Base description which applies to whole site

Artikel 13 Spoorwegen

Omschrijving van de samenhang in het beleid

Op dit artikel worden de producten op het gebied van Spoorwegen verantwoord.

Het productartikel Spoorwegen is gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting 2009 van Verkeer en Waterstaat (XII) bij beleidsartikelen:

  • Artikel 32: Bereiken van een optimale veiligheid in of als gevolg van mobiliteit.

  • Artikel 34: Betrouwbare netwerken en voorspelbare reistijd.

  • Artikel 35: Mainports en logistiek.

  • Artikel 36: Bewaken, waarborgen en verbeteren van kwaliteit leefomgeving.

Tabel budgettaire gevolgen van de uitvoering

Overzicht van de budgettaire gevolgen van uitvoering (x € 1 000)

13 Spoorwegen

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

2 538 710

2 245 364

2 032 613

2 850 388

1 989 762

1 885 305

2 018 825

Uitgaven

2 645 273

2 433 672

2 445 684

2 568 502

2 391 935

2 575 692

2 399 814

13.02 Onderhoud en vervanging

1 689 994

1 536 401

1 510 623

1 567 862

1 360 564

1 472 331

1 271 147

13.02.01 Regulier onderhoud

894 536

788 481

671 520

687 236

608 760

556 930

570 588

13.02.02 Grote onderhoudsprojecten

490 667

382 117

455 699

477 593

383 747

571 233

405 282

13.02.03 Rentelasten

70 210

62 910

37 919

39 109

40 299

40 299

40 299

13.02.04 Betuweroute

77 565

57 811

55 600

54 479

34 967

32 458

37 479

13.02.05 Kleine infra en overige proj.

157 016

245 082

289 885

309 445

292 791

271 411

217 499

13.02.06 Aandeel ProRail in taakst I&M

 

0

0

       

13.03 Aanleg

794 285

696 774

675 852

645 858

561 017

507 963

414 633

13.03.01 Realisatieprogramma personenvervoer

772 350

677 065

630 772

593 382

508 546

477 121

383 073

13.03.02 Realisatieprogramma goederenvervoer

21 935

19 709

45 080

52 476

52 471

30 842

31 560

13.03.03 Uitgaven leenfaciliteit versnelde aanleg

             

13.04 Geintegreerde contractvormen/PPS

121 510

137 133

151 489

143 776

145 040

146 099

147 580

13.05 Verkenningen en planstudies

39 484

63 364

107 720

211 006

325 314

449 299

566 454

13.05.01 Planstudieprogramma personenvervoer

28 462

57 030

73 572

171 846

271 858

372 333

499 188

13.05.02 Planstudieprogramma goederenvervoer

11 022

6 334

34 148

39 160

53 456

76 966

67 266

13.09 Ontvangsten

15 848

43 682

93 136

174 105

186 489

346 489

346 489

Budgetflexibiliteit

Deze tabel geeft voor het jaar 2012 per artikelonderdeel de programmamiddelen weer en maakt de mate van budgetflexibiliteit inzichtelijk door middel van vijf categorieën. De verhoudingen binnen de artikelonderdelen worden zowel procentueel als nominaal gepresenteerd.

Toelichting

13.02 Onderhoud en vervanging

Dit betreft de jaarlijkse beschikking aan ProRail voor beheer en onderhoud spoor.

13.03 Aanleg

Dit betreft de realisatie van aanlegprojecten personen- en goederenvervoer. Voor het bestuurlijk gebonden gedeelte worden beschikkingen afgegeven aan ProRail.

13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

Het betreft het contract met HSA.

13.02 Beheer en instandhouding

Motivering

IenM is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud (inclusief vervangingen) van de hoofdspoorweginfrastructuur. Het bestaande spoornet vertegenwoordigt een groot maatschappelijk geïnvesteerd kapitaal. Instandhouding van dit goed is de eerste prioriteit. Beheer en instandhouding zijn noodzakelijk om de kwaliteit van het spoor verder te verbeteren.

Producten

De Beheer- en instandhoudingsactiviteiten zijn gericht op het realiseren van de in het Beheerplan opgenomen prestaties betreffende de in de beheerconcessie vastgelegde zorgtaken van ProRail. Onderdeel hiervan zijn de activiteiten van ProRail die samenhangen met spoor-verkeersleiding en activiteiten op het gebied van capaciteitsmanagement en capaciteitsstudies.

ProRail ontvangt voor de uit te voeren taken van het Rijk een bijdrage. Bij de vaststelling van de rijksbijdrage voor het onderhoud spoor wordt rekening gehouden met de inkomsten van de gebruiksvergoeding. De door ProRail te ontvangen gebruiksvergoeding wordt in mindering gebracht op de door het Rijk te subsidiëren uitgaven. In het onderhoudsbudget wordt een onderscheid gemaakt tussen

  • Regulier onderhoud (waaronder beheer).

  • Grote onderhoudsprojecten (waaronder vervangingen).

  • Rentelasten.

  • Exploitatie Betuweroute.

  • Kleine infra en overige projecten.

Voor Beheer en Instandhouding is in de periode 2014–2016 nog sprake van een tijdelijke spanning tussen beschikbaar en benodigd budget, na 2016 is er sprake van overschotten.

Actieplan Groei op het spoor

Het Actieplan «Groei op het Spoor» is opgesteld in 2007 als uitwerking van het regeerakkoord Balkenende IV en heeft een looptijd van 2008–2012 en zet in den brede in op het aantrekkelijker maken van de trein voor meer reizigers. Het Actieplan «Groei op het spoor» had als ambitie een jaarlijkse groei van 5% van het aantal reizigerskilometers per trein. De groeiambitie is niet in het huidige regeerakkoord opgenomen.

Bijna alle acties van het actieplan «Groei op het spoor» (TK 2007–2008, 29 644, nr. 85 en TK 2009–2010, 29 984, nr. 216) zijn in uitvoering. Op 11 maart 2011 is de Tweede Kamer door middel van de vijfde voortgangsrapportage Actieplan/PHS/OV SAAL geïnformeerd over de uitvoering van het actieplan Groei op het Spoor. De maatregelen zijn ondergebracht in vijf clusters: voor- en natransport, informatievoorziening, kaartjes en kennismaking, treinaanbod en spreiding van mobiliteit.

Het regeerakkoord bevat een subsidietaakstelling. Er is voor gekozen om de uitvoering van de maatregel Kaartsoorten en Kennismakingsacties te stoppen.

Daarnaast is tijdens de uitvoering gebleken dat de maatregel »Stimuleren van shuttleservices tussen stations en bedrijfslocaties» niet zal leiden tot een rendabele service na de looptijd van het Actieplan. Deze maatregel zal daarom worden gestopt. Van de maatregel «Pilots met dynamische reisinformatie» is gebleken dat deze niet binnen de looptijd van het Actieplan zal kunnen worden uitgevoerd. Het voor deze maatregel beschikbare budget zal op het Actieplanbudget in mindering worden gebracht.

Het aantal reizigerskilometers per spoor op het hoofdrailnet is in 2010 hetzelfde gebleven als in 2009.

Toegankelijkheid Spoor

NS en ProRail liggen op schema met het toegankelijk maken van het spoorsysteem voor mensen met een functiebeperking. In 2009 is begonnen met de versnelde uitvoering van het Implementatieplan Toegankelijkheid Spoor (TK 2006–2007, 23 645, nr. 144), zodat de doelstellingen uit het implementatieplan zo veel als mogelijk voor 2020 gerealiseerd worden. Het door NS en ProRail gezamenlijk opgestelde Actualisatieplan Toegankelijkheid Spoor is in mei 2011 aan de Tweede Kamer aangeboden. Het rapport geeft inzicht in de stand van zaken van het programma, in de mogelijkheden tot versnelling van de aanpassingen voor toegankelijkheid conform de ambitie uit het regeerakkoord 2010, alsmede in de mogelijkheid en de gevolgen van de moties Roemer – De krom 25 847, nrs. 64 en 66.

13.03 Aanleg Spoorwegen

Motivering

IenM is verantwoordelijk voor de uitbreiding van de hoofdspoorweginfrastructuur. Deze wordt in belangrijke mate gefinancierd met middelen uit de Rijksbegroting. Op dit hoofdproduct worden alle uitgaven begroot die noodzakelijk zijn voor:

  • De uitvoering van nieuwbouwprojecten spoor.

  • De voorbereiding van de uitvoering van deze projecten.

Realisatie programma aanleg personenvervoer

Producten

Taakstellingen Regeerakkoord

In het regeerakkoord zijn taakstellingen afgesproken voor bovenwettelijke inpassing, aanpassing omgevingsrecht en toepassing PPS. Voor het project PHS betreft het een bedrag van € 194 mln., voor OV SAAL € 45 mln. en voor GoeNoord € 6 mln. De intentie is dat de taakstellingen op deze projecten worden gerealiseerd.

Aanbestedingsresultaten

ProRail heeft aangegeven voor € 238 mln. aan aanbestedingsresultaat op aanleg spoor te verwachten in de periode 2005–2012. Dit bedrag is toentertijd vooruitlopend op daadwerkelijk realisatie in mindering gebracht op de beschikbare jaarbudgetten en technisch verwerkt op het project 2e fase betrouwbaar Benutten. Tot het voorjaar 2011 was van de verwachte 238 mln. reeds € 209 mln. gerealiseerd. In aanvulling op deze al gerealiseerde aanbestedingsmeevallers worden de onderstaande aanbestedingsmeevallers verwerkt:

  • Vleuten–Geldermalsen (€ 9 mln.).

  • Hanzelijn (€ 17 mln.).

  • Knelpunt Baarn (€ 2 mln.).

  • Elektr. empl. Maasvlakte West (€ 1 mln.).

Hiermee heeft ProRail het verwachte aanbestedingsresultaat ad € 238 mln. volledig gerealiseerd.

Nieuw opgenomen in het realisatieprogramma

ERTMS pilot A’dam–Utrecht en ERTMS expertisecentrum

In het kader van het project «Integrale spooruitbreiding Amsterdam–Utrecht» is op dit traject het treinbeveiligingssysteem ERTMS aangelegd. Over de te volgen aanpak bij de verdere implementatie van ERTMS op de landelijke hoofdspoorweginfrastructuur bestaat nog geen eensluidende visie. Op basis van een maatschappelijke kosten/baten-analyse van verschillende ERTMS-implementatiestrategieën is gebleken dat het wenselijk is om meer praktijkervaring op te doen met ERTMS, alvorens een besluit te nemen over de te volgen ERTMS-implementatiestrategie. Het ERTMS-traject Amsterdam–Utrecht lijkt hiervoor het meest geëigend.

Een aantal treinen zal voorzien worden van ERTMS. Door uitvoering van baan-trein-integratie-testen zullen hiervoor «Vergunningen Voor Indienststelling» worden verkregen. Vervolgens zullen deze treinen op het traject Amsterdam–Utrecht onder ERTMS gaan rijden met maximumsnelheden van 160 km/uur. De praktijkervaring en expertise op het gebied van ERTMS die hiermee wordt opgedaan zal gebruikt worden om verschillende ERTMS-implementatiestrategieën te beoordelen op kosten en baten. Op basis hiervan zal worden bezien of en zo ja op welke wijze ERTMS zal worden geïmplementeerd op het nationale net.

PHS Diezebrug

In het Herstelplan Spoor project «Sporen in Den Bosch» is de aanleg van een nieuwe extra brug voorzien. Vervanging van de huidige brug was niet voorzien. In het kader van het OTB kwam de wens van de gemeente naar voren voor vervanging van de huidige stalen brug door een betonnen brug, ingegeven door het aspect ruimtelijke kwaliteit. ProRail heeft met IenM, gemeente en provincie de mogelijkheid tot realisatie hiervan onderzocht. Realisatie blijkt mogelijk via dekking uit het Beheer en Instandhoudingsbudget (eerdere vervanging oude brug) en bijdragen van gemeente en provincie. Ook IenM zal bijdragen aan dit project waarbij de hoogte van de bijdrage is gebaseerd op berekeningen inzake verwachte besparingen voor geluidsmaatregelen die in het kader van PHS alsnog zouden moeten worden getroffen voor de huidige brug.

Sporendriehoek Noord Nederland (nav Motie Koopmans)

Conform de Motie Koopmans (TK 2007–2008 27 658, nr. 41) is vanuit het budget voor Programma Hoofdfrequent Spoorvervoer € 164 miljoen beschikbaar gesteld om in Noord Nederland intensivering van de treindienst mogelijk te maken en kosteneffectieve maatregelen te treffen om de rijtijden tussen Noord Nederland en de Randstad te verbeteren.

Het project Zwolle Transfer-Rijtijdverkorting wordt momenteel door ProRail uitgevoerd en zal eind 2012 gereed zijn, het moment dat ook de Hanzelijn in bedrijf komt.

Verder worden de volgende projecten bestudeerd:

  • Het vervangen van een overweg te Wolvega door de spoortunnel «Om den Noort».

  • Aanpassen van de boog te Hoogeveen en Herfte ten behoeve van een hogere snelheid.

  • Seinaanpassing Zwolle–Meppel.

  • Aanpassing seinplaatsing bij overwegen.

  • 4sporen Groningen–Groningen losplaats inclusief Groningen Europapark.

De dan nog resterende middelen zijn gereserveerd voor overwegveiligheid Zwolle–Leeuwarden en versnelling bediening brug over het Van Harinxmakanaal. Andere mogelijk te treffen maatregelen, afhankelijk van de uiteindelijke dienstregeling, hebben betrekking op capaciteitsverruiming van het baanvak Zwolle–Herfte, aanpassingen te Assen, Meppel en Groningen en overige brugopeningen te Fryslan.

Partiële spooruitbreiding spoor Groningen–Leeuwarden

De huidige capaciteit van de spoorlijn Groningen–Leeuwarden is onvoldoende om het aantal reizigers en de toekomstige groei te faciliteren. Er rijden nu twee stoptreinen en één sneltrein per uur. Om aan de vraag te kunnen voldoen zouden er twee stop- en twee sneltreinen per uur moeten gaan rijden. De huidige infrastructuur heeft hiervoor onvoldoende capaciteit. Daarom worden de volgende maatregelen voorgesteld:

  • Dubbelspoor Zuidhorn–Hoogkerk.

  • Snelheidsverhoging Leeuwarden–Veenwouden.

  • Snelheidsverhoging Zuidhorn–Groningen.

Verder wordt de mogelijkheid voor een nieuw station Hoogkerk en de overwegveiligheid op het hele traject onderzocht. Het taakstellend budget op basis van Convenant regiospecifiek Pakket RSP Zuiderzeelijn bedraagt € 125 mln. (pp 2010, TK vergaderjaar 2008–2009, 31 700 A, nr. 19).

Vooralsnog is een bedrag van € 4,6 mln. toegevoegd aan 13.03.01 ten behoeve van de lopende planstudie. De resterende gelden voor dit project zijn geraamd op IF 14.03.01.

Overige toelichtingen

Kleine projecten

In de begroting 2011 was nog sprake van de post kleine projecten. Dit betrof slechts het project Knelpunt Baarn. Dit project is afgerond en de resterende werkzaamheden zijn toegevoegd aan de post Nazorg gereed gekomen lijnen/halten.

Kleine Stations

De verlaging van het programmabudget met € 1 mln. wordt veroorzaakt door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

Nazorg gereedgekomen lijnen/halten

Met ingang van deze begroting worden slechts de gerealiseerde uitgaven over het afgelopen jaar alsmede de geprognosticeerde uitgaven over het lopende en de komende jaren gepresenteerd. Daarnaast bleek het, gelet op de resterende werkzaamheden van de in deze post ondergebrachte werkzaamheden, mogelijk het projectbudget te verlagen met € 3,6 mln. en zijn de restwerkzaamheden van het project Knelpunt Baarn ondergebracht bij deze post. Genoemde aanpassingen hebben geleid tot een neerwaartse bijstelling van het projectbudget met € 31,5 mln.

Ontsnippering

De verlaging van het programmabudget wordt veroorzaakt door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

OV SAAL

In het OTB voor het project OV SAAL KT cluster a (Flevolijn) en in het TB SAA is hetzelfde geluidscherm langs de spoorlijn bij Muiderberg opgenomen. Dit geluidscherm dient de geluidhinder van én de spoorlijn én de A6 bij Muiderberg te verminderen. De plaatsing van het scherm langs het spoor is het meest effectief en een gezamenlijk scherm is ook beduidend goedkoper dan twee schermen. Het projectbudget is derhalve opgehoogd met de bijdrage vanuit het wegenbudget ad € 2,6 mln. ten behoeve van het geluidscherm.

Amsterdam Cuypershal

Er is besloten tot gefaseerde aanleg. Restauratie Cuypersgebouw 2012 -2013; verplaatsen van de theatertrappen van de Middentunnel naar de Oosttunnel en verbreden Oosttunnel wordt in samenhang bezien met benodigde uitbreiding transfercapaciteit Oosttunnel in kader Programma Hoogfrequent Spoorvervoer. De planning is om medio 2013 met de uitvoering van de Oosttunnel te starten.

Fietsenstalling Amsterdam CS

Er worden drie stallingen gerealiseerd op het stationseiland. Deze stallingen worden gebouwd in een gebied met weinig ruimte, waar al vele projecten in uitvoering zijn. Er is daarom gestudeerd op diverse varianten om uiteindelijk één haalbare variant te kunnen vaststellen. In maart 2011 is de projectbeslissing genomen en is de voorkeursvariant vastgesteld. De noordwestelijke stalling zal als eerste (start in 2012/2013) gerealiseerd worden, zodra in opdracht van de gemeente Amsterdam een nieuwe fietspassage onder de sporen door is gerealiseerd. De grootste stalling (zuidwest met 7 000 plaatsen) zal gedeeltelijk onder de westelijke tramlus worden gebouwd (start 2014/2015). De stalling in het Postzakkengebouw (2000 plaatsen) zal tenslotte vanaf 2015 worden afgebouwd.

Regionet

Het projectbudget is verhoogd met € 0,7 mln. als bijdrage in de vervanging van de gelijkvloerse spoorwegovergang Aagtenpoort door een ongelijkvloerse kruising (maatregelen Beverwijk). Daarnaast is het projectbudget verlaagd met € 2,5 mln. als gevolg van het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

Vleuten–Geldermalsen

Het projectbudget is verlaagd met € 31 mln. als gevolg van het verwerken van de aanbestedingsmeevaller 2011, behaald voordeel uit combinaties van werk en het inleveren van niet benodigd onvoorzien.

OV-terminal stationsgebied Utrecht

Verlaging van het programmabudget met € 10 mln. wordt veroorzaakt door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

Den Haag perronsporen 11/12

De stijging van de geraamde investeringskosten met € 7 mln. is het gevolg van gewijzigde uitgangspunten en nadere uitwerking. Zo kende in 2004 het voorlopig ontwerp, waar de initiële projectraming op was gebaseerd, geen raakvlakken met de realisatie van de definitieve aanlanding van RandstadRail. Ook was in het functioneel programma geen rekening gehouden met inkorting van perronsporen aan de halzijde.

NSP Rotterdam

Verlaging van het projectbudget met € 8 mln. wordt veroorzaakt door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

Rijswijk–Schiedam

De indienststelling van de 2-sporige tunnel is verschoven van 2014 naar 2015 als gevolg van vertraging in de voorbereidingsfase en optredende risico’s in het project. Het huidige beschikbare budget volstaat niet om deze risico’s te dekken. In 2012 worden afspraken gemaakt tussen de betrokken partijen over de financiële consequenties.

Traject Oost

Optimalisering van de planuitwerking heeft geleid tot € 2 mln. hogere planstudiekosten. Deze zijn gedekt uit het realisatiebudget Traject Oost.

Sporen in Arnhem

De wijziging in het projectbudget wordt veroorzaakt door een toename met € 34,5 mln. als gevolg van een tegenvallende aanbesteding op het hoofdcontract, meerwerk aannemers door tegenvallende conditionering, complexe stedelijke omgeving en risicomitigatie om geplande buitendienststellingen te halen en substantieel hogere vertragingskostente vermijden.

Arnhem Centraal t.b.v. NSP

Ter voorbereiding op de aanbesteding van de afbouw van het OV-terminalcomplex (fase 2 van het realisatieproject) is de business case herijkt en een analyse opgesteld van de kosten voor voorbereiding, engineering administratie en toezicht. Voor het sluitend maken van de businesscase is vanuit het Rijk een extra bijdrage van € 7,5 miljoen toegezegd. Verder is het projectbudget verlaagd met € 2,2 mln. veroorzaakt door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven.

Hanzelijn

Het projectbudget is verlaagd met € 47,6 mln. als gevolg van gerealiseerde aanbestedingsmeevallers.

Realisatieprogramma aanleg goederenvervoer

Nieuw opgenomen in het realisatieprogramma

Optimalisering Goederencorridor Rotterdam-Genua

Zevenaar

Voor het derde spoor tussen Zevenaar en grens is de noordelijke ligging als voorlopige voorkeursvariant vastgesteld door IenM in februari 2011. Aan de MER commissie is (vrijwillig) advies gevraagd en deze bevestigt dat de studies van najaar 2010 voldoende basis bieden voor de keuze.

ProRail werkt nu de detailengineering uit en het tracébesluit en de definitieve mer worden eind 2011 verwacht. Oplevering van het derde spoor is voorzien in 2017 en zal tegelijkertijd plaatsvinden met de ingebruikname van het derde spoor aan de Duitse kant van de grens.

De systeemwijziging naar ERTMS en 25 kV op de bestaande twee sporen vindt voor 2016 plaats. De keuze voor ERTMS is gevallen op level-1, vanwege beperking van kosten en risico’s. De nationale beveiliging ATB wordt verwijderd. Van de optie op PZB (onder ERTMS) wordt afgezien. Dit betekent dat na oplevering van ERTMS in 2014 alleen nog maar treinen met ERTMS boordapparatuur de grens bij Zevenaar kunnen passeren en dus voor die tijd de ICE treinstellen omgebouwd moeten zijn. Na verwijdering van de ATB kan de nieuwe 25 kV Voltage in 2015 aangebracht worden op de portalen.

Kijfhoek

Op de doorgaande sporen wordt een overlay van ERTMS level-1 aangelegd, die qua software versie overeenkomst met de huidige level-1 op de havenspoorlijn. De ATB blijft liggen op het gemengde spoor en maakt de noord-zuid bewegingen voor personentreinen onder ATB mogelijk. De goederentreinen rijden onder ERTMS en kunnen zonder transitie afslaan naar de Betuweroute. ERTMS is ook voorzien op het emplacement Kijfhoek zelf. De uitvoering ervan verdient nadere analyse om alle rangeer bewegingen mogelijk te maken. De in bedrijf name van ERTMS te Kijfhoek zal samenvallen met die te Zevenaar en is voorzien in 2014.

Spooraansluiting 2e Maasvlakte achterlandverbinding

In 2009 hebben ProRail en het Havenbedrijf Rotterdam de Integrale Verkenning Rotterdams Havengebied aangeboden aan het ministerie van IenM. Aanleiding voor de verkenning was de aanleg van de Tweede Maasvlakte. In het rapport staat beschreven welke maatregelen er getroffen moeten worden in en nabij het havengebied om de groeiende stroom goederen per spoor op een logistiek efficiënte en betrouwbare wijze te kunnen blijven aan- en afvoeren. De maatregelen omvatten zowel aanleg en aanpassingen van de spoorinfrastructuur als de verbetering van het gebruik ervan via zogenaamde procesverbeteringen. Horizon is 2020 met een doorkijk naar 2035.

De infrastructurele maatregelen betreffen de uitbreiding en/of herinrichting van de emplacementen Maasvlakte West (op de 1e Maasvlakte), Waalhaven Zuid (langs de Havenspoorlijn) en Kijfhoek (net buiten het havengebied), de nieuwbouw van het emplacement Maasvlakte Zuid (op de 2e Maasvlakte) en aanpassingen van een aantal kleinere emplacementen. De aanleg van emplacement Maasvlakte Zuid is voor rekening en risico van het Havenbedrijf Rotterdam conform de bestuurlijke overeenkomst in het kader van het Project Mainport Rotterdam.

De procesverbeteringen moeten ervoor zorgen dat de operationele capaciteit van de spoorinfrastructuur in het havengebied groeit én optimaal wordt benut zonder dat er (tot 2020) meer moet worden bijgebouwd dan staat beschreven in de verkenning waarin procesverbeteringen al zijn verdisconteerd. Dat is niet alleen sowieso financieel aantrekkelijk, maar ook noodzakelijk gegeven de beperkte fysieke ruimte in het havengebied. Voorbeelden: verkorting van de verblijftijd van treinen op emplacementen, verbetering van het openingsregime van de Calandbrug en spreiden van treinen over de dag (reductie piekfactor).

In 2011 is via de Aanvullende Post een bedrag van € 170 mln. beschikbaar gekomen voor dit project dat opgeteld met de reeds beschikbare € 43 mln. zorgt voor dekking van de in de Verkenning en in een nadere beschouwing van Maasvlakte West geraamde kosten. In 2011 wordt gestart met de planstudie voor emplacement Maasvlakte West en de realisatie van een aantal procesverbeteringen. Deze trajecten waren al in gang gezet uitgaande van de beschikbare € 43 mln.

Daarnaast is € 2.7 mln. overgeboekt naar artikel 13.02.05 in verband met het uitvoeren door Keyrail van een vijftal uitgewerkte procesmaatregelen in het Rotterdamse Havengebied

Overige toelichtingen

Elektrificatie emplacement Maasvlakte/passeerspoor Botlek

Het project is in dienstgesteld en de resterende werkzaamheden zijn overgeboekt naar de post Nazorg gereedgekomen projecten.

Sloelijn

De verlaging van het projectbudget met € 65 mln. wordt verklaard door het feit dat het project Sloelijn in dienst is gesteld. De resterende werkzaamheden zijn overgeboekt naar het project Nazorg gereedgekomen projecten. Het separaat beschikte onderdeel geluidmaatregelen maakt nog wel onderdeel uit van het realisatieprogramma.

Nazorg gereedgekomen projecten

Met ingang van deze begroting worden alleen de gerealiseerde uitgaven over het afgelopen jaar alsmede de geprognosticeerde uitgaven over het lopende en de komende jaren gepresenteerd. Daarnaast zijn ten opzichte van de vorige begroting de restwerkzaamheden van de projecten Sloelijn (onderdeel optimalisatie railontsluiting) en Elektrificatie emplacement Maasvlakte West ondergebracht bij deze post. Per saldo hebben bovenstaande aanpassingen geleid tot een ophoging van het projectbudget met € 6 mln.

In 2012 wil IenM de volgende mijlpalen realiseren:

Mijlpaal

Project

Oplevering

Hanzelijn (incl. stations Dronten en Kampen Zuid)

Groningen Europapark

Regionet (Station Halfweg, Station Almere Poort)

Vleuten-Geldermalsen div. onderdelen)

 

Start realisatie

Station Nijmegen Lent

OV SAAL KT cluster a (Flevolijn)

Versnelling emplacement Zwolle (PHS Sporendriehoek/Motie Koopmans

Uitbreiding emplacement Maasvlakte West

Herinrichting emplacement Waalhaven Zuid

Projectoverzicht behorende bij 13.03.01: Spoorwegen personenvervoer; realisatie

Bedragen in € mln incl. btw

Totaal MIRT

Budget

Oplevering

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

later

huidig

vorig

CATEGORIE 0

                       

Projecten nationaal

                       

Benutten

                       

BB21 (ontw. Bev21, VPT+,VPT2)

158

158

153

5

           

divers

divers

ERTMS-pilot A'dam–Utrecht en ERTMS expertisecentrum

47

   

5

19

23

       

2013

 

Geluidsanering Spoorwegen

417

415

18

2

7

4

17

44

56

269

divers

divers

Geluid (empl. en innovatieve ontwikkelingen)

7

7

7

0

               

Amsterdam–Utrecht–Maastricht/Heerlen

                       

Integrale spooruitbreiding Amsterdam–Utrecht

986

986

971

3

4

2

6

     

2006/07

2006/07

Programma Hoogfrequent Spoorvervoer

                       

Vervanging Dieze brug Den Bosch

2

       

1

1

     

2014

 

Stations en stationsaanpassingen

                       

Kleine stations1

80

81

6

10

9

10

9

9

9

19

divers

divers

Overige projecten/lijndelen enz.

                       

Afdekking risico's spoorprogramma's

39

76

 

39

           

n.v.t.

n.v.t.

AKI-plan en veiligheidsknelpunten

366

365

289

12

23

17

17

8

   

divers

divers

Intensivering Spoor in steden (I)

245

244

173

10

10

10

10

10

10

11

divers

divers

Nazorg gereedgekomen lijnen/halten

24

55

2

5

5

5

5

2

   

divers

divers

Ontsnippering

82

84

3

8

14

12

14

12

13

6

divers

divers

Projecten Noordwest Nederland

                       

Amsterdam–Almere–Lelystad

                       

OV SAAL korte termijn

634

629

7

18

49

59

82

114

111

195

2016

2016

Stations en stationsaanpassingen

                       

Amsterdam CS spoor 10/15

77

77

72

0

 

2

2

2

   

2004/pm

2004/pm

Amsterdam Centraal Cuyperhal

37

37

 

5

13

11

6

2

1

 

2013/2015

2011

Fietsenstalling Amsterdam CS

34

34

1

1

2

3

7

8

8

4

2013/17

2009/15

Overige projecten/lijndelen enz.

                       

Regionet (inclusief verkeersmaatregelen Schiphol)

182

184

86

21

35

22

10

7

1

 

divers

divers

Projecten Utrecht

                       

Vleuten–Geldermalsen 4/6 sp. (incl. RSS)

963

992

431

55

64

66

74

66

63

144

2005 e.v.

2005 e.v.

Stations en stationsaanpassingen

                       

OV-terminal stationsgebied Utrecht (VINEX/NSP)

322

332

57

53

66

62

46

17

12

9

2016

2015

Overige projecten/lijndelen enz.

                       

Spoorwegovergang Soestdijkseweg te Bilthoven

29

29

5

12

12

         

2013

2013

Projecten Zuidvleugel

                       

Den Haag Centraal (t.b.v. NSP)

115

115

19

21

34

34

6

     

2014

2013

Den Haag CS: terugbouwen sporen 11/12

37

30

3

3

9

10

6

1

3

2

2013

2013

Rotterdam Centraal (t.b.v. NSP)

260

267

124

35

48

31

22

     

2013

2012

Overige projecten/lijndelen enz.

                       

Rijswijk–Schiedam incl. spoorcorridor Delft

453

452

187

76

48

42

24

43

18

16

2015

2014

Projecten Brabant

                       

Stations en stationsaanpassingen

                       

Breda Centraal (t.b.v. NSP)

59

59

19

3

9

13

10

5

1

 

2015

2014

Projecten Oost Nederland

                       

Utrecht–Arnhem–Zevenaar

                       

Arnhem Centraal (t.b.v. NSP)

106

101

51

18

21

13

4

     

2011/2013

2011/2014

Spoorzone Ede

41

41

2

     

19

13

8

 

n.v.t

n.v.t

Sporen in Arnhem

275

248

158

91

15

11

       

2011

2012

Traject Oost (perronverbredingen)

21

21

18

 

2

0

0

     

2006/

08/12

2006/

08/11

Traject Oost uitv. convenant DMB

205

206

 

1

11

38

33

40

36

46

div. tot 2019

div. tot 2019

Overige projecten/lijndelen enz.

                       

Hanzelijn

1 080

1 128

690

151

81

77

48

30

4

 

2012

2012

Projecten Noord Nederland

                       

Sporendriehoek Noord Nederland

170

   

12

21

16

32

45

29

15

div

div

Partiele spooruitbreiding spoor Groningen Leeuwarden

5

   

2

2

0

1

         

afronding

     

1

       

-1

     

Totaal categorie 0

7 557

 

3 551

677

631

593

509

477

383

736

   

Begroting (IF 13.03.01)

     

677

631

593

509

477

383

     
1

Ten laste van het programma is een beschikking afgegeven voor de stations Tilburg Reeshof, Almere Oostvaarders, Arnhem Zuid, Ypenburg Haaglanden, Helmond Brandevoort en Sassenheim en Groningen Europapark.

Projectoverzicht behorende bij 13.03.02: Spoorwegen goederenvervoer; realisatie

Bedragen in € mln

Totaal MIRT

Budget

Oplevering

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

later

huidig

vorig

CATEGORIE 0

                       

Projecten nationaal

                       

PAGE risico reductie

18

18

3

2

4

1

1

3

3

2

divers

2009/div.

Geluidspilot Goederenvervoer

6

6

5

0

           

2011

2010

Optimalisering Goederencorridor Rotterdam–Genua

127

   

1

20

35

32

10

15

15

2013 e.v.

 

Projecten Oost Nederland

                       

Uitv.progr Goederenroute Elst–Deventer–Twente (NaNov)

146

146

17

14

19

11

15

17

13

40

divers

2015

Projecten Zuidwestelijke delta

                       

Sloelijn/geluidmaatregelen Zeeuwselijn

18

83

9

0

1

4

3

1

   

2011/pm

2009/11

Overige projecten

                       

Kleine Projecten

4

3

3

1

           

divers

 

Nazorg gereedgekomen Lijnen-halten

9

3

0

2

2

2

2

1

1

 

divers

 

afronding

     

1

– 1

             

Totaal categorie 0

327

259

38

20

45

52

52

31

32

57

   

Begroting (IF 13.03.02)

     

20

45

52

52

31

32

     
13.04 Geintegreerde contractvormen/PPS

Motivering

De Staat betaalt voor de beschikbaarheid van de HSL-infrastructuur, zoals deze door het consortium Infraspeed is ontworpen, gebouwd (enkel de bovenbouw) en wordt onderhouden (onder- én bovenbouw), conform de contractuele overeenkomst tussen beide partijen.

Producten

Het kabinet heeft in januari 1999 ingestemd met het model voor privatisering van de HSL-Zuid. De publiekprivate samenwerking komt bij de onderdelen Infraprovider, vervoer en stations elk op afzonderlijke wijze tot stand. Eind 2001 zijn de contracten met de Infraprovider en de Vervoerder getekend. Vanaf augustus 2004 is de Infraprovider begonnen met het werk aan de bovenbouw. Voor de onderbouw geldt dat de HSL-zuid-onderdelen gefaseerd worden opgeleverd voor de start van de werkzaamheden van de Infraprovider. Op het zuidelijke deel was de eerste oplevering augustus 2004. De laatste oplevering in het noordelijke deel was december 2005.

De bovenbouw van het zuidelijk deel is opgeleverd in juli 2006 en het noordelijk deel in december 2006.

De komende periode (2011) is voor de volgende projecten een PPC in uitvoering of wordt een PPC gepland:

  • ProRail voert – onder regie van IenM – de PPC uit voor OV SAAL (traject Almere–Lelystad).

Projectoverzicht behorende bij 13.04.01: Geïntegreerde contractvormen spoor

 

Totaal MIRT

Budget in € mln

Oplevering

Projectomschrijving

huidig

vorig

t/m 2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

later

huidig

vorig

Reeks Infraprovider (IP): beschikbaarheidsvergoeding (13.04)

3 563

3 563

594

137

151

144

145

146

147

2 099

2007

2007

                         

Totaal categorie 0 (incl. reeks Infraprovider)

3 563

 

594

137

151

144

145

146

147

2 099

   

Begroting (IF 13.04)

     

137

151

144

145

146

147

     
13.05 Verkenningen en planstudies

Motivering

Het Rijk verkent en studeert op verbeteringen of uitbreiding van de vervoersmodaliteiten per spoor. Op dit artikelonderdeel worden uitgaven geraamd

  • Voor door ProRail uit te voeren planstudies en de voor de planstudieprojecten gereserveerde middelen.

  • Voor zelf uit te voeren studies.

Planstudie spoor personen

Voor de korte termijn gaat het om uitvoering van de maatregelen uit het actieplan Groei op het spoor; dit wordt afgerond. Voor de middellange termijn is uitvoering van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer opgenomen in het Regeerakkoord Rutte-Verhagen, rekening houdend met de woon- en leefomgeving.

Programma Hoogfrequent Spoorvervoer

Op 4 juni 2010 is een voorkeursbeslissing genomen over de invulling van PHS (zie brief met kenmerk IenM/DGMo-2010/5651). Het betreft een besluit over de 4 planstudies PHS, exclusief het genoemde deel voor Noord Nederland en OV SAAL.

Wat betreft de ambitie van spoorboekloos reizen in de brede Randstad is een zogeheten «maatwerk 6/6» variant de voorkeursbeslissing van het kabinet voor de PHS-corridors «Utrecht–Den Bosch», «Utrecht–Arnhem», «Den Haag–Rotterdam»:

  • Op de Zaanlijn 6 Intercity’s en 6 sprinters per uur.

  • Rond Utrecht 6 Intercity’s en 6 Sprinters per uur (6 sprinters Geldermalsen–Utrecht en 6 sprinters Breukelen–Driebergen/Zeist).

  • Op de corridor Den Haag–Rotterdam 8 Intercity’s (inclusief de HSA) en 6 Sprinters per uur.

  • Op de Brabantroute een 3e en 4e Intercity per uur. Om dit mogelijk te maken wordt het goederenvervoer dat nu nog door Brabant rijdt, grotendeels gerouteerd via de Betuweroute.

  • Er is gekozen voor spreiden van het spoorgoederen-vervoer over meerdere routes volgens de variant 2/2/2.

Het besluit behelst een maatregelpakket van in totaal ca. € 3 mld tot en met 2020; hiervan is de helft infrastructuur en de helft overige maatregelen (zoals overwegen, extra onderhoud in de periode tot en met 2020, emplacementen, transfer, fietsenstallingen, externe veiligheid). Uitvoering van maatregelen kan starten in 2012/2013. Bezien wordt of enkele PHS maatregelen versneld uitgevoerd kunnen worden in het kader van het programma Beter Benutten.

De uitwerkingsfase van PHS is in januari 2011 van start gegaan en het overleg met provincies en alle betrokken gemeenten is begin 2011 gestart. Bij deze uitwerkingsfase wordt naar aanleiding van het Kamerdebat en de aangenomen moties, ook een aantal nadere studies gedaan met het oog op het goederenvervoer om te komen tot een nog intensiever gebruik van de Betuweroute dan al is voorzien in de voorkeursbeslissing. Dit zal in overleg met de Kamer medio 2012 tot een besluit leiden t.a.v. de exacte routeringskeuzes in Oost Nederland.

Er wordt gestreefd om op zo snel mogelijk de eerste beschikkingen af te geven voor onderdelen van PHS, zoals fietsenstallingen en het Doorstroomstation Utrecht. Ten aanzien van PHS maatregelen die samenhangen met de goederenroutering in Oost Nederland of de aangenomen moties zullen voor de besluitvorming medio 2012 geen onomkeerbare stappen worden gezet.

Bij de verdere uitwerking zal de onderlinge samenhang van maatregelen en corridors en het houden van enige flexibiliteit van belang zijn. Er is daarom ook in deze fase voor gekozen het PHS budget nog niet verder onder te verdelen naar de betreffende corridors, deelprogramma’s e.d.

De Tweede Kamer wordt elk half jaar op de hoogte gehouden van de voortgang van PHS en OV SAAL.

In het regeerakkoord zijn taakstellingen afgesproken voor bovenwettelijke inpassing, aanpassing omgevingsrecht en toepassing PPS. Voor het project PHS betreft het een bedrag van € 194 mln. De intentie is dat deze taakstellingen op PHS worden gerealiseerd.

Voor de periode 2012–2020 is totaal € 4,1 mln. overgeboekt naar HXII omdat vanaf 2012 materiële- en personele uitgaven worden verantwoord op HXII.

Zuidas

De ruimtelijke ontwikkelingen in de corridor Haarlemmermeer–Almere en de Zuidas zelf versterken de toename van reizigers en verkeer. Door opening van de Utrechtboog, HSL-Zuid, Noord-Zuidlijn en Hanzelijn neemt het railverkeer toe. Uitbreiding van de railinfrastructuur op de Zuidas naar viersporigheid is nodig. In het project Zuidas wordt de uitbreiding van de railinfrastructuur gecombineerd met de uitbreiding van de weginfrastructuur (A10), de uitbreiding van het station Amsterdam Zuid tot een volwaardige OV-terminal en de stedelijke ontwikkeling van dit deel van Amsterdam. De doelstelling is het ondergronds brengen van bepaalde delen van de infrastructuur om bovengronds tot een kwalitatieve stedelijke ontwikkeling te komen. Omdat de viersporige railinfrastructuur op de corridor Schiphol–Lelystad op korte termijn noodzakelijk is, en er nog geen duidelijkheid bestaat over de haalbaarheid van de Zuidasambities ten aanzien van het ondergronds brengen van alle infrastructuur is besloten om de viersporigheid op de Zuidas bovengronds aan te laten leggen in het kader van het project OV SAAL korte termijn (cluster c). Het benodigde budget (€ 233 mln.) is daarom overgeheveld van Zuidas naar OV SAAL korte termijn.

De geplande bijdrage van vm Vrom ad € 135 mln. aan dit project is toegevoegd aan het Zuidasbudget (deel Station).

OV SAAL (Schiphol–Amsterdam–Almere–Lelystad)

Korte termijn

Het OTB voor OV SAAL KT cluster a betreft het tracé vanaf Weesp tot Lelystad. Dit betreft geluidsmaatregelen in Weesp, Muiderberg en Almere, keersporen in Almere Centrum en Oostvaarders en diverse kleinere maatregelen. Dit OTB is op 14 april 2011 gepubliceerd. Gestreefd wordt het Tracébesluit in oktober 2011 vast te stellen, dit met het oog op de ingebruikname van de Hanzelijn per december 2012. De investering betreft € 210 mln.

Deze investering is exclusief maatregelen «kort volgen». In het najaar is een spoorontwerp beschikbaar, inclusief een kostenraming van de benodigde maatregelen.

In het project GoeNoord is rekening gehouden met een bijdrage aan het project OV SAAL voor de geluidsmaatregelen in het kader van dit OTB. Een deel van de maatregelen – de kostenraming voor alle geluidsmaatregelen op het traject Weesp – Lelystad bedraagt in totaal € 135 mln. – is immers nodig om de effecten van de toename van het goederenverkeer in Weesp en het rijden met goederentreinen op de Flevolijn na de ingebruikname van de Hanzelijn te mitigeren. De bijdrage is € 20 mln.

In totaal is voor het project OV SAAL (exclusief overhevelingen uit andere projecten) een budget van € 1.5 mrd gereserveerd. Dit wordt deels ingezet voor de korte termijn (cluster C in realisatie en cluster A in planstudie)

OV SAAL middellange termijn

Voor de middellange termijn is besloten de invulling van het middellange termijn pakket eind 2012 te koppelen aan de uitwerking van alternatieven voor de lange termijn in het kader van RRAAM. Eind 2012 zal worden bezien welke van de twee varianten voor de middellange termijn (variant C of variant E») het beste aansluit bij het beeld voor de lange termijn.

Het hiervoor benodigde budget zal tot en met de besluitvorming eind 2012 gereserveerd blijven. Deze werkwijze sluit aan bij de gewenste planning om de maatregelen voor de middellange termijn in 2020 op te kunnen leveren.

In het regeerakkoord zijn taakstellingen afgesproken voor bovenwettelijke inpassing, aanpassing omgevingsrecht en toepassing PPS. Intentie is dat deze taakstellingen voor een bedrag van € 45 mln. op OV SAAL worden gerealiseerd.

Voor de periode 2012–2020 is totaal € 2,2 mln. overgeboekt naar HXII omdat vanaf 2012 materiële- en personele uitgaven worden verantwoord op HXII.

Quickscan decentraal Spoor Gelderland

Het projectbudget is opgehoogd met € 12 mln. naar aanleiding van de financiële bijdragen van de Stadsregio Arnhem–Nijmegen en de provincie Gelderland. Dit is conform de afspraken die zijn gemaakt in de BO’s MIRT in 2009 en 2010, waarbij is afgesproken dat de quick scan maatregelen decentraal spoor 50/50 gefinancierd worden door rijk en regio.

Grensoverschrijdend Spoorvervoer

Het projectbudget is verlaagd als gevolg van de overboeking naar HXII (BDU) ten behoeve van de pilot Heerlen–Bad Bentheim.

Planstudie spoor goederen

Nieuw opgenomen projecten

ERTMS Amsterdamse haven–Betuweroute en ERTMS Rotterdam–Antwerpen

Het internationale goederenverkeer per spoor ondervindt belemmeringen bij grensovergangen vanwege de specifieke technische systemen die de verschillende Europese lidstaten gebruiken. Om deze belemmeringen zo veel mogelijk op te heffen heeft de Europese Commissie technische specificaties voor interoperabiliteit (TSI) vastgesteld.

De verschillende Europese lidstaten hebben nationale plannen voor de tenuitvoerlegging van de TSI «besturing en seingeving» ingediend bij de Europese Commissie. Mede op basis daarvan heeft de Europese Commissie door middel van beschikking 2009/561/EG het Europees implementatieplan voor ERTMS vastgesteld. Hierin is beschreven welke goederencorridors uitgerust dienen te worden met ERTMS en welke havens, rangeerterreinen, goederenterminals en goederenzones door middel van ERTMS aangesloten dienen te worden op minstens één van deze corridors. In dat kader dient de Amsterdamse haven door middel van ERTMS verbonden te worden met de Betuweroute. Het daarvoor te volgen tracé loopt vanaf Amsterdam via Utrecht naar de aansluiting op de Betuweroute bij Meteren. De Rotterdamse haven dient door middel van ERTMS verbonden te worden met de Antwerpse haven.

Overige Toelichtingen

Goederenroute Rotterdam–Noord Nederland

In de voorgaande jaren zijn in het kader van diverse projecten de benodigde voorzieningen voor het goederenvervoer op de GoeNoord-route getroffen. Deze maatregelen zijn gefinancierd uit andere budgetten dan het GoeNoord budget. Thans zijn alleen nog benodigde

geluidsmaatregelen in Weesp en op de Flevolijn voorzien. Het hierbij behorende budget ad € 20 mln. is overgeheveld naar het project OV SAAL KT cluster a. Een zelfstandige planstudie voor GoeNoord is niet meer benodigd.

Van de resterende gelden is o.a. € 6 mln. ingezet ten behoeve van de in het regeerakkoord afgesproken taakstelling voor bovenwettelijke inpassing. aanpassing.omgevingsrecht en toepassing PPS.

Optimalisering Goederencorridor Rotterdam–Genua

De verlaging van het projectbudget wordt veroorzaakt door het opnemen in de realisatietabel van de projectonderdelen Rotterdam–Genua Kijfhoek fase 1 ERTMS L1 doorgaand spoor (21 mln.) en Rotterdam–Genua opheffen 1500V en ATB inclusief aanleg 3e-spoor (105 mln.) alsmede door het niet meer opnemen van gerealiseerde en formeel vastgestelde planstudieuitgaven (2 mln.).

Projectoverzicht bij 13.05.01 Spoorwegen personenvervoer; planstudie

Bedragen in € mln incl. btw

Budget

planning

 

Uitvoering

Projectomschrijving

Taakstellend

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Later

periode

CATEGORIE 1

                 

Projecten nationaal

                 

Programma Hoogfequent Spoorvervoer

2 841

 

tb1

         

vanaf 2012

Grensoverschrijdend Spoorvervoer

43

               

Kleine projecten

5

               

Projecten Noordwest Nederland

                 

A'dam Zuidas: deel station (tbv NSP)2

231

             

vanaf 2012

A'dam Zuidas WTC 4-sp + keersporen

95

 

tb

         

vanaf 2013

OV Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad

989

tb3

             

Projecten Oost-Nederland

                 

Regionale Lijnen Gelderland

31

pb/uo4

pb/uo4

         

2011–2014

Traject Oost

8

               

Totaal categorie 1

                 

Begroting (IF 13.05.01)

 

57

74

172

272

372

499

   
1

Meerdere te nemen tb's vanaf 2012 en verder

2

inclusief bijdrage vm VROM ad € 135 mln

3

Tracedeel Flevolijn. Zie MIRT blad voor uitgebreide toelichting

4

Arnhem–Doetinchem en Barneveld Noord (2011) Zutphen–Winterswijk (2012)

Projectoverzicht bij 13.05.02 Spoorwegen goederenvervoer; planstudie

Bedragen in € mln incl. btw

Budget

planning

Uitvoeringsperiode

Projectomschrijving

Taakstellend

2011

2012

2013

2014

2015

2016

CATEGORIE 1

               

Projecten nationaal

               

Aslasten Cluster III

38

 

uo

       

Divers t/m 2016

Optimalisering Goederencorridor R'dam–Genua

28

 

uo1

       

2011–2012

Europese ERTMS Goederenverbindingen

               

ERTMS Amsterdamse haven–Betuweroute

3

           

2012

ERTMS Rotterdam–Antwerpen

3

           

2012

Projecten Oost-Nederland

               

Goederenroute Elst-Deventer–Twente (NaNOV)

5

             

Projecten Zuidwestelijke delta

               

Spooraansluiting 2e Maasvlakte achterlandverbinding

212

 

uo

         

Projecten Limburg

               

Goederenverbinding Antwerpen–Roergebied (IJzeren Rijn)1

pm

           

pm

Overige projecten

               

Kleine projecten/studies

5

             

 

               

Totaal categorie 1

               

Begroting (IF 13.05.02)

 

6

34

37

53

77

67

 

Legenda

uo uitvoeringsopdracht

1

een deel van het project is reeds in uitvoering en opgenomen in het realisatieprogramma

Licence