Verplichtingenmutaties:
Ten opzichte van de tweede suppletoire begroting is de verplichtingenrealisatie op artikel 1 lager uitgevallen. Dit wordt met name veroorzaakt door enerzijds lagere dan verwachte nieuwe subsidies bij DRIVE en het niet in 2020 verstrekken van een nieuwe subsidie voor het vakbondsmedefinancieringsprogramma.
Uitgavenmutaties:
Zoals eerder gemeld in de decemberbrief is, ten opzichte van de tweede suppletoire begroting, de realisatie hoger uitgevallen.
Op artikelonderdeel 1.2 is de realisatie van de totale uitgaven voor DTIF (subsidies, opdrachten en garanties) hoger uitgekomen dan verwacht. De stijging is enerzijds veroorzaakt door een fors toegenomen vraag naar het instrument. Anderzijds is het DTIF in 2020 uitgebreid naar de doelgroep starters (DTIF1) en is een mogelijkheid tot het verschaffen van werkkapitaal geïntroduceerd (DTIF2). De uitgaven aan RVO vallen hoger uit dan eerder verwacht. Dit heeft diverse oorzaken, zowel wat betreft programma-uitgaven als uitvoeringskosten.
Ook op artikelonderdeel 1.3 is de realisatie hoger uitgekomen dan verwacht. Zo is er via opdrachten meer besteed aan economic governance and institutions. Dit heeft vooral betrekking op de door RVO uitgevoerde PSD-toolkit. De uitgaven aan subsidies en opdrachten binnen financiële sectorontwikkeling zijn hoger uitvallen dan verwacht. Dit wordt vooral veroorzaakt door een betaling aan het door FMO beheerde MASSIF-fonds en doordat bij de uitvoering van het DGGF extra bijdragen aan technische assistentie nodig waren. De uitgaven aan infrastructuur in de vorm van leningen die vanwege de verwachte budgettaire krapte in de tweede suppletoire wet waren teruggebracht naar EUR 0 komen uit op EUR 12,5 miljoen: de bestaande afspraken met de Private Infrastructure Development Group (PIDG) konden zo worden gerespecteerd. De uitgaven via subsidies duurzame productie en handel zijn hoger uitvallen dan oorspronkelijk verwacht. Dit is vooral het gevolg van subsidies aan IDH en Solidaridad.
Ontvangstenmutaties:
De ontvangstenrealisatie op artikel 1 is hoger uitgevallen dan werd verwacht in de tweede suppletoire begroting. Dit wordt veroorzaakt door hogere DGGF ontvangsten en door een onttrekking uit de FOM-begrotingsreserve om de hogere uitgaven voor DTIF mogelijk te maken.
Deze verhoging is eerder gemeld in de decemberbrief.