Base description which applies to whole site

3.1 Artikel 1 Arbeidsmarkt

Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid begrotingsgefinancierd artikel 1 (bedragen x € 1.000)
  

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

585.995

0

585.995

210.382

796.377

‒ 2.439

7.217

16.198

13.494

326.206

            
 

Uitgaven

819.378

0

819.378

‒ 119.977

699.401

‒ 14.837

16.822

66.120

17.019

326.894

            

1.0

Arbeidsmarkt

819.378

0

819.378

‒ 119.977

699.401

‒ 14.837

16.822

66.120

17.019

326.894

 

Inkomensoverdrachten

452.684

0

452.684

‒ 194.006

258.678

‒ 9.426

9.309

9.890

9.919

215.036

 

Lage-inkomensvoordeel

313.486

0

313.486

‒ 181.526

131.960

0

0

0

0

0

 

Loonkostenvoordelen

139.198

0

139.198

‒ 12.480

126.718

‒ 9.426

9.309

9.890

9.919

215.036

 

Subsidies (regelingen)

313.131

0

313.131

57.460

370.591

‒ 21.753

‒ 2.536

51.764

2.975

54.492

 

Overige subsidies algemeen

11.104

0

11.104

‒ 4.760

6.344

‒ 786

‒ 799

‒ 550

‒ 550

3.390

 

Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen

9.743

0

9.743

‒ 6.060

3.683

30

3.380

0

1.900

11.344

 

Stimuleringregeling LLO in MKB

116.014

0

116.014

‒ 25.521

90.493

‒ 19.475

‒ 3.551

11.825

1.625

39.758

 

Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid

0

0

0

133.742

133.742

0

0

0

0

0

 

Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden

171.389

0

171.389

‒ 40.000

131.389

‒ 1.522

‒ 1.566

40.489

0

0

 

Subsidie meer uren werkt

4.881

0

4.881

59

4.940

0

0

0

0

0

 

Opdrachten

47.878

0

47.878

16.569

64.447

16.803

10.510

4.927

4.586

47.684

 

Opdrachten

47.878

0

47.878

16.569

64.447

16.803

10.510

4.927

4.586

47.684

 

Bekostiging

100

0

100

0

100

0

0

0

0

100

 

Bekostiging

100

0

100

0

100

0

0

0

0

100

 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

181

0

181

0

181

‒ 220

‒ 220

‒ 220

‒ 220

4.660

 

Ministerie van VWS

56

0

56

0

56

0

0

0

0

706

 

Ministerie van EZ en LVVN

125

0

125

0

125

‒ 220

‒ 220

‒ 220

‒ 220

3.954

 

Bijdrage aan agentschappen

5.404

0

5.404

0

5.404

‒ 241

‒ 241

‒ 241

‒ 241

4.922

 

Agentschap RIVM

5.212

0

5.212

0

5.212

‒ 241

‒ 241

‒ 241

‒ 241

4.730

 

Agentschap CJIB

192

0

192

0

192

0

0

0

0

192

            
 

Ontvangsten

18.580

0

18.580

‒ 900

17.680

‒ 900

‒ 900

‒ 900

‒ 900

17.680

            

Toelichting

Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt ‒ € 120,0 miljoen bij de uitgaven en € 210,4 miljoen bij de verplichtingen. De mutatie bij de ontvangsten is ‒ € 0,9 miljoen.

Juridisch verplichte uitgaven

De juridisch verplichte uitgaven zijn bij stand 1e suppletoire begroting 2025 85%.

Verplichtingen artikel 1

  • Bij de Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU) zijn de mutaties op het verplichtingenbedrag € 280 miljoen hoger dan op het kasbedrag. Er vindt een verplichtingenschuif plaats om aan te sluiten bij de verwachte kasuitgaven MDIEU. Verplichtingen- en kasritme zijn niet hetzelfde; omdat verplichtingen aangegaan worden als een subsidie wordt afgegeven, terwijl kasuitgaven zich over aantal jaar uitspreiden. Cumulatief sluit het verplichtingenbudget aan op het kasbudget.

  • Het verplichtingenbudget voor de Stimuleringsregeling LLO in MKB (SLIM) wordt opgehoogd met € 26,2 miljoen. Dit is nodig omdat voor de periode vanaf 2025 de verplichtingenruimte lager is dan het beschikbare kasbudget. Deze ophoging van het verplichtingenbudget heeft geen effect op het kasbudget.

Uitgaven

Inkomensoverdrachten

  • Lage-inkomensvoordeel (LIV): op basis van de voorlopige realisaties zijn de verwachte uitgaven aan het LIV voor 2025 neerwaarts bijgesteld met € 181,5 miljoen. Oorzaak is de verlaging van de uurloongrens in 2024 die samenhangt met de verhoging van het wettelijk minimumloon (WML). Hierdoor zijn er minder werknemers (en dus ook werkgevers) in aanmerking gekomen voor het LIV.

  • Loonkostenvoordelen (LKV): op basis van de voorlopige realisaties over 2024 is de raming voor 2025 en 2026 naar beneden bijgesteld. Er is minder gebruikgemaakt van het LKV-ouderen. Dit zou verklaard kunnen worden door de wetenschap dat het LKV-ouderen op termijn vervalt en werkgevers hierdoor minder geneigd zijn dit aan te vragen of in de veronderstelling zijn dat dit reeds vervallen is. Vanaf 2027 is de raming omhoog bijgesteld omdat er wordt verondersteld dat, na afschaffing van het LKV-ouderen, een deel van deze groep gebruik zal maken van het LKV-arbeidsgehandicapten.

Subsidies

  • Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen (kasschuif expeditie-regeling): er wordt een kasschuif gedaan voor de Expeditie-regeling. Met deze kasschuif wordt een deel van het gereserveerde budget in 2025 (€ 5,3 miljoen) doorgeschoven naar latere jaren, zodat het kasritme aansluit op de (verwachte) momenten waarop aanvragers een (voorschot)betaling zullen aanvragen.

  • Kasschuif SLIM (stimuleringsregeling LLO in het mkb): Het kasritme voor de SLIM-scholingssubsidie komt niet overeen met de bedragen in de begroting (2025-2027) door de bevoorschottingssystematiek van de regeling. Bij aanvragen voor individuele werkgevers wordt 100% bevoorschot. Bij collectieve aanvragers vindt bevoorschotting in delen plaats. Daarom is een kasschuif nodig om de uitgaven in het juiste (verwachte) kasritme te zetten.

  • Eindejaarsmarge SLIM: Voor SLIM zijn er beschikkingen niet tot uitbetaling gekomen in 2024. Deze vinden in 2025 plaats.

  • Maatwerkregeling Duurzame Inzetbaarheid en Eerder Uittreden: Met de voorgestelde schuif wordt een deel van het kasbudget van MDIEU voor 2025 naar 2028 geschoven. De bedragen zijn gebaseerd op de verwachte uitgaven aan verleende MDIEU-subsidieprojecten. Resterend budget is beschikbaar voor duurzame inzetbaarheid.

  • Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid: op basis van de realisatiegegevens van UWV zijn de verwachte uitgaven aan de NOW naar boven bijgesteld. Dit komt voornamelijk doordat de hoogte van de oninbare vorderingen naar boven is bijgesteld. Ook verwacht het UWV dat de uitkomsten van bezwaar of beroep leiden tot hogere definitieve vaststellingen dan eerder verwacht.

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid premiegefinancierd artikel 1 (bedragen x € 1.000)
  

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

609.232

0

609.232

27.219

636.451

38.576

18.223

23.256

28.467

257.995

            
 

Uitgaven

609.232

0

609.232

27.219

636.451

38.576

18.223

23.256

28.467

257.995

            

1.0

Arbeidsmarkt

609.232

0

609.232

27.219

636.451

38.576

18.223

23.256

28.467

257.995

 

Inkomensoverdrachten

609.232

0

609.232

27.219

636.451

38.576

18.223

23.256

28.467

257.995

 

Transitievergoeding na 2 jaar ziekte

569.000

0

569.000

23.670

592.670

30.470

13.370

17.216

21.187

194.237

 

Compensatieregeling Transitievergoeding MKB

8.841

0

8.841

1.293

10.134

1.293

1.293

1.293

1.293

10.134

 

Transitievergoeding na 2 jaar ziekte nominaal

30.911

0

30.911

2.170

33.081

6.620

3.300

4.442

5.650

50.965

 

Compensatieregeling Transitievergoeding MKB nominaal

480

0

480

86

566

193

260

305

337

2.659

            
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

            

Toelichting

Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt € 27,2 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen.

Inkomensoverdrachten

  • Transitievergoeding na 2 jaar ziekte:

    Op basis van uitvoeringsinformatie van UWV is de raming van de compensatieregeling transitievergoeding voor langdurige arbeidsongeschiktheid per saldo opwaarts bijgesteld. Dit wordt veroorzaakt door een hogere gemiddelde uitkering. Daarnaast verwachten we vanaf 2027 meer uitbetalingen door een toename in het aantal langdurig arbeidsongeschikten, vanwege een hogere instroom in de WIA (Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen). In 2025 en 2026 verwachten we juist een iets lager aantal uitbetalingen. Het prijseffect is groter, waardoor er ook in deze jaren sprake is van een per saldo tegenvaller.

Licence