Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Verplichtingen | 585.995 | 0 | 585.995 | 210.382 | 796.377 | ‒ 2.439 | 7.217 | 16.198 | 13.494 | 326.206 |
Uitgaven | 819.378 | 0 | 819.378 | ‒ 119.977 | 699.401 | ‒ 14.837 | 16.822 | 66.120 | 17.019 | 326.894 | |
1.0 | Arbeidsmarkt | 819.378 | 0 | 819.378 | ‒ 119.977 | 699.401 | ‒ 14.837 | 16.822 | 66.120 | 17.019 | 326.894 |
Inkomensoverdrachten | 452.684 | 0 | 452.684 | ‒ 194.006 | 258.678 | ‒ 9.426 | 9.309 | 9.890 | 9.919 | 215.036 | |
Lage-inkomensvoordeel | 313.486 | 0 | 313.486 | ‒ 181.526 | 131.960 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Loonkostenvoordelen | 139.198 | 0 | 139.198 | ‒ 12.480 | 126.718 | ‒ 9.426 | 9.309 | 9.890 | 9.919 | 215.036 | |
Subsidies (regelingen) | 313.131 | 0 | 313.131 | 57.460 | 370.591 | ‒ 21.753 | ‒ 2.536 | 51.764 | 2.975 | 54.492 | |
Overige subsidies algemeen | 11.104 | 0 | 11.104 | ‒ 4.760 | 6.344 | ‒ 786 | ‒ 799 | ‒ 550 | ‒ 550 | 3.390 | |
Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen | 9.743 | 0 | 9.743 | ‒ 6.060 | 3.683 | 30 | 3.380 | 0 | 1.900 | 11.344 | |
Stimuleringregeling LLO in MKB | 116.014 | 0 | 116.014 | ‒ 25.521 | 90.493 | ‒ 19.475 | ‒ 3.551 | 11.825 | 1.625 | 39.758 | |
Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid | 0 | 0 | 0 | 133.742 | 133.742 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden | 171.389 | 0 | 171.389 | ‒ 40.000 | 131.389 | ‒ 1.522 | ‒ 1.566 | 40.489 | 0 | 0 | |
Subsidie meer uren werkt | 4.881 | 0 | 4.881 | 59 | 4.940 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 47.878 | 0 | 47.878 | 16.569 | 64.447 | 16.803 | 10.510 | 4.927 | 4.586 | 47.684 | |
Opdrachten | 47.878 | 0 | 47.878 | 16.569 | 64.447 | 16.803 | 10.510 | 4.927 | 4.586 | 47.684 | |
Bekostiging | 100 | 0 | 100 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 | 100 | |
Bekostiging | 100 | 0 | 100 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 | 100 | |
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken | 181 | 0 | 181 | 0 | 181 | ‒ 220 | ‒ 220 | ‒ 220 | ‒ 220 | 4.660 | |
Ministerie van VWS | 56 | 0 | 56 | 0 | 56 | 0 | 0 | 0 | 0 | 706 | |
Ministerie van EZ en LVVN | 125 | 0 | 125 | 0 | 125 | ‒ 220 | ‒ 220 | ‒ 220 | ‒ 220 | 3.954 | |
Bijdrage aan agentschappen | 5.404 | 0 | 5.404 | 0 | 5.404 | ‒ 241 | ‒ 241 | ‒ 241 | ‒ 241 | 4.922 | |
Agentschap RIVM | 5.212 | 0 | 5.212 | 0 | 5.212 | ‒ 241 | ‒ 241 | ‒ 241 | ‒ 241 | 4.730 | |
Agentschap CJIB | 192 | 0 | 192 | 0 | 192 | 0 | 0 | 0 | 0 | 192 | |
Ontvangsten | 18.580 | 0 | 18.580 | ‒ 900 | 17.680 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | ‒ 900 | 17.680 | |
Toelichting
Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt ‒ € 120,0 miljoen bij de uitgaven en € 210,4 miljoen bij de verplichtingen. De mutatie bij de ontvangsten is ‒ € 0,9 miljoen.
Juridisch verplichte uitgaven
De juridisch verplichte uitgaven zijn bij stand 1e suppletoire begroting 2025 85%.
Verplichtingen artikel 1
– Bij de Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU) zijn de mutaties op het verplichtingenbedrag € 280 miljoen hoger dan op het kasbedrag. Er vindt een verplichtingenschuif plaats om aan te sluiten bij de verwachte kasuitgaven MDIEU. Verplichtingen- en kasritme zijn niet hetzelfde; omdat verplichtingen aangegaan worden als een subsidie wordt afgegeven, terwijl kasuitgaven zich over aantal jaar uitspreiden. Cumulatief sluit het verplichtingenbudget aan op het kasbudget.
– Het verplichtingenbudget voor de Stimuleringsregeling LLO in MKB (SLIM) wordt opgehoogd met € 26,2 miljoen. Dit is nodig omdat voor de periode vanaf 2025 de verplichtingenruimte lager is dan het beschikbare kasbudget. Deze ophoging van het verplichtingenbudget heeft geen effect op het kasbudget.
Uitgaven
Inkomensoverdrachten
– Lage-inkomensvoordeel (LIV): op basis van de voorlopige realisaties zijn de verwachte uitgaven aan het LIV voor 2025 neerwaarts bijgesteld met € 181,5 miljoen. Oorzaak is de verlaging van de uurloongrens in 2024 die samenhangt met de verhoging van het wettelijk minimumloon (WML). Hierdoor zijn er minder werknemers (en dus ook werkgevers) in aanmerking gekomen voor het LIV.
– Loonkostenvoordelen (LKV): op basis van de voorlopige realisaties over 2024 is de raming voor 2025 en 2026 naar beneden bijgesteld. Er is minder gebruikgemaakt van het LKV-ouderen. Dit zou verklaard kunnen worden door de wetenschap dat het LKV-ouderen op termijn vervalt en werkgevers hierdoor minder geneigd zijn dit aan te vragen of in de veronderstelling zijn dat dit reeds vervallen is. Vanaf 2027 is de raming omhoog bijgesteld omdat er wordt verondersteld dat, na afschaffing van het LKV-ouderen, een deel van deze groep gebruik zal maken van het LKV-arbeidsgehandicapten.
Subsidies
– Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen (kasschuif expeditie-regeling): er wordt een kasschuif gedaan voor de Expeditie-regeling. Met deze kasschuif wordt een deel van het gereserveerde budget in 2025 (€ 5,3 miljoen) doorgeschoven naar latere jaren, zodat het kasritme aansluit op de (verwachte) momenten waarop aanvragers een (voorschot)betaling zullen aanvragen.
– Kasschuif SLIM (stimuleringsregeling LLO in het mkb): Het kasritme voor de SLIM-scholingssubsidie komt niet overeen met de bedragen in de begroting (2025-2027) door de bevoorschottingssystematiek van de regeling. Bij aanvragen voor individuele werkgevers wordt 100% bevoorschot. Bij collectieve aanvragers vindt bevoorschotting in delen plaats. Daarom is een kasschuif nodig om de uitgaven in het juiste (verwachte) kasritme te zetten.
– Eindejaarsmarge SLIM: Voor SLIM zijn er beschikkingen niet tot uitbetaling gekomen in 2024. Deze vinden in 2025 plaats.
– Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden: Met de voorgestelde schuif wordt een deel van het kasbudget van MDIEU voor 2025 naar 2028 geschoven. De bedragen zijn gebaseerd op de verwachte uitgaven aan verleende MDIEU-subsidieprojecten. Resterend budget is beschikbaar voor duurzame inzetbaarheid.
– Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid: op basis van de realisatiegegevens van UWV zijn de verwachte uitgaven aan de NOW naar boven bijgesteld. Dit komt voornamelijk doordat de hoogte van de oninbare vorderingen naar boven is bijgesteld. Ook verwacht het UWV dat de uitkomsten van bezwaar of beroep leiden tot hogere definitieve vaststellingen dan eerder verwacht.
Ontwerpbegroting t (1) | Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) | Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2) | Mutaties 1e suppletoire begroting (4) | Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4) | Mutatie 2026 | Mutatie 2027 | Mutatie 2028 | Mutatie 2029 | Mutatie 2030 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Art. | Verplichtingen | 609.232 | 0 | 609.232 | 27.219 | 636.451 | 38.576 | 18.223 | 23.256 | 28.467 | 257.995 |
Uitgaven | 609.232 | 0 | 609.232 | 27.219 | 636.451 | 38.576 | 18.223 | 23.256 | 28.467 | 257.995 | |
1.0 | Arbeidsmarkt | 609.232 | 0 | 609.232 | 27.219 | 636.451 | 38.576 | 18.223 | 23.256 | 28.467 | 257.995 |
Inkomensoverdrachten | 609.232 | 0 | 609.232 | 27.219 | 636.451 | 38.576 | 18.223 | 23.256 | 28.467 | 257.995 | |
Transitievergoeding na 2 jaar ziekte | 569.000 | 0 | 569.000 | 23.670 | 592.670 | 30.470 | 13.370 | 17.216 | 21.187 | 194.237 | |
Compensatieregeling Transitievergoeding MKB | 8.841 | 0 | 8.841 | 1.293 | 10.134 | 1.293 | 1.293 | 1.293 | 1.293 | 10.134 | |
Transitievergoeding na 2 jaar ziekte nominaal | 30.911 | 0 | 30.911 | 2.170 | 33.081 | 6.620 | 3.300 | 4.442 | 5.650 | 50.965 | |
Compensatieregeling Transitievergoeding MKB nominaal | 480 | 0 | 480 | 86 | 566 | 193 | 260 | 305 | 337 | 2.659 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt € 27,2 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen.
Inkomensoverdrachten
– Transitievergoeding na 2 jaar ziekte:
Op basis van uitvoeringsinformatie van UWV is de raming van de compensatieregeling transitievergoeding voor langdurige arbeidsongeschiktheid per saldo opwaarts bijgesteld. Dit wordt veroorzaakt door een hogere gemiddelde uitkering. Daarnaast verwachten we vanaf 2027 meer uitbetalingen door een toename in het aantal langdurig arbeidsongeschikten, vanwege een hogere instroom in de WIA (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). In 2025 en 2026 verwachten we juist een iets lager aantal uitbetalingen. Het prijseffect is groter, waardoor er ook in deze jaren sprake is van een per saldo tegenvaller.