Base description which applies to whole site

Beleidsartikel 43 Langdurige zorg

43.1 Algemene doelstelling

Zorgen dat voor mensen met een langdurige of chronische aandoening van lichamelijke, verstandelijke of psychische aard zorg van goede kwaliteit beschikbaar is en dat deze zorg tegen voor de samenleving aanvaardbare maatschappelijke kosten wordt geleverd.

43.2 Budgettaire gevolgen van beleid Najaarsnota
Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1 000)
 

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 2e suppletoire begroting

Stand 2e suppletoire begroting

 

(1)

(2)

(3)

(4)=(2+3)

Verplichtingen

6 366 932

6 351 867

74 172

6 426 039

         

Uitgaven

6 391 860

6 376 823

69 518

6 446 341

         

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

55 627

52 655

– 2 893

49 762

2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar

120 615

120 615

3 615

124 230

3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goede zorg)

166 948

163 537

– 5 533

158 004

4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar

6 048 670

6 040 016

74 329

6 114 345

         

Ontvangsten

0

3 358

0

3 358

43.3 Financiële toelichting

Er zijn vier operationele doelstellingen op dit beleidsartikel:

  • 1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt;

  • 2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar;

  • 3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goed zorg);

  • 4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar.

1. De positie van de burger in het zorgstelsel wordt versterkt

Stand 1e suppletoire begroting

52 655

Mutaties 2e suppletoire begroting:

 

1. Omdat de Wet Cliëntenrechten Zorg (WCZ) controversieel is verklaard, worden de voor het WCZ-register gereserveerde middelen nagenoeg niet uitgegeven. De uitgaven voor Zichtbare zorg en Kiesbeter vallen lager uit en er zijn minder subsidies verstrekt aan patiënten- en gehandicaptenorganisaties.

– 2 310

2. Overige mutaties

– 583

Stand 2e suppletoire begroting

49 762

2. Voor iedere cliënt is de noodzakelijke zorg beschikbaar

Stand 1e suppletoire begroting

120 615

Mutaties 2e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) in verband met bijdrage voor pgb-onderzoeken.

– 700

2. Als gevolg van het in gang gezette traject van vereenvoudiging van de indicatiestelling daalt het aantal personeelsleden en de instellingssubsidie van het CIZ. In het kader van dit traject worden echter meerkosten gemaakt voor een sociaal plan. Deze extra kosten leiden tot structurele besparingen op termijn.

3 400

3. Overige mutaties.

915

Stand 2e suppletoire begroting

124 230

3. De zorg is effectief en veilig en wordt door de cliënt positief ervaren (kwalitatief goede zorg)

Stand 1e suppletoire begroting

163 537

Mutaties 2e suppletoire begroting:

 

1. Overboeking naar artikel 41 OD 2. Betreft budget voor de uitvoering van het verbeterprogramma palliatieve zorg door ZonMw.

– 1 300

2. Overboeking naar artikel 97 OD 2. Betreft toevoeging aan de verzameluitkering van de subsidie aan Frieslab (gemeente Leeuwarden).

– 39

3. Onderuitputting doordat uitgaven van enkele programma’s op het gebied van kwaliteit zijn verspreid over een groter tijdsbestek. Het gaat hierbij met name om het programma «In voor zorg» en een (beperkt) deel van het ZonMw-programma voor de kwaliteitsverbetering van palliatieve zorg.

– 5 600

4. Overige mutaties.

1 406

Stand 2e suppletoire begroting

158 004

4. De kosten van de zorg zijn maatschappelijk aanvaardbaar

Stand 1e suppletoire begroting

6 040 016

Mutaties 2e suppletoire begroting:

 

1. Per saldo is er sprake van een knelpunt van € 15,7 miljoen op de TBU/TSZ.

15 700

2. Prijsbijstelling tranche 2012, kader Zorg ten behoeve van de algemene tegemoetkomingen in het kader van de Wtcg.

14 083

3. De Wtcg-tegemoetkomingen worden vanaf december in het jaar na het toeslagjaar uitbetaald. Zo zullen vanaf eind december 2012 de tegemoetkomingen over 2011 worden uitbetaald. Rechthebbenden waarvan de rekeninggegevens nog niet bekend zijn of waarvan de zorggegevens later binnenkomen, zullen hun tegemoetkoming in 2013 ontvangen.

In oktober 2012 zijn de beschikkingen gestuurd over toeslagjaar 2011. Op dat moment was een eerste inschatting mogelijk van het aantal te betalen tegemoetkomingen over toeslagjaar 2011. Op grond van deze actuele inzichten is de inschatting dat er in 2012 € 44,2 miljoen meer benodigd zal zijn dan waarmee in onze raming voor 2012 rekening was gehouden. Tevens wordt verwacht dat in 2013 € 38 miljoen minder benodigd zal zijn dan waarmee in de raming voor 2013 rekening is gehouden. Met het oog daarop wordt een bedrag van € 38 miljoen verschoven van 2013 naar 2012 en wordt additioneel een bedrag van € 6,2 miljoen toegevoegd aan het Wtcg-budget 2012.

44 200

4. Additionele beheerskosten van het CAK. Deze hogere uitgaven zijn voornamelijk het gevolg van hogere uitgaven in het kader van de inning van de eigen bijdrage huishoudelijke verzorging door gemeenten (Wmo), projectkosten in het kader van de invoering van de vermogensinkomensbijstelling, het uitvoeren van de Single Euro Payment Agreement en ICT-onderhoud.

4 700

5. Bijstelling van de BIKK naar aanleiding van actuele ramingen van het CPB (MEV).

– 4 800

6. Overige mutaties.

446

Stand 2e suppletoire begroting

6 114 345

Ontvangsten

Stand 1e suppletoire begroting

3 358

Mutaties 2e suppletoire begroting:

 

1. Geen mutaties.

0

Stand 2e suppletoire begroting

3 358

Licence