Base description which applies to whole site

Artikel 6 Dienstverlenende en innovatieve overheid

A Algemene doelstelling

Een compacte overheid, door minder regeldruk, voorzieningen voor efficiënt gebruik van overheidsinformatie en het bevorderen van burgerschap.

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een regierol voor het verminderen van administratieve lasten en regeldruk voor burgers, professionals en interbestuurlijke regeldruk.

De minister is systeemverantwoordelijk voor het stelsel van basisregistraties. Hij is vanuit de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens verantwoordelijk voor een goed functionerende Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (GBA) en vanuit de Paspoortwet verantwoordelijk voor betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten. De minister stelt voor de basisregistratie het beleid vast en is verantwoordelijk voor de uitvoering.

De minister is coördinerend verantwoordelijk voor het gebruik en de implementatie van e-overheidvoorzieningen en is als opdrachtgever verantwoordelijk voor de ontwikkeling en het beheer van diverse e-overheidvoorzieningen.

De minister heeft een regierol voor het bevorderen van burgerschap.

C Beleidswijzigingen

Er zijn nieuwe doelstellingen voor de vermindering van regeldruk; de administratieve lasten van burgers moeten vanaf 2013 jaarlijks merkbaar en met 5% verminderen. Voor professionals in de publieke sector moet er sprake zijn van een merkbare vermindering van de regeldruk. Verder worden de interbestuurlijke lasten en uitvoeringskosten teruggedrongen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een coördinerende rol bij deze vermindering van regeldruk voor burgers, professionals en medeoverheden.

De coördinerende rol houdt in dat het ministerie gegevens van de departementen en medeoverheden verzamelt en controleert over hoeveel administratieve lasten zij veroorzaken door wijzigingen in regelgeving en uitvoering. Daarnaast heeft het ministerie een aanjagende rol richting de andere departementen en medeoverheden en biedt het ministerie handvatten om de regeldruk te verminderen.

Bij een dienstverlenende en innovatieve overheid past ook een toegankelijk gebruik van informatie. Dit speelt een cruciale rol in de implementatieagenda Nationaal uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid (iNUP). Deze richt zich op breed gebruik van de e-overheidsvoorzieningen door overheidsorganisaties voor burgers en bedrijven.

In het beleid staan de gebruikers centraal, is transparantie over het gebruik van gegevens essentieel en staat het principe voorop dat gegevens maar één keer worden gevraagd voor meervoudig gebruik. Daarbij wordt altijd rekening gehouden met de veranderende rol van de overheid. Daarom is optimale benutting van het potentieel de komende periode een belangrijk aandachtspunt.

Daarnaast wil het kabinet de kracht van de samenleving benutten. Dat wil zeggen dat het kabinet ruimte geeft aan initiatieven van burgers die verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en voor de samenleving. Ruimte geven betekent toestemming geven voor experimenten met beleid en bestuur, belemmeringen voor het nemen van verantwoordelijkheid opheffen en voorbeelden tonen van hoe het wel kan.

D1 Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 6 Dienstverlenende en innovatieve overheid

(x € 1 000)

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

125 170

104 669

111 362

91 998

89 295

           

Uitgaven

125 170

104 669

111 362

91 998

89 295

           

6.1 Verminderen Regeldruk

2 800

3 100

3 100

3 100

0

           

Opdrachten

2 800

3 100

3 100

3 100

0

Vermindering regeldruk en administratieve lasten

2 800

3 100

3 100

3 100

0

           

6.2 Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen

25 166

25 229

25 126

17 482

17 465

           

Opdrachten

17 166

17 229

17 126

9 482

9 465

(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen

17 166

17 229

17 126

9 482

9 465

           

Bijdragen

8 000

8 000

8 000

8 000

8 000

Implementatie NUP (VNG)

8 000

8 000

8 000

8 000

8 000

           

6.3 Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen

45 852

45 138

43 668

42 852

42 707

           

Opdrachten

11 671

11 334

10 414

10 031

9 982

Beheer e-overheidsvoorzieningen

8 563

8 133

7 117

6 635

6 586

Officiële publicaties en wettenbank

3 108

3 201

3 297

3 396

3 396

           

Bijdragen

34 181

33 804

33 254

32 821

32 725

Baten-lastendienst Logius

30 885

30 410

29 764

29 220

29 124

Baten-lastendienst BPR

3 296

3 394

3 490

3 601

3 601

           

6.4 Burgerschap

4 942

4 872

6 544

6 469

6 469

           

Subsidies

4 442

4 372

6 044

5 969

5 969

Comité 4/5 mei

119

119

119

119

119

Huis voor Democratie en rechtstaat

4 323

4 253

5 925

5 850

5 850

           

Opdrachten

500

500

500

500

500

Programma burgerschap

500

500

500

500

500

           

6.5 Reisdocumenten en basisadministratie personen

46 410

26 330

32 924

22 095

22 654

           

Opdrachten

29 510

9 430

16 024

5 095

5 754

Beleid GBA en reisdocumenten

4 758

4 283

4 219

4 104

5 087

Modernisering GBA

8 752

5 147

1 305

991

667

ORRA

16 000

0

10 500

0

0

           

Bijdragen

16 900

16 900

16 900

17 000

16 900

Baten-lastendienst BPR

16 900

16 900

16 900

17 000

16 900

           

Ontvangsten

500

500

500

500

500

           

D2 Budgetflexibiliteit

Voor een beperkt deel van de beleidsuitgaven zijn nog geen verplichtingen aangegaan. Deze middelen worden gedurende het jaar aangewend voor beleidsdoeleinden, waarvoor op dit moment nog geen juridische verplichting is ingesteld. Voor een groot deel zijn er al afspraken vastgelegd met bijvoorbeeld baten-lastendiensten en gemeenten. Deze middelen zijn derhalve niet alternatief aanwendbaar.

E Toelichting op de instrumenten

6.1 Verminderen regeldruk: het terugdringen van de regeldruk voor burgers, professionals en interbestuurlijk

Opdrachten

Vermindering regeldruk en administratieve lasten

Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een aanjagende rol richting andere departementen en medeoverheden voor het verminderen van regeldruk. Ondermeer wordt samenwerking gezocht met medeoverheden om ook lokaal de regeldruk terug te dringen. Daarnaast geeft BZK een financiële bijdrage aan het onafhankelijk advies- en toetsingscollege Actal, dat een toets uitvoert op nieuwe, voorgenomen wet- en regelgeving en worden mediationvaardigheden ingezet.

Tabel 6.1

Indicatoren

Beginstand 2010

Streefwaarde 2011

Streefwaarde 2012

Streefwaarde 2013

Streefwaarde 2014

Streefwaarde 2015

Vermindering administratieve lasten van de burger in tijd en kosten bij de overheid (t.o.v. het jaar daarvoor)

78,2 mln uur

€ 945,7 mln

0%

0%

– 5%

– 5%

– 5%

Bron: Cijfers aangeleverd door verschillende departementen

6.2 Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen: het vergroten van de efficiency en effectiviteit van de overheid bij het gebruik van informatie binnen de overheid en tussen overheid en samenleving

Opdrachten

(Door)ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen

In 2012 werkt het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verder aan de noodzakelijke (door)ontwikkeling van standaardisatie, architectuur (Nederlandse OverheidsReferentie Architectuur), het identiteitsbeleid (waaronder de uitbouw van het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude) en het coördineren en monitoren van het beleid.

De minister is daarnaast verantwoordelijk voor de (door)ontwikkeling van

e-overheidsvoorzieningen. Deze voorzieningen zijn:

  • Register Niet-ingezetenen (RNi), voorbereiding elektronische Nederlandse IdentiteitsKaart (eNIK) en verbetering authenticatievoorzieningen;

  • verbetering toegankelijkheid overheidinformatie (waaronder open data, webrichtlijnen, Overheid.nl/MijnOverheid), periodieke aanbesteding wettenbank en nog te bepalen voorzieningen naar aanleiding van het kabinetsstandpunt op het rapport «iOverheid» van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).

Bijdragen

Implementatie NUP

Naast de verdere ontwikkeling van het informatiebeleid en de (door)ontwikkeling van e-overheidsvoorzieningen draagt het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bij aan de implementatie van het beleid voor en de ontwikkeling van de basisregistraties. Hiervoor biedt het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties implementatieondersteuning (iNUP) aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten/KING en zorgt het ministerie voor verdere ontwikkeling van het stelsel van basisregisters.

6.3 Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen: het efficiënt en effectief leveren van een aantal overheidsbrede e-overheidsvoorzieningen en het stimuleren van het gebruik van deze voorzieningen

Opdrachten

Beheer e-overheidsvoorzieningen

Overheidsorganisaties zijn voor hun bedrijfsvoering gedeeltelijk afhankelijk van de levering van verschillende e-overheidsvoorzieningen. De minister is opdrachtgever voor het beheer van een deel van de e-overheidsvoorzieningen, zoals Burgerservicenummer, DigiD en MijnOverheid. Daarnaast is de minister verantwoordelijk voor het beheer van het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude. De opdrachten voor het beheer van deze e-overheidsvoorzieningen zijn ondergebracht bij diverse uitvoeringsorganisaties.

Officiële publicaties en wettenbank

In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beheert stichting ICTU officiële publicaties en de SDU de productie Wettenbank en de productie officiële publicaties.

Bijdragen

Baten-lastendienst Logius

Logius beheert DigiD/DigiD buitenland, stelselvoorzieningen digikoppeling, -melding en levering, Public Key Infrastructure (PKI), DigiD-machtiging standaarden/voorzieningen toegankelijkheid overheidsinformatie (waaronder de webrichtlijnen), www.overheid.nl, MijnOverheid en stimuleert het gebruik van deze voorzieningen.

Baten-lastendienst BPR

Baten-lastendienst BPR (Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten) ontvangt voor het beheer van het Burgerservicenummer een bijdrage van het ministerie.

In de bijlagen over de baten-lastendiensten BPR en Logius zijn de meetbare gegevens opgenomen.

6.4 Burgerschap

Subsidies

Het Comité 4 en 5 mei en Huis voor Democratie en Rechtsstaat

Voor het bevorderen van burgerschap worden subsidies gegeven aan het Nationaal Comité 4 en 5 mei en aan het Huis voor Democratie en Rechtsstaat. De subsidie aan het Nationaal Comité 4 en 5 mei draagt bij aan de herdenkingen en vieringen die het comité organiseert. Daarnaast voert het Nationaal Comité 4 en 5 mei educatie- en erfgoedprojecten uit. De subsidie aan het Huis voor Democratie en Rechtsstaat draagt bij aan de educatieve activiteiten die het Huis uitvoert ter bevordering van de kennis over de democratische rechtsstaat.

Opdrachten

Programma Burgerschap

De minister is verantwoordelijk voor het bevorderen van actief burgerschap in samenwerking met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de vakdepartementen en maatschappelijke en bewonersorganisaties. Het project «meer burger, minder overheid» stimuleert het zelforganiserende vermogen van burgers en beoogt:

  • de krachten in de samenleving te vinden die initiatieven ontplooien in collectieve aangelegenheden;

  • knelpunten te identificeren die eigen verantwoordelijkheid nemen in de weg staan en deze waar mogelijk verhelpen;

  • voorwaarden scheppen dat burgers op eigen kracht invulling geven aan hun leven en bijdragen aan de leefomgeving/samenleving.

De minister wil de slag maken van burgerparticipatie (initiatief ligt bij de overheid) naar overheidsparticipatie (initiatief ligt bij burgers en bedrijven). De voorwaarden hiervoor zullen worden opgenomen in de eerder aangekondigde Agenda Hedendaags Burgerschap. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties maakt de agenda in samenspraak met de samenleving. Het is geen statisch document, maar ontwikkelt zich naar mate mensen en organisaties meer activiteiten ontplooien in de samenleving. De opzet is dat aan in de agenda opgenomen ambities wordt gewerkt door Rijk, gemeenten en maatschappelijke organisaties gezamenlijk. Voor de uitvoering op lokaal niveau is – naast primair de inzet van burgers en bedrijven – een stimulerende en faciliterende rol van de gemeenten, met de ondersteuning van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten van belang en de inzet van lokale ambtenaren die met burgerparticipatie verder aan de slag willen. Want ook het bestuur zal moeten wennen aan een nieuwe rol. De minister wil dat mensen initiatieven die niet op het lokale niveau thuishoren, maar wel overheidsbetrokkenheid vergen via een rijksloket kunnen melden en daar ook respons op krijgen (Initiatief Rijk). Daarnaast is de minister bereid zich in te zetten voor het zonodig aanpassen van regelgeving en werkwijzen die nu het uitoefenen van verantwoordelijkheden door de samenleving in de weg staan.

6.5 Een betrouwbare GBA en betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten

Opdrachten

Beleid GBA en reisdocumenten

In 2012 wordt de kwaliteit van de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) verbeterd. Het actieplan kwaliteit GBA heeft als doel de betrouwbaarheid van de GBA te vergroten. Dit wordt gedaan in samenwerking met Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de gemeenten (motie Heijnen en Bilder, Kamerstukken II, 2007–2008, 31 200, nr. 34). Daarnaast heeft Caribisch Nederland op dit moment zijn eigen bevolkingsadministratie (PIVA-V) en identiteitskaart (Sedula). In 2012 wordt, in samenwerking met de openbare lichamen, de kwaliteit van PIVA verbeterd en zal een besluit genomen worden over de eventuele vervanging van de Sedula door de Nederlandse identiteitskaart.

Modernisering GBA

De minister is ook opdrachtgever voor de modernisering van de GBA. Onderdeel van het programma is de realisatie van het 24 uur per dag online beschikbaar maken van actuele en betrouwbare persoonsgegevens voor geautoriseerde gebruikers. Dit levert een gestandaardiseerde en moderne uitwisseling van de persoonsgegevens en een betere controle op de kwaliteit van de GBA, zoals is vastgelegd in het bestuurlijk akkoord met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten op 5 maart 2009 (Kamerstukken II, 2008–2009, 27 859, nr. 17).

ORRA

Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft het voornemen om de betrouwbaarheid van het aanvraag- en uitgifteproces van reisdocumenten te verbeteren door de realisatie van een online raadpleegbare reisdocumentenadministratie (ORRA) die ook een plaatsonafhankelijke aanvraag en uitgifte van reisdocumenten mogelijk moet maken. In 2010 en 2011 is, mede gelet op de besluitvorming over de opslag van de vingerafdrukken in de decentrale reisdocumentenadministraties, een pas op de plaats gemaakt met de realisatie van de ORRA. Er wordt onderzocht op welke wijze de ORRA vorm dient te krijgen.

Bijdragen

Baten-lastendienst BPR

Voor de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA) en het uitgeven van betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten is de minister opdrachtgever van de baten-lastendienst BPR.

Licence