposten wordt begeleid is in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouille vaartuigen worden bestreken, zijn niet meegerekend.
Met ingang van de begroting 2010 worden afzonderlijke sluiskolken apart geteld in plaats van sluiscomplexen als geheel. In de begroting 2010 werd er nog uitgegaan van 220 bediende objecten. Bij de verantwoording over het jaar 2009 is dit aantal vastgesteld op 216 (als gevolg van de overdracht van enkele objecten). De stand 2011 is op dit aantal gebaseerd.
Basispakket | Indicator | Eenheid | Norm | Realisatie 2009 | Streefwaarde 2010 | Streefwaarde 2011 |
---|---|---|---|---|---|---|
Verkeersmanagement | De passeertijd betreft de tijd die het kost voor schepen om sluizen en bruggen te passeren. Het IVS (Informatie en Volgsysteem voor de Scheepvaart) registreert deze tijd. De norm voor de passeertijd betreft een vastgesteld aantal minuten per sluis of brug | % waarop de passeertijd wordt gerealiseerd op een: | ||||
Hoofdtransportas; | 99% | 75% | 80% | 80% | ||
Hoofdvaarweg | 90% | 85% | 75% | 75% | ||
overige vaarweg | 85% | 90% | 70% | 70% |
Toelichting
Bovenstaande indicatoren zijn gericht op de gebruiker en geven een indicatie van de passeertijden en dus ook over de wachttijden als gevolg van onderhoud. De norm voor de passeertijd wordt per object vastgesteld op basis van wachttijd en schuttijd. In de Nota Mobiliteit is aangegeven dat wordt gestreefd naar een gemiddelde wachttijd van maximaal 30 minuten. In 2009 lag de prioriteit bij een verbetering van de prestaties op de hoofdtransportassen. Dit is ook zichtbaar in de indicatoren. Door het bij de sluizen aanwezige achterstallig onderhoud worden de prestaties t.a.v. de passeertijden bij de hoofdvaarwegen en de overige vaarwegen, de komende paar jaren vooralsnog negatief beïnvloed. Enerzijds door het frequenter optreden van storingen, anderzijds door de tijdelijke stremmingen die noodzakelijk zijn voor de werkzaamheden om deze achterstanden in te lopen. In de periode tot en met 2016 worden de aanwezige achterstanden weggewerkt en zullen de prestaties verbeteren. Daarnaast kan de passeertijd ook negatief beïnvloed worden door een capaciteitstekort van een sluizencomplex.
15.02 Beheer en Onderhoud
Motivering
Beheer en onderhoud wordt uitgevoerd om het hoofdvaarwegennetwerk in een staat te houden die noodzakelijk is voor het faciliteren van vlot, veilig, duurzaam en comfortabel vervoer van goederen.
Producten
In de begroting 2010 is reeds opgemerkt dat de kosten van beheer en onderhoud toenemen en dat de budgetten onder druk komen te staan. Voortschrijdend inzicht heeft dit beeld bevestigd en er sprake is van voortdurende budgetspanning bij het beheer en onderhoud en het inlopen van achterstanden ten opzichte van de normen. De spanning doet zich voor binnen regulier beheer en onderhoud en bij renovatie en vervanging.
Mede aan de hand van de uitkomsten van de audits naar het beheer en onderhoud op de afzonderlijke netwerken (Hoofdwatersystemen, Hoofwegennet en Hoofdvaarwegennet) zal worden bezien welke beheersmaatregelen kunnen worden ingezet om budget en kosten meer met elkaar in overeenstemming te brengen.
Basispakket Beheer en onderhoud Hoofdvaarwegen
Een voorwaarde voor het optimaal gebruiken van het vaarwegennet is de bedrijfszekerheid van de infrastructuur van de vaarwegen. Deze kan alleen worden gegarandeerd indien de infrastructuur preventief beheerd en onderhouden wordt. Daarnaast vindt correctief onderhoud plaats, waarbij de beheerder geconfronteerd kan worden met onverwacht functieverlies en de gebruiker ongewild minder service kan worden geboden (stremmingen, beperkingen). Zowel het preventief als het correctief onderhoud valt onder het basispakket.
De activiteiten zijn erop gericht om de scheepvaart (beroeps- en recreatievaart) zo goed als mogelijk te faciliteren. Het betreft maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betreft het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden de werkzaamheden goed afgestemd, zowel onderling als met werkzaamheden die voortkomen uit het aanlegprogramma alsmede met werkzaamheden vanuit hoofdwatersystemen.
Vanwege de aard van de werkzaamheden horen de producten Rijksrederij en Kustwacht thuis op artikelonderdeel 15.02 (zwaartepuntprincipe). In de begroting 2010 stonden deze producten op artikelonderdeel 11.02.
Rijksrederij
De Rijksbrede Civiele Rijksrederij is een organisatie die nautische diensten levert aan andere overheden zoals LNV, Financiën (Douane), VenW en de Kustwacht. De Rijksrederij valt onder de verantwoordelijkheid van RWS. De kerntaken van de Rijksrederij zijn:
• Het ter beschikking stellen van vaartuigen voor een bepaalde tijdsduur (al dan niet met nautische bemanning) met een door de opdrachtgever gespecificeerd dienstverleningsniveau.
• Het leveren van kennisintensief advies aan overheidsinstellingen bij beheer, ontwerp en aanbesteding van vaartuigen.
• Het leveren van kennisintensief advies op het gebied van eisen aan bemanningen, veiligheidsmanagement en scheepsuitrustingen.
Kustwacht
De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de raad voor de kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast.
De directeur Kustwacht heeft onvoorwaardelijke zeggenschap over vier schepen die (vrijwel) full time kustwachttaken uitvoeren. Daarnaast heeft hij trekkingsrechten voor een aantal dagen per jaar op schepen van de Rijksrederij en schepen, vliegtuigen en helikopters van het ministerie van Defensie.
De minister van VenW is als coördinerend minister voor Noordzee aangelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming van geïntegreerd beleid en het activiteitenplan en begroting voor de Noordzee. De overzichtsconstructie Kustwacht nieuwe stijl is als bijlage aan deze begroting toegevoegd.
Servicepakket Beheer en onderhoud Hoofdvaarwegen
Overdracht Brokx-Nat
De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II, 2002–2003, 28 600 XII, nr. 17). Behoudens de Fries-Groningse kanalen resteren er nog slechts een aantal kleinere over te dragen objecten, vaarwegen of delen daarvan.
Fries-Groningse kanalen
De Rijksbijdrage voor het onderhoud van de Fries-Groningse kanalen is in de negentiger jaren vastgelegd in een convenant dat gesloten is met de provincies Friesland en Groningen. De bijdrage betreft de vaarweg Lemmer–Delfzijl alsmede het Van Harinxmakanaal en het Winschoterdiep. Door de commissie Brinkman is in het rapport «anders gestuurd, beter bestuurd» in 2005 geadviseerd om de hoofdvaarweg Lemmer–Delfzijl van de provincies over te dragen aan het Rijk (VenW) en de jaarlijkse rijksbijdrage voor de zijkanalen Van Harinxmakanaal en Winschoterdiep onder te brengen in het Provinciefonds. Omdat de betrokken provincies zich niet konden vinden in het advies van de commissie Brinkman is er een politiek-bestuurlijk compromis opgesteld in de vorm van een Intentieverklaring (2007). Inmiddels is in het voorjaar van 2010 besloten om een eventuele afkoop geen doorgang te laten vinden. Wel wordt gewerkt aan nieuwe afspraken die in de plaats treden van de Intentieverklaring uit 2007.
Groot variabel onderhoud hoofdvaarwegen
Het groot variabel onderhoud is opgebouwd uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel betreft het Plan van Aanpak Beheer en Onderhoud (Impuls). Het tweede onderdeel betreft het groot variabel onderhoud uit NOMO achterstallig onderhoud
Plan van Aanpak Beheer en onderhoud (impuls)
De ontwikkeling van de budgetten voor beheer en onderhoud heeft in het verleden geen gelijke tred gehouden met de kosten van beheer en onderhoud. Ongewild leidde dit tot een geleidelijke overgang van preventief naar correctief onderhoud, waarbij geprioriteerd is naar vaarwegklasse. In het hoofdlijnenakkoord is daarom bij de begroting 2004 besloten tot het geven van een impuls aan het Beheer en Onderhoud van Rijkswaterwegen in de periode tot en met 2010. Destijds is € 700 mln. beschikbaar gesteld om een deel van het achterstallig onderhoud op de belangrijkste hoofdtransportassen in te lopen, de zogenoemde Impuls. Voor een aantal projecten kent de uitvoeringsperiode een uitloop tot ná 2011.
Projecten (plan van aanpak Beheer en Onderhoud) | Uitvoeringsperiode | |
---|---|---|
Amsterdam Rijnkanaal baggeren en renoveren sluizen en oevers | 2005–2010 | |
1 | Amsterdam–Lemmer/IJsselmeer | 2004–2012 |
Baggeren IJssel | 2008–2010 | |
Vervanging vaartuigen | 2006–2009 | |
2 | Kanaal Gent–Terneuzen, baggeren en oevers | 2004–2011 |
Maas: baggeren en kunstwerken | 2004–2010/2012 | |
3 | Rotterdam–België/ Zeeland: renovatie o.a. Volkeraksluizen en baggeren | 2005–2011 |
Rotterdam–Duitsland: baggeren en oevers | 2005–2009 | |
Wrakkenberging | 2009–2010 | |
4 | Natte bruggen | 2004–2010/2016 |
Toelichting
1. Amsterdam–Lemmer/IJsselmeer: het groot onderhoud van de Houtribsluizen is gecombineerd met de werkzaamheden die voor ná 2010 aan de Houtribsluizen waren gepland. Dit deel van het project zal daarom pas in 2012 worden opgeleverd.
2. Kanaal Gent–Terneuzen: om de hinder voor de scheepvaart als gevolg van de werkzaamheden aan de sluizen van Terneuzen tot een minimum te beperken zal dit deel van het project Kanaal Gent–Terneuzen pas in 2011 worden opgeleverd.
3. Rotterdam–België/Zeeland: één deelproject, de renovatie van de besturings-, elektrische en overige installaties van de sluizencomplexen Hansweert en Kreekrak, wordt gezamenlijk uitgevoerd met de realisatie van bediening op afstand op deze complexen. Risico’s ten aanzien van afstemming tussen deze werkzaamheden en hinder voor de vaarweggebruiker worden hiermee geminimaliseerd. Hierdoor zal dit deelproject naar verwachting pas medio 2011 worden afgerond.
4. Natte bruggen; de meeste bruggen zijn inmiddels opgeleverd. De Sint-Servaasbrug zal als gevolg van de vertraging door de tegenvallende aanbesteding naar verwachting pas in 2011 worden opgeleverd. De gecombineerde aanbesteding voor de bruggen over het Amsterdam–Rijnkanaal is in het najaar 2009 gestart. In overleg met gemeenten is een plan opgesteld om het gehele pakket aan bruggen over het Amsterdam–Rijnkanaal gefaseerd aan te pakken. Volledige oplevering zal uiterlijk in 2016 plaatsvinden.
Nota Mobiliteit achterstallig onderhoud vaarwegen (NOMO AOV)
In de aanloop naar de begroting 2009 is gewerkt aan een programma van onderhoudsactiviteiten ten behoeve van het inlopen van het achterstallig onderhoud aan de vaarwegen in de periode vanaf 2010 waarvoor in het kader van de Nota Mobiliteit ca. € 900 mln. is gereserveerd. Dit programma is opgebouwd uit de onderstaande projecten. Deze projecten vallen voor een deel onder de noemer Groot Variabel onderhoud. De middelen voor dat deel zijn dan ook ondergebracht onder artikel 15.02.04. De overige projecten worden geraamd en verantwoord onder het reguliere beheer en onderhoudsbudget (15.02.01). Met de in de begroting 2009 opgenomen versnelling zullen deze projecten al in 2016 zijn afgerond, conform de wens van Tweede Kamer en de sector. De voorbereiding en uitvoering van geplande projecten worden inmiddels voortvarend ter hand genomen. In onderstaande twee tabellen zijn de afzonderlijke projecten opgenomen en de periode van de verwachte uitvoering. Ook is de verdeling van de beschikbare NOMO-middelen voor achterstallig onderhoud vaarwegen per project indicatief aangegeven.
Projecten | Uitvoeringsperiode | Indicatief budget (mln €) | |||
---|---|---|---|---|---|
Onderhoud damwanden en vaarwegen Zeeland | 2010–2016 | 66 | |||
Oevers Amsterdam–Rijnkanaal (damwanden en meerplaatsen) | 2008–2016 | 178 | |||
Renovatie Havenhoofden IJmuiden | 2011–2014 | 60 | |||
Totaal | 304 |
Projecten | Uitvoeringsperiode | Indicatief budget (mln €) | ||
---|---|---|---|---|
Achterstallig basisonderhoud diverse regio’s | 2007–2016 | 144 | ||
Onderhoud oevers en bodems Brabantse kanalen | 2009–2015 | 45 | ||
Onderhoud Oevers en bodems vaarwegen Zuid-Holland | 2007–2015 | 60 | ||
Renovatie kunstwerken Limburg en IJsselmeergebied | 2007–2016 | 100 | ||
Onderhoud Oevers en bodems Maasroute | 2008–2016 | 74 | ||
Aanpassing bodembescherming, sluizen en bruggen en overige kunstwerken i.v.m. hogere belasting Noord-Holland | 2011–2015 | 50 | ||
Onderhoud vaargeulen NederRijn, IJssel, Twentekanalen/Meppelerdiep en Zwarte Water | 2009–2016 | 90 | ||
Renovatie sluizen en in- en aflaatwerken Twentekanalen Delden/Hengelo en Spooldersluis | 2009–2013 | 16 | ||
Renovatie stalen boogbruggen Utrecht | 2011–2016 | 38 | ||
Totaal | 617 |
Meetbare gegevens Beheer en onderhoud hoofdvaarwegen
In de kabinetsreactie op het IBO Beleid en Onderhoud (Kamerstukken 2006–2007, 30 800 XII, nr. 57) is toegezegd om extracomptabele informatie te verstrekken over de wijze waarop de middelen voor beheer en onderhoud worden aangewend. Ter invulling daarvan is hieronder een verdeling gegeven van de beheer- en onderhoudskosten over oevers, bodems, kunstwerken en verkeersvoorzieningen. Deze percentages zijn gebaseerd op het meerjarig gemiddeld benodigde budget: van jaar tot jaar kan het actueel uitgegeven percentage fluctueren.
Ten aanzien van beheer en onderhoud is er het volgende areaal:
Areaal Eenheid | Omvang 2011 | ||
---|---|---|---|
Beheer, onderhoud en ontwikkeling | Vaarweg (in km) | 7 609 |
Toelichting
Het areaal bestaat enerzijds uit de hoofdtransportassen, hoofdvaarwegen en overige vaarwegen die ten behoeve van de binnenvaart in beheer zijn bij RWS, die in totaal 3 730 km meten en anderzijds het aantal km zeevaartweg van in totaal 3 879 km.
Voor het jaar 2011 geldt de volgende indicator:
Basispakket | Indicator | Eenheid | Norm | Realisatie 2009 | Streefwaarde 2010 | Streefwaarde 2011 |
---|---|---|---|---|---|---|
Beheer en Onderhoud | De Vaarbak dient conform de norm uit het vaarwegplan qua vaarwegdiepte en -breedte, op basis van vaarwegmarkeringen, op orde te zijn. | % van de tijd dat vaarbak op orde is | ||||
Hoofdtransportas | 95% | 93% | 80% | 85% | ||
Hoofdvaarweg | 90% | 82% | 70% | 70% | ||
Overige vaarweg | 80% | 81% | 70% | 70% |
Toelichting
Deze indicator geeft een beeld van achterstanden bij het beheer en onderhoud van de vaarwegen. In de afgelopen jaren zijn de gerealiseerde scores mede opgelopen als gevolg van het programma om de achterstanden in te lopen. Als eerste worden de achterstanden op de hoofdtransportassen weggewerkt. Dit programma zal in 2010 grotendeels worden afgerond. Het programma tot en met 2016 is erop gericht ook de achterstanden op de hoofd- en overige vaarwegen weg te werken. De streefwaardes 2011 zijn relatief laag. De hogere realisatie in 2009 wordt deels verklaard door de versneld beschikbaar gestelde middelen uit het aanvullend beleidsakkoord. Ook in 2010 kan de feitelijke realisatie hierdoor hoger uitvallen.
15.03 Aanleg en planstudie na tracébesluit
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de aanleg- en planstudie activiteiten bij het hoofdvaarwegen netwerk nadat het tracébesluit genomen is.
Realisatieprogramma hoofdvaarwegen
Producten
In 2010 zullen naar verwachting de volgende projecten worden opgeleverd: Twentekanalen verruiming (fase 1) en de Renovatie sluizen 4, 5 en 6 van de Zuid-Willemsvaart.
Naar verwachting start in 2011 de realisatie van de volgende projecten:
• Vaarweg Meppel–Ramspol (keersluis Zwartsluis);
• Vaargeul De Boontjes.
Daarnaast zal VenW in 2011 een bijdrage leveren aan de bouw van de 4e sluiskolk Ternaaien, die naar verwachting in 2011 start.
Ten opzichte van de begroting 2010 is bij enkele projecten sprake van mutaties. Deze zijn per project opgenomen en toegelicht in het MIRTprojectenboek (www.mirtprojectenboek.nl).
In de beleidsbrief Duurzame Zeehavens (Kamerstukken II, 2008–2009, 29 862, nr. 10), is een subsidieregeling aangekondigd voor projecten die bijdragen aan de verduurzaming van de Nederlandse havens. Het betreffen bijvoorbeeld projecten voor duurzaam ruimtegebruik in havens. In 2010 is deze regeling gepubliceerd. Voor deze projecten is € 4,2 mln ter beschikking gesteld. De tender is in september 2010 gesloten.
Planstudieprogramma na tracébesluit
• Het project bouw 4e sluiskolk Ternaaien (verantwoordelijkheid van België) gaat in 2011 naar de realisatiefase.
• de Maasroute, modernisering fase 2 (verbreding Julianakanaal) gaat naar verwachting eind 2010 naar de realisatiefase;
• verwacht wordt dat Vaarweg Meppel–Ramspol (keersluis Zwartsluis) begin 2011 naar de realisatiefase gaat;
• verwacht wordt dat begin 2011 de planstudie Verruiming vaarweg Eemshaven–Noordzee naar de realisatiefase gaat.
Impuls infrastructuur vaarwegen
Quick-wins
Bij de eerste suppletore begroting 2008 is een bedrag van € 55 mln uit de FES enveloppe Infrastructuur en (vaar)wegen voor (quick win)maatregelen op het gebied van binnenhavens en vaarwegen aan de VenW-begroting toegevoegd. Met amendement Anker (Kamerstukken II, 2007–2008, 31 200 A, nr. 25) is daar € 7 mln. aan toegevoegd. Vanuit het Aanvullend Beleidsakkoord is tevens € 50 mln. beschikbaar gesteld.
Op verzoek van VenW hebben vrijwel alle regionale overheden een netwerkvisie op vaarwegen en binnenhavens ontwikkeld. Deze netwerkvisie dient de basis te vormen voor voorstellen die een duidelijke meerwaarde betekenen voor vervoer over water. Inmiddels zijn twee tranches uitgezet, hierbij zijn 68 projecten betrokken. De uitvoering van deze projecten vindt plaats in de periode 2009–2013.
Verruiming vaargeul Eemshaven–Noordzee
Uit de enveloppe Regionaal beleid/sterke regio’s is € 10,4 miljoen aan de begroting toegevoegd voor de periode 2011–2013 voor de verruiming van de vaargeul Eemshaven–Noordzee, zodat de Eemshaven bereikbaar wordt voor grotere zeeschepen.
Dynamisch verkeersmanagement
Uit de enveloppe Infrastructuur en (vaar)wegen is in 2010 een bedrag van € 102 mln. (prijspeil 2010) beschikbaar gesteld voor maatregelen op het gebied van dynamisch verkeersmanagement op vaarwegen. De middelen worden met name ingezet om de verbindingen vanuit de Maasvlakte naar het achterland beter te benutten.
Projectoverzicht behorende bij 15.03.01: Realisatieprogramma Hoofdvaarwegen
Totaal | Budget in € mln prijspeil 2010 | Oplevering | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving | huidig | vorig | t/m 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | later | huidig | vorig |
CATEGORIE 0 | ||||||||||||
Projecten Nationaal | ||||||||||||
Dynamisch verkeersmanagement | 102 | 0 | 3 | 35 | 45 | 19 | 2013 | |||||
Quick Wins Binnenhavens | 112 | 112 | 6 | 35 | 20 | 33 | 17 | 2011/2013 | 2011/2013 | |||
Projecten Noordwest-Nederland | ||||||||||||
De Zaan (Wilhelminasluis) | 13 | pm | 10 | 3 | 2014 | 2014 | ||||||
Renovatie Noordzeesluizen IJmuiden | 234 | 234 | 234 | 1 | 2007 | 2007 | ||||||
Verbeteren vaargeul IJsselmeer Amsterdam-Lemmer | 16 | 16 | 13 | 2 | 1 | na 2011 | na 2010 | |||||
Walradar Noordzeekanaal | 28 | 28 | 6 | 22 | 2012 | 2012 | ||||||
Projecten Utrecht | ||||||||||||
Lekkanaal, verbreding kanaalzijde en uitbreiding ligplaatsen | 19 | 19 | 10 | 9 | 2013 | 2012 | ||||||
Projecten Zuidvleugel | ||||||||||||
Capaciteit Julianasluis Gouda | 3 | 0 | 3 | 2013 | ||||||||
Projecten Brabant | ||||||||||||
Burgemeester Delenkanaal Oss | 2 | 2 | 0 | 2 | 2009 | 2009 | ||||||
Tweede Sluis Lith | 57 | 57 | 56 | 1 | 2002 | 2002 | ||||||
Wilhelminakanaal Tilburg | 84 | 83 | 6 | 17 | 23 | 37 | 2015 | 2015 | ||||
Zuid-Willemsvaart; Maas-Veghel | 470 | 469 | 36 | 29 | 48 | 126 | 108 | 68 | 54 | 2015 | 2015 | |
Zuid-Willemsvaart; renovatie middendeel klasse II | 59 | 59 | 53 | 6 | 2008 | 2008 | ||||||
Zuid-Willemsvaart; vervanging sluizen 4, 5 en 6 | 83 | 82 | 40 | 4 | 25 | 13 | 2011 | 2011 | ||||
Projecten Limburg | ||||||||||||
Maasroute, modernisering fase 2 | 613 | 518 | 55 | 75 | 133 | 104 | 77 | 61 | 84 | 22 | na 2012 | na 2012 |
Projecten Oost-Nederland | ||||||||||||
Twentekanalen, verruiming (fase 1) | 75 | 66 | 73 | 2 | 2010 | 2010 | ||||||
Projecten Noord-Nederland | ||||||||||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 1; verbetering tot klasse Va | 205 | 205 | 132 | 12 | 18 | 17 | 25 | 2013 | 2013 | |||
Verruiming vaarweg Eemshaven-Noordzee | 41 | 31 | 0 | 20 | 17 | 3 | 1 | 2012 | 2012 | |||
Overige projecten | ||||||||||||
Duurzame havens | 5 | 5 | 0 | 1 | 2 | 2 | 2012 | 2012 | ||||
Kleine projecten | 93 | 93 | 91 | 1 | nvt | nvt | ||||||
Ligplaatsvoorzieningen | 4 | 4 | 3 | 1 | 2007 | 2007 | ||||||
Walradarsystemen | 46 | 46 | 13 | 4 | 10 | 3 | 7 | 3 | 7 | 2013 | 2013 | |
Afronding | 3 | 4 | –1 | |||||||||
Totaal categorie 0 | 2 364 | 837 | 250 | 336 | 385 | 254 | 135 | 145 | 22 | |||
Begroting (IF 15.03.01) | 250 | 336 | 385 | 254 | 135 | 145 |
Projectoverzicht behorende bij 15.03.02/15.05.02: Planstudieprogramma voor- en na tracébesluit/projectbesluit
Bedrag in € mln | Raming kosten | Budget | Planning | Uitvoering | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Projectomschrijving | min. | max. | taakstellend | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | periode |
CATEGORIE 1 (na tracébesluit/projectbesluit) | ||||||||||
Maasroute, modernisering fase 2, verbreding Julianakanaal | 79 | uo | 2010–2017 | |||||||
Vaarweg Meppel-Ramspol (keersluis Zwartsluis) | 48 | uo | 2011–2015 | |||||||
Totaal categorie 1 na tracébesluit/projectbesluit (IF 15.03.02) | 127 | |||||||||
CATEGORIE 1 (voor tracébesluit/projectbesluit) | ||||||||||
Projecten Noordwest-Nederland | ||||||||||
Amsterdam-Rijnkanaal, verwijderen keersluis Zeeburg | 17 | 2010–2012 | ||||||||
Lichteren Buitenhaven IJmuiden | 88 | pn/pb | uo | 2013–2015 | ||||||
Vaarweg IJsselmeer-Meppel | 43 | pn/pb | uo | 2013–2015 | ||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Lemmer | 7 | pb | na 2013 | |||||||
Zeetoegang IJmond | pm 1 | pn | t/m 2016 | |||||||
Projecten Utrecht | ||||||||||
Lekkanaal/3e kolk Beatrixsluis | 206 | tb | uo | 2012–2015 | ||||||
Projecten Zuidvleugel | ||||||||||
Capaciteitsuitbreiding overnachtingsplaatsen Merwedes | 40 | pn/pb | uo | 2015–2017 | ||||||
Verkeerssituatie Splitsing Hollandsch Diep-Dordtsche Kil | 10 | pb | pm | |||||||
Projecten Limburg | ||||||||||
Bouw 4e sluiskolk Ternaaien | 9 | uo | 2011–2013 | |||||||
Projecten Oost-Nederland | ||||||||||
Bovenloop IJssel | 43 | na 2015 | ||||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel | 36 | pb | uo | 2014–2016 | ||||||
Toekomstvisie Waal | 188 | 2006–2016 | ||||||||
Verruiming Twentekanalen (fase 2) en capaciteitsuitbreiding sluis Eefde | 120 | pn | pb | uo | 2013–2016 | |||||
Projecten Noord-Nederland | ||||||||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2; verbetering tot klasse Va | pm | pn/pb | uo | 2014–2020 | ||||||
Verdieping vaarweg Harlingen–Kornwerderzand (Boontjes) | 5 | pn | pb/uo | 2011–2012 | ||||||
Totaal categorie 1 voor tracébesluit/projectbesluit (IF 15.05.02) | 812 | |||||||||
Totaal categorie 1 | 939 |
Legenda
pn projectnota
tb tracébesluit
pb projectbesluit
uo uitvoeringsopdracht (beschikking)
15.05 Verkenning en planstudie voor tracébesluit/projectbesluit
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de verkenning- en planstudie activiteiten bij het hoofdvaarwegen netwerk voordat het tracébesluit genomen is.
Verkenningen
Producten
De verkenningen naar de Julianasluis Gouda, overnachtingshavens Merwedes, ligplaatsen Amsterdam–Rijnkanaal, ligplaatsen Rijn Schelde verbinding en verbreding Maasgeul zijn afgerond.
De Vlaams-Nederlandse verkenning maritieme toegankelijkheid kanaalzone Gent–Terneuzen is afgerond. Momenteel worden nog enkele onderzoeken uitgevoerd ter ondersteuning van besluitvorming voor een planstudie besluit.
Eind 2010 zal een verkenning naar de Volkeraksluizen starten.
Planstudieprogramma vóór tracé-/projectbesluit
Over de voortgang van het planstudieprogramma voor tracébesluit is het volgende te melden:
• Naar verwachting wordt de planstudie naar de Vaargeul De Boontjes in 2011 afgerond en zal de uitvoering starten;
• Met de ondertekening van de bestuursovereenkomst met de regio over de Wilhelminasluis in de Zaan is het projectbesluit genomen en zal de provincie de uitvoering starten;
• De planfase voor het project Zeesluis IJmuiden is in 2010 gestart.
Het projectoverzicht van de planstudies vóór tracébesluit is opgenomen onder 15.03.
Projectoverzicht behorende bij 15.05 Lopende verkenningen
A. Lopende verkenningen | |||
---|---|---|---|
Locatie | Probleem | Referentiekader | Gereed |
Noordwest-Nederland | |||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam Rijnkanaal | Capaciteit en veiligheid | Nota Mobiliteit | 2010 |
Zuidvleugel | |||
Verbreding Maasgeul | Capaciteit en toegankelijkheid | Havenmeesterconvenant 2003 | 2010 |
Zuidwestelijke Delta | |||
Volkeraksluizen | Capaciteit en toegankelijkheid | Nota Mobiliteit | 2012 |
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam Rijnkanaal | Capaciteit en veiligheid | Nota Mobiliteit | 2010 |
Grensoverschijdende verkenning maritieme toegankelijkheid kanaalzone Gent-Terneuzen, waaronder capaciteit binnenvaartsluis Terneuzen | Capaciteit en toegankelijkheid | 3e Memorandum van Overeenstemming Vlaanderen en Nederland | 2010 |
Noord-Nederland | |||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Lemmer-Delfzijl | Capaciteit en veiligheid | Nota Mobiliteit | 2010 |