Base description which applies to whole site

3.3 Artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning

Een stelsel voor maatschappelijke ondersteuning en langdurige zorg dat: 1. ieder mens in staat stelt om zijn leven zo lang mogelijk zelf in te vullen en 2. – wanneer dit nodig is – thuis of in een instelling kwalitatief goede ondersteuning en zorg biedt. Daarbij worden ondersteuning en zorg geboden aansluitend op informele vormen van hulp. De complexiteit van de zorgvraag en de weerbaarheid van de burger staan centraal bij het bieden van passende zorg. Er wordt gestreefd naar welbevinden en een afname van de afhankelijkheid van ondersteuning en zorg. Dit alles tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten.

Tabel 38 Goed ervaren gezondheid 75 en ouder1
 

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Goed ervaren gezondheid 75 jaar of ouder

53,2%

57,0%

59,2%

57,3%

55,1%

64,1%

62,9%

55,6%

58,9%

1

Tabel 39 Wlz zorg in percentages1

Wlz zorg in percentages

2015

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

Aandeel mensen met wlz zorg

1,72

1,73

1,71

1,73

1,78

1,80

1,95

2,01

Aandeel mensen met wlz zorg met verblijf2

1,23

1,20

1,17

1,18

1,18

1,16

1,23

1,23

Aandeel mensen met wlz zorg zonder verblijf, met volledig pakket thuis3

0,05

0,05

0,06

0,07

0,08

0,08

0,10

0,12

Aandeel mensen met wlz zorg zonder verblijf met modulair pakket thuis4

0,18

0,17

0,18

0,21

0,24

0,26

0,30

0,33

Uitsluitend pgb5

0,15

0,18

0,18

0,19

0,19

0,21

0,23

0,24

Geen Wlz zorg6

0,11

0,12

0,12

0,09

0,09

0,09

0,09

0,09

1

2

Gebruik van Wlz-zorg met verblijf. Dit is zorg in bijvoorbeeld een verpleeghuis of verzorgingshuis, een instelling voor gehandicapten of een instelling voor personen met langdurige psychische problemen.

3

Gebruik van Wlz-zorg via een volledig pakket thuis.

4

Gebruik van Wlz-zorg via een modulair pakket thuis.

5

Personen met uitsluitend pgb maken enkel gebruik van Wlz zorg vanuit persoonsgebonden budget en niet van andere vormen van de Wlz-zorg (dit is zonder verblijf).

6

Personen met een indicatie voor Wlz-zorg die op basis van deze indicatie geen gebruik maken van Wlz-zorg in natura en/of Wlz zorg bekostigd uit pgb's.

De minister is verantwoordelijk voor een effectief en efficiënt werkend systeem van langdurige zorg en maatschappelijke ondersteuning in Nederland.

Mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben, dienen dit of thuis of in een instelling op maat en van een goede kwaliteit te krijgen. Gemeenten dragen zorg voor de ondersteuning via de Wmo 2015.

Voor mensen met een blijvende behoefte aan permanent toezicht en die 24 uur per dag zorg in de nabijheid nodig hebben, is zorg vanuit de Wlz beschikbaar. Zorgkantoren sluiten namens Wlz-uitvoerders overeenkomsten met zorgaanbieders voor het leveren van verzekerde zorg. Het kan onder andere gaan om verblijf in een instelling, persoonlijke verzorging en verpleging en/of geneeskundige zorg in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget.

De minister is verantwoordelijk voor:

Stimuleren:

  • en aanjagen van een adequate uitvoering van betreffende wetten en vernieuwing in de maatschappelijk ondersteuning en de langdurige zorg. Vernieuwing wordt hoofdzakelijk door burgers, cliëntenorganisaties, gemeenten, zorg- en welzijnsaanbieders en zorgverzekeraars vormgegeven.

  • van de ontwikkeling en verspreiding van kennis, waaronder goede voorbeelden en innovaties op het gebied van maatschappelijke ondersteuning en langdurige zorg en initiatieven om de kwaliteit en het innoverend vermogen van de ondersteuning en zorg te versterken.

Financieren:

  • van de Wmo 2015 en de Wlz.

  • van partijen die een belangrijke rol vervullen binnen het stelsel.

Regisseren:

  • vaststellen van de wettelijke kaders van de Wmo 2015 en de Wlz en sturen door het maken van bestuurlijke afspraken en door gebruik te maken van de bevoegdheid van interbestuurlijk toezicht.

  • monitoren en evalueren van de werking van de Wmo 2015 en de Wlz.

Doe onbeperkt mee/coördinatie implementatie VN-verdrag handicap

Met de aanpak Doe onbeperkt mee, werkt het ministerie van VWS samen met ervaringsdeskundigen en hun vertegenwoordigende organisaties, inhoudelijk betrokken ministeries, gemeenten, bedrijven en overige maatschappelijke partners aan de implementatie van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (hierna: VN-verdrag handicap). In 2024 is hiertoe in de Ministerraad de Nationale strategie voor het VN-verdrag handicap tot en met 2040 vastgesteld18. De Nationale strategie is omgezet in de meerjarige werkagenda. In 2025 wordt dit proces afgerond en wordt een besluit genomen over de uitvoering van de werkagenda. Werkende elementen zoals toegankelijkheid openbaar vervoer19, inclusief onderwijs en de lokale inclusie agenda’s van gemeenten20, worden in deze meerjarige werkagenda meegenomen. Dit doen we in samenwerking met de Alliantie op de bevordering van ervaringsdeskundigheid21. Ook Valys levert een bijdrage aan het volwaardig mee kunnen doen door gebruik te maken van deze vervoersregeling. Dit blijft ook in 2025 mogelijk.

Figuur 6 Participatie van mensen met een lichamelijke beperking, lichte of matige verstandelijke beperking, ouderen (≥ 65 jaar) en de algemene bevolking in 2020 (percentages)

*< 65 jaar. Bij mensen met een verstandelijke beperking gaat het om (on)betaald werk, zowel 65-plus als 65-min.

Bron: Notitie NIVEL Participatiecijfers 2011 ‒ 2021

Ook wordt in 2025 de balans opgemaakt of de beleidsdoelstelling om 10 inclusiepacten van maatschappelijke initiatiefnemers rond het VN-verdrag handicap in werking te brengen is behaald en worden de eerste opbrengsten van deze pacten in kaart gebracht22

Programma Eén tegen eenzaamheid

Het programma Eén tegen eenzaamheid heeft eind september 2022 de vervolgaanpak gelanceerd23. In 2025 wordt er verder gewerkt aan drie actielijnen en verankering hiervan.. De drie actielijnen zijn:

  • 1. Meer bewustwording in de samenleving over eenzaamheid. Middelen worden ingezet op publiekscampagne en Week tegen Eenzaamheid om eenzaamheid bespreekbaar te maken en kennis over eenzaamheid wordt d.m.v. Nationale Wetenschapsagenda vergroot.

  • 2. Meer maatschappelijk initiatief tegen eenzaamheid. Onder andere ondersteunt het programma ‘verminderen eenzaamheid’ maatschappelijke initiatieven om meer impact te maken en eenzaamheid te voorkomen dan wel te verminderen.

  • 3. In alle gemeenten een lokale aanpak tegen eenzaamheid. Gemeenten wordt advies aangeboden en hebben een financiële bijdrage ontvangen voor hun aanpak eenzaamheid door middel van een Brede Specifieke Uitkering (Brede SPUK).

Toekomstbestendige Wmo

Samen met veldpartijen wordt gewerkt aan de verbetering van de (financiële) houdbaarheid van de Wmo 2015 om zo de beschikbaarheid van voorzieningen in de toekomst te kunnen (blijven) waarborgen. Zo wordt het houdbaarheidsonderzoek Wmo 2015 voortgezet. Dit onderzoek dient een goede basis te vormen voor een meer landelijk en gezamenlijk beeld over de (toekomst van de) Wmo 2015. De verwachting is dat het houdbaarheidsonderzoek eind 2025 wordt afgerond.

Daarnaast treffen we voorbereidingen in de wet om de positie van Wmo-toezichthouders steviger te positioneren.

Aanpak Dakloosheid

Vanaf 2022 zijn extra structurele middelen beschikbaar gesteld voor de aanpak van dakloosheid. Door het ondertekenen van de Lissabon Verklaring heeft Nederland zich gecommitteerd om dakloosheid in 2030 te beëindigen. Hiervoor is een lange termijn aanpak, het Nationaal Actieplan Dakloosheid: Eerst een Thuis, opgesteld. Vanaf 2024 is € 55 miljoen structureel toegevoegd aan het gemeentefonds In het plan staat de transformatie van opvang naar preventie en Wonen Eerst centraal. In 2024 heeft de VNG een dashboard opgezet waarin de realisering van de uitvoering en acties van het actieplan door centrumgemeenten zichtbaar wordt gemaakt.

Wonen met Zorg

In 2025 wordt bezien hoe de investering van € 600 miljoen vanaf 2027 voor betere ouderenzorg voor bijvoorbeeld zorg- en verpleegplekken kan worden ingezet. Daarnaast is er de stimuleringsregeling wonen en zorg 2024 die helpt bewonersinitiatieven en sociale ondernemers bij de financiering van woonvormen voor ouderen. Over voortzetting van de regeling wordt u naar verwachting in 2024 geïnformeerd. Een deel van de extra taken ten gevolge van het wetsvoorstel versterking regie op volkshuisvesting kunnen binnen de huidige uitvoeringspraktijk worden uitgevoerd, maar het wetsvoorstel zorgt ook voor aanvullende werkzaamheden. Voor de Wmo geldt dat gemeenten in hun Wmo-beleidsplan aandacht moeten besteden aan het inkopen van de zorg en ondersteuning die hoort bij de woonopgave voor aandachtsgroepen en ouderen zoals vastgelegd in het gemeentelijke volkshuisvestingsprogramma. Gemeenten moeten in regionale woonzorgvisies aangeven hoe ze in samenwerking met partijen in de regio zorgdragen voor integrale dienstverlening (wonen, zorg en ondersteuning). Het wetsvoorstel heeft éénmalige (2025) en structurele (vanaf 2026) financiële gevolgen voor het opstellen van de Wmo-beleidsplannen. Hiervoor is in 2025 € 9,8 miljoen beschikbaar en vanaf 2026 gaat het om structureel € 3 miljoen.

Wet zorg en dwang

Om de uitvoering van de Wet zorg en dwang te verbeteren maken we een wijzigingswet die ook de rechtsbescherming voor cliënten versterkt. Dit gebeurt in samenhang met een wijziging van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg. Het wetsvoorstel wordt naar verwachting in de loop van 2025 ingediend.

Tabel 40 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 (bedragen x € 1.000)
  

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Art.

Verplichtingen

32.366.506

5.648.648

18.973.029

21.274.053

22.873.195

25.215.708

27.118.060

         
 

Uitgaven

29.589.725

21.693.850

19.864.052

21.988.117

23.394.065

25.729.060

27.629.741

         

3.10

Participatie en zelfredzaamheid van kwetsbare groepen

305.460

395.732

486.683

425.068

407.498

402.072

331.612

 

Subsidies (regelingen)

60.186

30.478

48.398

91.942

92.061

119.396

54.839

 

Toegang tot zorg en ondersteuning

7.633

10.840

8.630

7.979

7.748

7.452

7.423

 

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

13.151

604

2.454

2.400

2.405

1.904

1.875

 

Inclusieve samenleving

20.464

1.507

27.964

73.541

74.120

102.243

37.776

 

Kennis en informatiebeleid

14.765

9.017

9.109

7.526

7.311

7.319

7.290

 

Overige

4.173

8.510

241

496

477

478

475

 

Opdrachten

67.995

124.010

141.013

108.869

93.095

86.454

84.726

 

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

58.025

66.153

64.090

63.856

64.103

59.895

58.281

 

Toegang tot zorg en ondersteuning

53

2.344

2.369

2.360

1.871

1.956

1.962

 

Passende zorg en levensbrede ondersteuning

2.091

3.942

4.854

4.841

2.877

3.008

3.017

 

Inclusiviteit

7.078

41.342

48.329

16.262

9.801

8.245

8.194

 

Kennis, informatie en innovatiebeleid

233

1.420

1.649

1.642

1.650

1.725

1.730

 

Overige

515

8.809

19.722

19.908

12.793

11.625

11.542

 

Bijdrage aan agentschappen

6.774

21.663

24.929

19.627

17.342

5.863

893

 

Overige

6.774

21.663

24.929

19.627

17.342

5.863

893

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

16.385

14.872

14.581

14.578

14.572

14.569

14.614

 

Doventolkvoorzieningen

16.385

14.872

14.581

14.578

14.572

14.569

14.614

 

Bijdrage aan medeoverheden

153.816

156.559

178.712

155.302

169.878

174.040

174.790

 

Overige

153.816

156.559

178.712

155.302

169.878

174.040

174.790

 

Storting/onttrekking begrotingsreserve

304

48.150

79.050

34.750

20.550

1.750

1.750

 

Stimuleringsregeling wonen en zorg

304

48.150

79.050

34.750

20.550

1.750

1.750

3.21

Langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

29.284.265

21.298.118

19.377.369

21.563.049

22.986.567

25.326.988

27.298.129

 

Subsidies (regelingen)

176.350

211.185

300.919

225.465

120.266

111.494

102.907

 

Zorg merkbaar beter maken

85.798

112.184

193.767

126.706

42.701

37.667

44.020

 

Kennis, informatie en innovatiebeleid

28.000

25.443

31.420

28.563

20.410

19.018

16.991

 

Palliatieve zorg en ondersteuning

62.552

73.558

75.732

70.196

57.155

54.809

41.896

 

Bekostiging

28.923.125

20.852.200

18.816.800

21.112.900

22.646.900

24.993.800

26.971.200

 

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

4.823.800

5.302.200

6.016.800

6.462.900

6.746.900

7.043.800

7.221.200

 

Bijdrage Wlz

9.650.000

15.550.000

12.800.000

14.650.000

15.900.000

17.950.000

19.750.000

 

Overige

14.449.325

0

0

0

0

0

0

 

Opdrachten

14.052

18.777

30.073

18.963

8.289

8.281

8.307

 

Zorgdragen voor langdurige zorg

14.052

18.777

30.073

18.963

8.289

8.281

8.307

 

Bijdrage aan agentschappen

476

471

718

493

493

493

494

 

Algemeen

476

471

718

493

493

493

494

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

165.003

196.245

201.859

205.228

210.619

212.920

215.221

 

Uitvoeringskosten Sociale Verzekeringsbank

43.603

57.294

56.541

55.243

55.282

53.303

52.465

 

Uitvoeringskosten Centrum Indicatiestelling Zorg

121.400

138.951

145.318

149.985

155.337

159.617

162.756

 

Bijdrage aan medeoverheden

5.259

19.240

27.000

0

0

0

0

 

Overige

5.259

19.240

27.000

0

0

0

0

         
 

Ontvangsten

12.943

23.034

8.376

8.398

8.329

8.039

8.062

         

In de ontwerpbegroting 2025 is de subsidietaakstelling vanuit het Hoofdlijnenakkoord voor 2025 verwerkt. Voor wat betreft de subsidietaakstelling voor de jaren 2026 en verder worden hier nog keuzes in gemaakt. Daarom is voor de jaren 2026 en verder voor nu de taakstelling generiek over alle subsidies verwerkt. Dit is een technische maatregel en zeg niets over de uiteindelijke invulling van de subsidietaakstelling op artikelniveau. Er kunnen hier dan dus ook geen conclusies aan ontleend worden, omdat voor de jaren 2026 en verder hier nog besluitvorming over plaats moet vinden. Na besluitvorming volgt een Nota van Wijziging om de juiste invulling van de subsidietaakstelling zichtbaar te presenteren en daarmee tot een beleidsmatige invulling van de taakstelling​​ te komen.

Budgetflex

Tabel 41 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2025

juridisch verplicht

98,89

bestuurlijk gebonden

0,74

beleidsmatig gereserveerd

0,10

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0,27

Subsidies

Van het beschikbare budget van € 349,3 miljoen is 73,9 % juridisch verplicht in verband met verplichtingen voor instellingssubsidies en (meerjarige) projectsubsidies. Het betreft onder meer de instellingssubsidies aan het CCE, Vilans, Movisie, Stichting Alzheimer Nederland, Stichting MIND, Mantelzorg NL, Landelijke luisterlijn en regeling palliatieve terminale zorg en geestelijke verzorging. Bij de projectsubsidies betreft het onder meer Waardigheid en Trots op locatie en voor de gehandicaptenzorg gespecialiseerde clientondersteuning, begeleiding à la carte II, sociale werkplaatsen en de innovatie impuls II.

Bekostiging

Van het beschikbare budget van € 18,8 miljard is 100% juridisch verplicht. Dit betreft de bijdrage in de Wlz en de bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK).

Opdrachten

Van het beschikbare budget voor 2025 van € 171,1 miljoen is 63,9% juridisch verplicht. Dit betreft onder meer de opdracht Valys voor het bovenregionaal sociaalrecreatief vervoer.

Bijdragen aan agentschappen

Van het beschikbare budget van € 25,6 miljoen is 67,7% juridisch verplicht. Dit betreft bijdragen aan bijvoorbeeld RVO voor het uitvoeren van de stimuleringsregeling E-health Thuis.

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Van het beschikbare budget van € 216,4 miljoen is 100% juridisch verplicht. Dit betreft de uitvoeringskosten van de ZBO’s SVB, UWV en CIZ.

Bijdragen aan medeoverheden

Van het beschikbare budget van € 205,7 miljoen is 98,1% juridisch verplicht. Het betreft hier voornamelijk de regelingen specifieke uitkeringen IZA en specialistische functies aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling.

Storting/onttrekking begrotingsreserve

Van het beschikbare budget van € 79 miljoen is 38,1% juridisch verplicht. Dit betreft de stimuleringsregelingen zorggeschikte woningen, woon-zorgcombinaties en langer thuis.

Box premiegefinancierde Wlz-uitgaven en -ontvangsten

In de onderstaande tabel is de horizontale ontwikkeling van de premiegefinancierde Wlz-uitgaven en -ontvangsten opgenomen. Dit zijn de uitgaven en ontvangsten die onder de Wlz vallen.

Naast de bruto Wlz-uitgaven zijn er ook nog ontvangsten: de eigen bijdragen Wlz, die wordt gerekend tot de niet-belastingontvangsten. De bruto Wlz-uitgaven minus de eigen bijdragen Wlz vormt de netto Wlz-uitgaven.

De verwachte reële groei van de netto Wlz-uitgaven in 2025 is 5,7%.

De verandering in groei tussen 2025 en 2026 komt doordat de Wlz besparingsverliezen die in 2025 optreden voor de maatregelen doorontwikkeling kwaliteitskader verpleeghuiszorg, behandeling Wlz en meerjarig contracteren zijn opgelost door eenmalig de ramingen te verhogen. Voor 2026 en verder staan deze maatregelen meerjarig nog in de begroting.

Deze horizontale ontwikkeling wordt uitgebreid gepresenteerd bij de Premiegefinancierde zorguitgaven (PZ) in paragraaf 6.4.

Premiegefinancierde Wlz-uitgaven en -ontvangsten 2023-2029 (bedragen x € 1.000)

Art.

 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

12

Bruto Wlz-uitgaven

33.359.723

36.682.904

39.849.657

42.078.198

44.664.238

47.710.770

50.940.396

 

Eigen bijdrage Wlz

2.232.607

2.317.107

2.534.900

2.734.500

2.852.200

2.973.300

3.092.900

 

Netto Wlz-uitgaven

31.127.116

34.365.797

37.314.757

39.343.698

41.812.038

44.737.470

47.847.496

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

Kengetal: Over het geheel genomen geven de pashouders het reizen met het BRV een hoog waarderingscijfer

Subsidies

Inclusieve samenleving

Onder inclusieve samenleving vallen Onbeperkt meedoen, Eén tegen eenzaamheid, respijtzorg, sociale basis en wonen en zorg. Het programma Eén tegen eenzaamheid richt zich nu op eenzaamheid in het algemeen (2022-2025). Het ondersteunt het ‘verminderen eenzaamheid’ maatschappelijke initiatieven om meer impact te maken en eenzaamheid te voorkomen dan wel te verminderen. Hier is in 2025 € 1,3 miljoen voor beschikbaar. In het kader van respijtzorg, het beter ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers, wordt er in 2025 € 1,5 miljoen beschikbaar gesteld voor subsidies vanuit het vorige coalitieakkoord.

Voor de stimuleringsregeling intergenerationeel wonen is in 2025 € 11,6 miljoen beschikbaar voor huurverlaging en begeleiding van jongeren. Daarnaast is € 8 miljoen beschikbaar voor woonvormen waar intergenerationeel samen wordt gewoond binnen de subsidieregeling zorggeschikte woningen. In 2025 wordt er € 2 miljoen beschikbaar gesteld aan ZonMw voor het vervolgprogramma versterking aanbod van dagactiviteiten voor mensen met dementie. Verder is er in 2025 ook € 2 miljoen beschikbaar op dit budget voor een subsidie aan het Nederlandse Rode Kruis om het behoud en (nadere) ontwikkeling van de (crisis) basisinfrastructuur te borgen.

Tabel 42 Eenzaamheid onder ouderen1

Eenzaamheid

2012

2016

20202

2022

75-84 jr eenzaam

49,5

52,5

53,6

52,3

75-84 jr (zeer) sterk eenzaam

9,9

10,3

11,2

11,9

> 85 jr eenzaam

59,2

62,7

65,9

62,6

> 85 jr (zeer) sterk eenzaam

13,8

14,8

14,3

15,6

1

2

In 2020 brak de coronapandemie uit. Hiermee moet rekening worden gehouden bij het interpreteren van de trends.

Tabel 43 Langdurige beperkingen door gezondheidsdproblemen12
 

2014/2015

2016/2017

2018/2019

2020/2021

2022/2023

Langdurige beperkingen door gezondheidsproblemen (GALI beperking)

22,9%

24,9%

25,6%

25,0%

26,8%

1

GALI = Global Activity Limitation Indicator. Het percentage personen dat vanwege problemen met de gezondheid sinds 6 maanden of langer beperkt is in activiteiten die mensen gewoonlijk doen

2

Opdrachten

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

Mensen met een mobiliteitsbeperking kunnen gebruik maken van het bovenregionaal sociaalrecreatief vervoer (ook bekend als Valys) per (deel)taxi (€ 64,1 miljoen in 2025). Het BRV-gehandicapten is vraagafhankelijk vervoer. Dit betekent dat factoren zoals de toegankelijkheid van het lokale openbaar vervoer, het weer of de gezondheid van de pashouders invloed kunnen hebben op het aantal verreden kilometers.

Inclusiviteit

Er worden middelen ingezet voor de uitvoering van het programma onbeperkt meedoen en ter implementatie van het VN-verdrag handicap. Hiervoor is in 2025 € 4,5 miljoen beschikbaar gesteld. De belangrijkste doelen zijn het organiseren van een kennisuitwisselingsstrategie rond het VN-verdrag handicap en het organiseren van inclusie pacten.

Voor stimuleren woonvormen en langer thuis is in 2025 circa € 11 miljoen beschikbaar voor opdrachten, zoals communicatie aanpak, reablementprogramma en social trails dementie via ZonMw. Voor het programma Eén tegen eenzaamheid is € 1,5 miljoen beschikbaar voor de publiekscampagne en een thematisch programma Eenzaamheid van de Nationale wetenschapsagenda (NWA).

Voor de meerkosten die gemeenten maken ten behoeve van zorg in de Wmo, Jeugdwet en Wet publieke gezondheid voor Oekraïense ontheemden is tevens € 28 miljoen geraamd op dit budget voor 2025. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de zorg en ondersteuning voor Oekraïense ontheemden vanuit de Wmo en de Jeugdwet, en de Wet publieke gezondheid (waaronder het basistakenpakket jeugdgezondheidszorg, het RVP en het prenataal huisbezoek).

Overige

In 2025 is er € 19,7 miljoen beschikbaar gesteld op dit budget. Er is circa € 11 miljoen in 2025 beschikbaar voor de uitvoering van de herinvoering van de inkomens- en vermogensafhankelijke eigen bijdrage Wmo. Verder worden er ook Wmo-brede gerelateerde opdrachten met betrekking tot het houdbaarheidsonderzoek bekostigd vanuit dit budget.

Bijdragen aan agentschappen

Overige

In 2025 is er € 24,9 miljoen beschikbaar gesteld op dit budget. Dit betreffen middelen voor de uitvoering van de Stimuleringsregeling E-health Thuis (SET) en de Stimuleringsregeling Technologie in Ondersteuning en Zorg (STOZ). De STOZ-regeling heeft, als opvolger op de SET-regeling, als doel het stimuleren van activiteiten voor het transformeren en anders organiseren van zorg- en ondersteuningsprocessen, met behulp van digitale of hybride processen. Daarnaast is er € 4,7 miljoen beschikbaare inzake de gratis VOG.

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

Doventolkvoorzieningen

De tolkvoorziening voor mensen met een auditieve beperking wordt in het leefdomein geregeld door Tolkcontact. Het UWV is aangewezen als uitvoerder van de voorziening. In 2025 is voor de doventolkvoorziening € 14,6 miljoen beschikbaar.

Bijdragen aan medeoverheden

Overige

Op dit budget zijn onder andere de middelen ten behoeve van specifieke uitkeringen aan gemeenten (SPUK) geboekt. Dit betreft in 2025 ruim € 140 miljoen voor de SPUK IZA en € 5 miljoen voor de SPUK Transformatiemiddelen inclusief de uitvoeringskosten van deze specifieke uitkeringen. Verder is er € 7,7 miljoen in 2025 voor de specifieke uitkering voor de opvang in het kader van huiselijk geweld en kindermishandeling. Tevens is er in 2025 € 9,8 miljoen beschikbaar op dit voor de versterking regie op volkshuisvesting. Tot slot is er in 2025 € 7 miljoen beschikbaar op in het kader van de aanpak dakloosheid en in het specifiek voor de aanpak van dakloze EU-burgers. In 2023 en 2024 zijn deze middelen via een decentralisatie uitkering beschikbaar gesteld aan 6 pilot gemeenten.

Storting/onttrekking begrotingsreserve

Stimuleringsregeling wonen en zorg

Voor de stimuleringsregeling zorggeschikte woningen is er in 2025 € 22 miljoen beschikbaar op dit budget. Daarnaast is er in het coalitieakkoord van Rutte IV voor 2025 in totaal € 57,1 miljoen beschikbaar gesteld in het kader van het stimuleren van woon-zorg en het stimuleren van het langer thuis wonen van ouderen.

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

Subsidies

De Wlz regelt zware, intensieve zorg voor kwetsbare ouderen, mensen met een beperking en mensen met een psychische aandoening. Ter ondersteuning aan de Wlz worden vanuit de begroting beleidsartikel 3 verschillende subsidie-initiatieven ondersteund. Hiervoor is in totaal € 300,9 miljoen beschikbaar.

Zorg merkbaar beter maken

Voor ouderenzorg is een budget van € 42,1 miljoen beschikbaar. Veelal worden deze middelen ingezet in het kader van het WOZO-programma. Het gaat onder meer om het ondersteuningsprogramma Waardigheid en trots voor de toekomst’ (€ 30,0 miljoen), onderzoek en ondersteuning in het kader van de organisatie van de regionale beschikbaarheid van medische- generalistische zorg (€ 6,0 miljoen) en onder andere ondersteuning van de implementatie van het Generiek kwaliteitskompas «Samen werken aan kwaliteit van bestaan» en het maatschappelijk debat over de toekomst van de ouderenzorg.

Ter verbetering van de gehandicaptenzorgzorg is de toekomstagenda «Zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking» opgesteld. De uitvoering van de toekomstagenda wordt gecontinueerd in 2025. Hiervoor is € 7,3 miljoen beschikbaar. Ook wordt de gespecialiseerde clientondersteuning geborgd, wat is bedoeld voor de doelgroepen:  ZEVMB (zeer ernstige verstandelijke en meervoudige beperkingen), Autisme, NAH (niet-aangeboren hersenletsel), LVB met gedragsproblematiek en Naasten, zodat deze doelgroep de gewenste ondersteuning nu en de toekomst krijgt (€ 25,0 miljoen). Daarnaast is € 4,2 miljoen gereserveerd voor kleinere subsidie initiatieven.

Zorgverleners kunnen voor expertise over ernstig probleemgedrag terecht bij het CCE. Het CCE richt zich op de meest complexe zorgvragen, waarbij zorgverleners vastlopen en de kwaliteit van bestaan van de cliënt ernstig onder druk staat. Hier is € 21,3 miljoen voor beschikbaar.

De missie uit de Nationale Dementiestrategie 2021-2030 is: «Mensen met dementie en hun naasten kunnen als waardevol lid van onze samenleving functioneren en goede ondersteuning en zorg ontvangen». Vanuit het coalitieakkoord Rutte IV is via dit begrotingsartikel voor dementie totaal € 3,6 miljoen aan subsidie­ budget beschikbaar.

Het Groninger Zorgakkoord is een convenant tussen verschillende partijen die de toekomst van de zorg in het aardbevingsgebied willen verbeteren. Een afspraak uit dit convenant is dat ca. 20 zorggebouwen die niet aardbevingsbestendig zijn, herbouwd moeten worden naar ca. 9 aardbevings- én toekomstbestendige zorglocaties. Er zijn afspraken gemaakt over het beschikbaar stellen van een bedrag van € 75,5 miljoen in 2025.

Daarnaast worden onder andere subsidies ingezet voor het terugdringen van de administratieve lasten, hygiëne en infectie -preventie, de Wet zorg en dwang, het compensatiepakket Zeeland (Wind in de Zeilen), de hersenletselteams en de inzet van vrijwillige mentoren bij kwetsbare cliënten.

Kennis, informatie en innovatiebeleid

Kennis, informatie en innovatiebeleid dragen bij aan juiste, passende en efficiënte zorg. In 2025 is hiervoor € 29,0 miljoen beschikbaar. Het doel is om de kwaliteit van de geboden zorg te verbeteren door continu het kennisniveau bij zorgverleners en cliënten te vergroten almede het uitvoeren van de werkagenda passende zorg. De uitgaven betreffen:

  • De exploitatiesubsidie van € 16,1 miljoen die Vilans jaarlijks ontvangt. Daarmee kan Vilans o.a. de in de langdurige zorg beschikbare kennis ontsluiten via haar kennispleinen die jaarlijks miljoenen keren worden bezocht.

  • Ten behoeve van het genereren van data waarmee onderzoek mogelijk wordt, wordt € 6,0 miljoen besteed. Naast het mogelijk maken van onderzoek dragen deze trajecten ook bij aan monitoring van infectieziekten in zowel de ouderen- als de gehandicaptenzorg.

  • Ten behoeve van ontwikkeling van zowel richtlijnen wordt € 3,2 miljoen ter beschikking gesteld aan de Stichting Kwaliteitsimpuls langdurige zorg (SKILZ) en de artsen langdurige zorg.

  • Door Trimbos wordt momenteel een verkenning uitgevoerd naar de mogelijkheden om een Academische Werkplaats GGZ vorm te geven. Voor deze Academische Werkplaats GGZ is € 2,0 miljoen beschikbaar.

  • Voor diverse langer lopende projecten om de kennisinfrastructuur in de langdurige zorg te versterken wordt € 1,3 miljoen besteed.

  • Ten behoeve van de begeleiding van budgethouders met een persoonsgebonden budget is € 2,4 miljoen gereserveerd voor subsidies aan belangenverenigingen.

Palliatieve (terminale) zorg en geestelijke verzorging thuis

Voor palliatieve zorg en geestelijke verzorging thuis is in 2025 € 75,7 miljoen beschikbaar. De kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de palliatieve zorg en geestelijke verzorging thuis wordt verder verbeterd door de activiteiten in het kader van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg II (NPPZ II) en de stimuleringsgelden via de Regeling palliatieve terminale zorg en geestelijke verzorging thuis. Daarnaast wordt een aantal instellings­subsidies verstrekt en onderzoeksprogramma’s via ZonMw (begrotingsartikel 1).

Bekostiging

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

De BIKK is een Rijksbijdrage die is ingesteld bij de invoering van het nieuwe belastingstelsel in 2001. Bij die belastingherziening werden aftrekposten omgezet in heffingskortingen, waardoor de opbrengst van de premies volksverzekeringen daalde. Het Fonds langdurige zorg (voor de Wlz), het Ouderdomsfonds (voor de AOW) en het Nabestaandenfonds (voor de ANW) worden via de BIKK gecompenseerd voor de gevolgen van deze veranderingen in de systematiek van de belasting- en premieheffing. De raming van de BIKK voor de Wlz in 2025 bedraagt € 6 miljard.

Bijdrage Wlz

Met ingang van 2019 wordt het verwachte negatieve saldo van het Fonds Langdurige Zorg (Flz) jaarlijks gecompenseerd door middel van een Rijksbijdrage Wet langdurige zorg (Wlz) aan het fonds, zodat het saldo aan het einde van het jaar naar verwachting op nul uitkomt. De Rijksbijdrage heeft een administratief karakter en geeft aan welk deel van de Wlz-uitgaven ten laste van het EMU-saldo komen. In de paragraaf premiegefinancierde zorguitgaven wordt de financiering van de Wlz nader toegelicht. De raming van de Rijksbijdrage Wlz bedraagt € 12,8 miljard voor 2025.

Opdrachten

Voor opdrachten is in 2025 € 30,1 miljoen beschikbaar. Hieronder vallen onder meer kosten voor de beleidsonderdelen: verpleeghuiszorg, toekomst­agenda "Zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking", dementie, elektronische gegevensuitwisseling en het beheer en de doorontwikkeling van het PGB 2.0-systeem.

Bijdrage aan agentschappen

Een zorgaanbieder die vanaf 1 januari 2020 gedwongen zorg verleent onder de Wet zorg en dwang (Wzd) of Wet verplichte ggz (Wvggz) moet zijn locaties geregistreerd hebben in het openbaar locatieregister Wzd/Wvggz. De exploitatie van het locatieregister wordt uitgevoerd door het CIBG. Voor de uitvoering is € 0,6 miljoen beschikbaar. Daarnaast is € 0,1 miljoen gereserveerd voor kleinere initiatieven.

Bijdrage ZBO’s/RWT’s

Uitvoeringskosten Centrum Indicatiestelling Zorg

De toegang tot de zorg moet goed en onafhankelijk georganiseerd zijn. Het CIZ heeft de wettelijke taak om te beoordelen of iemand in aanmerking komt voor zorg op grond van de Wlz via onafhankelijke indicatiestelling. Er is € 145,3 miljoen beschikbaar voor deze taakuitvoering.

Uitvoeringskosten Sociale Verzekeringsbank

De SVB verzorgt de uitvoering van het trekkingsrecht persoons gebonden budget en een aantal projecten in het kader van het PGB 2.0-systeem. Hiervoor is in totaal € 56,5 miljoen euro beschikbaar.

Bijdrage aan medeoverheden

Onder bijdragen aan medeoverheden staan de beschikbare middelen voor specifiekeuitkeringen aan gemeenten in het kader van de aanpak van domein overstijgende samenwerking. Deze specifiekeuitkering schept de mogelijkheid dat zorgkantoren (samen met zorgverzekeraars of gemeenten) investeren in preventieve maatregelen. Deze preventieve maatregelen bestaan uit extra inzet in het voorliggend domein waardoor instroom naar de Wlz wordt uitgesteld of voorkomen. Totaal is hiervoor € 27 miljoen beschikbaar. Omdat het wetsvoorstel nog niet is aangenomen, blijft dit bedrag in 2025 via een specifieke uitkering beschikbaar.

18

Kamerstukken II 2023/24, 24 170, nr. 309

19

Bestuursakkoord Toegankelijkheid Openbaar Vervoer 2022-2032 Eindversie | Rapport | Rijksoverheid.nl

20

Werkagenda Route naar inclusief onderwijs 2035 | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl

21

De Alliantie van samenwerkende organisaties van mensen met een beperking of chronische ziekte bestaat uit Ieder(in), Per Saldo, MIND en LFB.

22

Deze pacten zijn coalities van bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheden in een sector of regio, die gericht zijn op concrete impact en resultaten. Rondom een specifiek thema of vraagstuk voor mensen met een beperking sluiten deze partijen een pact om –meerjarig- in actie te komen voor het realiseren van gezamenlijke impact.

23

Kamerstukken II 2022/23, 29538, nr. 344

Licence