Stand ontwerp begroting 2020 | Mutaties via NvW, motie, amendementen en ISB | Vastgestelde begroting 2020 | Mutaties 1e suppletoire begroting | Stand 1e suppletoire begroting | Mutatie 2021 | Mutatie 2022 | Mutatie 2023 | Mutatie 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(1) | (2) | (3) = (1+2) | (6) | (7) = (5+6) | |||||
Verplichtingen: | 6.975.855 | 3.800.000 | 10.775.855 | ‒ 213.865 | 10.561.990 | ‒ 261.363 | ‒ 238.278 | ‒ 223.857 | ‒ 183.478 |
Uitgaven: | 7.002.798 | 3.800.000 | 10.802.798 | ‒ 218.011 | 10.584.787 | ‒ 259.272 | ‒ 237.232 | ‒ 222.848 | ‒ 183.478 |
waarvan juridisch verplicht | 99,70% | 99,80% | |||||||
Inkomensoverdrachten | 6.941.277 | 3.796.000 | 10.737.277 | ‒ 231.444 | 10.505.833 | ‒ 264.987 | ‒ 239.821 | ‒ 225.398 | ‒ 186.228 |
Macrobudget participatiewet uitk en intertemporelen tegemoetk | 6.147.353 | 0 | 6.147.353 | ‒ 215.757 | 5.931.596 | ‒ 252.328 | ‒ 233.197 | ‒ 228.387 | ‒ 195.070 |
Toeslagenwet | 440.875 | 0 | 440.875 | ‒ 5.245 | 435.630 | ‒ 7.629 | ‒ 5.437 | ‒ 3.977 | ‒ 962 |
AIO | 334.133 | 0 | 334.133 | ‒ 5.715 | 328.418 | ‒ 4.674 | 1.557 | 10.330 | 13.034 |
Bijstand zelfstandigen | 10.800 | 3.796.000 | 3.806.800 | ‒ 3.427 | 3.803.373 | 641 | ‒ 1.870 | ‒ 2.603 | ‒ 2.603 |
Bijstand overig | 1.100 | 0 | 1.100 | ‒ 100 | 1.000 | ‒ 90 | ‒ 90 | ‒ 90 | ‒ 80 |
Onderstand en re-integratie (Caribisch Nederland) | 7.016 | 0 | 7.016 | ‒ 1.200 | 5.816 | ‒ 907 | ‒ 784 | ‒ 671 | ‒ 547 |
Subsidies | 29.782 | 4.000 | 33.782 | 11.874 | 45.656 | 3.760 | 1.230 | 1.009 | 0 |
Sectorplannen | 0 | 0 | 0 | 1.042 | 1.042 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Armoedeschulden | 985 | 0 | 985 | 2.055 | 3.040 | 1.140 | 95 | 0 | 0 |
Cofinanciering dienstverlening | 8.000 | 0 | 8.000 | 0 | 8.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Europees fonds meestbehoeftigen | 100 | 0 | 100 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Regionale kansen kinderen | 455 | 0 | 455 | 214 | 669 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Alle kinderen doen mee | 11.576 | 0 | 11.576 | 1.260 | 12.836 | 0 | 0 | 0 | 0 |
SBCM | 2.800 | 0 | 2.800 | 0 | 2.800 | 0 | 0 | 0 | 0 |
NIBUD | 314 | 0 | 314 | 61 | 375 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige subsidies algemeen | 5.552 | 4.000 | 9.552 | 7.242 | 16.794 | 2.620 | 1.135 | 1.009 | 0 |
Opdrachten | 19.824 | 0 | 19.824 | 1.559 | 21.383 | 1.955 | 1.359 | 1.541 | 2.750 |
Bekostiging | 1.739 | 0 | 1.739 | 0 | 1.739 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ZonMw | 1.739 | 0 | 1.739 | 0 | 1.739 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan zbo's en rwt's | 167 | 0 | 167 | 0 | 167 | 0 | 0 | 0 | 0 |
ZonMw | 167 | 0 | 167 | 0 | 167 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage B&S fondsen | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Pensioenfonds PRWI | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdrage aan internationale organisaties | 9 | 0 | 9 | 0 | 9 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Contributie CASS | 9 | 0 | 9 | 0 | 9 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 26.020 | 0 | 26.020 | 0 | 26.020 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt -/- € 218,0 miljoen bij de uitgaven en -/- € 213,9 miljoen bij de verplichtingen. Onderstaand worden de mutaties toegelicht.
Inkomensoverdrachten: macrobudget participatiewetuitkeringen en intertemporele tegemoetkomingen
1. Het Macrobudget participatiewetuitkeringen voor 2020 is verlaagd t.o.v. het budget uit de begroting 2020. Dit komt voornamelijk door de verwerking van de voorlopige realisatie 2019 (-/- € 194,3 miljoen) en de conjunctuur (-/- € 25,0 miljoen).
2. In het kader van Breed Offensief worden administratieve knelpunten rondom de no-risk polis weggenomen. Gemeenten hoeven met ingang van 2022 de loonkostensubsidie aan de werkgever niet meer stop te zetten bij ziekte en het UWV hoeft de loonkostensubsidie bij ziekte niet langer uit te keren. Het inkomensdeel Participatiewet wordt daarom vanaf 2022 budgettair neutraal verschoven van de Ziektewet (artikel 6) naar het macrobudget bijstand (artikel 2) in de SZW-begroting.
3. De Centrale Raad van Beroep (CRvB) heeft geoordeeld dat verschillende gemeenten in het verleden zijn benadeeld bij de verdeling van het macrobudget. In 2019 zijn Utrecht, Den Bosch en Amersfoort gecompenseerd. Er zijn voor 2020 middelen gereserveerd om enkele andere gemeenten, die met hetzelfde nadeel te maken hebben gehad, ook te compenseren.
4. Vanaf 2020 is voor UWV budget beschikbaar gemaakt voor de business case verwijtbare werkloosheid. De verwachting is dat vanaf 2021 hierdoor de WW-instroom afneemt, hetgeen resulteert in hogere uitkeringslasten op de bijstand oplopend tot een bedrag van € 4,5 miljoen.
Inkomensoverdrachten: toeslagenwet
1. De raming van de Toeslagenwet voor 2020 is op basis van uitvoeringsinformatie van het UWV en nieuwe werkloosheidsverwachtingen van het CPB met -/- € 5,2 miljoen naar beneden bijgesteld. Vooral de gemiddelde uitkeringshoogte is lager dan eerder verwacht (-/- € 7,3 miljoen). Dit komt onder meer door lagere TW-aanvullingen op ZW en WIA-uitkeringen.
2. Vanaf 2021 wordt de meevaller steeds kleiner. Dit komt voornamelijk doordat de raming van het aantal toeslagen op WIA-uitkeringen naar boven is bijgesteld.
Inkomensoverdrachten: Algemene Inkomensvoorziening Ouderen (AIO)
1. De raming van de uitkeringslasten AIO is op basis van nieuwe uitvoeringsinformatie van de SVB over 2019 bijgesteld. Het gebruik van de AIO is in 2019 lager uitgevallen dan verwacht en dit werkt meerjarig door in het verwachte aantal huishoudens in de AIO. Daarentegen is de gemiddelde AIO-uitkering iets hoger uitgevallen dan verwacht en dit leidt meerjarig door in een hogere gemiddelde AIO-uitkering. In de eerste jaren van de begrotingshorizon leidt dit per saldo tot een neerwaartse bijstelling (volume-effect is groter dan prijseffect), maar in latere jaren tot een opwaartse bijstelling van de uitkeringslasten (prijseffect groter dan volume-effect). Voor 2020 leidt dit tot een neerwaartse bijstelling van de uitkeringslasten (-/- € 5,7 miljoen).
Inkomensoverdrachten: bijstand zelfstandigen
1. Begrotingsgefinancierde regelingen worden gedurende het jaar aan gemeenten bevoorschot en achteraf exact afgerekend. De vastgestelde rijksbijdragen over 2018 en 2019 leiden tot een neerwaartse bijstelling in 2020 (-/- € 3,4 miljoen) en een opwaartse bijstelling in 2021 ( € 0,6 miljoen). Vanaf 2021 is er een neerwaartse bijstelling op de verwachte uitgaven aan kapitaalverstrekkingen hetgeen leidt tot een meerjarige neerwaartse bijstelling van de raming vanaf 2022.
Inkomensoverdrachten: bijstand overig
1. De begrotingsraming voor de bijstand overig is aan de hand van nieuwe realisatiegegevens van de SVB neerwaarts bijgesteld voor 2020 (-/- € 0,1 miljoen).
Inkomensoverdrachten: onderstand en reintegratie Caribisch Nederland (CN)
1. De begrotingsraming voor de onderstand en reintegratie CN is voor 2020 aan de hand van nieuwe realisatiegegevens neerwaarts bijgesteld (-/- € 1,2 miljoen).
Subsidies en opdrachten
1. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting (€ 1,3 miljoen).
2. Om beter aan te sluiten bij het kasritme zijn er 2 budgettair neutrale kasschuiven van 2020 (-/- € 1,0 miljoen) naar 2021 en 2022.
3. Van het overgebleven budget subsidies en opdrachten in 2019 is er € 7,1 miljoen via de eindejaarsmarge aan de begroting 2020 toegevoegd.
4. Er zijn in totaal 7 overboekingen met andere departementen verwerkt op de verschillende onderdelen (€ 4,3 miljoen). De grootste is de overboeking vanuit het Gemeentefonds voor de landelijke ondersteuning arbeidsmarktregio's (€ 4,3 miljoen).
Verplichtingen artikel 2
Bij een aantal van bovenstaande mutaties wijkt het verplichtingenbedrag af van het kasbedrag. Hierdoor zijn de verplichtingenmutaties in totaal -/- € 4,1 miljoen lager dan de uitgavenmutaties ad -/- € 218,0 miljoen.