Een bijdrage leveren aan een financieel gezond en welvarend Europa en een evenwichtige internationale financieel-economische ontwikkeling.
De minister van Financiën speelt in Nederland op dit gebied een regisserende rol en maakt daarbij gebruik van een aantal instrumenten. Ten behoeve van de bevordering van de financiële stabiliteit neemt de minister actief deel aan internationale overleggen (onder andere de Ecofinraad en de Eurogroep) ter versterking van de begrotingsdiscipline van lidstaten van de EU en een stabiele macro-economische omgeving in de eurozone. Hieronder valt ook de economische beleidscoördinatie in de EU en de EMU in het kader van het Europees Semester. Verder neemt de minister van Financiën besluiten over het Nederlandse standpunt met betrekking tot toetreding van landen tot het Exchange Rate Mechanism (ERM-II) en invoering van de euro.
De minister houdt als aandeelhouder toezicht op de verschillende Internationale Financiële Instellingen met als doel om o.a. financiële soliditeit en goed bestuur te waarborgen. Hierbij bewaakt de minister ook de financiële belangen van de Nederlandse overheid en de Nederlandse burger en ziet de minister toe op de effectiviteit van de internationale financiële architectuur.
Daarnaast levert de minister een bijdrage aan de internationale beleidsdiscussies en beleidsresponses bij internationale fora zoals de Ecofinraad, de Eurogroep, de G20, verschillende OESO-werkgroepen en commissies en discussies bij het IMF, de Wereldbank en andere IFI’s.
Meetbare gegevens
De onderstaande tabel geeft een aantal kengetallen van internationale financiële fondsen en instellingen waarin Nederland deelneemt. Per fonds of instelling is de financiële binding met Nederland weergeven, zoals de omvang van de garantie en het gestorte kapitaal. Hierbij bestaat een onderscheid tussen garanties die afgegeven zijn op instellingen (zoals het geval voor de garanties op de IFI’s) en garanties op bepaalde activiteiten (zoals EIB-ACP en OCT en het EGF)37. Verder wordt door middel van verschillende kengetallen (o.a. verstrekte bedragen en de maximale uitleencapaciteit) de financiële slagkracht van het fonds of de instelling gepresenteerd.
IFC1 | MIGA2 | IBRD3 | EIB4 | EIB - pan-Europees garantie-fonds5 | EIB – krediet-verlening o.b.v. eigen middelen (OR) in ACP en OCT6 | AIIB7 | EBRD8 | IMF9 | ESM10 | EFSF11 | EFSM12 | BoP12 | SURE12 | NGEU12 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Garantie/oproepbaar bedrag | n.v.t. | 0,03 | 5,0 | 11,8 | 1,3 | 0,06 | 0,7 | 0,6 | 32,3 | 36,7 | 34,2 | 2,7 | 3,8 | 6,2 | 33,6 |
Deelneming in kapitaal | 0,48 | 0,01 | 0,42 | 1,2 | n.v.t. | n.v.t. | 0,2 | 0,155 | n.v.t | 4,7 | 0 | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Deelneming in % | 2,3 | 1,9 | 1,97 | 5,2 | 5,2 | 4,5 | 1,07 | 2,5 | 1,83 | 5,8 | 6,1 | 5,0 | 5,9 | 5,9 | 5,9 |
Financieel profiel instelling of fonds | |||||||||||||||
A. Uitstaande bedragen | 39,6 | 20,2 | 192,6 | 433,4 | 2,4 | 5,6 | 22,3 | 34,7 | 112,2 | 89,9 | 184,6 | 46,3 | 0,2 | 91,8 | 33,3 |
B. Toegezegd-niet uitgekeerd | 11,2 | n.v.t. | 65,5 | 123,0 | 15,7 | 2,0 | 9,1 | 14,4 | 116,8 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 2,6 | 132,0 |
Totaal toegezegde bedragen (A+B) | 50,8 | 20,2 | 258,1 | 556,4 | 18,1 | 7,6 | 31,3 | 49,1 | 229,0 | 89,9 | 184,6 | 46,3 | 0,2 | 94,4 | 165,3 |
Totale uitleencapaciteit | 110,0 | 26,4 | 289,2 | 622,013 | 24,4 | 85,9 | 42,5 | 421,3 | 500,0 | 240,0 | 46,3 | 50,0 | 100,0 | 390,3 |
Cijfers financieel profiel 30-06-2021, wisselkoers 01-03-2022. IFC Financial Statements Fiscal Year 2021
Cijfers financieel profiel 31-12-2021. EIB Financial Report 2021; EGF Financial Statement for the Year ended 31 December 2021.
Cijfers financieel profiel 31-12-2021, wisselkoers 01-03-2022. AIIB Auditor's Reports and Financial Statements for the Year Ended Dec. 31, 2021
Cijfers financieel profiel 30-04-2021, wisselkoers SDR-EUR per 01-03-2022 waarbij 1 SDR = 1,24954 EUR. IMF Financial Statements 2021.
Cijfers per 8-7-2021. Bron: ESM Annual report 2021, https://www.esm.europa.eu/publications/annual-report-2021
EFSF Financial statement 2021, https://www.esm.europa.eu/how-we-decide/efsf#headline-efsf_annual_accounts
Bij berekening van de totale leencapaciteit (leningen en garanties) voor de EIB wordt ervanuit gegaan dat de statutaire limiet voor de gearing ratio (250%) de beperkende factor is. De berekening is als volgt: (subscribed capital + reserves + niet-gealloceerde reserves + winst – equity investeringen) * 250%.
Internationale Financiële Instellingen
Oekraïne
Oekraïne heeft volgens recente cijfers van het IMF een aanzienlijk financieringsgat van ca. 5 mld. dollar per maand. Oekraïne heeft aangegeven zo snel mogelijk financiële steun nodig te hebben, omdat al verleende steun door andere landen en de internationale financiële instellingen onvoldoende is om het oplopende financieringstekort te dekken. In aanvulling op de eerder verstreke financiële bijdrage voor begrotingssteun via de Wereldbank, heeft het kabinet tijdens de Ukraine Recovery Conference in Lugano op 4 en 5 juli jl. aangekondigd een bilaterale lening van € 200 mln. aan Oekraïne te willen verstrekken via het Administered Account van het IMF. Deze lening zal een bijdrage leveren aan Oekraïense inspanningen om de dagelijkse uitgaven te financieren en daarmee de economie draaiende te houden. Een voorstel voor deze lening wordt in lijn met de begrotingsregels verwerkt via een versneld budgettair proces (Incidentele Suppletoire Begroting) en ter goedkeuring aan uw Kamers voorgelegd.
Op 1 juli 2022 heeft de Europese Commissie (de Commissie) een voorstel gedaan voor de eerste stap in additionele macro-financiële bijstand (MFB) aan Oekraïne met een omvang tot € 1 mld. in de vorm van concessionele leningen. Dit betreft het eerste deel van de eerder door de Commissie aangekondigde MFB-steun met een totaalomvang tot € 9 mld. Het is op dit moment nog onbekend wanneer het tweede deel van de MFB-steun verschijnt. Voor dit deel is de Commissie voornemens om bilaterale garanties van de lidstaten aan de EU-begroting te vragen. Een voorstel voor een Nederlandse bilaterale garantie wordt in lijn met de begrotingsregels verwerkt in een begrotingswet van het ministerie van Financiën en wordt samen met een ingevuld toetsingskader risicoregelingen ter goedkeuring aan uw Kamers voorgelegd.
IMF garanties
De oorlog in Oekraïne beïnvloedt economieën wereldwijd. Lage-inkomenslanden die nog herstellend zijn van de coronacrisis worden extra hard geraakt door voedseltekorten en stijgende energieprijzen. Hierdoor is de vraag naar PRGT-middelen van het IMF verder toegenomen. Om deze middelen aan te vullen kunnen lidstaten gealloceerde speciale trekkingsrechten (Special Drawing Rights, SDR’s) doorlenen aan de PRGT. Hiervan is reeds een bijdrage van 300 mln. SDR aan de PRGT-leningenaccount door de Eerste en Tweede Kamer goedgekeurd. Het kabinet is voornemens 200 mln. SDR extra door te lenen aan de PRGT en daarom de bestaande IMF-garantie met ca. € 250 mln. te verhogen.
Om economieën wereldwijd weerbaarder te maken voor toekomstige schokken, wil het kabinet een bijdrage van 1,2 mld SDR leveren aan de Resilience and Sustainability Trust (RST) van het IMF. De RST is op 1 mei 2022 opgericht en is bedoeld voor financiering aan kwetsbare opkomende economieën en lage-inkomenslanden die hervormingen doorvoeren om risico’s van onder meer klimaatverandering en pandemieën te mitigeren en tevens stabiliteit van de betalingsbalans in de toekomst te borgen. Om de RST te operationaliseren zijn er tijdig voldoende financiële bijdragen nodig.
Nederland zal in totaal SDR 1,7 mld. doorlenen van de in 2021 gealloceerde SDR’s (t.w.v. SDR 8,4 mld.). Het totaal van doorgeleende SDR’s komt daarmee uit op 20%.
Actualisatie kapitaalsleutel ESM
Met de toetreding van Kroatië tot de eurozone moet het land ook toetreden tot het ESM. De verwachting is dat hiervoor de kapitaalsleutel (de verdeling van de aandelen van alle ESM-lidstaten) in het ESM geactualiseerd moet worden. Als gevolg van de Kroatische toetreding zal de totale omvang van het ESM kapitaal toenemen. Bij eerdere toetredingen (Estland, Letland, Litouwen) was het niet nodig om op dat moment ook de onderliggende kapitaalsleutel te actualiseren, omdat de kapitaalsleutel die vanaf het begin van het ESM was gebruikt (de kapitaalsleutel van de ECB in 2009) al deze landen al bevatte. Immers, deze landen waren in 2009 al lid van de EU en zaten dus in de ECB. Kroatië werd echter pas in 2013 EU-lid en stond dus niet in de kapitaalsleutel van 2009 die het ESM gebruikte.
Daarom is de verwachting dat de kapitaalsleutel die gebruikt wordt in het ESM wordt geactualiseerd naar de meest recente kapitaalsleutel van de ECB38 van 2020 (in het ESM-verdrag is vastgelegd dat het ESM de ECB-kapitaalsleutel gebruikt, zonder te specificeren van welk jaar). De ECB-kapitaalsleutel is gebaseerd op de omvang van de bevolking en van de economie van alle lidstaten. Omdat Nederland op de combinatie van deze twee factoren (elk weegt voor 50% mee) harder is gegroeid dan het Eurozone gemiddelde, is het Nederlands aandeel toegenomen. Wanneer deze kapitaalsleutel wordt toegepast leidt dit tot herverdeling van het kapitaal tussen de lidstaten waarbij het Nederlandse aandeel toeneemt toe. Hiervoor wordt een reservering opgenomen in de Ontwerpbegroting, in afwachting van het definitieve besluit binnen het ESM. Naar huidig inzicht betekent dit dat het Nederlandse aandeel in het ESM-kapitaal met ca. € 1,5 mld. toeneemt, waarvan ca. € 176 mln. additioneel kapitaal moet worden volgestort (betaald) in 2023. Het overige deel is oproepbaar kapitaal (oproepbaar kapitaal werkt als een soort garantie, het kan worden opgeroepen als het ESM dat nodig heeft om aan zijn verplichtingen te voldoen).
Omschrijving | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | ‒ 12.102.703 | 7.680.240 | 2.728.964 | 1.901 | 967.472 | 1.901 | 1.901 |
Uitgaven | 93.930 | 603.174 | 570.227 | 354.065 | 370.540 | 371.266 | 282.722 |
Garanties | 53 | 96.352 | 75.145 | 17.794 | 7.559 | 9.927 | 9.927 |
EIB pan-Europees garantiefonds | 53 | 96.352 | 75.145 | 17.794 | 7.559 | 9.927 | 9.927 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 59.444 | 277.021 | 493.201 | 334.390 | 361.100 | 359.458 | 270.914 |
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen | 0 | 40 | 20 | 20 | 20 | 20 | 20 |
Rentecompensatie ESM | 15.244 | 15.227 | 9.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Wereldbank | 44.200 | 261.754 | 308.181 | 334.370 | 361.080 | 359.438 | 270.894 |
Kapitaalinleg ESM | 0 | 0 | 176.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Leningen | 33.300 | 227.920 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Teruggave winsten | 33.300 | 27.920 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Lening aan Oekraïne | 0 | 200.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Opdrachten | 1.133 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 |
Technische assistentie | 1.133 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 |
Ontvangsten | 127.083 | 325.026 | 16.534 | 183.813 | 185.780 | 184.396 | 216.271 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 2.387 | 5.188 | 1.954 | 1.876 | 1.719 | 1.639 | 1.639 |
Ontvangsten IFI's | 2.387 | 1.998 | 1.954 | 1.876 | 1.719 | 1.639 | 1.639 |
Ontvangsten ESM Kapitaal | 0 | 3.190 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Leningen | 124.696 | 319.838 | 14.580 | 181.937 | 184.061 | 182.757 | 214.632 |
Aflossing lening Griekenland | 124.696 | 319.838 | 0 | 159.919 | 159.919 | 159.919 | 159.919 |
Renteontvangsten lening Griekenland | 0 | 0 | 9.576 | 17.014 | 19.138 | 17.834 | 16.584 |
Aflossing lening Oekraïne | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 33.333 |
Renteontvangsten lening Oekraïne | 0 | 0 | 5.004 | 5.004 | 5.004 | 5.004 | 4.796 |
2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | ‒ 12.102.703 | 7.680.240 | 2.728.964 | 1.901 | 967.472 | 1.901 | 1.901 |
waarvan garantieverplichtingen | ‒ 12.209.141 | 6.651.908 | 2.551.063 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Kredieten EU-betalingsbalanssteun | 64.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Garantie aan DNB inzake IMF | ‒ 12.693.185 | 614.568 | 1.187.063 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EFSM | ‒ 4.163 | ‒ 67.507 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
AIIB | 56.096 | ‒ 2.226 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EIB | 2.670 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Wereldbank | 108.980 | 84.510 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ESM | ‒ 60.050 | ‒ 24.710 | 1.364.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
SURE | 62.516 | 112.898 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
NGEU | 254.048 | 5.934.375 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EIB - pan-Europees garantiefonds | ‒ 53 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan overige verplichtingen | 106.438 | 1.028.332 | 177.901 | 1.901 | 967.472 | 1.901 | 1.901 |
Lening aan Oekraïne | 0 | 200.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Kapitaalinleg ESM | 0 | 0 | 176.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Rentecompensatie ESM | 70.244 | ‒ 30.773 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Wereldbank | 2.716 | 829.264 | 0 | 0 | 965.571 | 0 | 0 |
Teruggave winsten SMP/ANFA | 33.300 | 27.920 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Technische assistentie kiesgroeplanden | 125 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 | 1.881 |
EIB - pan-Europees garantiefonds | 53 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige betalingsverplichtingen | 0 | 40 | 20 | 20 | 20 | 20 | 20 |
2023 | |
---|---|
juridisch verplicht | 99,7% |
bestuurlijk gebonden | 0,0% |
beleidsmatig gereserveerd | 0,3% |
nog niet ingevuld/vrij te besteden | 0,0% |
Budgetflexibiliteit
Het totaal aan juridisch verplichte uitgaven bedraagt 99,7 % van het totaal aan uitgaven. Het bestaat voornamelijk uit uitgaven op garanties, bijdrage aan internationale organisaties en leningen. De resterende 0,3 % bij beleidsmatig gereserveerd bestaat uit technische assistentie aan kiesgroeplanden waarvoor nog geen verplichting is aangegaan.
Verplichtingen en uitgaven
Garanties
De European Investment Bank (EIB) heeft in 2020 het pan-Europees garantiefonds (EGF) opgericht om de negatieve economische gevolgen. De investeringen onder het garantiefonds zullen een hoog risicoprofiel hebben. Nederland acht het daarom waarschijnlijk dat de garantie ingeroepen zal worden. Het Nederlandse aandeel in de verwachte verliezen komt – op basis van het percentage verwachte verliezen van 20 procent, toegepast op het Nederlandse aandeel in de garantie van € 1,3 mld. – neer op € 260 mln. verdeeld over de looptijd van het fonds.
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Met het oog op het Nederlandse belang om het ingelegd kapitaal van het European Stability Mechanism (ESM) op peil te houden, zal Nederland het ESM compenseren voor de negatieve rente op het ESM deposito bij DNB. De door het ESM afgedragen depositorente wordt ontvangen op artikel 3 van de Financiënbegroting als onderdeel van de DNB-winstafdracht en vervolgens via artikel 4 doorgegeven aan het ESM. De constructie is hiermee budgetneutraal.
Nederland draagt via algemene bijdragen aan de Wereldbank bij aan ontwikkelingssamenwerking. Het grootste deel dat hiervan op de begroting van het ministerie van Financiën staat betreft de International Development Association (IDA), het onderdeel van de Wereldbankgroep dat concessionele leningen – en in beperkte mate schenkingen – verstrekt aan de armste landen in de wereld. Elke drie jaar worden de middelen voor dit onderdeel van de Wereldbank aangevuld door donoren. De rest van de uitgaven aan de Wereldbank bestaan uit aanvullende kapitaalinleg voor de bankonderdelen IBRD en IFC. Al deze bijdragen zijn volledig juridisch verplicht.
Leningen
De inkomsten uit het Single Market Programme/Agreement on Net Financial Assets (SMP/ANFA) aan Griekenland worden teruggegeven aan Griekenland. De teruggave van de SMP/ANFA-gelden is onder de voorwaarde dat Griekenland afgesproken hervormingen implementeert en geen hervormingen terugdraait. De betalingen zijn daarmee juridisch verplicht, maar kunnen worden stopgezet als Griekenland zich niet aan de afspraken voor het post-programmaraamwerk houdt.
Opdrachten
Voor de komende jaren zijn middelen gereserveerd voor technische assistentie aan landen in de Nederlandse IMF/Wereldbank/EBRD-kiesgroepen. De technische assistentie is er vooral op gericht om deze kiesgroeplanden te ondersteunen in hun financieel-economische beleid. Daarbij wordt gebruik gemaakt van Nederlandse expertise.
Ontvangsten
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Er wordt een structurele reeks verwacht aan ontvangsten van IFI’s. Het gaat hierbij om terugbetalingen van leningen door de EIB en de Wereldbank.
Leningen
In totaal heeft Nederland voor € 3,2 mld. aan bilaterale leningen verstrekt aan Griekenland, waarover Griekenland per kwartaal rente betaalt. Deze rente is de 3-maands Euribor-rente plus een opslag van 50 basispunten. Vanaf 2020 is Griekenland deze bilaterale leningen gaan aflossen.